R E C A P IT U L A T IE

470 is FEBRUARY 1799.
zo ampel geworden Misfive kunnen eindigen, meenden
wy niec, nog ren Hotte met een enkel woord op
de flotperiode der Misfive vau de Municipaliteit van
den Haag eene reflectie te moeten maken, als by welke
zy het ter onzer verantwoording laat blyven, om
welke redenen by ons ook kerkelyke beambten, namclyk
Stoelenzetflers, zyn herfteld, waarvan de remo*.
tie niet door de Stedelyke Regering, maar door Kerkmeesters
van de Kerk , waar toe zy behoorden, was
gefchied. • Wy meenden tot dit herftel gerechtigd
te zyn , daar de Haagfche Municipaliteit den 6 Maart
laatstl., Kerkmeestereu van de Grote Kerk verzocht
had om op te geven, welke Stoelenzetfters toen ter
tyd aldaar in functie waren, als mede daar zy by
Misfive op den 8 daaraanvolgende kennis óntfing, welke
van hare posten waren gedimitteerd, en wie in hare
plaatzen waren aangefteld, als mede die, welke
waren aangebleven; welke Misfive gefteld wierd in
handen der Commisfie, gechargeerd geweest zynde
met het afnemen der Verklaring: hier uit blykt, dat
de Municipaliteit, zo al niet dircctelyk, zich ten
minften indircélelyk met de remotie dier Kerkelyke
Ambten bemoeid hee.fr, waarom wy dan ook geene
zwarigheid gemaakt hebben , de Relolutie van het
Intermediair Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek,
van 28 July laatstl., ook op de herfteiling van
die geremoveerde Ambtenaren toe te pasfen.
En hiermede hopende, zo veel ons mogelyk, in
dezen aan uw verlangen voldaan te hebben , &c.
Is gehoord het Rapport van de Commisfie tot de
Domeinen, op eene by marginale apostille van den
5 dezer in derzelver handen om confideratien en advis
geftelde Misfive van den Rencnieefter 's Lands
van Voorne en de Byerlanden, waarby dezelve in
naam van Mr. U' r m. ffoyer, Baiïliuw der Stad Brielle
en Lande van Voorne, voor denzeiv'en in Pacht verzoekt,