Voorontwerp bestemmingsplan - Gemeente Borger-Odoorn

Leeswijzer per aspect
Milieueffectrapport Bedrijfslocaties Tweederdeweg Zuid Nieuw Buinen
Per aspect wordt de methode van effectbepaling beschreven. Vervolgens wordt de
referentiesituatie toegelicht. De effecten zijn bepaald aan de hand van criteria. De effecten
voor deze criteria zijn vervolgens beoordeeld per alternatief ten opzichte van de
referentiesituatie (= huidige situatie en autonome ontwikkeling). Tot slot zijn per thema de
eventuele mitigerende (verzachtende) maatregelen beschreven en mogelijke leemten in
kennis over het thema, alsmede de betekenis daarvan voor de besluitvorming.
De ontwikkelingen van pluimveehouderij Jansen en het energiebouwblok hoeven niet altijd
negatieve effecten te zijn, maar dit kunnen ook positieve effecten zijn. In dit MER zullen de
volgende thema’s worden beschreven:
Natuur;
Geur;
Fijn stof;
5.2 NATUUR
Landschap, Cultuurhistorie en Archeologie;
Verkeer en vervoer;
Bodem en Water;
Gezondheid;
Duurzaamheid.
Methodiek
De volgende criteria worden gehanteerd:
Stikstofdepositie Natura 2000;
Stikstofdepositie Wav-gebieden en EHS-gebieden;
Invloed op soorten.
Dit MER presenteert per alternatief de stikstofemissie en -depositie. Daarbij is onderscheid
gemaakt in Natura 2000-gebieden, Wav-gebieden (Wet ammoniak en veehouderij) en
overige natuur. Per alternatief zal een inschatting worden gegeven van de verwachte
bedrijfsontwikkelingen en de emissies (toename en afname) die deze opleveren. Met het
OPS-model is vervolgens te berekenen welke toename of afname van stikstofdepositie deze
bedrijfsontwikkelingen veroorzaken. Hierbij zijn autonome ontwikkelingen, zoals de AMvB
Huisvesting, verdisconteerd.
Huidige situatie
Natura 2000-gebieden
Binnen het plangebied zijn geen Natura 2000-gebieden aanwezig. De meest nabijgelegen
gebieden zijn het Natura 2000-gebied Drouwenerzand en Lieftinghsbroek (zie onderstaande
afbeelding).
075575869:0.4 ARCADIS 55