25.09.2013 Views

'Soldaat ende Zeemanschap' - Nederlands-Russisch Archief Centrum

'Soldaat ende Zeemanschap' - Nederlands-Russisch Archief Centrum

'Soldaat ende Zeemanschap' - Nederlands-Russisch Archief Centrum

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

III: 1714-1718<br />

Eindelijk de Finse kust<br />

Na het proces werd weer met man en macht aan het onderhoud<br />

en de opbouw van de vloot gewerkt. Het wegsturen van de viceadmiraal<br />

Cruys en de kapitein-commandeur Rees zal een<br />

merkbare invloed hebben gehad. De Tsaar had al gauw een<br />

tekort aan ervaren commander<strong>ende</strong> officieren op de vloot. In een<br />

brief aan de Staten-Generaal schreef De Bie; ‘Op Croonslot<br />

zijnde heeft Zijne Czaarse Majesteit de genade gehad voor de<br />

onlangs door het gehouden crijgsrecht gedegradeerde kapiteincommandeur<br />

Scheltinga in sijn vorige rang en bedieninge te<br />

herstellen.’ 226 De kapitein-commandeur was blijkbaar te<br />

waardevol om zijn talenten te verspillen. Iemand met verstand van zaken moest de<br />

verantwoordelijkheid dragen voor de opbouw van de vloot.<br />

In maart werden 60 nieuwe galeien te water gelaten. Drie nieuwe linieschepen die in<br />

Engeland waren gekocht kwamen aan in Riga. Een vierde dat in St. Petersburg was gebouwd<br />

ging voor anker bij Kroonslot. In mei waren 20 <strong>Russisch</strong>e linieschepen en bijna 200 galeien<br />

gereed voor de strijd. Daarnaast was De Tsaar in onderhandeling met Frederik IV van<br />

Denemarken om een eskader schepen te leveren voor de strijd tegen Zweden. 227<br />

Terwijl vice-admiraal Cruys vanuit Kazan smeekbrieven schreef om weer in actieve<br />

dienst te worden hersteld, voerde kapitein-commandeur Scheltinga het bevel over de vloot bij<br />

Kotlin. 228 De Tsaar had bevel gegeven om alle vaartuigen en officieren nabij Kotlin onder<br />

bevel te plaatsen van Scheltinga. 229 Er heerste op dat moment grote wanorde op de vloot. Het<br />

toewijzen van bemanningen aan schepen verliep erg langzaam. Om deze reden vroeg<br />

Scheltinga aan Apraksin alle onder- en opperofficieren van de scheepsgardisten 230 , onder zijn<br />

bevel te plaatsen zodat hij deze persoonlijk kon verdelen over de schepen. Veel schepen<br />

waren op dat moment vastgevroren in het ijs, waardoor er veel onderhoudswerk was. Helaas<br />

was er eveneens een tekort aan materiaal en scheepsbouwers. 231<br />

Vanwege het tekort aan vaklui om de schepen te onderhouden stuurde Apraksin<br />

majoor Fumkov met een aantal scheepsgardisten naar Kotlin. Scheltinga was<br />

verantwoordelijk voor de behuizing van deze soldaten. 232 Daarnaast rek<strong>ende</strong> de kapiteincommandeur<br />

op een lichting van 19.000 matrozen die eventueel tot bootsmansmaat<br />

gepromoveerd konden worden. Scheltinga uitte zijn bezorgdheid door te vermeldden dat hij<br />

de vloot wegens het tekort aan manschap niet op orde zou kunnen brengen. Naast<br />

manschappen vroeg hij de generaal-admiraal om masten, boegsprieten en stengen naar<br />

Kroonslot te sturen. 233<br />

Galei Prinzip<br />

In maart was er een schampavie vastgevroren in het ijs. Deze schepen vielen niet<br />

onder het bevel van Scheltinga en hij ondernam dan ook niets om het schip los te krijgen.<br />

226<br />

De Bie, 20 maart/ 9april 1714 ordinaris, ARA 21 toegang 1.01.04 inv. nr. 7367II. 34.<br />

227<br />

P.A. Krotov, De slag bij Hangö in 1714 (St. Petersburg 1996)237.<br />

228<br />

RGVAMF Fond 233, inv. 1, zaak 76; brieven van Cruys aan Apraksin (Kazan 2 juli, 3 juli, eind oktober O.S.)<br />

2-4.<br />

229<br />

No. 744; Brief van Apraksin aan Scheltinga (11 maart 1714 O.S.), Bronnen behelz<strong>ende</strong> de geschiedenis van<br />

de <strong>Russisch</strong>e vloot I, ministerie van maritieme zaken (St. Petersburg 1865) 467.<br />

230<br />

Soldaten die dienst deden op de schepen.<br />

231<br />

No. 746; Brief van Scheltinga aan Apraksin (Kotlin 13 maart 1714 O.S.), Bronnen behelz<strong>ende</strong> de<br />

geschiedenis van de <strong>Russisch</strong>e vloot I, ministerie van maritieme zaken (St. Petersburg 1865) 467.<br />

232<br />

No. 749; Brief van Apraksin aan Scheltinga (14 maart 1714 O.S.), Bronnen behelz<strong>ende</strong> de geschiedenis van<br />

de <strong>Russisch</strong>e vloot I, ministerie van maritieme zaken (St. Petersburg 1865) 469.<br />

233<br />

RGVAMF Fond 233, inv. 1, zaak 76; brief van Scheltinga aan Apraksin (Ritzaard 15 maart 1714 O.S.)10-11.<br />

49

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!