CODEX VOOR GEVAARLIJKE GOEDEREN - Port of Antwerp
CODEX VOOR GEVAARLIJKE GOEDEREN - Port of Antwerp
CODEX VOOR GEVAARLIJKE GOEDEREN - Port of Antwerp
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
8.1<br />
1.8 Indien de erfpacht- <strong>of</strong> concessiehouder <strong>of</strong> hun aangestelde(n) vaststellen dat er zich op de<br />
opslagplaats gebeurtenissen voordoen m.b.t. gevaarlijke goederen, die ernstige gevolgen<br />
hebben <strong>of</strong> kunnen hebben, dienen zij onverwijld de nodige meldingen aan de bevoegde<br />
autoriteiten te doen zoals voorzien in de "Algemene voorwaarden voor het behandelen van<br />
gevaarlijke goederen in de haven van <strong>Antwerp</strong>en". Deze melding ontslaat de exploitant niet van<br />
de verplichting met eigen middelen en eigen veiligheidsdienst onverwijld de nodige maatregelen<br />
te treffen ter voorkoming van bijkomende ongevallen en/<strong>of</strong> de uitbreiding ervan tot een ramp.<br />
1.9 Op de opslagplaatsen moeten voldoende middelen aanwezig zijn om bij ongeval met<br />
gevaarlijke goederen onmiddellijk de nodige maatregelen te kunnen treffen. Deze middelen<br />
moeten door de exploitant gekozen worden in functie van de aard der opgeslagen gevaarlijke<br />
goederen en aangepast zijn aan het volume der verpakkingseenheden, zoals overmaatse<br />
vaten, een lekbak, absorptiemateriaal, veiligheidskledij en publicaties die informatie geven over<br />
het product en te nemen maatregelen i.g.v. nood (vb. MSDS-KNAP- BIG – ERICARDS - ERG.<br />
In overeenstemming met de brandweer dienen de nodige brandbestrijdingsmiddelen<br />
aangebracht te worden.<br />
2. Bijkomende specifieke voorwaarden.<br />
2.1 Voor nieuwe magazijnen.<br />
2.1.1 Opvang van chemicaliën en blusvloeist<strong>of</strong>.<br />
a) Alle magazijnen voor gevaarlijke goederen dienen <strong>of</strong>wel voorzien van een vloeist<strong>of</strong>dichte<br />
inkuiping <strong>of</strong>wel van een vloeist<strong>of</strong>dichte vloer die licht hellend dient uitgevoerd zodat<br />
lekvloeist<strong>of</strong> <strong>of</strong> bluswater naar één <strong>of</strong> meerdere op veilige afstand buiten het magazijn<br />
gelegen opvangtanks <strong>of</strong> - bekkens wordt afgevoerd.<br />
De inkuiping <strong>of</strong> vloer dient voldoende chemische inertheid en mechanische weerstand te<br />
bieden aan de opgeslagen goederen.<br />
b) De opvanggoten worden zo gedimensioneerd dat de te verwachten<br />
bluswaterhoeveelheden zo veel mogelijk opgevangen kunnen worden en afgevoerd naar<br />
de opvanginrichting. Deze dient de nodige waarborgen te bieden qua bestendigheid en<br />
vloeist<strong>of</strong>dichtheid.<br />
c) Het inhoudsvolume van de inkuiping en/<strong>of</strong> de opvanginrichting bedraagt minstens 0,5 m³<br />
per ton opgeslagen gevaarlijke goederen.<br />
d) De opvangtanks en -bekkens worden derwijze ontworpen dat het terugvloeien van<br />
bluswater te allen tijde voorkomen wordt. De opvangtanks dienen voorzien te zijn van de<br />
nodige vlamterugslag-beveiliging en moeten afgesloten kunnen worden t.o.v. de<br />
opvanggoten. De toezichtputjes dienen uitgerust met een vloeist<strong>of</strong>niveaudetectie.<br />
C.G.G. – 1/2007