Toelichting - Gemeente Rucphen

Gebieden
Een aantal gebieden valt op voorhand af zoals het Hoekske, de Omgangsstraat en
de Heimolen. De kernrandzones in Rucphen bieden geen concrete mogelijkheden.
De druk vanuit de kern voor ruimtereservering ten behoeve van uitbreiding met
planmatige woningbouw of andere functies is groot.
Aantal locaties
De verkenning resulteert in 66 landschappelijk aanvaardbare locaties. In vrijwel alle
gebieden zijn er bebouwingsmogelijkheden, gemiddeld 3 tot 4. Alleen in de
Voreneindseweg is er geen bebouwing mogelijk. Munnikenheide en St. Willebrord
noordwest hebben echter ruime mogelijkheden.
Op basis van het RMD-onderzoek zouden er voor meer dan de helft van de
bebouwingslocaties milieubeperkingen gelden. Bij een gedetailleerde milieuanalyse
op basis van de milieuvergunningen kan dit beeld gunstiger uitvallen.
Het college van burgemeester en wethouders heeft de bevoegdheid in bijzondere
gevallen af te wijken voor gevallen die buiten de geselecteerde gebieden liggen of
afwijken van de analyse op voorwaarde dat geen strijdigheid optreedt met de
gestelde criteria en visie.
Geluidhinder
Voor de locatie Onze Lieve Vrouwenstraat in Zegge geeft het railverkeer teveel
geluidhinder. Beperkende maatregelen lijken te kostbaar voor de realisering van
een enkele woning. Indien er maatregelen voor de bestaande woonsituatie
noodzakelijk zijn, kan deze locatie meeliften. Het wegverkeerslawaai blijkt niet
zodanig te zijn dat hierdoor bebouwing onmogelijk is. Binnen een kleine marge van
overschrijding van de voorkeursgrenswaarde lijkt ontheffing verantwoord.
Voorwaarde blijft daarbij dat de nieuwe woning binnen het bestaande lint kan
worden gesitueerd.
Archeologie
Voor veel locaties, vooral ten oosten en zuiden van Sprundel en rond Schijf, kan de
archeologische verwachtingswaarde van invloed zijn op de bouwmogelijkheden van
locaties. Nader onderzoek zal dat moeten uitwijzen.
Uitwerking op perceelsniveau
Deze verkenning beperkt zich tot het structuurniveau. Voor de feitelijke
mogelijkheden zal concreet op de diverse aspecten moeten worden ingezoomd.
Indien er geen planologische beperkingen zijn kunnen aan de
bebouwingsmogelijkheden nog nadere eisen worden gesteld teneinde een goede
ruimtelijke en landschappelijke inpassing te bereiken. Dit kan betrekking hebben op
de situering van de woning, de kavelvorm en inrichting, de vormgeving van de
bebouwing, de erfbeplanting en dergelijke. In de visie zijn de beeldkwaliteitseisen
of hoofdlijnen aangegeven.
Hoofdstuk 2
87