13.07.2015 Views

10429_infocus_parkinson_bw_17_tot

10429_infocus_parkinson_bw_17_tot

10429_infocus_parkinson_bw_17_tot

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

(46%) dan in de GPi-groep (26%). Daarnaast trad in de STN-groepeen beter effect wat betreft de beperkingen in de ‘off’-fase, loop- enbalansproblemen op. Er werd geen significant verschil in bijwerkingengevonden. Het ligt dan ook voor de hand om bij <strong>parkinson</strong>patiënten diein aanmerking komen voor diepe hersenstimulatie te kiezen voor stimulatievan de STN. 116Diepe hersenstimulatie wordt relatief laat in het ziekteproces toegepast.Een onderzoek met 251 patiënten (gemiddelde leeftijd 52 jaar; gemiddeldeziekteduur 7,5 jaar), waarvan de bevindingen onlangs in de NewEngland Journal of Medicine verschenen, toonde dat deze interventieeerder in het ziektebeloop kan worden gedaan (Early Stim Study).De primaire uitkomstmaat was de veranderde kwaliteit van leven natwee jaar, vastgesteld met een ziektespecifieke vragenlijst (Parkinson’sDisease Questionnaire-39). Bij de deelnemers die diepe hersenstimulatieondergingen, verbeterde de PDQ-39-score met gemiddeld 7,8punten, terwijl de patiënten die alleen met medicatie werden behandeld,gemiddeld 0,2 punten verslechterden (p = 0,002). 1<strong>17</strong> Bij DBS werd ookeen bescheiden positief maar variabel effect aangetoond in de diversestudies op NMS, zoals op slaap en mictie met een significant effect opobstipatie, licht in hoofd gevoel, vermoeidheid en vallen (zie figuur 3). 118-120TherapietrouwOmdat het overslaan van een dosering van anti-<strong>parkinson</strong>medicatie vaakleidt <strong>tot</strong> een toename van de ziekteverschijnselen, lijkt het een logischegedachte dat <strong>parkinson</strong>patiënten een relatief goede therapietrouw zoudenhebben. Ook bij deze populatie is echter sprake van een matige therapietrouw.Dit is ongewenst, omdat een constante inname van deze medicatieessentieel is voor het bereiken van plasmaspiegels en een optimaalbehandeleffect. Risicofactoren voor een suboptimale therapietrouw zijnhet aantal innamemomenten per dag van de anti-<strong>parkinson</strong>medicatie, 121polyfarmacie, depressie en cognitieve functiestoornissen.Het is mogelijk om de therapietrouw te verbeteren met farmacotherapeutischeaanpassingen en gedragsinterventies. Hierbij kunnen modernecommunicatiemiddelen, waaronder sms-alerts, intelligente medicijndoosjesen laagdrempelig contact via nieuwe media een bijdrage leveren.De meerwaarde van dergelijke interventies is echter nog niet wetenschappelijkonderzocht. 12258 InFocus Niet-motorische verschijnselen bij de ziekte van Parkinson

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!