Marianne BroederMozarts milde zwanenzang:‘La clemenza di Tito’<strong>De</strong> vergiffenis van Tito staat symbool voor de humane grondgedachten van de Vrijmetselarij, die Mozartin de laatste periode van zijn leven op allerlei manieren in vele composities verwerkte: in tekst, toonzetting,instrumentatie en stemming, zelfs in het rooms-katholieke Requiem. La clemenza di Tito in het licht vanMozarts sterfjaar, een duizelingwekkende prestatie.10‘Als voor het keizerschap, goede goden,een streng hart vereist is,ontneem me dan het keizerschapof geef me een ander hart.Wolfgang Amadeus Mozart (Schilderij van Barbara Krafft, 1819)Als ik de trouw van mijn onderdanen,niet met liefde kan gewinnen,stel ik geen prijs op de trouwdie een vrucht van angst is’Het zijn de nobele woorden van keizer Titoals na een mislukte moordaanslag op hemhet Capitool in vlammen opgaat. Bedrogenen verraden is Tito door zijn beste vrienden.Niettemin luidt zijn algemeen pardon: ‘LaatRome vernemen dat ik dezelfde ben gebleven,en dat ik alles weet, alles vergeef enalles vergeet.’VrijmetselarijVriendschap, verdraagzaamheid, verzoeningen vergiffenis, de grondbeginselen vande Vrijmetselarij, zijn de centrale thema’sin La clemenza di Tito, die ook al doorklinkenin Zaide, Die Entführung aus dem Serail enmeest van al in Die Zauberflöte, waarin weSarastro, hogepriester van Osiris, horen zingen:‘In deze heilige muren, waar mens vanmensen houdt, kan geen verrader loeren,omdat de vijand wordt vergeven’. <strong>De</strong> humanitaireideeën van de Vrijmetselarij warenvoor Mozart, zeker vanaf 1782, belangrijkerdan het gedachtegoed van de katholiekekerk. Na de ‘Große Messe’, de Mis in c, (1783)schreef Mozart nauwelijks nog religieuzemuziek. <strong>De</strong> Vrijmetselarij, dat duistere, edelegilde ter making van een mooi mens, werd inzijn composities belangrijker dan de kerk.Vanaf die tijd verschenen werken voor deloge. Al in eerdere werken klinkt een humane,milde klank door: het Strijkkwartet in Cen de Jupiter-Sinfonie, maar meer prominentis de vrijmetselaarstoon in de FreimaurerCantates en Die Maurerfreude.Hoogtepunt in deze is zonder twijfel deMaurerische Trauermusik – een van de tederstetreurmarsen uit de muziekliteratuur, geschrevenvoor twee gestorven logebroeders.Onder meer door de bijzondere harmonischewendingen en de warme klank van de houtblazersweerspiegelt dit werkje diepdoorleefdegevoelens van rouw, bezinning en troost.Kennelijk speelde de controverse religie-Vrijmetselarij voor Mozart geen rol, wantzelfs het Requiem vertoont duidelijke kenmerkenvan de vrijmetselaarsmuziek, ondermeer door de berustende toon en de rol vanbassethoorns en fagotten.Mozarts laatste jaarZoals we weten en betreuren, heeft Mozartzijn Requiem niet kunnen afmaken, omdathij tijdens het schrijven zelf overleed. Wieweet had hij het wel voltooid, als er nieteen opdracht tussen was gekomen van hetBoheemse hof voor een opera om de kroningvan de Habsburgse keizer Leopold II alskoning van Bohemen te vieren. Binnen vierweken te leveren en toegespitst op de persoonlijkevoorkeur van de koning in spe.Leopold II, opvolger en jongere broer vanJoseph II, was vóór alles waar zijn dominantebroer tégen was, in het bijzonder de Vrijmetselarijén de opera seria. Dat verklaartde voorkeur van impresario Guardasoni voorMozart, be<strong>proef</strong>d in alle genres van de operaen overtuigd vrijmetselaar.Nu schijnt het dat Leopold ondanks zijnkennelijke verdraagzaamheid in verschillendehumane en culturele zaken, zelf ook nietin alle opzichten een clemente geest bezat,getuige de onmenselijke druk die hij opMozart liet uitoefenen. Het is even schrijnendals fascinerend te beseffen hoe Mozartin zijn laatste levensjaar, ziek en verzwakt,voortjagend van de ene compositie naar devolgende ook nog al zijn werkzaamhedenstop moest zetten om in no time La clemenzate schrijven: de opera die tenslottezijn zwanenzang zou worden. Mozart stierfin december 1791 en wie wat nauwkeurigerbekijkt wat Mozart schreef in de laatstemaanden van zijn leven, wordt het bijkanszwart voor de ogen. Naast zijn werk aan hetmet gruwel omklede Requiem – de obscureopdracht van een vreemde man in zwartgewaad – en Die Zauberflöte: in juli deFreimaurer Cantate, KV 619. Dan in éénmaand (augustus) La clemenza di Tito. Inseptember voltooide Mozart Die Zauberflöte,voortzwoegend aan het Requiem in oktoberhet Klarinetconcert en in november nog eenFreimaurer Cantate, KV 623.In een brief aan Lorenzo da Ponte uit dietijd schrijft hij: ‘Mijn hoofd is één en al verwarring,ik weet niet goed waar dit alles toeleidt, maar kan mijn ogen niet van het beeldvan die onbekende [de opdrachtgever vanhet Requiem, MB] afbrengen. Ik zie voortdurendvoor me hoe hij het stuk ongeduldigopeist. Ik werk verder omdat het componerenme minder vermoeit dan het uitrusten. Ergensvoel ik dat het uur van de dood voor mij zalslaan. Ik ben aan mijn eind nog voor ik hebkunnen genieten van mijn talent. Het levenwas zo mooi, mijn carrière zo veelbelovend,maar je kan nu eenmaal niet over je lot beschikken.Niemand weet hoeveel dagen hijnog te leven heeft. [...] Ik besluit, want dit ismijn dodenzang en ik mag hem niet onvoltooidachterlaten.’VrijmetselaarsaspectenOnder dit gesternte arriveerde Mozart eindaugustus 1791 – vier weken na de opdrachtvan het Boheemse hof – in Praag met zijnvoltooide La clemenza di Tito. Zoals Mozartalle genres in de opera – de Napolitaanseopera, de Italiaanse opera buffa, de opéracomiqueen zelfs de tragédie-lyrique – verwerktetot een nieuwe vorm, schreef hij ookmet La clemenza niet een opera seria in de
11Inwijding in een Weense loge. Geheel rechts: Mozart (Anoniem schilderij, ±1790)conventionele en overigens toen al verouderdezin. Onder meer door het toevoegenvan ensembles: instrumentaal én de drieduetten, drie terzetten, het kwintet aan heteinde van de eerste akte en het slotsextetvan de tweede akte, alsmede het gebruik vanvele recitativi accompagnati. Overeind bleefhet karakter van de opera seria, waarin destemming en gemoedstoestand van de personagesin de omstandigheden waarin zeverkeerden vooropstond.<strong>De</strong> tegen die tijd vertrouwde aspecten vande vrijmetselaarsmuziek zijn in La clemenzaalle te horen. Waarschijnlijk heeft Mozart zezelf bedacht (in de loge golden geen bindenderegels): de milde, berustende toon; de driedeling;de voorkeur voor de rotsvaste toonsoortC-groot (symbool voor vriendschap) –hier afgewisseld met een schurend d-klein,dat het geschonden vertrouwen tussen keizerTito en zijn belager Sesto genadeloosneerzet – en een prominente rol voor houtblazers.<strong>De</strong>ze lijken trouwens hier ook eensymbolische functie te hebben: de klarinet– én Mozarts favoriete bassetklarinet – alsinstrument van liefde en schoonheid; de hoboals klachtinstrument, klinkend bij smart enafscheid; de fluit als het instrument van destandvastigheid en de fagot, instrument vanplechtstatigheid. Kenmerkend zijn ook destiltes in de muziek, zelfs binnen de aria’s.‘Mildheid’ is het sleutelwoord, niet alleenin de tekst (Caterino Mazzolà’s bewerkingvan Pietro Metastasio’s befaamde libretto),maar tevens in de toonzetting: hoe extreemhoog de gevoelens ook oplopen, de muziekblijft gematigd in stemming en tempo.Eerste akte, het complot<strong>De</strong> Romeinse keizer Tito Vespasiano (79-81n. Chr.), geliefd om zijn edele karakter, zalzijn liefde voor de joodse prinses Bereniceverzaken om een andere, ‘geschikte’ vrouwtot bruid te kiezen. Vitellia, een van de gegadigden,beraamt verteerd door onzekerheiden jaloezie een moord op de keizer, uitte voeren door hun gemeenschappelijkevriend Sesto. Als Tito tenslotte besluit metVitellia te trouwen, lijkt het te laat: het Capitoolstaat in lichterlaaie. Tito ontsnapt aande verbrandingsdood.Hoe gruwelijk ook, het verhaal is op zichzelfeenvoudig. Belangrijk voor Mozart wasde gevoelsmatige ontwikkeling van de personages,geheel in de geest van de humanevrijmetselaarsideeën. Hoor de liefdevollewoorden in het duettino <strong>De</strong>h prendi un dolceamplesso... (‘Ach laat je teder omhelzen, mijntrouwe vriend; en de hemel geve dat onzevriendschap voor immer behouden blijft’)van Annio wanneer hij zijn vriend Sesto omde hand van zijn zuster vraagt. Of de koorariaSerbate, oh <strong>De</strong>i custodi... (‘Beschermto goden, die over Rome waakt, in Tito derechtvaardige, de sterke, de roem van onzetijd’), ingeleid door een plechtstatige mars.En het warmbloedige Andante <strong>De</strong>l più sublimesoglio, waar Tito verklaart dat de enigewaarde van de macht voor hem gelegen is in‘de gelukkige uren waarin ik de verdruktenhelp, vrienden begunstig en deugdzaamheidrijkelijk beloon.’En dan is er die typische ‘vrijmetselaarsaria’Parto, ma tu ben mio..., met obligaatbassetklarinet, waar Sesto’s verwardebesluit tot de moord – in feite een liefdesbetuigingaan Vitellia – tot rijping komt. Vaneen langgerekt Adagio ‘Parto parto...’ (Ik ga,maar jij, mijn lief, sluit vrede met mij’), viaeen geëxalteerd Allegro ‘Guardami, e tuttoobblio...’ (‘Kijk me aan, en ik vergeet alles enik haast me je te wreken’) tot de bittere conclusie‘Sarò qual più ti piace...’ (‘Ik zal zijnzoals jij het ’t liefste wilt, wat jij wenst zal ikdoen’).In het superieure slotkwintet van de eersteakte, een aangrijpend Andante, klinkthet weeklagen van allen over het moorddadigverraad. ‘Qual destra rea macchiarsi...’(‘Welke schuldige hand heeft zich met zo’nmisdaad kunnen bezoedelen? […] Ach nuis de ster gedoofd, de vredestichter is dood’)tegen de achtergrond van het verslagen,diepgeschokte volk, ‘Oh nero tradimento...’(‘O zwart verraad, o dag van smart’). Eenvoorloper bijna op de dramatische rol die hetkoor in de 19de eeuw in de opera zou krijgen.Tweede akte, de gevoelensSpeelt de gruwelijke geschiedenis zich invrij rap tempo af in de eerste akte, de tweedebiedt plaats aan de verscheurde gevoelensvan de personages. En weer overheerst demildheid. Niemand gaat dood, wordt krankzinnigof hysterisch, terwijl daar beslist aanleidingtoe is. Allen komen na een heftigestrijd met conflicterende gevoelens tot eenevenwichtig inzicht.Nerveuze strijkerstremoli geven Sesto’sangst weer bij ‘Quello di Tito è il volto!’ (‘Isdat Tito’s gezicht? Ach, waar, o hemel, is zijnmildheid gebleven? Nu doet hij me sidderen’),