11.09.2013 Views

blok 1 - ThiemeMeulenhoff

blok 1 - ThiemeMeulenhoff

blok 1 - ThiemeMeulenhoff

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

18<br />

Leerlijn<br />

<strong>blok</strong> 1<br />

– Getalrelaties en getalbegrip<br />

Leerdoelen<br />

Nieuwe stof<br />

– Buurgetallen<br />

– Aantallen symboliseren door fi ches en<br />

door een getal<br />

– Tellen t/m 10<br />

Oefenen<br />

– N.v.t.<br />

▪ Nieuwe stof<br />

– De hoeveelheid van 7<br />

– Meer, minder, evenveel<br />

– Tellen t/m 10<br />

▪ Oefenen<br />

– N.v.t.<br />

Materiaal<br />

– Leerlingenboek 3a blz. 8 en 9<br />

– Werkschrift 3a1 blz. 10 en 11<br />

– Maatschrift 3 <strong>blok</strong> 1+2 blz. 10 en 11<br />

– Plusschrift 3 <strong>blok</strong> 1<br />

– Kwismeester 3a <strong>blok</strong> 1<br />

– Oefensoftware<br />

– Flitskaarten (set per kind)<br />

– Telbare voorwerpen<br />

– Fiches<br />

▪ Pionnen<br />

les 8 en 9<br />

Hoofdrekenen en schattend rekenen<br />

Maak een keuze uit deze opdrachten. Reken 5 tot 10 minuten.<br />

1 Resultatief tellen met flitskaarten<br />

Deel de setjes fl itskaarten uit. Leg in de kring verschillende voorwerpen<br />

in diverse aantallen bij elkaar (maximaal 6 per soort). Vraag de kinderen<br />

om de voorwerpen per soort te tellen. Laat hen het aantal noemen en er<br />

vervolgens de goede kaart (getalkant) bij zoeken.<br />

2 Getalherkenning<br />

Verdeel diverse setjes fl itskaarten van 1 tot en met 6 onder de kinderen.<br />

Elk kind krijgt een kaart. U stelt vragen. De kinderen die de juiste kaart<br />

hebben gaan staan of steken hun kaart in de lucht. Het gaat hier om<br />

de getalkant. Stel bijvoorbeeld vragen als: Wie heeft 6? Herhaal dit met<br />

andere getallen.<br />

Wie heeft het getal dat komt voor de 3? Bij deze vraag kunnen kinderen<br />

met het getal 1 ook opstaan. Bespreek samen even of dat terecht is (ja)<br />

en of we dit bij vervolgvragen ook bedoelen. Herhaal dit met andere<br />

getallen. Wie komt na 4? Herhaal dit met andere getallen. Wie zit tussen<br />

4 en 6? Herhaal dit met andere getallen. Wanneer de kinderen dit goed<br />

beheersen, kunt u deze opgave uitbreiden. Deel daarvoor de kaarten 1 tot<br />

en met 10 uit.<br />

Maatschrift<br />

▪ 1 Resultatief tellen met flitskaarten<br />

Voor kinderen die in het maatschrift werken kunt u een vergelijkbare<br />

activiteit doen als hierboven maar met niet meer dan 5 kaartjes. Deel<br />

de setjes met maar 5 fl itskaarten uit. Leg in de kring verschillende<br />

voorwerpen in diverse aantallen bij elkaar (maximaal 5 per soort).Vraag<br />

de kinderen om de voorwerpen per soort te tellen. Laat hen het aantal<br />

noemen en er vervolgens de goede kaart (getalkant) bij zoeken.<br />

▪ 2 Getalherkenning<br />

Ook hier een vergelijkbare opdracht maar met 5 kaarten. Verdeel diverse<br />

setjes fl itskaarten van 1 tot en met 6 onder de kinderen. Elk kind krijgt<br />

een kaart. U stelt vragen. De kinderen die de juiste kaart hebben, staan<br />

op of steken hun kaart in de lucht. Het gaat hier om de getalkant. Stel<br />

bijvoorbeeld vragen als:<br />

Wie heeft 5? Herhaal dit met andere getallen.<br />

Wie heeft het getal dat komt voor de 3? Bij deze vraag kunnen kinderen met<br />

1 ook opstaan. Bespreek of dit terecht is. Herhaal dit met andere getallen.<br />

Wie komt na 4? Wie zit tussen 2 en 4? Herhaal dit met andere getallen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!