04.09.2013 Views

5 - Stichting Papua Erfgoed

5 - Stichting Papua Erfgoed

5 - Stichting Papua Erfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

zou in de landstaal moeten worden gegeven en was in de<br />

eerste pl'aats bestemd voor kinderen van inlandsche hoofden.<br />

Godsdienstonderwijs werd verboden. l)<br />

Legde deze maatregel van 1871 aan den eenen kant den<br />

grondslag voor het eigenlgke inlandsch gouvernementsonderwijs,<br />

aan den anderen kant ging de reeds jarenlang bestaande<br />

samenwerking tusschen regeering en zending geheel en al verloren.<br />

Om practische redenen %en niet uit het beginsel: ,,education<br />

wil1 gradually filter downwards", propageerde de regeering<br />

speciaal het onderwijs aan kinderen van inlandsche<br />

hoofden. z)<br />

Was - in overeenstemming met het in het regeeringsreglement<br />

van 1854 ingenomen. standpunt - het godsdienstonderwijs<br />

op de inlandsche scholen verboden, buiten de<br />

schooluren moehfen wel schoollokalen voor het geven van<br />

ondefwös in &n godsdienst beschikbaar worden gesteld.<br />

bf 4, De subseidlei.egeliag voor biwnniere inlandsche scholen.<br />

Door dezen maatregel van 1871 had ,de vermeerdering<br />

van het aantal scholen op godsdienstigen grondslag natuurlijk<br />

ten zeerste te lijden. Om den uitbouw van het onderwijs in<br />

zijn geheel toch eleidelijk voortgang te doen vinden, kwam<br />

een subsidieregeking tot stand voor bijzondere inlandsche<br />

scholen. Deze maatregel gold echter alleen voor schooltjes,<br />

die op instigatie van bestuursambtenaren waren opgericht<br />

en die vanouds door de bevolking zelve geheel werden be-<br />

kostigd. De subsidieregeling sloot het geven van godsdienst-<br />

onderwijs aan deze scholen uit. 3)<br />

De cendingsscholen vielen dus buiten deze regeling en<br />

moesten zichzelf geheel bekostigen. De regeering vond, dat,<br />

wanneer zij het kerkelijk onderwijs ging subsidieeren, zij ook<br />

het mohammedaansche ,onderwijs financieel zou moeten<br />

steunen. Het gevolg daarvan zou zijn, dat zij daarmee het an-<br />

tagonisme tusschen twee groote godsdienstige groepen aan-<br />

wakkerde. Dit achtte zij onvereenigbaar met handhaving van<br />

de goede rust en orde. Ook zou het onderwijs door dit ,,anta-<br />

gonisme" stellig in de verdrukking komen. . . . Het onderwijs<br />

kwam inderdaad in de verdrukking, en wel door de maat-<br />

regelen, waarmee men dit gevaar juist had willen bezweren!<br />

Aan het zendingsonderwijs werd zijn materieele basis -<br />

de subsidie - ontnomen. Met dit onderwijs moest de zending<br />

l) Algem. maatr. v. inw. best., 3 Mei, 1871 (Ind. Stbl. 1871, No. 104) en<br />

mdmn. 25 Mei, 1972 (Ind. Stbl. 1872, No. 99).<br />

2) Jo n k m a n, t.a.p., bl. 20. (vergelijk ook: F r a n k e n-v. D r i e l,<br />

I Regeering en Zending, bl. 11).<br />

3) O~donn. 1 April, 1874 (Ind. Stbl. No. 99), gewvzigd in 1875 (Ind. Stbl.<br />

No. 262) en En 1890 (Ind. Stbl. No. 224).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!