Johannes Marcus – Auteur van het Johannes ... - JesusKing.info
Johannes Marcus – Auteur van het Johannes ... - JesusKing.info
Johannes Marcus – Auteur van het Johannes ... - JesusKing.info
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
69<br />
(‘hypēretai’) <strong>van</strong> <strong>het</strong> Woord”, die Jezus’ e<strong>van</strong>gelie aan <strong>het</strong> volk “gaven”. Zo, als de secretaris <strong>van</strong><br />
Kajafas (‘hypēretēs’), had hij Kajafas’ decreten aan de priesters en <strong>het</strong> volk gegeven, zoals Paulus<br />
als één <strong>van</strong> de “‘hypēretai’ <strong>van</strong> Christus”, later “de decreten” <strong>van</strong> de apostelen aan de kerken “gaf”.<br />
De beminde leerling wilde anoniem blijven in zijn e<strong>van</strong>glie, waarschijnlijk omdat hij een<br />
geheime leerling <strong>van</strong> Jezus was geweest, net als Nicodemus, overste <strong>van</strong> de Farizeeën, en Jozef <strong>van</strong><br />
Arimathea, lid <strong>van</strong> <strong>het</strong> Grote Sanhedrin, waren geweest, en omdat Jezus hem de, in <strong>het</strong> geheim<br />
Christelijke, secretaris <strong>van</strong> Kajafas en de Tempelraad had willen laten blijven. De verrezen Jezus<br />
had tegen Simon Petrus gezegd: “Als Ik wil dat hij [de beminde leerling] blijft totdat Ik kom, is dat<br />
uw zaak?” De beminde leerling ging Jezus geopende, maar misschien nog bezette graf, niet als<br />
eerste binnen, waarschijnlijk omdat hij Levitisch, d.w.z. ritueel, rein wilde blijven, om naar zijn<br />
werk in de tempel te kunnen gaan. De (ritueel) reine doek waarin Jezus werd begraven<br />
(waarschijnlijk <strong>het</strong> unieke tempelgewaad, dat door <strong>Johannes</strong> <strong>Marcus</strong> thuis was gedragen bij <strong>het</strong><br />
Laatste Avondmaal, en daarna in de handen <strong>van</strong> de tempelbeambten was achtergelaten op de<br />
Olijfberg, en <strong>van</strong> hen gekocht door Jozef <strong>van</strong> Arimathea), a) deed de beminde leerling schrijven dat<br />
Jezus was begraven “zoals <strong>het</strong> bij de Joden gebruikelijk is te begraven”, d.w.z. in een kledingstuk,<br />
b) dwong de beminde leerling <strong>het</strong> graf binnen te gaan om te zien of de doek die daar lag zijn eigen<br />
kledingstuk was, c) ontstak <strong>het</strong> geloof <strong>van</strong> de beminde leerling dat Jezus was verrezen, toen hij <strong>het</strong><br />
daar zag liggen, netjes opgerold en bij <strong>het</strong> hoofdeinde neergelegd, als een priesterkledingstuk, d)<br />
werd door Jezus na zijn verrijzenis aan “de dienaar <strong>van</strong> de priester” gegeven (Hiëronymus die <strong>het</strong><br />
E<strong>van</strong>gelie <strong>van</strong> de Hebreeën citeert) (d.w.z. de beminde leerling nam <strong>het</strong> uit Jezus’ graf), en e) werd<br />
naar Efeze meegenomen door de e<strong>van</strong>gelist <strong>Johannes</strong> en Maria.<br />
De beminde leerling was een bekende <strong>van</strong> de hogepriesters, oudsten en schriftgeleerden bij Jezus<br />
kruis (maar niet bekend als een leerling), was anoniem in zijn gedeeltelijk dubbelzinnige en<br />
suggestieve e<strong>van</strong>gelie(s) en was geletterd, maar de apostel <strong>Johannes</strong> <strong>van</strong> Zebedeus was een<br />
onbekende <strong>van</strong> de hogepriesters (hoewel herkend als een leerling), vrijmoedig (outspoken),<br />
ongeletterd, ijverig, onstuimig en eenvoudig. De apostel <strong>Johannes</strong> moest een water dragende man<br />
volgen om <strong>het</strong> huis <strong>van</strong> <strong>het</strong> Cenakel (en de bovenzaal er<strong>van</strong>) in Jeruzalem te vinden, en dit huis was<br />
waarschijnlijk <strong>het</strong> huis <strong>van</strong> de beminde leerling. De apostel <strong>Johannes</strong> werd gedood door de Joden,<br />
maar de e<strong>van</strong>gelist <strong>Johannes</strong> stapte vredig in zijn graf in Efeze en werd er begraven. De Canon<br />
Muratori zegt dat <strong>Johannes</strong> de E<strong>van</strong>gelist een leerling was wiens e<strong>van</strong>gelie moest worden nagezien<br />
door de apostel Andreas en de bisschoppen en overige leerlingen waaronder hij zich bevond.<br />
<strong>Johannes</strong> de Apostel was niet de Presbyter <strong>Johannes</strong> <strong>van</strong> Efeze (Papias), die waarschijnlijk een<br />
definitieve rol had in de totstandkoming <strong>van</strong> <strong>het</strong> Vierde E<strong>van</strong>gelie, maar toch was de <strong>Johannes</strong> die<br />
<strong>het</strong> E<strong>van</strong>gelie in Efeze publiceerde dezelfde als de beminde leerling (Irenaeus). Westcotts vijfde<br />
bewijscirkel, bewerend dat Joh 21,24 <strong>het</strong> auteurschap toekent aan ‘de apostel die Jezus liefhad’, is<br />
ongeldig, want Joh 21,24 zegt dat <strong>het</strong> een leerling was. Al zijn andere bewijscirkels kunnen<br />
makkelijk worden toegepast op <strong>Johannes</strong> <strong>Marcus</strong> en Maria. <strong>Johannes</strong> <strong>Marcus</strong> en Maria zijn een<br />
beter alternatief voor <strong>Johannes</strong> <strong>van</strong> Zebedeus dan al de andere voorgestelde kandidaten voor <strong>het</strong><br />
auteurschap. Manuscripten tonen aan dat de hoofstukken 1-20 plus <strong>het</strong> ‘toegevoegde’ hoofdstuk 21<br />
<strong>van</strong> <strong>het</strong> Vierde E<strong>van</strong>gelie waarschijnlijk als een eenheid werden gepubliceerd, en <strong>Johannes</strong><br />
(<strong>Marcus</strong>) de Oudste deed dit waarschijnlijk kort voor zijn dood, zonder openlijk te vertellen dat hij<br />
zelf de beminde leerling was. Hij wilde niet geïdentificeerd worden als de ‘hypēretēs’ die Jezus in<br />
zijn gezicht sloeg ten overstaan <strong>van</strong> Annas (Joh 18,22), of als de secretaris die schreef dat in <strong>het</strong><br />
Sanhedrin “Allen oordeelden dat Hij de doodstraf verdiend had” (<strong>Marcus</strong> 14,64). Het E<strong>van</strong>gelie<br />
volgens <strong>Marcus</strong> slaat door middel <strong>van</strong> een abrupt einde en een niet-aansluitend toegevoegd<br />
hoofdstuk op een slimme manier de scène bij Jezus’ lege graf over, waarin de beminde leerling zijn<br />
linnen kledingstuk zag liggen, opgerold als een priesterkledingstuk, en daarom geloofde dat Jezus<br />
was verrezen.<br />
© A.A.M. <strong>van</strong> der Hoeven, 6 juni 2013, Nederland