19.09.2013 Views

Jaarboek natuurstudie 2001 - Natuurpunt Velpe-Mene

Jaarboek natuurstudie 2001 - Natuurpunt Velpe-Mene

Jaarboek natuurstudie 2001 - Natuurpunt Velpe-Mene

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

immers kwistig om met bemesting. Massa’s brandnetels<br />

en andere stikstofminnende plantensoorten zijn het<br />

resultaat. De laatste decennia gaan holle wegen in<br />

aantal en kwaliteit sterk achteruit, zo ook rond Tienen.<br />

Wat is de situatie op dit ogenblik? Hierop trachten we<br />

een duidelijk antwoord te geven.<br />

Het plan<br />

Op het plan duidden we alle holle wegen aan die<br />

voorkomen op het grondgebied van de gemeente<br />

Tienen. We gaven aan elke weg een nummer. In de<br />

volgende paragraaf geven we een bespreking van elke<br />

weg, waarbij de nummers verwijzen naar het nummer<br />

op de kaart.<br />

Inventarisatie<br />

De inventarisatieperiode: april tot september <strong>2001</strong>. De<br />

opschriften van de kolommen hebben de volgende<br />

betekenis:<br />

Nr.: Het wegnummer op de kaart<br />

Naam: De naam van de weg of straat<br />

Bodem: De bodembedekking van de weg<br />

Beplanting: Moslaag, Kruidlaag met aanduiding ruigte,<br />

Struiken, Bomen, ook dode olmen<br />

Toegang: Toegankelijkheid van de weg<br />

Diepte: Diepte van de weg in het landschap<br />

Besluiten<br />

De 66 holle wegen liggen vooral in het zuiden en het<br />

westen van de gemeente, op Haspengouw dus, op de<br />

plateaus tussen de valleigebieden. Het gebied ten<br />

oosten van Tienen, tussen de Oplinterse- en de Sint-<br />

Truidensesteenweg, heeft geen enkele holle weg: het is<br />

de alluviale vlakte van de Grote Gete (Vochtig<br />

Haspengouw). De holle wegen zijn dikwijls maar korte<br />

stukjes, en weinige zijn echt diep. Er zijn ook losse<br />

taluds in de velden, maar deze werden hier niet<br />

besproken, evenmin als de taluds van de spoorweg en<br />

van de E40. De meeste wegen zijn toegankelijk,<br />

sommige met de auto. Vele zijn verhard, gelukkig nog<br />

niet overal. Tredplanten werden weinig opgemerkt.<br />

Kruidlaag<br />

Het is in de diepste wegen dat je nog wat mossen<br />

tegenkomt en varens, Wilde peen, Robertskruid. In<br />

Goetsenhoven vonden we Marjolein in de holle wegen.<br />

Goetsenhoven is waarschijnlijk het meest kalkrijke<br />

gebied van Tienen. Op weg 406 troffen we dit kruid<br />

ook aan. Aangezien in dit gebied 4 (holle wegen 401 tot<br />

415) pas gemaaid werd, zou het kunnen dat er hier ook<br />

nog meer marjolein te vinden is. De meeste wegen zijn<br />

verruigd tot sterk verruigd en zeer monotoon: er is geen<br />

buffering en veel insijpeling van bemesting van de<br />

omgeving. We krijgen de indruk dat er in het gebied 4<br />

(holle wegen 401 tot 415) het minst verruiging is. Deze<br />

wegen waren wel pas gemaaid bij waarneming. Ze<br />

worden alleszins gemaaid. Toch is er ook daar nog veel<br />

insijpeling van omliggende velden. Indien we het<br />

actiepunt van het GNOP volgen, komt er overal een<br />

buffering van 5 meter. Dat zal de flora van de holle<br />

wegen alleen maar ten goede komen en bodemerosie<br />

tegengaan. Ondanks de insijpeling van meststoffen vind<br />

je ook een uitzonderlijk exemplaar van Agrimonie (weg<br />

503) en Hondsroos (gebied 4 en weg 518),<br />

Koekoeksbloem (wegen 320 en 321), Marjolein (gebied<br />

3 = de wegen 301 tot 327).<br />

Struik- en boomlaag<br />

Vele Olmen zijn dood. We vonden wel in gebied 4<br />

(wegen 401 tot 415) aanplant van Olm. Naast de dode<br />

Olm vinden we dikwijls niet aangetaste, jonge<br />

olmstruiken. Dat is positief. Het getuigt van het goede<br />

recuperatievermogen van deze soort. Voorts vinden we<br />

bij de struiken nogal wat Vlier. Dat is een nitrofiele<br />

soort, dus indicerend voor veel stikstofverbindingen in<br />

de bodem. Meidoorn en Sleedoorn daarentegen zijn<br />

interessantere soorten, ook naar fauna toe. Denk maar<br />

aan de Sleedoornpage, een zeldzame vlindersoort. We<br />

noteerden ook Robinia, Wilg, Es. In de wegen 102, 511<br />

en 516 troffen we kalkminnende Bosrank aan. Deze 3<br />

wegen liggen alle binnen een gebied van 3 km. In het<br />

algemeen zijn er weinig grote volwassen bomen:<br />

Populier, Wilg, Es, Eik. We vonden geen enkele Beuk.<br />

Beheer<br />

Er zou een beheersplan moeten zijn voor snoeien en<br />

hakken, gericht op natuurbehoud en milieubeleid. Het<br />

maaibeheer wordt goed uitgevoerd langs de verharde<br />

wegen. We benadrukken wel dat het maaisel overal<br />

moet opgehaald worden, ook langs de veldwegen.<br />

Gewoon klepelen en het materiaal laten liggen is uit<br />

den boze. In sommige gevallen moet men wel meer<br />

rekening houden met specifieke vegetaties.<br />

Sluikstorten<br />

Qua sluikstorten valt het blijkbaar nogal mee. Slechts<br />

op drie plaatsen (wegen 101, 104 en 311) stelden we dit<br />

misdrijf vast. Zwerfvuil zoals b.v. drankblikjes is wel<br />

een probleem. In gebied 1 worden de (weinige) holle<br />

wegen graag gebruikt voor zwerf- en tuinafval en<br />

sluikverbranding.<br />

Geert JANSEN<br />

NIP-coördinator <strong>Natuurpunt</strong>-kern Tienen:<br />

Werkten eveneens mee aan dit onderzoek:<br />

Filip Bolleire, Paul De Cort, Roland Grugeon,<br />

Anne Nagels, Philip Peetersille.<br />

<strong>Natuurpunt</strong> Oost-Brabant <strong>Jaarboek</strong> <strong>2001</strong> 81

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!