11.07.2015 Views

VBG Bijlage 1a ADN - RBV advies

VBG Bijlage 1a ADN - RBV advies

VBG Bijlage 1a ADN - RBV advies

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

onafhankelijke inrichting, worden ontlucht.k) Laad- en losslangen, die voor de overslag van deze stoffen worden gebruikt,moet als volgt worden gekenmerkt:“Alleen voor de overslag van alkyleenoxide”l) Ladingtanks, kofferdammen, zijtanks, dubbele bodems en ladingtankruimten, dieaan een ladingtank grenzen, waarin deze stof wordt vervoerd, moeten of eenlading bevatten die verenigbaar is (de in b. opgesomde stoffen zijn voorbeeldenvan stoffen die als niet-verenigbaar worden gezien) of door middel van eengeschikt inert gas geïnertiseerd worden. Dergelijke geïnertiseerd ruimten enladingtanks moeten op de aanwezigheid van dergelijke stoffen en zuurstofworden gecontroleerd. Het zuurstofgehalte moet onder 2 vol-% wordengehouden. Draagbare meetinstrumenten zijn toegestaan.m) Er moet verzekerd zijn dat er geen lucht in de ladingpompen en laad- enlosleidingen kan binnendringen indien het systeem deze stoffen bevat.n) Alvorens het afkoppelen van de verbinding met de landinstallatie plaats kanvinden moeten de vloeistof- en dampleidingen door middel van een geschikteinrichting ter plaatse van de walaansluiting drukloos worden gemaakt.o) Het laad- en lossysteem van de ladingtanks, die met deze stoffen beladendienen te worden, moet van de laad- en lossystemen van alle andereladingtanks, inclusief niet beladen ladingtanks, worden gescheiden. In het gevaldat het laad- en lossysteem van de te beladen ladingtanks niet onafhankelijk is,moet de vereiste scheiding door het wegnemen van tussenstukken, afsluiters ofandere pijpleidingdelen en het aanbrengen van blindflenzen op deze plaatsengeschieden. De vereiste scheiding is van toepassing op alle vloeistof- endampvoerende leidingen en op alle andere mogelijke verbindingen zoalsbijvoorbeeld gemeenschappelijke inert gas verzorgingsinstallaties.p) Deze stoffen mogen slechts conform de door een bevoegde autoriteitgoedgekeurde laadplannen worden vervoerd.Iedere beoogde plaats voor de lading moet op een apart laadplan wordenaangegeven. Op de laadplannen moet het totale laad- en losleidingsysteem ende plaatsen voor het aanbrengen van de noodzakelijke blindflenzen, waarmeeaan de bovengenoemde eisen wordt voldaan, in het bijzonder met betrekking totde scheiding van pijpleidingen, worden aangegeven. Een copie van elkgoedgekeurd laadplan moet zich aan boord van het schip bevinden. In hetCertificaat van Goedkeuring moet naar de gekeurde laadplannen wordenverwezen.q) Vóór de belading met deze stoffen en vóór hervatting van dergelijke transportenmoet door een door de bevoegde autoriteit aangewezen deskundig persoonworden verklaard, dat de vereiste pijpleiding scheiding is uitgevoerd; dezeverklaring moet zich aan boord van het schip bevinden. Iedere verbinding tusseneen blindflens en een flens van de pijpleiding moet dor de verantwoordelijkepersoon voorzien zijn van een draad en een verzegeling, zodat een onbedoeldverwijderen van de blindflens niet mogelijk is.r) Tijdens de reis moet in de lege ruimte boven de lading afdekking met stikstof instand worden gehouden. Een automatisch systeem voor de stikstofverzorgingmoet worden ingebouwd, zodat de overdruk in de ladingtank niet beneden de 7kPa (0,07 bar) komt, indien de temperatuur van de lading ten gevolge van debuitentemperatuur of anderszins daalt. Ter zekerstelling van de automatischedrukregeling moet er een voldoende hoeveelheid stikstof aan boord wordenmeegevoerd. Voor de afdekking moet stikstof met een normalehandelszuiverheidsgraad (99,9 vol-%) worden gebruikt. Een batterij van flessenmet stikstof, die door middel van een drukreduceerventiel met de ladingtanks isverbonden, kan in deze als “automatisch” worden gezien.s) De dampfase in de ladingtanks moet voor en na iedere belading wordengecontroleerd om er zeker van te zijn dat het zuurstofgehalte 2 vol-% of minderbedraagt.t) LaadsnelheidDe laadsnelheid (L R) van de ladingtanks mag de volgende waarde nietoverschrijden:<strong>ADN</strong> DEEL 3 - 2011 3 - 16

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!