Wetenschapskatern 2005-2006 - Stichting MS Research
Wetenschapskatern 2005-2006 - Stichting MS Research
Wetenschapskatern 2005-2006 - Stichting MS Research
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Reageerbuis voor analyse<br />
van materiaal.<br />
Instituut: Erasmus MC, Rotterdam<br />
Looptijd van het onderzoek: 1 sep. 2002 – 1 jan. 2010<br />
In deze periode zal Rinze Neuteboom 20 maanden besteden aan het onderzoek. De overige tijd zal<br />
worden gebruikt voor het volgen van de opleiding tot neuroloog.<br />
Subsidie:€ 192.727,- voor 4 jaar<br />
6.2.2 Onderzoek naar de rol van vitamine D in <strong>MS</strong> (02-492 <strong>MS</strong>)<br />
Doel van het onderzoek:<br />
In dit project werd onderzoek gedaan naar een mogelijke invloed van vitamine D op <strong>MS</strong>. Hierbij werden<br />
de volgende drie methoden gebruikt:<br />
• Meten van het gehalte van werkzame stoffen van vitamine D bij <strong>MS</strong>-patiënten en gezonde<br />
controlepersonen en deze met elkaar vergelijken.<br />
• Bekijken of er een seizoensvariatie (dus verschil tussen zomer en winter) bestaat in het gehalte<br />
van werkzame stoffen van vitamine D.<br />
• Onderzoeken of er een relatie bestaat tussen multiple sclerose en erfelijke eigenschappen die iets<br />
te maken hebben met vitamine D.<br />
Achtergrond van het onderzoek:<br />
In Europa en in de Verenigde Staten krijgt 1 op de 1000 mensen multiple sclerose. In landen rond de<br />
evenaar daarentegen komt <strong>MS</strong> veel minder voor. Er bestaat dus een duidelijke geografische spreiding<br />
in het voorkomen van <strong>MS</strong>, waarbij <strong>MS</strong> minder vaak wordt gezien in landen waar de zon veel schijnt.<br />
Wellicht wordt deze spreiding veroorzaakt door een verschillend gehalte aan werkzame stoffen van<br />
vitamine D in het bloed. Vitamine D wordt namelijk in de huid onder invloed van zonlicht omgezet in<br />
de werkzame variant.<br />
Verder is gebleken dat vitamine D niet alleen een belangrijke functie vervult bij de botstofwisseling<br />
maar ook binnen het afweersysteem. Aangezien <strong>MS</strong> een ontstekingsachtige ziekte is waarbij het<br />
afweersysteem niet op de juiste manier werkt, zou het heel goed zo kunnen zijn dat vitamine D hier<br />
iets mee te maken heeft. In het verleden zijn in laboratoria al een aantal proeven (o.a. bij dieren)<br />
gedaan waarbij gekeken is naar de rol van vitamine D bij <strong>MS</strong>. Daarentegen was nog weinig<br />
patiëntenonderzoek verricht. Daarom was het nu van belang bij een grote groep <strong>MS</strong>-patiënten het<br />
gehalte van werkzame stoffen van vitamine D in het lichaam te meten.<br />
Bereikte resultaten:<br />
Zowel in zomer als in winter is er bij 100 <strong>MS</strong>-patiënten en 100 gezonde controlepersonen bloed<br />
afgenomen. In het laboratorium is daarna een groot aantal bloedbepalingen uitgevoerd. Na analyses<br />
bleek er geen verschil te zijn in concentraties van werkzame stoffen van vitamine D tussen patiënten<br />
en gezonde controlepersonen. Daarentegen waren er wel duidelijke verschillen te zien tussen zomer<br />
en winter. Vervolgens is nog wat uitgebreider gekeken naar de invloed van verschillende factoren<br />
zoals geslacht, leeftijd, het gebruik van multivitamines en de blootstelling aan zonlicht. Uiteindelijk<br />
kon geconcludeerd worden dat vitamine D een licht beschermend effect leek te hebben voor<br />
vrouwen. De relatie tussen <strong>MS</strong> en erfelijke factoren die iets te maken hebben met vitamine D wordt<br />
op dit moment nog onderzocht.<br />
Onderzoeker:<br />
Regina Last, onderzoeksassistente (ongeveer 0,5 dag per week)<br />
Drs. Jolijn Kragt, arts-onderzoeker neurologie (financiering via de programmasubsidie aan het <strong>MS</strong><br />
Centrum VUmc (zie paragraaf 3.2))<br />
Begeleiders:<br />
Prof. dr. Chris Polman, neuroloog<br />
Prof. dr. Paul Lips, endocrinoloog<br />
Prof. dr. Christien Dijkstra, neurobioloog<br />
Dr. Barbara van Amerongen<br />
Instituut: VU medisch centrum, Amsterdam<br />
Looptijd van het onderzoek: 1 jul. 2003 – 1 jul. <strong>2005</strong><br />
Subsidie: € 43.110,- voor 2 jaar<br />
24