Hoofdstuk 5 Verloren verleden (1990-1993).pdf
Hoofdstuk 5 Verloren verleden (1990-1993).pdf
Hoofdstuk 5 Verloren verleden (1990-1993).pdf
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
on: www.vijfeeuwenmigratie.nl<br />
je aan ieder ander, ookje eigen burgers, zou stellen.» Op welke eisen doelde<br />
de arabist? En werden er dan inderdaad geen eisen gesteld aan moslims? De<br />
verslaggever vergat haar belangrijkste taak te vervullen: vragen stellen.<br />
Zürcher kreeg open microfoon. Nederland leed aan een gebrek aan zelfvertrouwen<br />
en was bang om zijn eigen waarden te verdedigen, ging de arabist<br />
verder. «Waarom moet je respect voor een andere cultuur zo groot zijn dat<br />
de eigen fundamentele waarden in het gedrang komen?»<br />
Het was exact de toon die Frits Bolkestein enkele maanden later aansloeg.<br />
In zijn rede voor de Liberale Internationale, op zondag 8 september<br />
1991 in het Zwitserse Luzern, zei de voorzitter van de VVD-fractie in de<br />
Tweede kamer dat westerse, liberale beginselen als richtsnoer genomen<br />
moesten worden bij het integratieproces van moslims in de Nederlandse<br />
cultuur. Als die beginselen botsten met bepaalde tradities uit de islamitische<br />
cultuur, mocht er over hun onderlinge rangorde geen twijfel bestaan.<br />
Bolkestein lichtte zijn uitspraken op 12 september toe in een artikel op<br />
de opiniepagina van de Volkskrant. Rationalisme, humanisme en christendom<br />
hebben de scheiding van Kerk en Staat, de vrijheid van meningsuiting,<br />
de verdraagzaamheid en de non-discriminatie voortgebracht. Dat zijn de pijlers<br />
van de westerse beschaving. «Het liberalisme claimt universele geldigheid<br />
en waarde voor deze beginselen. Dat is zijn politieke visie. Dit betekent<br />
dat volgens het liberalisme een beschaving die deze beginselen in ere<br />
houdt, hoger staat dan een beschaving die dat niet doet.» Bolkestein noemde<br />
een hele reeks voorvallen om duidelijk te maken dat die beginselen «in de<br />
wereld van de islam» niet gelden. «Misschien ontwikkelt die wereld zich in<br />
de komende zeshonderd jaar zoals West-Europa dat heeft gedaan. Maar zolang<br />
kunnen wij niet wachten want ondertussen is een forse immigratie van<br />
inwoners van islamitische landen naar West-Europa op gang gekomen.»<br />
De vraag was volgens Bolkestein: «Hoe moeten de islamitische minderheid<br />
en de niet-islamitische meerderheid zich tot elkaar verhouden.» En<br />
daarbij moest één ding duidelijk zijn: met die beginselen viel niet te marchanderen,<br />
«ook niet een klein beetje». Het viel nog te bezien wat het beste<br />
was: emancipatie door verzuiling of emancipatie door gezamenlijke ontwikkeling.<br />
In 1981 meende de VVD in haar verkiezingsprogramma nog dat het<br />
overheidsbeleid ruimte moest bieden aan «behoud en ontwikkeling van een<br />
eigen cultuur en de beleving van de eigen identiteit van de verschillende<br />
groeperingen». De partij had van 1977 tot 1989 - afgezien van de periode<br />
eind 1981 tot eind 1982 - een cruciale rol gespeeld in de totstandkoming<br />
van het minderhedenbeleid. Het was VVD-minister Wiegel, onder wiens<br />
verantwoordelijkheid het beleid in 1979 startte. VVD-minister Rietkerk, en<br />
na zijn overlijden De Korte, hadden het beleid van 1982 tot 1986 op Binnenlandse<br />
Zaken gecoördineerd. De VVD-ministers zaten bij de kabinetsvergaderingen<br />
waar de belangrijke beslissingen genomen werden. De VVD was<br />
nog maar koud van het regeringspluche gestoten, of de liberale voorman<br />
362 Bolkestein deed alsofhij wist hoe het allemaal moest.<br />
EEN G OUDEN ARMBAND