23 magazine Leef!
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Interview<br />
Ik rommelde maar gewoon mee<br />
‘Mijn zicht was altijd al slecht, maar ik wist niet beter.’ Jan<br />
(1951) heeft een aangeboren netvliesaandoening. Retinitis<br />
pigmentosa; een ernstige oogziekte. Op school zat Jan vooraan<br />
in de klas en rommelde maar gewoon mee. ‘Ik had geen<br />
vergelijk. Ik zag zes letters in een oogopslag, andere kinderen<br />
een hele zin. Dat wist ik niet. Zij én ik wisten gewoon<br />
niet hoe slecht mijn zicht was. Het was dan ook nooit een<br />
excuus. Ik voetbalde bij van Nispen. Uiteraard, want in De<br />
Zilk was er niks anders te doen. Ik moest het hebben van m’n<br />
gehoor en vage beelden. Waar een groepje spelers was, daar<br />
was vast ook de bal. Ik kon wel heel hard rennen, ik sprintte<br />
iedereen eruit.’ Hij had talent, maar gym op school bestond<br />
in zijn tijd helaas nog niet. ‘Had ik in Lisse gewoond, dan<br />
was ik vast op atletiek bij de Spartaan gegaan. Maar niet<br />
vanuit De Zilk. Hardrennen op straat? Dat deed niemand.<br />
Dan was je niet goed bij je hoofd.’<br />
Top 12 van Nederland<br />
Rond zijn 29e ging Jan, hij woonde inmiddels in Noordwijkerhout,<br />
fanatiek hardlopen. ‘Toen ik een jaar of 35 was,<br />
behoorde ik tot de beste atleten van de streek. Ik heb de<br />
halve marathon van Katwijk gewonnen en verschillende<br />
wedstrijden op de baan. Rond mijn 36e liep ik bij het NK de<br />
5 en 10 kilometer. Hoorde ik bij de top 12 van Nederland. En<br />
het meest bijzondere was dat ik het hele jaar op dat niveau<br />
ben gebleven. Voor de kenners; 14.20 op de 5 en 29.53 op<br />
de 10 kilometer. Die tijden, daar ben ik trots op. Het doet<br />
me goed, de wetenschap dat ik zo’n motor in me heb.’<br />
Jan straalt. ‘Ik heb ook gefietst, zelfs triatlons gedaan. Hard<br />
fietsen was best riskant, maar daar gaf ik toen niet veel om.<br />
Later ben ik met een fietsmaatje de weg opgegaan, dat was<br />
veiliger. Dan riep ze van achteren ‘Tegenligger!’ Fiets je met<br />
beperkt zicht, dan moet je verdedigend rijden. Dus goed<br />
rechts rijden en niet passeren als je niet zeker weet dat het<br />
veilig is. Maar ik schatte het steeds vaker slecht in. Het ging<br />
een paar keer mis en de spanning werd groter dan het<br />
plezier. Zo’n 2 jaar geleden ben ik van de racefiets gestapt.’<br />
Schaatsen en zwemmen<br />
20 jaar geleden is Jan met tien man schaatsles gaan nemen<br />
in Haarlem. Van de harde kern zijn er nog vier over, de rest is<br />
‘vers’ aangevuld. ‘Het is gewoon een vriendengroep geworden.<br />
We schaatsen geen wedstrijden, maar werken aan onze<br />
techniek; met zo min mogelijke inspanning zo goed mogelijk<br />
resultaat behalen. Vier jaar geleden had ik nog wat zicht<br />
met links. Maar dat oog ziet niks meer. Als ze me binnendoor<br />
passeren…dat zie ik niet. Als ik naar links wil, dan moet ik<br />
eigenlijk over rechts omkijken. Hopelijk gaat het komend<br />
seizoen nog goed.’ Ook met zeewater heeft Jan wel wat.<br />
Veertien jaar geleden heeft hij met Nelly -zijn vrouw- bij<br />
Langevelderslag een jaar lang dagelijks in zee gezwommen.<br />
‘We hadden zin in een uitdaging. Meestal zwommen we aan<br />
het begin van de dag. Was het heel slecht weer, dan had je ’t<br />
de rest van de dag enorm naar je zin. Want dan had je ’t ergste<br />
van de dag al gehad!’ Hij zwemt niet meer dagelijks, maar<br />
’s zomers wel vaak. ‘Ik denk dat ik straks nog even lekker ga.’<br />
Ik ontkende mijn beperking<br />
Jan ging met vrienden mee naar de LTS. ‘Maar ik was<br />
natuurlijk totaal ongeschikt als hout- of metaalbewerker.<br />
In de puberteit vond ik het moeilijk. Toen werd steeds<br />
duidelijker dat er iets heel erg mis was. En dat ik heel veel<br />
beroepen niet kon uitoefenen. Geen vrachtwagenchauffeur.<br />
Geen postbode…Geen…’ Het is even stil. ‘In deze tijd<br />
zou ik met een rugzakje naar de havo zijn gegaan, maar dat<br />
bestond toen niet.’ En dus deed Jan het op zijn manier. Hij<br />
volgde de leao, deed op zijn 21e via de LOI mavo-4 in drie<br />
jaar en volgde mbo sociale dienstverlening. Jan kreeg een<br />
uitkering en werkte daarnaast. Bijvoorbeeld bij vormingscentrum<br />
De Mast in Noordwijkerhout en in de thuiszorg.<br />
Rond zijn 30e liep hij vast, hij kreeg een burn-out. ‘Ik had<br />
te lang boven mijn macht gewerkt en mijn beperking<br />
bijna volledig ontkend. In ben in 1981 een jaar intern gaan<br />
revalideren in Apeldoorn bij Visio het Loo Erf. Daar heb ik<br />
geleerd dat ik een beperking mág hebben. Dat ík belangrijk<br />
ben en moet vertrouwen op mijn eigenwaarde. Mijn aandoening<br />
is niet mij vijand, daar moest ik anders naar leren<br />
kijken. Sindsdien voelt het leven wel lichter.’<br />
Van maatje naar mantelzorger<br />
In Apeldoorn nam Jan de beslissing om sportmasseur te<br />
worden. ‘In dat werk was ik niet heel sterk van mijn zicht<br />
afhankelijk, het is sociaal werk én ik bleef in contact met<br />
andere sporters. Ik heb hier aan huis gemasseerd, bij<br />
verenigingen -zoals de Spartaan- en heb ook veel stoelmassages<br />
gegeven. Dat deed ik bij bedrijven, ook via de<br />
organisatie Chairman at Work. Heel leuk om te doen.<br />
Inmiddels ben ik gepensioneerd en gestopt met masseren.<br />
Maar voor vrienden maak ik nog wel een uitzondering.’<br />
Jaren geleden stond Jan op de ZieZo-beurs in Utrecht met<br />
stoelmassages. Even voor sluitingstijd wilde een vrouw<br />
snel nog even op de stoel; dat was de start van een goede<br />
vriendschap. ‘Antje heeft ook een oogaandoening. Samen<br />
hebben we veel ondernomen; dagjes weg, reisjes, museumbezoek;<br />
veel via de sociëteit voor blinden en slechtzienden.’<br />
Helaas kreeg Antje dementie. ‘Toen ben ik van maatje<br />
naar mantelzorger gepromoveerd.’ Hij lacht. ‘Hoe dat<br />
werkt? Ze woont nog zelfstandig en wil eigenlijk geen hulp.<br />
Dus hebben we een telefooncirkel met z’n tweetjes (grijns),<br />
we bellen iedere dag. Krijg ik geen contact, dan kan haar<br />
buurman even gaan kijken. Maar is het nodig, dan ga ik er<br />
direct naartoe. Ik ga sowieso twee keer per week bij haar<br />
langs in Zoetermeer.’<br />
Hoe gaat dit aflopen?<br />
Zo’n twee jaar geleden werd Nelly ernstig ziek, het bleek<br />
longkanker. ‘Een verschrikkelijk beangstigende tijd.<br />
Chemo, bestraling, operatie…Ze heeft meerdere keren op<br />
de IC gelegen. Dat kon me echt aanvliegen. Je weet niet<br />
hoe het afloopt... Ze kan geen 50 meter zonder rollator<br />
lopen en in huis kan ze nog niet veel. Dus dat doe ik.<br />
Koken, wassen, boodschappen…In en rond het huis weet<br />
ik prima mijn weg te vinden. Als ik vrienden op straat<br />
tegenkom, dan roepen ze vaak even hun naam. Dan weet<br />
ik wie het is, al hoor ik dat meestal wel.’ Met Nelly gaat hij<br />
er zo veel mogelijk op uit. ‘We gaan lopen buiten, dan zit zij<br />
in de rolstoel. Of we gaan er met een duofiets op uit, van<br />
Munnekeweij. Rondje Noordwijk, of naar het Panneland.<br />
Of samen een biefstukje eten in de Ruigenhoek.’ Bij het<br />
fietsen kijkt Nelly met hem mee. ‘Kunnen we nu?’ vraag ik<br />
dan. Ja, dat ze meekijkt is voor ons zo vanzelfsprekend.’ Hij<br />
is even stil. ‘Hoe het verder gaat, dat moeten we afwachten.<br />
Maar ze is herstellende. Daar houden we ons aan vast.’<br />
57