23.08.2015 Views

Provincie Noord-Holland Ruimtelijke onderbouwing reconstructie N235-N247

Bijlage 6 Goede Ruimtelijke Onderbouwing - Gemeente Waterland

Bijlage 6 Goede Ruimtelijke Onderbouwing - Gemeente Waterland

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

2. TOETSINGSKADERIn Nederland is de natuurbescherming geregeld in enerzijds de bescherming van gebieden(Natuurbeschermingswet 1998, Ecologische HoofdStructuur (Nota Ruimte), Provincialeprogramma’s), en anderzijds de bescherming van soorten (Flora- en faunawet). Hieronderworden deze wettelijke kaders toegelicht.2.1. Gebiedsbescherming2.1.1. Natuurbeschermingswet 1998De Nbw 1998 biedt de juridische basis voor de aanwijzing van te beschermen gebieden enlandschapsgezichten, vergunningverlening, schadevergoeding, toezicht en beroep. Internationaleverplichtingen uit de Vogelrichtlijn (VR) en Habitatrichtlijn (HR), maar ook verdragenals bijvoorbeeld het Verdrag van Ramsar (Wetlands) zijn hiermee in nationale regelgevingverankerd. De Nbw 1998 heeft als doel het beschermen en in stand houden van bijzonderegebieden. De gebiedsbescherming is geïmplementeerd in de Nbw 1998 voor wat betreftNatura 2000-gebieden en Beschermde Natuurmonumenten.Natura 2000-gebiedenNederland past een vergunningstelsel toe bij de bescherming van Natura 2000-gebieden.De provincie is bevoegd gezag voor de vergunningverlening in het kader van de Nbw 1998.Projecten of andere handelingen, die gelet op de instandhoudingdoelen, verslechterende ofsignificant verstorende gevolgen hebben op de beschermde natuur in een Natura 2000-gebied, zijn volgens artikel 19d, lid 1 Nbw 1998 vergunningplichtig.Elke ontwikkeling in of nabij een Natura 2000-gebied dient te worden onderworpen aan een‘voortoets’. Uit de voortoets moet blijken of kan worden uitgesloten dat de werkzaamheden/ontwikkelingeen significant negatief effect hebben op de natuurwaarden in het betreffendegebied. Indien significante effecten niet op voorhand kunnen worden uitgesloten,dient een ‘passende beoordeling’ te worden uitgevoerd. Kunnen significante effecten wordenuitgesloten, maar kan er wel verslechtering plaatsvinden, dan is een verslechteringtoetsvereist. Op basis van de passende beoordeling of een verslechteringtoets kan eenaanvraag voor een vergunning op grond van de Nbw 1998 worden ingediend bij het bevoegdebestuursorgaan. In het geval de passende beoordeling niet de zekerheid verschaftdat er geen sprake is van een aantasting van de natuurlijke kenmerken van het betrokkenNatura 2000-gebied, moet de vergunning, c.q. de instemming, worden geweigerd, tenzij ergeen alternatieven zijn, er sprake is van dwingende redenen van groot openbaar belang endoor compensatie de algehele samenhang van het Natura 2000-netwerk gewaarborgd blijft(ADC-criteria; Alternatieven, Dwingende reden van groot openbaar belang en Compensatie).Prioritaire soortenVolgens de definitie in de Richtlijn heeft de Europese Unie voor de instandhouding van eenaantal habitattypen een bijzondere verantwoordelijkheid voor de instandhouding, omdateen belangrijk deel van hun natuurlijke verspreidingsgebied binnen de Europese Unie ligt.Deze prioritaire status speelt allereerst een rol in de procedures tussen de EuropeseCommissie en de Lidstaat ten aanzien van de selectie van Habitatrichtlijngebieden (LNV,Verantwoordingsdocument, 2003). In de bijlagen van de Habitatrichtlijn en in de aanwijzingsbesluitenzijn prioritaire habitattypen en soorten aangeduid met een sterretje (*). 11Zie Ministerie van EL&I, Natura 2000 profielendocument, 1 september 2008.Witteveen+Bos, HLM477-18/posm/032 definitief 03 d.d. 5 april 2012, Natuurtoets doorstroming/verkeersveiligheid <strong>N235</strong> en <strong>N247</strong> 5

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!