Download PDF - Theater Instituut Nederland
Download PDF - Theater Instituut Nederland
Download PDF - Theater Instituut Nederland
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
48<br />
verwacht. Er is minder ruimte dan wenselijk om de omvang van tournees af te<br />
stemmen op de aard van voorstellingen. De bedrijfsvoering op het scherpst van<br />
de snede van zowel producenten als theaters maakt het al helemaal moeilijk om<br />
speelbeurten bij te stellen als de voorstelling eenmaal af is. Met als gevolg dat<br />
successtories minder lang kunnen spelen dan er publiek is, en dat minder gelukte<br />
voorstellingen toch het land in moeten. ‘Er is te vaak premature dans op de verkeerde<br />
plekken te zien. Dat is slecht voor de dans in het algemeen. Het schrikt<br />
mensen af.’ (Wubbe). Het kan ook leiden tot risicomijding in artistiek experiment<br />
en bij de inzet van jong choreografisch talent. Die kan unificatie van repertoire in<br />
de hand werken.<br />
Ankers voor kwaliteitsoordelen<br />
De kwaliteit van het voorstellingsaanbod wordt ook beïnvloed door selectiemechanismen<br />
van subsidiënten. De danssector mist een helder kader en goede motivatie<br />
voor de – vaak scherpe - keuzes die subsidiënten maken. Er zijn veel loketten:<br />
publiek en particulier; landelijk, gemeentelijk en provinciaal; voor structurele en<br />
indicentele financiering. De verschillende beoordelaars stemmen hun beslissingen<br />
mondjesmaat op elkaar af, en hebben daar door de bestuurlijke inrichting ook<br />
niet altijd mogelijkheden voor. De beoordeling van de individuele kwaliteit van<br />
aanvragers en aanvragen is doorgaans maatgevend, met name bij de fondsen. De<br />
relatie tot het totale landschap van choreografen, gezelschappen en podia is lang<br />
onderbelicht gebleven, waardoor er een ‘optelsom van incidenten’ is ontstaan,<br />
zoals de commissie d’Ancona het formuleerde. In dat licht is de nieuwe, bredere<br />
beleidsmatige taakopvatting van de Raad voor Cultuur een verbetering.<br />
Ook klinken in de danssector signalen dat de artistieke beoordeling door subsidiënten<br />
te autonoom zou zijn: de poortwachters in het veld zelf – artistiek leiders van<br />
werkplaatsen, productiehuizen en gezelschappen – herkennen hun eigen visie op<br />
kwaliteit niet altijd in de keuzes van de subsidiënten, terwijl ze vervolgens wel met<br />
die keuzes aan het werk moeten. Daar bovenop speelt nog de scheiding in verantwoordelijkheden<br />
tussen de verschillende overheidslagen: het rijk ondersteunt<br />
het aanbod, de gemeenten de podia. Die werkt mede in de hand dat er een gat is<br />
tussen datgene wat subsidiënten artistiek belangrijk vinden en wat theaters, de<br />
bemiddelaars tussen aanbieders en publiek, van dans verwachten.<br />
Talent onderweg: instroom en doorstroom<br />
De jonge generatie danskunstenaars krijgt binnen de huidige infrastructuur kansen<br />
om zich te ontwikkelen. Naast mogelijkheden voor beurzen en projectsubsidies,<br />
is er ruimte om kennis en ervaring op te doen bij werkplaatsen, productiehuizen,<br />
of als gastchoreograaf bij een gezelschap. In de praktijk blijkt dat de doorstroming