18.09.2013 Views

Twi%er − april 2008 april 2008 april 2008 - Studievereniging TWIST

Twi%er − april 2008 april 2008 april 2008 - Studievereniging TWIST

Twi%er − april 2008 april 2008 april 2008 - Studievereniging TWIST

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

door Cor van Bree<br />

4<br />

Vaderland§e Taalkunde<br />

Vaderlandse taalkunde. Hoe moeten we deze woordgroep interpreteren? We zouden<br />

kunnen denken aan de vergelijkbare woordgroep vaderlandse geschiedenis. Dat kan zijn ‘de<br />

geschiedenis van het vaderland’ of ‘het vak dat daarop betrekking heeft’, vgl. “morgen heb<br />

ik tentamen vaderlandse geschiedenis”. Zo kunnen we vaderlandse taalkunde interpreteren<br />

als ‘de taalkunde van het vaderland’ of ‘het vak dat daarop betrekking heeft’. Maar er is<br />

verschil: taalkunde staat niet op één lijn met geschiedenis, wél met geschiedbeoefening, geschiedenis<br />

omgekeerd op één lijn met taal. Ik maak een keuze: ik vat vaderlandse taalkunde op als ‘de<br />

taalkunde van het vaderland’ (dit stuk is dan een kleine bijdrage aan het vak dat daarop<br />

betrekking heeft). Er is trouwens nog een probleem: denken we bij de taalkunde van het<br />

vaderland aan ‘de studie van de vaderlandse taal’ of aan ‘de studie van talen in het<br />

algemeen door vaderlanders’? En wat is bedoeld met vaderlands of vaderlanders? Denken we<br />

daarbij alleen aan ‘Nederlands’ (in verband met ‘Nederland’) c.q. ‘Nederlanders’? Dan<br />

dreigen de Vlamingen en wat zij spreken buiten de boot te vallen. Ik moet opnieuw<br />

kiezen. Ik vat binnen deze bijdrage vaderlandse taalkunde op als ‘studie van de vaderlandse<br />

taal’ waarbij ik vaderlands zo ruim neem dat wat de Vlamingen spreken er ook onder valt.<br />

Tenslotte valt het te verdedigen dat we dezelfde voorvaderen hebben.<br />

Het prettige van deze definitie is dat we behalve aan de vele ‘vaderlanders’ nu ook aan<br />

buitenlanders (echte buitenlanders, dus zonder de Vlamingen) kunnen denken die zich<br />

met het Nederlands hebben beziggehouden. Laten we de bijdrage van buitenlanders niet<br />

onderschatten. Zoals er belangrijke historici zijn die zich met de geschiedenis van de<br />

Nederlanden hebben beziggehouden of nog bezighouden (denk aan Jonathan I. Israel), zo<br />

zijn er belangrijke linguïsten die dat met het Nederlands doen of gedaan hebben.<br />

Bijvoorbeeld de Amerikaanse hoogleraar Bob Kirsner. Hij heeft zich o.a. met het woordje<br />

er beziggehouden, het interessantste, meest Nederlandse, maar ook voor nietmoedertaalsprekers<br />

moeilijkste woordje in het Nederlands. Het heeft verschillende<br />

functies en heeft twee oorsprongen: reductie van daar en, in partitief gebruik, de genitief<br />

meervoud (enclise) van het personale. Vandaar dat het nog altijd twee keer in een zin kan<br />

voorkomen: “Zijn er nog schone overhemden? Ja, er liggen er nog een paar.” Kirsner<br />

interesseert zich in het algemeen voor al die kleine woordjes waar we als<br />

Nederlandssprekenden dol op zijn. Het Nederlands als kleinewoordjestaal. Zo vertelde hij<br />

mij het volgende. Toen op een keer de conducteur van de trein zijn kaartje controleerde,<br />

zei deze: “Dan moet U wel eventjes in Utrecht overstappen.” De bedoeling daarvan was<br />

niet dat hij het overstappen in korte tijd moest zien te verwezenlijken, maar dat het<br />

overstappen een moeite van niets was.<br />

De bijdrage van buitenlanders is belangrijk geweest en is dat nog. Ik wil nu nog een<br />

volgende stap zetten. We kunnen als vaderlanders van hen leren, dat wil zeggen: we<br />

kunnen van hen leren met een buitenlandse blik naar onze taal te kijken. We zijn zo gauw<br />

geneigd, ook als taalkundigen, om wat onze eigen taal laat zien, als gewoon te<br />

beschouwen. Nu, zo gewoon is het Nederlands niet. Denk aan de syntaxis. We plaatsen in<br />

hoofdzinnen de persoonsvorm op de eerste of tweede plaats en laten de andere<br />

werkwoordsvormen achter in de zin staan. De befaamde ‘tang’. Een vreemde volgorde.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!