COLLECT België Maart 2024
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Frans Van Paemel, Academische studie naar levend model:<br />
staand mannelijk naakt met buste van Proserpina<br />
en wapenschild, 1778. Collectie Groeningemuseum.<br />
en Frankrijk, het idee dat de traditionele structuren<br />
niet aan de verwachtingen voldeden. De<br />
nieuwe generatie streefde ernaar de wereld<br />
van de kunst te moderniseren. Academies<br />
werden gepromoot om ook het artistieke<br />
ideaal van de gedistingeerde en gecultiveerde<br />
kunstenaar vorm te geven en uit te dragen.<br />
Albertus De Wilde, naar een prent van Gilles Demarteau, naar een tekening van Louis-Simon Boizot.<br />
Collectie Groeningemuseum.<br />
Een leerling begon<br />
onderaan de ladder.<br />
Aan de hand van<br />
wedstrijden was<br />
het mogelijk op te<br />
klimmen naar een<br />
hogere klas.<br />
lende academies opgericht in Vlaanderen<br />
en Brabant. Het werk was evenzeer bedoeld<br />
voor de professionele kunstenaar als voor de<br />
kunstliefhebber in het algemeen.<br />
Ook het aantal particuliere collecties en<br />
verkoopzalen steeg sterk in de Nederlanden.<br />
Kunstobjecten maakten net zoals in<br />
Frankrijk steeds meer het onderwerp uit van<br />
aparte veilingen, met een eigen cultuur en<br />
etiquette. En steeds meer werken stonden ter<br />
beschikking van reizigers die in andere steden<br />
kunstwerken in openbaar en privaat bezit<br />
wilden aanschouwen. Hierbij voegde zich<br />
het enthousiasme van een nieuwe generatie<br />
kunstenaars, zoals de schilder André Corneille<br />
Lens (1739-1822), die voor veranderingen in<br />
het vak pleitten. Uit deze cocktail groeide,<br />
geïnspireerd door de gebeurtenissen in Italië<br />
HET ACADEMISCHE CURRICULUM<br />
Binnen tal van deze Europese instellingen<br />
was het onderwijsprogramma bijzonder<br />
gelijkaardig, hoewel het aangeboden lessenpakket<br />
van plaats tot plaats enigszins kon<br />
verschillen. Binnen de academies leerden de<br />
studenten tekenen naar achtereenvolgens<br />
prenten, plaaster en het leven.Van noord<br />
tot zuid en van oost tot west: niet zelden<br />
waren de beschikbare gravures, gipsen of<br />
plaasteren sculpturen en poses van het<br />
model identiek. Het onderwijs bestond uit<br />
het collectief in stilte oefenen in het tekenen<br />
en het opvolgen van raadgevingen van de<br />
professor. Daarnaast had nagenoeg elke<br />
tekenschool en academie in Europa een<br />
onderwijssysteem gebaseerd op imitatie en<br />
emulatie. Dit evolueerde van eenvoudige<br />
naar meer complexe aspecten van de tekenkunst<br />
en betrof onder meer de centraliteit<br />
van het figuurtekenen en een terugkeer naar<br />
de antieke kunst. Slechts zelden werden<br />
schilderlessen aangeboden, al verscheen in<br />
de loop van de 19e eeuw het schilderen als<br />
technische praktijk overal op de onderwijsagenda.<br />
In Brussel gebeurde dat bijvoorbeeld<br />
54