0248;mestvergisting op boerderijniveau.pdf - BiogaS
0248;mestvergisting op boerderijniveau.pdf - BiogaS
0248;mestvergisting op boerderijniveau.pdf - BiogaS
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
'Mestvergisting <strong>op</strong> <strong>boerderijniveau</strong>'<br />
vergunningverlening. Eventueel afwijken van de NeR is daarom mogelijk, het moet<br />
dan wel adequaat worden gemotiveerd voor de rechter.<br />
De NeR geeft algemene eisen aan emissieconcentraties, die overeenkomen met de<br />
stand der techniek van emissiebeperking. Daarnaast zijn er uitzonderingsbepalingen<br />
voor specifieke activiteiten of bedrijfstakken. Deze worden in de NeR aangeduid als<br />
bijzondere regelingen. De concentratie-eisen zijn gegeven per (chemische) stof of<br />
per klasse van stoffen. (www.infomil.nl; www.pde.nl)<br />
De bedoeling van het toepassen van de NeR is om de omvang van de emissies naar<br />
de lucht te beperken. Deze omvang moet worden gereduceerd met maatregelen die<br />
overeenkomen met de stand der techniek en die redelijkerwijs te verlangen zijn. Voor<br />
de beoordeling van de relevantie van emissies geeft de NeR drempelwaarden per<br />
component, aangeduid als de grensmassastroom. De relevantie van de emissie, en<br />
daarmee de hoogte van de grensmassastroom, hangt af van de schadelijkheid van<br />
de vrijkomende stoffen. Hoe schadelijker de stof, hoe lager de grensmassastroom.<br />
Daarom ligt de grensmassastroom voor verschillende stofklassen <strong>op</strong> verschillende<br />
niveaus. De massastroom moet worden bepaald voor situaties onder 'normaal'<br />
bedrijf.<br />
De NeR onderscheidt zeven categorieën van chemische stoffen, met per categorie<br />
een onderverdeling in klassen (zie § 3.2 van de NeR). Per categorie en stofklasse<br />
gelden een grensmassastroom en een concentratie-eis. Als de emissie van een stof,<br />
die kan <strong>op</strong>treden bij een proces, zodanig is dat de grensmassastroom kan worden<br />
overschreden, is het onder normale omstandigheden redelijk om daaraan bepaalde<br />
eisen te stellen. Daarnaast zijn in de NeR een aantal verbijzonderingen voor<br />
specifieke activiteiten of bedrijfstakken <strong>op</strong>genomen. Deze worden aangeduid als<br />
bijzondere regelingen.<br />
Bijzondere regeling Mestverwerkende bedrijven<br />
Op <strong>mestvergisting</strong>sinstallaties is de Bijzondere Regeling Mestverwerkende bedrijven<br />
(uit de NeR, A1, voorheen 3.5/18) van toepassing. Deze is oorspronkelijk bedoelt<br />
voor afzonderlijke, grootschalige mestverwerkende bedrijven. Uit deze bijzondere<br />
regeling valt te herleiden dat de als gevolg van het totaal aan activiteiten van een<br />
<strong>mestvergisting</strong>sinrichting (dus inclusief <strong>op</strong>slag, bewerking, etc.) de<br />
emissieconcentraties van NH 3 gelimiteerd wordt tot maximaal 5 mg/Nm³. Deze<br />
emissie-eis is scherper dan de algemene eisen van de NeR, namelijk 200 mg/m³, bij<br />
een grensmassastroom van 5 kg/h. In de bijzondere regeling zijn geen<br />
grensmassastromen weergegeven.<br />
Inspectierichtlijn mestverwerkingsinstallaties<br />
Het ministerie van VROM heeft in februari 2001 de Richtlijn<br />
mestverwerkingsinstallaties uitgebracht. Voor mestverwerking <strong>op</strong> <strong>boerderijniveau</strong><br />
wordt namelijk gesteld dat de genoemde regeling NeR niet van toepassing is, omdat<br />
deze is <strong>op</strong>gesteld voor grootschalige mestverwerkingsinstallaties. Door het<br />
ontbreken van emissiegegevens is onduidelijk of de emissie-eis voor ammoniak (5<br />
mg/m³) redelijkerwijs haalbaar is. Het <strong>op</strong>leggen van deze eis zou betekenen dat<br />
<strong>mestvergisting</strong> <strong>op</strong> <strong>boerderijniveau</strong> onmogelijk wordt gemaakt. Daarom komt de<br />
Richtlijn met een drempelwaarde voor het beoordelen van de ammoniakemissie. De<br />
ammoniakemissie ten gevolge van <strong>mestvergisting</strong>sinstallaties <strong>op</strong> <strong>boerderijniveau</strong><br />
mag ten hoogste 5% bedragen van de ammoniakemissie uit de bij de boerderij<br />
behorende dierverblijven, gebaseerd <strong>op</strong> de drempelwaarden voor Groen<br />
Labelstallen. (Infomil, 2001)<br />
Naast mogelijke ammoniak en geuremissies uit de <strong>mestvergisting</strong>sinstallatie vindt<br />
daarnaast ook NO x -emissie plaats, door de gasmotor uit de warmtekrachtk<strong>op</strong>peling.<br />
'Vergunningverlening en haalbaarheid van vergisting van mest en biomassa' 52