25.09.2013 Views

De casus Inburgering en Nationaliteitswetgeving

De casus Inburgering en Nationaliteitswetgeving

De casus Inburgering en Nationaliteitswetgeving

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

aan meervoudige nationaliteit<strong>en</strong> w<strong>en</strong>st te stell<strong>en</strong> (Spijkerboer 2001: 166). Spijker-<br />

boer wijst er in dit verband op dat het wellicht meer voor de hand had geleg<strong>en</strong> om<br />

nationaliteit minder aan id<strong>en</strong>titeit te koppel<strong>en</strong> <strong>en</strong> meer de nadruk te legg<strong>en</strong> op de<br />

praktische aspect<strong>en</strong>. Het eerste uitgangspunt van het wetsvoorstel luidt, geheel<br />

conform het klassieke concept van staatsburgerschap:<br />

de <strong>casus</strong> nationaliteitswetgeving<br />

“nationaliteit heeft als belangrijk k<strong>en</strong>merk de formalisering te zijn van e<strong>en</strong><br />

wez<strong>en</strong>lijke band met de staat van die nationaliteit. <strong>De</strong>ze band kan velerlei<br />

inhoud hebb<strong>en</strong>, kan van maatschappelijke, emotionele, culturele of economi-<br />

sche aard zijn.” (TK, vergaderjaar 1992-1993, 23 029 (R1461), nr. 3: 4)<br />

Zoals aan het begin van dit hoofdstuk reeds aan de orde is geweest, kan m<strong>en</strong> in de<br />

traditionele opvatting e<strong>en</strong> dergelijke wez<strong>en</strong>lijke band slechts met één staat heb-<br />

b<strong>en</strong>. <strong>De</strong> regering stelt bij de behandeling van het wetsontwerp ook dat deze visie<br />

“de meest concrete expressie van de neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuwse idee van de natiestaat,<br />

van unieke verbond<strong>en</strong>heid van cultuur <strong>en</strong> grond” betreft (TK, vergaderjaar 1992-<br />

1993, 23 029 (R1461), nr. 6: 2). op dit punt beoogt het wetsvoorstel dan ook e<strong>en</strong><br />

vernieuwing door te voer<strong>en</strong>. Als gevolg van de massale migratie van vreemdeling<strong>en</strong><br />

sinds de jar<strong>en</strong> ’60 <strong>en</strong> ’70 is er naar de m<strong>en</strong>ing van de regering e<strong>en</strong> situatie<br />

ontstaan waarin e<strong>en</strong> persoon met meerdere stat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ‘g<strong>en</strong>uine connection of<br />

exist<strong>en</strong>ce, interests and s<strong>en</strong>tim<strong>en</strong>ts’ kan hebb<strong>en</strong>. Met name de tweede g<strong>en</strong>eratie<br />

– waarvoor nederland ‘het land van hun jeugd’ is – is met nederland verbond<strong>en</strong><br />

door veel ‘maatschappelijke <strong>en</strong> culturele band<strong>en</strong>, verblijf, scholing, taal, gebruik <strong>en</strong><br />

gewoont<strong>en</strong>.’ <strong>De</strong> nationaliteit van het land van herkomst van langdurig gevestigde<br />

immigrant<strong>en</strong>, of van hun ouders, wordt daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> als ‘onderdeel van de culturele<br />

id<strong>en</strong>titeit’ aangemerkt (TK, vergaderjaar 1992-1993, 23 029 (R1461), nr. 3: 3; Böcker<br />

et al 2005: 158).<br />

Het tweede uitgangspunt van het wetsvoorstel luidt in het verl<strong>en</strong>gde van bov<strong>en</strong>staande:<br />

“nationaliteit is e<strong>en</strong> uitdrukking van verbond<strong>en</strong>heid, niet van ondeelbare<br />

trouw. omdat die verbond<strong>en</strong>heid van velerlei aard kan zijn, is het mogelijk dat<br />

e<strong>en</strong> persoon met meer dan één land wez<strong>en</strong>lijk verbond<strong>en</strong> geacht kan word<strong>en</strong>.<br />

nationaliteit is dan ook niet meer te beschouw<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> exclusieve band met<br />

één land, waarop dat land aanspraak kan mak<strong>en</strong>, bipatridie ge<strong>en</strong> verschijnsel<br />

dat op zichzelf g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>gegaan.” (TK, vergaderjaar 1992-<br />

1993, 23 029 (R1461), nr. 3: 4)<br />

123

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!