11.07.2015 Views

VBG Bijlage 1a ADN - RBV advies

VBG Bijlage 1a ADN - RBV advies

VBG Bijlage 1a ADN - RBV advies

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

veertien dagen na het inslikken bij 50% jonge, volgroeide albinoratten de dood zal intreden. De LD 50-waarde wordt in massa van de geteste stof ten opzichte van massa proefdier (mg/kg) uitgedrukt.LD 50-waarde voor de acute giftigheid bij opname door de huid :de toegediende dosis stof, die bij voortdurende aanraking gedurende 24 uur met de kale huid vanalbinokonijnen, met de grootste waarschijnlijkheid binnen 14 dagen de dood veroorzaakt van de helftvan de dieren van de groep.Het aantal dieren, dat aan deze proef wordt onderworpen, moet voldoende zijn voor een statistischsignificant resultaat en moet overeenkomen met wat gebruikelijk is in de farmacologie. Het resultaatwordt uitgedrukt in mg per kg lichaamsmassa.LC 50-waarde voor de acute giftigheid bij inademen :de toegediende concentratie damp, nevel of stof, die bij voortdurende inademing gedurende één uurmet de grootste waarschijnlijkheid binnen 14 dagen de dood veroorzaakt van de helft van een groepjonge, volwassen mannelijke en vrouwelijke albino-ratten.Een vaste stof moet aan een beproeving worden onderworpen indien het gevaar bestaat dat tenminste 10% van de totale massa daarvan bestaat uit stofdeeltjes die kunnen worden ingeademd,bijvoorbeeld indien de aerodynamische diameter van deze deeltjesfractie ten hoogste 10 µmbedraagt. Een vloeistof moet aan de beproeving worden onderworpen indien het gevaar bestaat dattijdens een lekkage uit de voor het vervoer gebruikte dichte omhulling een nevel ontstaat. Zowel bijvaste stoffen als vloeistoffen moet meer dan 90 massa-% van het voor de beproeving voorbereidemonster bestaan uit deeltjes, die zoals hierboven beschreven kunnen worden ingeademd. Hetresultaat wordt uitgedrukt in mg per liter lucht in het geval van stof en nevels, en in ml per m 3 lucht(ppm) in het geval van dampen.Classificatie en indeling in verpakkingsgroepen2.2.61.1.4 Op grond van de mate van gevaar tijdens vervoer moeten de stoffen van klasse 6.1 worden ingedeeldin één van de volgende groepen:• verpakkingsgroep I: zeer giftige stoffen,.• verpakkingsgroep II: giftige stoffen,.• verpakkingsgroep III: zwak giftige stoffen.2.2.61.1.5 De in klasse 6.1 ingedeelde stoffen, mengsels, oplossingen en voorwerpen zijn opgenomen in tabel Avan hoofdstuk 3.2. Niet met name in tabel A van hoofdstuk 3.2 genoemde stoffen, mengsels enoplossingen moeten in een juiste positie van subsectie 2.2.61.3 en een juiste verpakkingsgroepovereenkomstig de bepalingen van hoofdstuk 2.1 worden ingedeeld volgens de volgende criteria van2.2.61.1.6 t/m 2.2.61.1.11.2.2.61.1.6 Teneinde de mate van giftigheid te beoordelen moet rekening worden gehouden met de bijvergiftigingsongevallen bij mensen opgedane ervaringen alsmede met de bijzondere eigenschappenvan de diverse stoffen: vloeibare toestand, grote vluchtigheid, bijzondere eigenschappen bij opnamedoor de huid, speciale biologische werkingen.2.2.61.1.7 Bij het ontbreken van waarnemingen bij de mens wordt de mate van giftigheid vastgesteld met behulpvan uit dierproeven afkomstige gegevens, overeenkomstig de volgende tabel:VerpakkingsgroepGiftigheid bijinslikkenLD 50 (mg/kg)Giftigheid bij opnamedoor de huidLD 50 (mg/kg)Giftigheid bijinademenstof en nevelsLC 50 (mg/l)zeer giftig I ≤ 5,0 ≤ 50 ≤ 0,2giftig II > 5,0 en ≤ 50 > 50 en ≤ 200 > 0,2 en ≤ 2,0zwak giftig III a) > 50 en ≤ 300 > 200 en ≤ 1000 > 2,0 en ≤ 4,0aStoffen voor de fabricage van traangas moeten worden ingedeeld in verpakkingsgroep II, zelfs indien degegevens betreffende de giftigheid daarvan overeenkomen met de criteria van verpakkingsgroep III.<strong>ADN</strong> HOOFDSTUK 2.2 - 2011 2.2 - 78

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!