Jaarboek natuurstudie 2000 (1.41 mb, .pdf) - Natuurpunt Velpe-Mene
Jaarboek natuurstudie 2000 (1.41 mb, .pdf) - Natuurpunt Velpe-Mene
Jaarboek natuurstudie 2000 (1.41 mb, .pdf) - Natuurpunt Velpe-Mene
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Natuurreservaten Oost-Brabant • <strong>Jaarboek</strong> <strong>natuurstudie</strong> <strong>2000</strong><br />
Enkele tips voor een Sleedoornpagevriendelijk beheer van hagen, houtkanten en bossen:<br />
• Snoeien gebeurt best eind juli/ begin augustus. De poppen van de vlinder bevinden zich dan op de<br />
grond en de meeste jonge vogels zijn dan uitgevlogen.<br />
• Best met een tussenperiode van een vijftal jaren snoeien, zo blijft het struweel vitaal.<br />
• Akkerranden niet bespuiten met pesticiden. Het beste is om een onbewerkte rand langs de hagen en<br />
bosranden te laten.<br />
• Nieuwe hagen laten ontwikkelen of eventueel aanplanten en zo verbindingen herstellen of creëren.<br />
• Markante bomen in hagen, bosranden of op open plaatsen in het bos behouden.<br />
• Bomen in bossen kunnen best in rotatie geveld worden.<br />
Besluit<br />
In totaal werd de Sleedoornpage binnen het onderzoeksgebied in 52 nieuwe 1 x 1 km UTM-hokken<br />
gevonden en dit gespreid over 19 atlashokken (5 x 5 km) in een gebied dat ongeveer 24 atlashokken<br />
groot is! De soort was in Vlaanderen reeds in 28 atlashokken gekend en door deze inventarisatie zijn<br />
er 15 bijgekomen. Dit brengt het totaal aantal hokken voor Vlaanderen op 43! Tezamen met de<br />
gegevens uit deze inventarisatie lijkt de soort nog meer dan daarvoor een soort te zijn die vooral in<br />
Brabant voorkomt. De bolwerken situeren zich in de meest kalkrijke regio’s van de Leemstreek.<br />
Gericht speurwerk in de hele Vlaamse Leemstreek zou ongetwijfeld nog een heleboel nieuwe plaatsen<br />
kunnen opleveren.<br />
Met de voorlopige resultaten kunnen er geen uitspraken gedaan worden over een voor- of<br />
achteruitgang van de soort. De populaties in het landelijk gebied staan hier alleszins reeds vele<br />
tientallen jaren onder sterke druk en heel wat geschikt leefgebied is dan ook sterk gekrompen of<br />
verdwenen. Hoopgevende verwezenlijkingen op terrein zijn de oprichting van natuurreservaten en de<br />
natuurontwikkeling in de vallei van de Schoorbroekbeek.<br />
De aanwezigheid van Sleedoornpage in het stedelijke gebied duidt erop dat kleine en minder<br />
‘natuurlijke’gebieden ook belangrijk kunnen zijn.<br />
Dankwoord<br />
In de eerste plaats wil ik Jorg La<strong>mb</strong>rechts, Patrik Oosterlynck, Freek Verdonckt, Koen, Pieter en Hugo<br />
Abts, Piet en Jan Struyf, Pieter Vanormelingen en Georges Buelens bedanken voor het mee speuren<br />
naar eitjes op de struiken en de extra waarnemingen die ik van hen ontving.<br />
Verder nog een woord van dank aan de mensen die in andere regio’s initiatief genomen hebben om<br />
achter Sleedoornpage-eitjes te gaan speuren. Dit zijn Thomas Merckx, Inge Brichau, Koen Berwaerts<br />
en Bart Vercoutere. Mark Lehouck wordt bedankt voor de foto en de aanvullende informatie over deze<br />
soort.<br />
Mvr. Jans wordt uitdrukkelijk bedankt voor de toestemming om de tekeningen van wijlen Paul Jans te<br />
mogen gebruiken.<br />
• 34 •