Voorontwerp bestemmingsplan - Gemeente Borger-Odoorn

Milieueffectrapport Bedrijfslocaties Tweederdeweg Zuid Nieuw Buinen
bestemmingsplan, Dhr. Jansen (ondernemer voor het pluimveebedrijf ) en Raedthuys Bio-
energie Holding B.V. (de ontwikkelaar van het energiebouwblok).
Bevoegd gezag
1.4 OVERZICHT PROCEDURE
De gemeente Borger-Odoorn is bevoegd gezag voor de m.e.r.-procedure en tevens voor het
bestemmingsplan en de vergunningen in het kader van de Wabo voor het pluimveebedrijf.
Voor het MER dienen de volgende stappen te worden doorlopen:
1. Kennisgeving van het project (al doorlopen).
2. Het opstellen van een notitie c.q. presentatie over de reikwijdte en het detailniveau van
het MER (al doorlopen).
3. Raadplegen bestuursorganen met specifieke milieuverantwoordelijkheid over reikwijdte
en detailniveau van het MER en de mogelijkheid tot inspraak bieden (al doorlopen).
4. Opstellen van een MER (het voor u liggende document).
5. Ter inzage leggen van dit MER, waarbij inspraak (zienswijzen) mogelijk is.
6. Motivering van de rol van dit MER en de inspraakreacties bij de verdere besluitvorming.
1. Kennisgeving
Het voornemen voor het plan en om een MER op te stellen is aangekondigd in ‘Week in,
week uit’ op 12 augustus 2009 en op de internetsite van de gemeente. Hierbij is onder
andere gemeld welke inspraakmogelijkheden er zijn en dat de onafhankelijke Commissie
voor de milieueffectrapportage betrokken is in de procedure.
2. Startnotitie
Op 13 juli 2009 is een startnotitie gepubliceerd (ARCADIS, 2009), die ingaat op het initiatief,
de mogelijke alternatieven daarvoor, de effecten die in beeld gebracht zullen worden en het
beleidskader.
3. Consultatie
Het bevoegd gezag voor het plan dient de reikwijdte en het detailniveau van het op te
stellen MER te bepalen. Hierbij dient gelet te worden op de elementen waar in een
MER aandacht aan moet worden besteed.
De startnotitie waarin de reikwijdte en het detailniveau zijn beschreven is bedoeld om de
betrokken bestuursorganen te informeren. De Commissie voor de m.e.r. heeft op basis van
de startnotitie twee richtlijnenadviezen opgesteld:
- voor het MER voor het bestemmingsplan (rapport nr. 2306-30);
- voor het MER voor pluimveehouderij Jansen (rapport nr. 2306-31).
De volgende punten beschouwt de Commissie als hoofdpunten voor het op te stellen MER:
Een onderbouwing van de gehanteerde referentiesituatie(s);
Een beschrijving van de ‘milieugebruiksruimte’ voor onder andere verzurende en
vermestende stoffen, geur en fijn stof. Maak inzichtelijk in hoeverre
milieugebruiksruimte aanwezig is en hoe met maatregelen milieugebruiksruimte
gecreëerd kan worden;
075575869:0.4 ARCADIS 19