13.05.2015 Views

hoe werkt een gemeente - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

hoe werkt een gemeente - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

hoe werkt een gemeente - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

komen de lagere overheden, ook wel decentrale overheden genoemd, aan de orde. De artikelen 123 tot en<br />

met 132 <strong>van</strong> hoofdstuk 7 <strong>van</strong> de Grondwet zijn gericht op de organisatie waar jij werkzaam bent: de<br />

gem<strong>een</strong>te, één <strong>van</strong> de verdiepingen <strong>van</strong> het huis <strong>van</strong> Thorbecke.<br />

Een voorbeeld <strong>van</strong> het belang <strong>van</strong> de grondwettelijke bepalingen met betrekking tot gem<strong>een</strong>ten is artikel<br />

124. Daarin is, samengevat, vastgelegd dat gem<strong>een</strong>ten twee hoofdtaken te vervullen hebben. De regeling<br />

en het bestuur <strong>van</strong> hun huishouding, ook wel autonomie genoemd, en uitvoering geven aan opdrachten<br />

<strong>van</strong> andere overheden, ook wel medebewind genoemd.<br />

De Gem<strong>een</strong>tewet en de komst <strong>van</strong> het duale stelsel<br />

Het kader dat hoofdstuk 7 <strong>van</strong> de Grondwet biedt voor de organisatie, bevoegdheden en het functioneren<br />

<strong>van</strong> gem<strong>een</strong>ten is uitge<strong>werkt</strong> de Gem<strong>een</strong>tewet. Ook die wet uit 1851 is afkomstig <strong>van</strong> Thorbecke. Na 1851<br />

is de Gem<strong>een</strong>tewet <strong>een</strong> behoorlijk aantal malen gewijzigd.<br />

Een <strong>van</strong> de belangrijkste beginselen die in de Gem<strong>een</strong>tewet is vastgelegd is het zogeheten<br />

decentralisatiebeginsel. Dat beginsel houdt in dat de uitvoering <strong>van</strong> landelijke overheidstaken wordt<br />

opgedragen aan de bestuurslaag die het dichtst bij de burger staat. En inderdaad: dat is de<br />

overheidsorganisatie waarin jij werkzaam bent.<br />

Een belangrijke wijziging <strong>van</strong> de Gem<strong>een</strong>tewet dateert uit 1994. Toen werd het primaat <strong>van</strong> de raad<br />

verstrekt. De meest ingrijpende wijziging <strong>van</strong> de Gem<strong>een</strong>tewet echter dateert <strong>van</strong> 2002 en is <strong>een</strong> gevolg<br />

<strong>van</strong> de komst <strong>van</strong> de Wet dualisering gem<strong>een</strong>tebestuur. Die wet leidde tot <strong>een</strong> stevige verbouwing <strong>van</strong> de<br />

gem<strong>een</strong>telijke verdieping <strong>van</strong> het Huis <strong>van</strong> Thorbecke. Zonder overdrijving is dit <strong>een</strong> ware breuk met het<br />

verleden. Het bleef niet bij het ver<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> het behang, wat nieuwe vloerbedekking en <strong>een</strong> nieuw likje<br />

verf. Er werden fundamentele veranderingen doorgevoerd.<br />

Er werd in 2002 afscheid genomen <strong>van</strong> de monistische verhoudingen tussen gem<strong>een</strong>teraad en college <strong>van</strong><br />

burgemeester en wethouders. In die verhouding was de grondwettelijke positie <strong>van</strong> de raad als hoofd <strong>van</strong><br />

de gem<strong>een</strong>te uitgangspunt. Op basis daar<strong>van</strong> gold als hoofdregel, dat de raad zowel de regelgevende<br />

bevoegdheid als de bestuursbevoegdheid had en daarmee dus beleidsbepalend was. Het college beschikte<br />

’slechts’ over die bevoegdheden op grond <strong>van</strong> expliciete delegatie door de raad of wanneer <strong>een</strong><br />

medebewindswet zo’n bevoegdheid uitdrukkelijk aan het college toekende. Binnen de monistische<br />

verhoudingen had het college <strong>een</strong> <strong>van</strong> de raad afgeleide en daarmee feitelijk aan de raad ondergeschikte,<br />

positie. Die verhouding was ook terug te vinden in de Gem<strong>een</strong>tewet. Daar<strong>van</strong> drie voorbeelden:<br />

o Wethouders werden door en uit de raad gekozen. Maar wethouders bleven na hun verkiezing ook lid<br />

<strong>van</strong> de raad. College en raad waren in de persoon <strong>van</strong> de wethouder dus niet gescheiden.<br />

o Het college had als hoofdtaak de voorbereiding en uitvoering <strong>van</strong> besluiten <strong>van</strong> de raad. Aan die taak<br />

<strong>van</strong> het college lag <strong>een</strong> vertrouwensrelatie tussen raad en college ten grondslag.<br />

o Het sluitstuk <strong>van</strong> die vertrouwensrelatie was de bevoegdheid <strong>van</strong> de raad om <strong>een</strong> wethouder die het<br />

vertrouwen niet meer had te ontslaan.<br />

Hoe anders kwam de gem<strong>een</strong>telijke wereld er als gevolg <strong>van</strong> de Wet dualisering gem<strong>een</strong>tebestuur uit te<br />

zien.<br />

Aan de Wet dualisering gem<strong>een</strong>tebestuur lag het werk ten grondslag <strong>van</strong> de Commissie Elzinga. Een<br />

naam om te onthouden. Elzinga en de zijnen signaleerden onder meer dat raad en college zich in de<br />

praktijk steeds dualistischer waren gaan gedragen. Het college werd steeds meer ’besturend’ en de raad<br />

steeds meer ’controlerend’. De verschillende posities <strong>van</strong> wethouders en raadsleden waren daardoor, niet<br />

in de laatste plaats voor burgers, steeds onduidelijker geworden.<br />

9

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!