Jaarboek natuurstudie 2001 - Natuurpunt Velpe-Mene
Jaarboek natuurstudie 2001 - Natuurpunt Velpe-Mene
Jaarboek natuurstudie 2001 - Natuurpunt Velpe-Mene
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Vindplaats Grondster in zandgroeve te Molenstede (Diest). Foto Jorg Lambrechts<br />
Drie kilometer ten noorden van de zandgroeve is in<br />
2000 een nieuwe vindplaats van Grondster ontdekt<br />
(Gorssen & Lambrechts, <strong>2001</strong>). Dit is in het in het<br />
natuurreservaat Houterenberg-Pinnekeswijer (net ten<br />
westen van het ‘Jagershuis’) op Limburgs grondgebied.<br />
De vindplaats is een ondiepe, voormalige zandwinning<br />
waar in een ondiepe depressie water stagneert, dus sterk<br />
vergelijkbaar met de hierboven beschreven plaats!! In<br />
het neerslagrijke jaar 2000 was deze depressie<br />
permanent waterhoudend en zowel Grondster als<br />
Waterpostelein (Peplis portula) groeiden op het kale<br />
zand aan de rand van het water.<br />
Voorts is er nog een oudere waarneming door Jos<br />
Monnens en Luc Vervoort, in Wezemaal in een<br />
karrenspoor. In Midden-Limburg is er een groeiplaats<br />
op droogvallende vijvers in het natuurreservaat ‘De<br />
Teut’ waar de soort ook in <strong>2001</strong> nog stond (med. J.<br />
Lambrechts).<br />
De Anjerfamilie<br />
Illecebrum is een geslacht uit de Anjerfamilie met<br />
slechts één soort, de Grondster.. Het plantje meet 5 tot<br />
30 cm en is tussen juni en oktober waar te nemen op<br />
min of meer vochtige zure zandbodem of grindrijk<br />
alluvium, graanakkers, betreden paden, wagensporen<br />
en tijdelijk drooggevallen vijveroevers. Het is in hoog<br />
tempo zeldzamer wordend in het gebied van de Flora<br />
van België. Op de verspreidingskaart in de Atlas van de<br />
Belgische en Luxemburgse Flora is duidelijk te zien dat<br />
dit plantje vooral in het Kempens district aanwezig is.<br />
Beschrijving<br />
Het betreft planten met meestal liggende stengels. Deze<br />
staan stervormig uit, vandaar de naam. Alle bladen zijn<br />
tegenoverstaand. De kelkbladen staan rechtop en<br />
vormen samen een kokertje. Ze zijn hard en dik, wit<br />
met aan de top vaak wat rood, zijdelings samengedrukt<br />
en voorzien van een lange naald. Alles natuurlijk naar<br />
verhouding, want de bloemen zijn heel klein. De<br />
kroonbladen zijn priemvormig en zo kort dat men ze<br />
alleen met een loep te zien krijgt. De stijl is zeer kort of<br />
ontbrekend en twee of drie stempels. De vrucht is een<br />
eenzadige doosvrucht die met 5 of 10 kleppen<br />
openspringt.<br />
<strong>Natuurpunt</strong> Oost-Brabant <strong>Jaarboek</strong> <strong>2001</strong> 61