BODEMBREED INTERREG - Louis Bolk Institute
BODEMBREED INTERREG - Louis Bolk Institute
BODEMBREED INTERREG - Louis Bolk Institute
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
4 Nematoden<br />
Belangrijkste functies van nematoden<br />
De belangrijkste functie van nematoden is het begrazen van schimmels en bacteriën<br />
waarbij stikstof en fosfor vrijkomt. Schimmeletende nematoden spelen een belangrijke<br />
rol in de ziektewerendheid van een bodem.<br />
4.1 Algemeen<br />
Wanneer in de landbouw aan nematoden gedacht wordt, gaat het in het algemeen over plant-<br />
pathogene nematoden. Behalve de schadelijke soorten nematoden, leven er in de bodem echter ook<br />
grote aantallen nuttige nematoden. Afhankelijk van het soort nematode kunnen ze bijdragen aan<br />
verschillende ecosysteemfuncties. Nematoden zijn relatief grote bodemorganismen, hoewel ze<br />
meestal niet met het blote oog zichtbaar zijn. Hun lengte is meestal niet langer dan een paar<br />
millimeter en ze hebben het uiterlijk van een miniatuur-paling, vandaar de naam ‘aaltje’. Nematoden<br />
zijn afhankelijk van bodemvocht. Ze bevinden zich vooral in waterfilms rondom de bodemdeeltjes en<br />
in watergevulde poriën. De poriëngrootte in de bodem is voor zand- en kleigronden verschillend. Dit<br />
zorgt ervoor dat ook de soorten nematoden op deze gronden anders van samenstelling zijn.<br />
Daarnaast wordt het soort nematoden vooral bepaald door het voedselaanbod.<br />
4.2 Eten en gegeten worden: plek in het voedselweb<br />
Trofische groepen De niet-plant pathogene aaltjes worden vaak ingedeeld in verschillende typen<br />
voedseleters: de zogenaamde trofische groepen. In landbouwgronden komen vaak grote aantallen<br />
bacterie-etende aaltjes voor. Dit zijn aaltjessoorten (bijvoorbeeld Rhabditidae) die zich snel<br />
voortplanten (in 3-5 dagen tijd), en die ook snel kunnen reageren op een veranderend<br />
voedselaanbod. Als er bijvoorbeeld gewasresten, groenbemesters of organische mest in de bodem<br />
ingewerkt worden, kunnen ze zich vaak snel vermenigvuldigen. Dit komt doordat het onderwerken<br />
van het materiaal een enorme voedselbron voor met name bacteriën is. Naast bacterie-eters, komen<br />
er ook verschillende soorten schimmeletende aaltjes in de bodem voor. Vaak komen deze in veel<br />
lagere aantallen voor en met minder verschillende soorten. Schimmeletende aaltjes ‘grazen’ behalve<br />
op ‘gewone’ schimmels die bijvoorbeeld plantenresten afbreken, ook op schimmels die juist<br />
plantenziekten veroorzaken. Van een aantal schimmeletende aaltjes is bekend dat ze in hun dieet<br />
een voorkeur hebben voor de plant-pathogene schimmels. Dit betekent dat ze een functie in de<br />
bodem kunnen vervullen bij het onderdrukken van die plant-pathogene schimmels. Soms is het<br />
onderscheid tussen de verschillende groepen aaltjes minder duidelijk. Onder andere Tylenchidae<br />
aaltjes worden soms tot de schimmeleters gerekend en soms tot de plant-parasitaire ‘wortelprikkers’.<br />
Aan de bovenkant van het voedselweb staan de top-predators, de rovers, of ‘carnivore’ nematoden.<br />
Deze leven van andere nematoden en protozoën. De ‘carnivore’ nematoden zijn vaak in heel kleine<br />
aantallen aanwezig. Deze soorten reageren ook langzamer op veranderingen in hun omgeving, en<br />
hebben ook een langere hersteltijd. Wanneer de omgeving erg verstoord wordt, bijvoorbeeld doordat<br />
66 Deel 2: Bodemleven