Twi%er − april 2008 april 2008 april 2008 - Studievereniging TWIST
Twi%er − april 2008 april 2008 april 2008 - Studievereniging TWIST
Twi%er − april 2008 april 2008 april 2008 - Studievereniging TWIST
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
door Daan van de Velde<br />
19<br />
Onderzoek in het buitenland<br />
Het heeft de verslaggeversploeg enig getouwtrek gekost,<br />
maar in deze editie is het toch eindelijk gelukt om Marianne<br />
Kaajan aan onze zijde te krijgen. Dat deze bachelorstudent<br />
in de taalwetenschap verre oorden niet schuwt, bewees ze al<br />
toen ze na haar middelbare school vrijwilligerswerk ging<br />
doen in Bolivia en een Bijbelschool deed in Panama. Vorig<br />
jaar heeft ze bovendien vijf maanden in Tanzania<br />
doorgebracht voor taalkundig veldwerk. Marianne<br />
onderzocht het Sangu, een Bantutaal die door ongeveer<br />
vijfenzeventigduizend mensen wordt gesproken in het<br />
zuidwesten van Tanzania, ten noordoosten van de stad<br />
Mbeya. Wij willen weten hoe ze daar is terechtgekomen en<br />
wat ze daar precies heeft uitgespookt.<br />
“Ik was al langere tijd geïnteresseerd in de organisatie Wycliffe Bijbelvertalers, een<br />
organisatie die doet aan Bijbelvertaling en alfabetiseringswerk, met name in<br />
minderheidstalen. Het gaat vaak om ongeschreven talen en daardoor komt er een<br />
taalkundige kant bij kijken. De talen moeten eerst op schrift gesteld worden, dat<br />
sprak me heel erg aan. Ik wilde graag zien wat dat in de praktijk inhoudt en hoe<br />
kan je dat beter doen dan erheen te gaan? Ik kon daar onderzoek doen voor mijn<br />
scriptie zodat ik het kon combineren met mijn studie. Ik vond het leuk om een<br />
scriptie te schrijven over eigen onderzoek, over veldwerk. Aan de ene kant<br />
verzamelde ik gegevens voor mijn eigen scriptie, aan de andere kant is het ook<br />
nuttig voor de mensen daar. Dat vond ik een mooie combinatie.”<br />
Het hoofddoel van het project is om de Bijbel in de betreffende talen te vertalen. De<br />
lokale bevolking wordt erbij betrokken, zoals mensen uit de kerk, mensen die het<br />
belangrijk vinden als hun taal op schrift wordt gesteld. Het eindresultaat wordt<br />
overgedragen aan de eigen bevolking. Omdat de vertaling zo veel mogelijk moet<br />
beantwoorden aan de taalgevoelens van de sprekers, is het van belang dat een schrift<br />
wordt ontworpen waarin letters en spraakklanken in een natuurlijk verband staan. Kennis<br />
van morfologie en morfofonologie zijn daarvoor essentieel. Dat is waar Marianne zich<br />
mee bezighield: een beschrijving van de morfologie van naamwoorden en werkwoorden<br />
alsmede de interactie met fonologie.<br />
Wij weten dat Connie Kutsch-Lojenga, docente bij Afrikaanse taalkunde,<br />
soortgelijk werk doet. Zij was het inderdaad die Marianne had uitgenodigd om mee te<br />
gaan naar Tanzania. Marianne hield sinds de basisschool al van Afrika, maar ze had geen<br />
specifiek land in gedachte om veldwerk te doen. “Nu hoefde ik niet zelf een keuze te<br />
maken.”<br />
“Het project waar ik bij betrokken was werkte met tien verschillende talen uit die<br />
regio. De sprekers van die talen komen meestal een paar weken naar Mbeya toe