Opportuun 2007_nr9_omslag_03.indd - Openbaar Ministerie
Opportuun 2007_nr9_omslag_03.indd - Openbaar Ministerie
Opportuun 2007_nr9_omslag_03.indd - Openbaar Ministerie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
OPPORTUUN Nummer 9 – <strong>2007</strong> “PenZa”<br />
Zaken<br />
generaal de helpdesk weten te vinden.’<br />
Stam ziet de toekomst van het<br />
Expertisecentrum rooskleurig tegemoet.<br />
‘De vragen die tot nu toe bij de helpdesk<br />
zijn binnengekomen tonen aan dat de<br />
doelgroep ons inmiddels weet te vinden<br />
met reële vragen. Het zijn vragen die er<br />
ook echt toe doen, die aantonen dat het<br />
Expertisecentrum bestaanrecht heeft en<br />
een toegevoegde waarde levert. Officieren<br />
zeggen het te waarderen dat ze niet alleen<br />
specialistische vragen kunnen stellen, maar<br />
ook iemand treffen die gewoon even met ze<br />
mee wil denken.’<br />
Tekst: Nicole van der Velden<br />
Helpdesk<br />
Voor schriftelijk of telefonisch contact:<br />
Ressortsparket Arnhem, Expertisecentrum<br />
Bijzondere Penitentiaire Zaken<br />
Contactpersoon: specialistisch beleidssecretaris,<br />
G. van Roermund<br />
Postbus 30200, 6803 AE Arnhem<br />
Telefoonnummer Helpdesk: 026-3593366<br />
e-mail: expertisecentrumpenza@om.nl<br />
Themabijeenkomst: Longstay en de<br />
vreemdeling in TBS<br />
Het Expertisecentrum Penitentiaire Zaken<br />
houdt op donderdag 22 november <strong>2007</strong> een<br />
themabijeenkomst in Kliniek Veldzicht. Deze<br />
bijeenkomst is bedoeld voor alle TBS/executie<br />
officieren/advocaten-generaal/secretarissen.<br />
Tijdens deze dag is er aandacht voor de longstay<br />
problematiek en de vreemdeling in TBS.<br />
Tevens staat een rondleiding door de kliniek<br />
op het programma.<br />
U kunt zich voor deze dag aanmelden via:<br />
expertisecentrumpenza@om.nl<br />
Drie praktijkvragen aan de helpdesk<br />
Inmiddels heeft een twintigtal officieren en<br />
advocaten-generaal de helpdesk weten te<br />
vinden. Drie interessante vragen, plus antwoorden.<br />
Betrokkene is veroordeeld tot een jaar<br />
gevangenisstraf en TBS met voorwaarden<br />
en is hiertegen in hoger beroep gegaan.<br />
Nu wordt de voorlopige hechtenis beëindigd<br />
en dreigt veroordeelde op straat te<br />
komen, hoe zit dit?<br />
Dit kan inderdaad het geval zijn. De maatregel<br />
kan pas worden geëxecuteerd op het<br />
moment dat deze onherroepelijk is geworden.<br />
Indien iemand daarnaast een relatief korte<br />
gevangenisstraf heeft gekregen, kan zijn (fictieve)<br />
VI datum voor de behandeling in hoger<br />
beroep vallen (i.c. na 9 maanden). In dat geval<br />
zal de voorlopige hechtenis niet meer verlengd<br />
worden, aangezien deze anders langer<br />
zou duren dan de opgelegde straf. Omdat nog<br />
niet begonnen kan worden met de maatregel<br />
wordt iemand in vrijheid gesteld. Dit is vaak<br />
onwenselijk aangezien de veroordeelde veelal<br />
in een kliniek geplaatst had moeten worden.<br />
Zaak is dus om dit tijdig te signaleren en<br />
het hoger beroep binnen die termijn plaats<br />
te laten vinden. Overigens doet het WODC<br />
momenteel onderzoek naar dergelijke aansluitingsproblemen.<br />
Staat een strafrestant van meer dan vier<br />
maanden altijd in de weg aan het opleggen<br />
van een ISD maatregel? I.c. had de<br />
advocaat het hoger beroep in een andere<br />
zaak vlak voor de zitting ingetrokken,<br />
zodat die andere zaak onherroepelijk<br />
werd en daarmee een strafrestant van<br />
meer dan vier maanden ontstond.<br />
Het hof Den Bosch besliste hierop (in LJN:<br />
AY8733) dat het hier een instructienorm voor<br />
leden van het OM betreft, niet een waarborgnorm<br />
voor de verdachte, aan welke beperking<br />
de rechter niet is gebonden. De consequentie<br />
van de stelling van de raadsman zou zijn dat<br />
door het intrekken van een hoger beroep<br />
een zaak met een strafrestant van meer dan<br />
vier maanden - zoals in casu is geschied - de<br />
verdachte het in voorkomende gevallen in<br />
zijn macht zou hebben het opleggen van de<br />
ISD-maatregel te voorkomen, hetgeen niet de<br />
bedoeling van de wetgever is geweest.<br />
Overigens bestaat - om dit probleem te<br />
omzeilen - ook een mogelijkheid om de voorlopige<br />
hechtenis op te schorten en eerst te<br />
executeren.<br />
Binnenkort bereikt veroordeelde zijn<br />
VI-datum. Het penitentiaire programma<br />
loopt af. Veroordeelde heeft in de tussentijd<br />
de familie en de slachtoffers van<br />
die poging tot moord lastig gevallen en<br />
bedreigd. Hiervan is nog geen aangifte<br />
gedaan, wel is er melding van gedaan bij<br />
de politie. Kan alsnog een vordering ex<br />
artikel 15a Sr worden ingediend?<br />
Op grond van artikel 15 a lid 2 Sr kan de VI<br />
uitgesteld worden. Dan dient onverwijld<br />
(uiterlijk 30 dagen voor de VI-datum) een<br />
daartoe strekkende schriftelijke vordering tot<br />
het gerechtshof Arnhem gericht te worden.<br />
Hier zou sprake kunnen zijn van artikel 15a<br />
lid 1 onder c Sr: veroordeelde heeft zich na<br />
de aanvang van de tenuitvoerlegging van zijn<br />
straf zeer ernstig misdragen.<br />
Punt is dat in casu nog geen aangifte is<br />
gedaan m.b.t. de bedreiging en het lastigvallen<br />
van de slachtoffers/ familie t.a.v. het feit<br />
waarvoor veroordeelde is veroordeeld.<br />
De mogelijkheid is dus aanwezig, maar erg<br />
concreet zijn de “ernstige misdragingen” van<br />
veroordeelde nog niet. Er is immers nog geen<br />
aangifte gedaan en niet blijkt dat de ernstige<br />
misdragingen de laatste maand gepleegd<br />
zijn. Veel kans van slagen zal de vordering<br />
waarschijnlijk niet hebben. Natuurlijk kan veroordeelde<br />
alsnog vervolgd worden voor het<br />
lastigvallen van de familie en slachtoffers.<br />
21