Opportuun 2007_nr9_omslag_03.indd - Openbaar Ministerie
Opportuun 2007_nr9_omslag_03.indd - Openbaar Ministerie
Opportuun 2007_nr9_omslag_03.indd - Openbaar Ministerie
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
14<br />
Vertrouwen in<br />
deskundigheid<br />
Michel Smithuis zet register op poten<br />
IJs en weder dienende is per 1 januari 2009 een openbaar deskundigenregister<br />
ten behoeve van de strafrechtspleging operationeel.<br />
Dit register moet zorgen voor objectieve regels waaraan de kwaliteit<br />
van een deskundige getoetst kan worden, maar bovenal moet<br />
het register vertrouwen in deskundigheid stimuleren. Michel<br />
Smithuis heeft de pittige taak dit register op poten te zetten.<br />
‘We overwegen om niet meteen de lat heel<br />
hoog te leggen, maar we hebben wel aantal<br />
minimumeisen, anders wordt het slechts<br />
een telefoonboek.’ Dat zegt Michel Smithuis<br />
over het deskundigenregister dat hij als<br />
projectleider bij het ministerie van Justitie<br />
opzet.<br />
In het kader het evaluatieonderzoek naar de<br />
Schiedammer Parkmoord is een aantal aanbevelingen<br />
en verbeteringen in de rol van<br />
deskundigen uitgekristalliseerd in een wetsvoorstel<br />
inzake de positie van deskundigen<br />
in strafzaken. Dit wetsvoorstel is afgelopen<br />
zomer naar de Tweede Kamer gestuurd.<br />
Een van de aspecten van het voorstel is dat<br />
men, meer objectief dan thans het geval<br />
is, wil kunnen vaststellen dat men met een<br />
deskundige te maken heeft. Een landelijk,<br />
openbaar register van deskundigen moet<br />
dit mogelijk maken.<br />
Smithuis: ‘Het is voor een niet-vakbroeder<br />
per definitie haast ondoenlijk de vakkennis<br />
van een deskundige te beoordelen. Met het<br />
register proberen wij een soort keurmerk<br />
te ontwikkelen zodat men kan vaststellen<br />
dat een deskundigenrapport geschreven is<br />
door iemand die over een aantal essentiële<br />
vaardigheden beschikt. Het is eigenlijk net<br />
als in de medische wereld, daar wil je ook<br />
weten dat iemand een afdoende opleiding<br />
tot huisarts of chirurg heeft gevolgd. Daar<br />
is dit project ook wel mee vergelijkbaar. Je<br />
hebt voor artsen ook een soort register. Let<br />
wel: we gaan niet beoordelen of iemand een<br />
goede deskundige op zijn vakgebied is, we<br />
richten ons puur op het forensische stuk.’<br />
Kwaliteit<br />
Het register moet ervoor zorgen dat de kwaliteit<br />
van een deskundige duidelijk zichtbaar<br />
wordt. Nu is kwaliteitscontrole bepaald<br />
geen onbekende voor Michel Smithuis.<br />
Als hoofd van de Afdeling Pathologie en<br />
Toxiologie bij NFI kreeg hij al snel te maken<br />
met interne kwaliteitscontrole en heeft hij<br />
ervaren dat vertrouwen hierbij essentieel is.<br />
‘Een patholoog bij het NFI bijvoorbeeld,<br />
moet bepaalde forensische pathologische<br />
kennis bezitten. Maar hij moet ook conclusies<br />
verbinden aan uitkomsten van laboratorium<br />
of technisch onderzoek ten behoeve<br />
van de rechtspleging. Zo’n patholoog wordt<br />
dan geconfronteerd met vragen als: “Wat<br />
verwacht men in de rechtszaal en “Hoe<br />
moet ik mijn technische informatie leesbaar<br />
presenteren?” Met name op dat vlak heeft<br />
het NFI de laatste jaren ontwikkelingen<br />
gestimuleerd. Ik heb ook wel gemerkt dat<br />
dat deze interne kwaliteitscontrole soms<br />
spanningen opriep. Deskundigen kunnen<br />
een heel eigenstandig idee hebben van wat<br />
het beste is voor hun eigen ontwikkeling. Als<br />
een organisatie gaat zeggen dat je bepaalde<br />
modules moet volgen die daarbij nog eens<br />
heel openlijk getoetst worden dan voelen<br />
deskundigen dat als een inbreuk op hun<br />
zelfstandigheid en dat kan weerstand oproepen.<br />
Deze ervaring met de, zeg maar, emotionele<br />
kant van de kwaliteitsontwikkeling<br />
komt me nu goed van pas. Als het register<br />
straks operationeel wordt, komen er ongetwijfeld<br />
vergelijkbare vragen: “Langs welke<br />
regels word ik getoetst?”, “Zijn dit regels<br />
die voor mijn vak relevant zijn en word ik<br />
getoetst door iemand die ik vertrouw?”’<br />
Groeimodel<br />
Het register bevat een groeimodel, aldus<br />
Smithuis. ‘We overwegen om niet meteen<br />
de lat heel erg hoog te leggen en willen een<br />
ingroei-niveau instellen, dat wel voldoet<br />
aan een aantal minimum eisen. De lat moet<br />
ook weer niet te laag liggen, anders wordt<br />
het slechts een telefoonboek. Het moet<br />
vertrouwen genereren en dat kan door een<br />
acceptabel basisniveau neer te leggen. Het<br />
kaf van het koren scheiden, zo noem ik dat.<br />
Daarnaast moet er kwaliteitsontwikkeling<br />
zijn. Een psychiater bijvoorbeeld kan in het<br />
register komen wanneer hij een bepaald<br />
aantal rapportages heeft geschreven en een<br />
aantal jaren in het forensische vak heeft<br />
gewerkt. Maar stel: hij doet niet aan intervisie.<br />
Dan kunnen we tegen hem zeggen: “Je<br />
moet over een aantal jaren die stappen tot<br />
intervisie wel gezet hebben, anders wordt<br />
de inschrijving niet verlengd. Je komt in<br />
het register voor een periode van vier jaar.”<br />
Overigens wordt geen enkele deskundige<br />
gedwongen in het register opgenomen en<br />
er hoeft ook geen verplicht gebruik van<br />
gemaakt te worden. De officier van justitie<br />
of rechter commissaris kan altijd buiten het<br />
register om een getuige deskundige benoemen.<br />
Maar we hopen wel dat het register<br />
ertoe leidt dat, als er een deskundige buiten<br />
het register om benoemd wordt, de vraag