(1992) n°3 - Royal Academy for Overseas Sciences
(1992) n°3 - Royal Academy for Overseas Sciences
(1992) n°3 - Royal Academy for Overseas Sciences
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
— 379 —<br />
3.9. De contractuele responsabiliseringssystemen komen voor in een groot<br />
aantal varianten, met soms geringe verschillen tussen hen. Experimentering<br />
werd ook hier op grote schaal toegestaan en zelfs nagestreefd. Naargelang<br />
de bronnen en de auteurs, verschilt ook de systematisering ervan (zie bv. Byrd<br />
1991, C hina N ews A nalysis 1987, Koo 1990). Laten wij daarbij niettemin<br />
onderscheiden :<br />
a) Leasingsystemen, waarbij een enkeling of een groep van bedrijfsleiders<br />
een vaste huursom betalen aan de overheid en naar eigen inzichten het bedrijf<br />
mogen runnen [6]. Dit systeem vond vooralsnog een beperkte toepassing voor<br />
kleinere bedrijfjes.<br />
b) Het zgn. «directeursmanagement» systeem, waarbij een manager, of een<br />
groepje managers, zich verbinden tot de overdracht aan de controlerende<br />
overheid van een bepaald bedrag (van winstbelasting, of/en onrechtstreekse<br />
belastingen en/of winsten). Het overschot blijft bij de onderneming. Deze<br />
contracten golden nu in beginsel voor een duur van drie jaar.<br />
c) De meest verspreide variante is het zgn. «ondernemingsmanagement<br />
contract», waarbij niet een enkeling, of een kleine groep, maar wel de ganse<br />
onderneming, zij het vertegenwoordigd door de top-bedrijfsleider, voormeld<br />
contract afsluit. Het recht de onderneming te beheren wordt hierbij toegekend<br />
binnen een systeem van aanbesteding of gunning, zodat in beginsel de<br />
overheid contracteerde met de hoogst biedende gegadigde(n). In dergelijk<br />
systeem werden de rechten en plichten van de weerhouden bedrijfsleiding meer<br />
gedetailleerd (voor een voorbeeld, zie Koo 1990).<br />
d) Enkele contracten, de zgn. «activa-management contracten» gingen nog<br />
verder en legden aan de bedrijfsvoerders de verplichting op een minimale<br />
«return op investeringen» te behalen en aan de overheid af te dragen. Dit<br />
systeem vond weinig ingang, o.m. wegens de moeilijkheid om de activa oordeelkundig<br />
te schatten.<br />
3.10. De eerste ronde van managementcontracten verviel in 1989-90. Het<br />
merendeel der bedrijven slaagde erin de gestelde verbintenissen te bereiken.<br />
In de tweede helft van 1989, na Tienanmen en in een periode van anti-infla-<br />
toire politiek door de overheid, waren de resultaten echter zwak. In mei 1990<br />
werden richtlijnen uitgevaardigd voor de tweede ronde van responsabiliserings-<br />
contracten. Daarbij werden, naast streefcijfers qua overdracht van winsten of<br />
belastingen aan de overheid, ook verbintenissen inzake technologische vernieuwing<br />
opgelegd. Anderzijds zouden de loonbetalingen nu in functie van<br />
de «economische resultaten» moeten gebeuren — een vage term, die evenwel<br />
de overheid de mogelijkheid biedt de vrij verspreide neiging te besnoeien om<br />
de ingehouden winsten vooral te kanaliseren naar veralgemeende bonusuitkeringen<br />
(C hina N ews A nalysis 1990).<br />
3.11. Het zou weinig zinvol zijn bedrijfsleiders die bereid zijn met hun<br />
overheid een responsabiliseringscontract af te sluiten, met verplichtingen op