05.09.2013 Views

Kriebelbeestjes kleuters - Sardes

Kriebelbeestjes kleuters - Sardes

Kriebelbeestjes kleuters - Sardes

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Plaatje van<br />

het beestje<br />

Letter van<br />

het beestje<br />

Naam van<br />

het beestje<br />

L Lieveheersbeestje<br />

Waar<br />

woont het<br />

beestje?<br />

S Slak Sla<br />

S Spin Web<br />

Wat eet het<br />

beestje?<br />

Wat doet<br />

het<br />

beestje?<br />

V Vlieg Vliegen<br />

De vragen in de kolommen zijn slechts suggesties, ook vragen als hoeveel pootjes?,<br />

vliegen/lopen? kunnen een plaats krijgen. In de eerste kolom komt een plaatje van het<br />

beestje. In sommige vakjes komt het woord en een picto of plaatje van het antwoord,<br />

zodat de kinderen het schema zelf kunnen ‘lezen’.<br />

Het aantal beestjes in het schema wordt uitgebreid naarmate er meerdere groepjes<br />

kinderen aan het schema hebben gewerkt.<br />

Deze startactiviteit brengt kinderen op ideeën voor mogelijke onderzoeksactiviteiten in<br />

het beestjeslaboratorium en laat kinderen zien hoe je datgene wat je hebt waargenomen<br />

kunt vastleggen door middel van tekeningen of woorden.<br />

Verwerkingsactiviteiten<br />

1. Leervragen over beestjes (Stap 2)<br />

Samen met de kinderen bekijkt de leerkracht nog een keer het beestjesschema. Ze<br />

bespreken dat ze nu al een heleboel weten, maar nog niet alles. Er zijn nog een aantal<br />

vakjes leeg. Ook zijn er misschien andere dingen die de kinderen willen weten, en die<br />

niet in het schema staan, zoals Hoe ziet het huisje van de slak er van binnen uit? of<br />

Waarom zit er slijm aan de slak? De leerkracht probeert regelmatig wat complexere<br />

vraagstukken met de kinderen te bespreken. De kinderen praten over deze vragen, en<br />

doen voorspellingen over de antwoorden. De leerkracht schrijft de vragen op, en laat<br />

ruimte voor de antwoorden.<br />

2. Slakkenrace<br />

Als de slakken uit de slakkenbak op de hand worden gehouden, zullen de kinderen<br />

ontdekken dat de ene slak veel actiever is dan de andere. Dit nodigt uit tot een gesprek<br />

met de kinderen: Hoe weet je nou welke slak het snelst is? De leerkracht geeft veel<br />

ruimte voor ideeën van de kinderen. Vast en zeker komt ook het idee om een wedstrijd<br />

tussen de slakken te houden naar voren. Een glasplaat of spiegel kan als wedstrijdveld<br />

fungeren. Start- en finishlijn worden ongeveer 20 cm uit elkaar getekend. De leerkracht<br />

bedenkt samen met de kinderen over hoe de wedstrijd aangepakt gaat worden en hoe<br />

het verloop zal zijn. Mogelijkheden voor wedstrijden en vragen zijn:<br />

De Taallijn. Interactief taalonderwijs in groep 1 en 2<br />

Activiteitencyclus <strong>Kriebelbeestjes</strong>! Versie 1<br />

EXPERTISECENTRUM NEDERLANDS, pagina 33

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!