22.08.2013 Views

Barbieri Thesis - BioMedical Materials program (BMM)

Barbieri Thesis - BioMedical Materials program (BMM)

Barbieri Thesis - BioMedical Materials program (BMM)

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Samenvatting<br />

De behoefte aan een degradeerbaar composiet materiaal van osteoinductieve<br />

keramische poreuse granulen en een polymeer voor gewichtdragende bot locaties komt<br />

voort uit de mechanische kwetsbaarheid van keramische implantaten. Daarnaast is<br />

degradatie van de keramische implantaat vereist om een volledige genezing van het<br />

defect mogelijk te maken. In hoofdstuk 3 van dit proefschrift is beschreven hoe een<br />

osteoinductief poreus composiet met poly(D, L-lactide) en nano-apatiet deeltjes<br />

gemaakt kan worden. De anorganische component van dit composiet zorgt voor een<br />

oppervlakte microstructuur waarvan wordt aangenomen dat deze verantwoordelijk is<br />

voor het osteoinductieve potentieel van het materiaal. Om de mechanische<br />

eigenschappen te verbeteren zijn composieten gemaakt met een homogeen apatiet<br />

distributie (hoofdstuk 4). Ondanks thermische en mechanische degradatie van het<br />

polymeer, kan extrusie gebruikt worden bij het maken van homogene composieten met<br />

mechanische eigenschappen vergelijkbaar aan die van (droog) bot (hoofdstuk 4).<br />

Extrusie verlaagt het moleculair gewicht van de polymere fase van de composiet. Het<br />

uiteindelijke moleculair gewicht is afhankelijk van de start moleculair gewicht van het<br />

polymeer (hoofdstuk 4, 5). Deze laatste eigenschap heeft grote invloed op de viscoelastische<br />

eigenschappen van de gemaakte composieten. Dit in tegenstelling tot<br />

composieten die zijn gemaakt via een oplosmiddel methode (hoofdstuk 3), die geen<br />

degradatie van het polymeer laten zien maar wel een inhomogeen composiet<br />

opleveren. Daarmee is aangetoond dat de methode die gebruikt wordt voor het maken<br />

van composieten een belangrijke invloed heeft op de mechanische en degradatie<br />

eigenschappen van het composiet.<br />

Het apatiet gehalte in een composiet is bepalend voor het osteoinductieve potentieel<br />

(hoofdstuk 3). Composieten met een apatiet gehalte van meer dan 40 % (in gewicht)<br />

laten heterotope botvorming zien. Daarbij wordt, door het toenemende apatiet gehalte,<br />

het composiet ook stijver en de wateropname verhoogd (hoofdstuk 4). Echter laat een<br />

toenemende wateropname in het composiet ook een afname in stijfheid en een<br />

toename van de visco-elasticiteit zien (hoofdstuk 4). Een toenemende wateropname<br />

leidt ook tot een hogere oplosbaarheid van het apatiet en hydrolyse van het polymeer,<br />

wat weer een snellere afname van massa en afgifte van ionen (belangrijke signaal<br />

moleculen) tot gevolg heeft.<br />

Naast een hogere stijfheid en wateropname laten composieten met een hoog apatiet<br />

gehalte ook meer oppervlakte mineralizatie zien (hoofdstuk 3 en 7). Daarnaast geeft<br />

apatiet het composiet een hogere oppervlakte ruwheid die verantwoordelijk is voor een<br />

inductie van osteogene differentiatie van beenmergcellen (hoofdstuk 5). Al deze<br />

factoren kunnen aanleiding geven tot heterotope botvorming door composieten met een<br />

apatiet gehalte van meer dan 40% (hoofdstuk 3). Het apatiet gehalte in het composiet is<br />

daarmee een kritische factor bij het maken van een osteoinductief materiaal omdat<br />

deze direct of indirect diverse eigenschappen (wateropname, elastisiteit, visco-<br />

vi

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!