02.09.2013 Views

Erfgoededucatie - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

Erfgoededucatie - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

Erfgoededucatie - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

E R F<br />

G O E D<br />

E D U C A T I E<br />

E E N B E L E I D S H A N D R E I K I N G


ERFGOEDEDUCATIE EEN BELEIDSHANDREIKING<br />

Een uitgave <strong>van</strong> Stichting Erfgoed Actueel, de <strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en het Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen<br />

(OPEN).<br />

De beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong> kwam mede tot stand met steun <strong>van</strong> het Cultuurfonds Bank <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en<br />

het ministerie <strong>van</strong> Onderwijs, Cultuur en Wetenschap<br />

VOORWOORD<br />

Erfgoed is een zo <strong>van</strong>zelfsprekend element in onze leefomgeving, dat we er vaak niet meer bij<br />

stilstaan dat het ons iets te vertellen heeft. Erfgoed is niet alleen een tastbare afdruk <strong>van</strong> onze<br />

cultuurhistorie, maar heeft als gedeeld verleden ook gevoelswaarde en een zeker samenbindend<br />

vermogen.<br />

Niet voor niets begint deze uitgave met de vaststelling: ‘Elke gemeente heeft erfgoed’. Het <strong>van</strong>zelfsprekende,<br />

de ons omringende wereld uitlichten en toelichten, is een belangrijk uitgangspunt<br />

in deze beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong>.<br />

Deze handreiking zal verduidelijken wat ‘erfgoededucatie’ inhoudt en wat je er als gemeente zoal<br />

mee kunt. Bij het begrip ‘educatie’ wordt vaak meteen aan het onderwijs gedacht. Er is in deze<br />

handreiking dan ook ruime aandacht voor mogelijkheden die scholen hebben om het ons omringende<br />

erfgoed te gebruiken voor inspirerende cultuureducatie en als activerend hulpmiddel in<br />

gewone schoolvakken. Ook de gemeente heeft hierin een belangrijke, stimulerende rol.<br />

Maar… er is meer. Onderwijs is een onderdeel <strong>van</strong> een doorlopend proces om (meer) mensen<br />

bij cultuur te betrekken. <strong>Erfgoededucatie</strong> heeft daarom ook een duidelijke functie om een breed<br />

publiek <strong>van</strong> alle leeftijden ‘buitenschools’ kennis te laten maken met de vele facetten <strong>van</strong> erfgoed.<br />

Deze handreiking is ontwikkeld om gemeenten te ondersteunen bij het vormgeven <strong>van</strong> een<br />

lokaal aanbod <strong>van</strong> erfgoededucatie. Waar niet alleen het onderwijs mee aan de slag kan, maar dat<br />

ook een eyeopener is voor beleidsmakers op terreinen als welzijn, economie, toerisme en ruimtelijke<br />

ontwikkeling.<br />

Naast een schets <strong>van</strong> de praktijk, geïllustreerd door aansprekende voorbeelden uit gemeenten die<br />

er al volop werk <strong>van</strong> maken, biedt de uitgave een stappenplan voor het ontwikkelen <strong>van</strong> lokaal<br />

erfgoededucatiebeleid.<br />

De voorliggende publicatie is, kortom, een ‘pluktuin’ waaruit u zonder al teveel inspanning de<br />

ingrediënten oogst voor het realiseren <strong>van</strong> een doordacht gemeentelijk beleid op het gebied <strong>van</strong><br />

erfgoededucatie. Van harte aanbevolen!<br />

Richard Hermans,<br />

directeur Stichting Erfgoed Actueel<br />

‘OPEN’<br />

Overleg<br />

Provinciale<br />

Erfgoedinstellingen<br />

Nederland


INLEIDING<br />

Elke gemeente heeft erfgoed. In de gebouwde omgeving maken monumenten en ruimtelijke<br />

patronen het verleden zichtbaar. Objecten in musea tonen een staalkaart <strong>van</strong> menselijke kunst en<br />

cultuur. Archieven vormen het geheugen <strong>van</strong> een plaats en de bodem draagt allerlei sporen <strong>van</strong><br />

menselijke activiteit. Elke plaats heeft orale tradities en gebruiken die <strong>van</strong> generatie op generatie<br />

worden doorgegeven. Nieuwe inwoners uit alle windstreken brengen hun eigen erfgoed in.<br />

In het behoud en beheer <strong>van</strong> erfgoed – dat wat we de moeite waard vinden om te bewaren en<br />

door te geven – neemt de gemeente een belangrijke plaats in. Bemoeienis met erfgoededucatie<br />

is er veel minder, maar daar begint verandering in te komen. Steeds meer gemeenten zien in dat<br />

erfgoededucatie het lokaal aanwezige erfgoed letterlijk toegankelijk kan maken voor inwoners<br />

<strong>van</strong> alle leeftijden en uit alle lagen <strong>van</strong> de bevolking. Dit strookt met het door Rijk, provincies en<br />

gemeenten gedragen beleid dat meer mensen moeten ‘meedoen’ aan kunst en cultuur. De basis<br />

daarvoor wordt gelegd door cultuureducatie in het onderwijs. Leren met en door erfgoed blijkt<br />

bovendien een goed hulpmiddel in het gewone onderwijsprogramma. Maar ook buitenschools<br />

moeten kinderen, jongeren en volwassenen de kans krijgen kunst en erfgoed te leren ontdekken<br />

en waarderen.<br />

Daarnaast groeit het inzicht dat erfgoed als tastbaar verleden kan bijdragen aan het ontwikkelen<br />

<strong>van</strong> historisch besef, begrip <strong>van</strong> waarden en tradities en waardering voor de eigen leefomgeving.<br />

In die zin kan erfgoededucatie een – zij het bescheiden – bijdrage leveren aan meer algemene<br />

maatschappelijke doelstellingen als sociale binding en burgers betrekken bij de ruimtelijke ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> hun woonplaats.<br />

Met een heldere, aantrekkelijke presentatie <strong>van</strong> erfgoed voor toeristen en recreanten kan erfgoededucatie<br />

ook in de economische dynamiek <strong>van</strong> een gemeente een rol spelen.<br />

Kortom: erfgoededucatie raakt aan tal <strong>van</strong> gemeentelijke beleidsterreinen.<br />

De grootste uitdaging voor gemeenten is lokaal en vaak ook regionaal de krachten te bundelen,<br />

zodat de gezamenlijke inspanning <strong>van</strong>uit het erfgoedveld en andere betrokken sectoren een<br />

duidelijke meerwaarde krijgt voor het onderwijs, de eigen inwoners en bezoekers <strong>van</strong> buiten.<br />

De beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong> ondersteunt gemeenten daarbij, als hulpmiddel voor<br />

het ontwikkelen <strong>van</strong> een samenhangend, gemeentelijk erfgoededucatiebeleid. Dat begint met<br />

het formuleren <strong>van</strong> een eigen visie op erfgoededucatie en loopt via een doordachte analyse <strong>van</strong><br />

vraag en erfgoedaanbod naar het optimaal inzetten en evalueren <strong>van</strong> beleidsinstrumenten. Dit in<br />

samenwerking met het lokale erfgoedveld en ondersteunende instellingen zoals erfgoedhuizen,<br />

met oog voor zowel landelijk beleid als ontwikkelingen in de regio.<br />

Erfgoed vertelt het verhaal <strong>van</strong> een gemeente. Met deze handreiking kunnen lokale overheden<br />

dat verhaal een plaats geven in de beleidspraktijk <strong>van</strong> <strong>van</strong>daag en morgen.<br />

De beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong> is een initiatief <strong>van</strong> Stichting Erfgoed Actueel, de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en het Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland (OPEN). De<br />

uitgave kwam mede tot stand met steun <strong>van</strong> het Cultuurfonds Bank <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en het<br />

ministerie <strong>van</strong> Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.


LEESWIJZER<br />

De beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong> biedt bestuurders en beleidsmedewerkers <strong>van</strong> gemeenten<br />

inzicht in het belang <strong>van</strong> erfgoededucatie op lokaal niveau, met speciale aandacht voor de rol<br />

<strong>van</strong> de gemeente daarin. Behalve een handzaam naslagwerk om in te bladeren, is deze uitgave<br />

vooral een praktische handleiding voor het ontwikkelen <strong>van</strong> een zelfstandig, samenhangend<br />

gemeentelijk beleid voor erfgoededucatie.<br />

De handreiking behandelt erfgoededucatie in al haar facetten, voortdurend toegespitst op de<br />

gemeentelijke praktijk. Wat is erfgoed eigenlijk [hoofdstuk 1] en wat verstaan we precies onder<br />

erfgoededucatie? [hoofdstuk 2]. Hoe raakt erfgoededucatie aan beleidsterreinen als cultuur, onderwijs,<br />

welzijn, economie en ruimtelijke ontwikkeling? Kortom, welk belang heeft een gemeente<br />

bij erfgoededucatiebeleid? [hoofdstuk 3] Zijn er actuele ontwikkelingen waar beleidsmakers zich<br />

rekenschap <strong>van</strong> moeten geven? [hoofdstuk 4] Wat kan een gemeente doen om erfgoededucatie<br />

in het onderwijs te stimuleren [hoofdstuk 5] en wat zijn de mogelijkheden buitenschools en voor<br />

een breed publiek <strong>van</strong> eigen inwoners en bezoekers? [hoofdstuk 6]<br />

Naast tal <strong>van</strong> kleinere praktijkillustraties is in deze handreiking een aantal voorbeelden opgenomen<br />

<strong>van</strong> erfgoededucatie die ook andere gemeenten kunnen inspireren. Het gaat zowel om praktijkvoorbeelden<br />

<strong>van</strong> erfgoededucatie in het primair en voortgezet onderwijs [5.] als om situaties<br />

waarbij erfgoededucatie is ingezet voor jongerenactiviteiten buitenschools, als hulpmiddel <strong>van</strong><br />

integratie, voor het versterken <strong>van</strong> het toeristisch product en als element in ruimtelijke ontwikkeling.<br />

[6.]<br />

In het laatste hoofdstuk [7.] krijgt de theorie <strong>van</strong> de erfgoededucatie een praktische uitwerking. In<br />

dit praktijkdeel <strong>van</strong> de handreiking komen alle stappen aan de orde die een gemeente doorloopt<br />

bij het vormgeven <strong>van</strong> een eigen erfgoededucatiebeleid. Per onderwerp wordt terugverwezen<br />

naar de toelichting in de voorafgaande hoofdstukken.<br />

Hoe ontwikkel je een visie? Wie zijn mijn potentiële samenwerkingspartners? Waaraan moet ik<br />

denken bij het in kaart brengen <strong>van</strong> de lokale situatie en hoe kom je tot concrete doelstellingen?<br />

Welke beleidsinstrumenten kun je inzetten en hoe evalueer je resultaat?<br />

In dit hoofdstuk zijn ook voorbeelden opgenomen <strong>van</strong> actueel erfgoededucatiebeleid in een<br />

kleine, middelgrote en grotere gemeente.<br />

‘<strong>Erfgoededucatie</strong>beleid in tien stappen’ biedt een samenvatting <strong>van</strong> het praktijkdeel <strong>van</strong> de handreiking.<br />

[bijlage 1] De overige bijlagen bevatten informatie over ondersteunende organisaties<br />

voor (erfgoed)educatie, waaronder de provinciale erfgoedinstellingen verenigd in OPEN [bijlage<br />

2] over fondsen voor cultuur(educatie) [bijlage 3] en tot slot een overzicht <strong>van</strong> handige websites<br />

[bijlage 4]. De voor deze handreiking geraadpleegde literatuur vindt u in bijlage 5.<br />

Verwijzingen in de tekst naar een ander hoofdstuk/paragraaf zijn aangegeven als [1.1].<br />

Het teken ∆ maakt u attent op een praktijkvoorbeeld over een bepaald onderwerp.


BEGRIPPENKADER<br />

1 Wijn, C. (2003) Gemeentelijk cultuurbe-<br />

leid – een handleiding<br />

Cultuur staat in de meest ruime betekenis <strong>van</strong> het woord voor alles wat door menselijk handelen<br />

is gemaakt. Een andere omschrijving is: de leefstijl <strong>van</strong> een samenleving. Deze leefstijl - de vorm,<br />

inhoud en geestelijke gerichtheid <strong>van</strong> menselijk handelen - is niet eenduidig maar veeleer een<br />

dynamisch samenspel <strong>van</strong> subculturen.<br />

Wanneer in beleidstermen over cultuur gesproken wordt, wordt hieronder doorgaans verstaan:<br />

de podiumkunsten (muziek, theater en dans), de beeldende kunsten, de audiovisuele media, de<br />

bibliotheken, het cultureel erfgoed, de amateurkunst en kunst- en cultuureducatie. 1 Ook vormgeving<br />

en bouwkunst kunnen hiertoe worden gerekend.<br />

Cultureel erfgoed omvat overblijfselen uit het verleden die een samenleving belangrijk vindt<br />

om te bewaren en te beschermen. Daartoe rekenen we voorwerpen in musea, archeologische<br />

sporen en vondsten, documenten en beeldmateriaal in archieven, monumenten en de gebouwde<br />

omgeving, natuurmonumenten en landschappen, industrieel erfgoed en mobiel erfgoed. Ook<br />

immaterieel erfgoed, zoals verhalen, taaluitingen, tradities en gebruiken, behoort hiertoe.<br />

In deze publicatie gebruiken we meestal de enkele term erfgoed, omdat dit steeds meer het<br />

standaardbegrip wordt.<br />

Cultuureducatie is in de beleidstermen <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW de verzamelnaam voor<br />

kunsteducatie, erfgoededucatie en media-educatie. Soms wordt literatuureducatie daarbij apart<br />

vermeld.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> omvat een breed spectrum aan activiteiten voor allerlei publieksgroepen, die<br />

zowel kennis en begrip als beleving <strong>van</strong> erfgoed tot doel hebben. <strong>Erfgoededucatie</strong> is ook: leren<br />

over, door en met erfgoed.<br />

Kunsteducatie is leren over, door en met kunst. Ook het leren beoordelen, genieten en zelf<br />

beoefenen <strong>van</strong> kunst hoort daarbij. Kunsteducatie omvat de disciplines: beeldende kunst, dans,<br />

literatuur, muziek, theater en audiovisuele kunst. Ook toegepaste kunsten en wereldcultuur<br />

maken hier onderdeel <strong>van</strong> uit.<br />

Media-educatie gaat over het leren interpreteren <strong>van</strong> de inhoud <strong>van</strong> media, het bepalen door<br />

welke belangen of waardesystemen deze worden gestuurd en het bewust worden <strong>van</strong> de plaats<br />

en rol <strong>van</strong> media in het persoonlijke en maatschappelijke leven. Maar ook het zelf gebruiken<br />

<strong>van</strong> deze media en het zelf vervaardigen <strong>van</strong> (digitale) audiovisuele producties is onderdeel <strong>van</strong><br />

media-educatie.<br />

Onder professionele erfgoedinstellingen verstaan wij in deze handreiking instellingen met<br />

betaalde beroepskrachten. Dit om ze te onderscheiden <strong>van</strong> vrijwilligersorganisaties zoals historische<br />

verenigingen of heemkundekringen, hoewel een aantal daar<strong>van</strong> beslist professioneel werkt.


INHOUDSOPGAVE<br />

Voorwoord<br />

Inleiding<br />

Leeswijzer<br />

Begrippenkader<br />

1. Elke gemeente heeft erfgoed<br />

1.1 Wat is erfgoed?<br />

1.2 Veranderlijk en verschillend<br />

1.3 Overal aanwezig, altijd dichtbij<br />

1.4 Erfgoed lééft!<br />

1.5 Beleid, behoud en beheer<br />

> Erfgoed in gemeenten, per sector<br />

musea, archieven, archeologie, monumenten en de gebouwde omgeving, industrieel<br />

erfgoed, mobiel erfgoed, immaterieel erfgoed<br />

2. Wat is erfgoededucatie?<br />

2.1 Begrip en beleving<br />

2.2 Cultuureducatie en inpasbaar omgevingsonderwijs<br />

2.3 Buitenschools en voor een breed publiek<br />

2.4 Ontstaansgeschiedenis<br />

2.5 Taakverdeling erfgoededucatie<br />

2.6 Plaats <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

3. <strong>Erfgoededucatie</strong> in gemeentelijk beleid<br />

3.1 Samenhang in verscheidenheid<br />

3.2 Wet- en regelgeving<br />

3.3 Erfgoed in gemeentelijk cultuurbeleid<br />

3.4 Landelijk stimuleringsbeleid cultuureducatie/-participatie<br />

3.5 Kwaliteitsslag erfgoedinstellingen<br />

3.6 Maatschappelijke functie: identiteit, binding en betrokkenheid<br />

3.7 Citymarketing en cultureel profiel<br />

3.8 Cultuurtoerisme en stedelijke economie<br />

3.9 Rol in ruimtelijke ontwikkeling<br />

4. Trends en ontwikkelingen<br />

4.1 In de erfgoedsector<br />

4.2 Sociaal-culturele ontwikkelingen<br />

4.3 Fysieke omgeving<br />

4.4 Ontwikkelingen in het onderwijs<br />

5. <strong>Erfgoededucatie</strong> in het onderwijs<br />

5.1 Rijk stimuleert doorlopende leerlijn cultuureducatie<br />

5.1.1 Cultuureducatie in het basisonderwijs<br />

5.1.2 Voortgezet onderwijs: cultuurvouchers en CKV<br />

5.1.3 Cultuurprofielscholen<br />

5.1.4 Nieuw fonds voor cultuureducatie<br />

5.2 Erfgoed inpasbaar in het reguliere onderwijsprogramma<br />

5.2.1 Meer erfgoed in nieuwe kerndoelen basisonderwijs<br />

5.2.2 Erfgoed in de nieuwe onderbouw voortgezet onderwijs<br />

5.2.3 Erfgoed in de tweede fase voortgezet onderwijs<br />

5.2.4 Erfgoed, ook praktisch in het vmbo<br />

5.3 Erfgoed is goed bereikbaar<br />

5.3.1 In de fysieke omgeving<br />

5.3.2 (Digitale) schatkamers vol materiaal<br />

5.4 Huidig gemeentelijk beleid<br />

5.4.1 Erfgoed op het cultuurmenu<br />

5.4.2 <strong>Erfgoededucatie</strong> is Actieplandoelstelling<br />

5.4.3 Netwerkvorming


6. Buitenschools en voor een breed publiek<br />

6.1 Van Brede School tot buurthuis<br />

6.2 Sociale cohesie en civil society<br />

6.3 Activiteiten voor ouderen<br />

6.4 Erfgoed <strong>van</strong> en voor migranten<br />

6.5 Zichtbaar maken <strong>van</strong> erfgoed<br />

6.6 Erfgoed voor toerisme en recreatie<br />

6.7 Cultuurhistorie in ruimtelijke ontwikkeling<br />

7. <strong>Erfgoededucatie</strong>beleid in de praktijk<br />

Inleiding<br />

7.1 Visie op erfgoededucatie<br />

7.2 Inventarisatie <strong>van</strong> aanbod en vraag<br />

7.2.1 Erfgoed(educatie)aanbod<br />

7.2.2 Vraagzijde: doelgroepen<br />

7.3 Formuleren <strong>van</strong> (output-)doelstellingen<br />

7.4 Positie, rol en organisatie gemeente<br />

7.5 Strategie en instrumenten<br />

7.5.1 Netwerken voor erfgoededucatie<br />

7.5.2 Facilitaire en personele ondersteuning<br />

7.5.3 Deskundigheidbevordering lokaal erfgoedveld<br />

7.5.4 Ondersteunen <strong>van</strong> marketing en publiciteit<br />

7.5.5 Subsidies<br />

7.6 (Externe) Financiën<br />

7.7 Draagvlak creëren<br />

7.8 Uitvoering<br />

7.9 Monitoring en evaluatie<br />

7.10 Breed bruikbare erfgoedthema’s<br />

Bijlagen:<br />

1. <strong>Erfgoededucatie</strong>beleid in tien stappen<br />

2. Adressen<br />

3. Fondsen<br />

4. Handige websites<br />

5. Geraadpleegde literatuur


ELKE GEMEENTE


HEEFT ERFGOED<br />

Voorwerpen, gebouwen en documenten <strong>van</strong> vroeger, de grond waarop we bouwen, taal,<br />

tradities en gebruiken vertellen samen het verhaal <strong>van</strong> een plaats. Een verhaal dat nooit<br />

af is, maar altijd tot de verbeelding spreekt. Erfgoed is er in soorten en maten, in elke<br />

gemeente, en heeft betekenis voor inwoners <strong>van</strong> <strong>van</strong>daag en morgen.<br />

1.1 Wat is erfgoed?<br />

Cultureel erfgoed, dat zegt niet iedereen wat. En wie er wat over wil zeggen, kan kiezen uit<br />

verschillende definities met telkens iets andere accenten. Een goed bruikbare omschrijving <strong>van</strong><br />

cultureel erfgoed is: ‘Overblijfselen uit het verleden die een samenleving belangrijk vindt om te<br />

bewaren en te beschermen.’ Dat kunnen voorwerpen zijn in musea, archeologische vondsten,<br />

documenten in archieven, monumenten, stads- en dorpsgezichten en zelfs landschappen. Maar<br />

ook verhalen, taal, tradities en gebruiken.<br />

Niet alles wat oud is, krijgt meteen het predicaat erfgoed. Het gaat er immers om wat we als samenleving<br />

willen bewaren en wat niet. Bij zo’n waardeoordeel spelen allerlei afwegingen een rol<br />

die naar plaats en tijd verschillen. Het antwoord op dergelijke vragen zal altijd worden ingekleurd<br />

door de heersende cultuur, <strong>van</strong>daar de aanduiding ‘cultureel’ erfgoed. Daarnaast speelt ook de<br />

spreekwoordelijke ‘zeef <strong>van</strong> de tijd’ een rol. Wanneer je op enige afstand staat, zie je beter hoe<br />

bijzonder bepaalde overblijfselen zijn. Erfgoed zegt ten slotte ook iets over ‘erven’: dat wat we<br />

meekrijgen <strong>van</strong> voorgaande generaties. En soms krijgt erfgoed extra waarde als symbool voor<br />

of baken in de tijd. Erfgoed valt niet helemaal samen met de (cultuur)geschiedenis, maar is een<br />

tastbaar deel daar<strong>van</strong>.<br />

Omdat elke generatie haar eigen keuzes maakt, is cultureel erfgoed een dynamisch gegeven. Erfgoed<br />

kent dus geen voor langere tijd geldende, vast omschreven inhoud. Het heeft verschillende<br />

functies en betekenissen. Goed beschouwd vertelt cultureel erfgoed ons wie we zijn en hoe we zo<br />

werden. Het maakt ons door collectieve herinnering bewust <strong>van</strong> onze identiteit.<br />

In deze publicatie gebruiken we meestal de enkele term ‘erfgoed’, omdat dit steeds meer het<br />

standaardbegrip wordt.<br />

1.2 Veranderlijk en verschillend<br />

Erfgoed in Nederland heeft vele verschijningsvormen. Van stokoud tot meer recent, <strong>van</strong> ‘hard’<br />

(gebouwen en voorwerpen) tot ‘zacht’ (tradities, verhalen), <strong>van</strong> zeldzaam tot wijdverbreid. Niet<br />

alleen 17e eeuwse grachtenpanden en de handgeschreven brief <strong>van</strong> Willem <strong>van</strong> Oranje, maar ook<br />

de Rietveldstoel, de huwelijksakte <strong>van</strong> het arbeidersmeisje en de boerenzoon en die fabriek uit de<br />

jaren vijftig. Van het unicum <strong>van</strong> de Nachtwacht tot het gemeengoed <strong>van</strong> de familiestamboom.<br />

Herkenbaar bewaard binnen de muren <strong>van</strong> musea en archiefinstellingen, te zien als monument,<br />

gemarkeerd door archeologische vindplaatsen, maar ook in onvermoede en triviale verschijningsvormen.<br />

Zoals bedrijfsarchieven, een stadspark of de oude foto <strong>van</strong> een dagelijks tafereel.<br />

Erfgoed is voortdurend in verandering en ontwikkeling. Zo zijn industrieel erfgoed en mobiel<br />

erfgoed relatief nieuwe categorieën. Ook voor de cultuurhistorische waarde <strong>van</strong> landschappen is<br />

meer aandacht. Steeds meer belangstelling is er ook voor immaterieel erfgoed. Dit niet-stoffelijke<br />

erfgoed omvat onder meer orale tradities (mythen, sprookjes) en taal (zegswijzen), ambachten,<br />

gebruiken, rituelen en volkscultuur. Met de komst <strong>van</strong> grote groepen migranten gaat ook hun<br />

erfgoed deel uitmaken <strong>van</strong> het <strong>Nederlandse</strong>. Een groot deel <strong>van</strong> dit erfgoed <strong>van</strong> elders is immaterieel<br />

<strong>van</strong> aard. 2<br />

Met de introductie <strong>van</strong> culturele planologie is erfgoed eveneens een rol gaan spelen in de ruimtelijke<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> Nederland en daarmee in de kwaliteit <strong>van</strong> onze leefomgeving.<br />

1.3 Overal aanwezig, altijd dichtbij<br />

Erfgoed is overal om ons heen. Sommige zaken behoren tot het plaatselijke erfgoed – een stand-<br />

2 DOCA Bureaus (2005) Immaterieel<br />

cultureel erfgoed in Nederland (p. 9)


eeld, een markant marktplein, het jaagpad langs het kanaal – of tot de culturele erfenis <strong>van</strong> een<br />

streek. Naast lokaal en regionaal erfgoed is er erfgoed dat <strong>van</strong> nationale betekenis is omdat het<br />

kenmerkend en belangrijk is voor de (wordings)geschiedenis <strong>van</strong> Nederland en de Nederlanders.<br />

Neem de schilderijen <strong>van</strong> Rembrandt, zeekaarten uit de tijd <strong>van</strong> de VOC en vroeg industrieel<br />

design.<br />

Ook bevindt zich op het Nederlands grondgebied erfgoed dat voorkomt op de UNESCO-lijst <strong>van</strong><br />

beschermd werelderfgoed, die 830 monumenten uit de hele wereld telt. We hebben het dan over<br />

het voormalig eiland Schokland, de Stelling <strong>van</strong> Amsterdam, het molencomplex bij Kinderdijk,<br />

het Ir. D.F. Wouda gemaal in Lemmer, de droogmakerij De Beemster, het Rietveld-Schröder huis in<br />

Utrecht en de historische binnenstad <strong>van</strong> Willemstad op Curaçao.<br />

Gemeentelijk erfgoed is niet synoniem met een roemrijk verleden of uitsluitend verbonden met<br />

historische figuren en gebeurtenissen. Erfgoed omvat juist talloze, tastbare herinneringen aan<br />

gewone mensen en alledaagse dingen. In elke gemeente is erfgoed aanwezig om het verhaal <strong>van</strong><br />

die plaats te vertellen en te verduidelijken. In steden met een rijke historische binnenstad zoals<br />

Zutphen en Maastricht, maar ook in jonge gemeenten als Almere of Nieuwegein, in dorpen op het<br />

platteland <strong>van</strong> Zeeland tot Groningen en in industriesteden als Eindhoven en Emmen.<br />

1.4 Erfgoed lééft<br />

Belangstelling voor erfgoed is er zeker. In het onderwijs is cultuureducatie, waartoe ook de kennismaking<br />

met erfgoed behoort, een niet meer weg te denken onderdeel <strong>van</strong> opleidingen. De<br />

jaarlijkse Open Monumentendagen zijn met ca. 900.000 bezoekers een <strong>van</strong> de grootste culturele<br />

manifestaties <strong>van</strong> Nederland. Ook het Museumweekend trekt ongeveer een miljoen bezoekers,<br />

terwijl de Landelijke Archievendag, voor het eerst georganiseerd in 2004, een steeds grotere<br />

bekendheid krijgt. Maar ook de archeologie spreekt sterk tot de verbeelding. De opgravingen <strong>van</strong><br />

Romeinse schepen in Woerden en de Utrechtse nieuwbouwwijk Leidsche Rijn waren voorpaginanieuws<br />

en brachten duizenden belangstellenden op de been.<br />

Vooral de belangstelling voor erfgoed in de eigen omgeving is groot. Steeds meer mensen<br />

houden zich bezig met de geschiedenis <strong>van</strong> de eigen familie, straat, gemeente of regio. Erfgoed is<br />

een sector waarin veel vrijwilligers actief zijn, bijvoorbeeld in kleinere musea en oudheidkamers<br />

of als stadsgids. Voor anderen is bezig zijn met cultuurhistorie een plezierige en interessante<br />

vrijetijdsbesteding. Naast lokale heemkundekringen zijn er talloze historische verenigingen die<br />

de geschiedenis <strong>van</strong> hun dorp, stad of streek in kaart brengen. Met de stijgende interesse voor<br />

het stamboomonderzoek groeit ook het aantal genealogische verenigingen. Naast audiovisueel<br />

materiaal en boeken, variërend <strong>van</strong> dialectwoordenboeken tot historische atlassen, is er steeds<br />

meer informatie over (lokaal) erfgoed beschikbaar op websites, zowel ingericht door professionele<br />

instellingen als door amateur-historici.<br />

Voor een deel past de aandacht voor erfgoed binnen de toegenomen belangstelling voor geschiedenis.<br />

Onder invloed <strong>van</strong> migratie en globalisering is er een reflex om de eigen cultuur te<br />

omkaderen en groeit de behoefte aan een breder historisch perspectief. Daarin past ook de roep<br />

om een ‘canon <strong>van</strong> Nederland’: een overdraagbare compilatie <strong>van</strong> wat wij als wezenlijke kennis<br />

<strong>van</strong> ons gemeenschappelijke verleden beschouwen.<br />

Behalve als baken voor historisch besef en ijkpunt voor gedeelde identiteit heeft erfgoed een<br />

belangrijke betekenis op zich. Omdat we het mooi vinden of omdat het ons even het gevoel geeft<br />

dat we het verleden kunnen aanraken.<br />

1.5 Beleid, behoud en beheer<br />

Er is een zekere taakverdeling tussen overheden ten aanzien <strong>van</strong> cultureel erfgoed. Het Rijk (ministerie<br />

<strong>van</strong> OCW) verzorgt de infrastructuur rond erfgoedcollecties met de instandhouding <strong>van</strong><br />

rijksinstellingen, zoals rijksmusea, de rijksdiensten en landelijke ondersteunende instituten. Ook<br />

is het Rijk verantwoordelijk voor het toezicht (Erfgoedinspectie). Provincies richten zich met name<br />

op ondersteuning <strong>van</strong> het erfgoedveld. <strong>Gemeenten</strong> zorgen voor instandhouding en ontsluiting<br />

<strong>van</strong> erfgoed op lokaal niveau.<br />

De directie Cultureel Erfgoed <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW houdt zich vooral bezig met beheer,<br />

toegang en gebruik <strong>van</strong> erfgoed. Voor de verschillende sectoren <strong>van</strong> cultureel erfgoed – monumenten,<br />

musea, archieven en archeologie – zijn er drie rijksdiensten die ressorteren onder het<br />

Directoraat-Generaal Cultuur en Media: de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en<br />

Monumenten (een fusie <strong>van</strong> de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek en de<br />

Rijksdienst voor de Monumentenzorg), het Instituut Collectie Nederland (ICN) en het Nationaal<br />

Archief (NA). De voorheen zelfstandige koepelorganisaties voor archieven, monumenten en<br />

10


archeologie (DIVA, NCM en SNA) bundelen <strong>van</strong>af 2007 hun krachten in één nieuwe organisatie<br />

onder de naam Stichting Erfgoed Nederland. Deze fusie komt voort uit het besluit <strong>van</strong> de rijksoverheid<br />

om de ondersteuningsstructuur in de cultuursector te herzien. Ondersteunende taken<br />

worden in de toekomst zo goed mogelijk gebundeld en ‘branchetaken’, zoals belangenbehartiging,<br />

worden niet langer gesubsidieerd. De Museumvereniging brengt haar museale besteltaken<br />

onder in de erfgoedbrede stichting. Ook stichting Erfgoed Actueel gaat deel uitmaken <strong>van</strong> deze<br />

nieuwe organisatie.<br />

Op het gebied <strong>van</strong> landschapsbeheer zijn de belangrijkste instellingen Staatsbosbeheer, de<br />

<strong>Nederlandse</strong> Landschappen en Landschapsbeheer Nederland, terwijl IVN Nederland een educatietaak<br />

heeft voor een breed publiek. Daarnaast kent ons land tal <strong>van</strong>, veelal kleinere, organisaties<br />

die landelijk, provinciaal of lokaal ijveren voor het behoud en beheer <strong>van</strong> specifiek erfgoed,<br />

variërend <strong>van</strong> vuurtorens tot torenuurwerken. Zestig organisaties op het terrein <strong>van</strong> industrieel<br />

erfgoed zijn verenigd in FIEN, de Federatie Industrieel Erfgoed. Tot de landelijk werkende organisaties<br />

behoren onder meer de <strong>Nederlandse</strong> Kastelenstichting en de <strong>Vereniging</strong> de Hollandsche<br />

Molen.<br />

ERFGOED<br />

IN<br />

GEMEENTEN,<br />

PER<br />

SECTOR<br />

3 Definitie International Council Of<br />

Museums (ICOM): ‘Een museum is een<br />

permanente instelling ten dienste <strong>van</strong><br />

de gemeenschap en haar ontwikkeling,<br />

toegankelijk voor het publiek, niet<br />

gericht op het maken <strong>van</strong> winst, die de<br />

materiële getuigenissen <strong>van</strong> de mens en<br />

zijn omgeving verwerft, behoudt, weten-<br />

schappelijk onderzoekt, presenteert en<br />

hierover informeert voor doeleinden <strong>van</strong><br />

studie, educatie en genoegen. (Neder-<br />

landse versie, 1974)<br />

4 Jansen, I. (2004) Handreiking museum-<br />

beleid voor gemeenten<br />

Erfgoed omvat…..<br />

• Voorwerpen die bewaard worden door musea, oudheidkamers en universiteiten.<br />

• Originele documenten, foto’s en films, plattegronden, tekeningen e.d. in archieven.<br />

• Materiële restanten <strong>van</strong> menselijke activiteit, archeologische vindplaatsen.<br />

• Monumenten en de gebouwde omgeving (gevelstenen, straatnamen, straatmeubilair,<br />

stad- en dorpsgezichten enz.).<br />

• Industrieel erfgoed (fabrieken, schoorstenen, machines enz.).<br />

• Inrichting <strong>van</strong> het landschap en natuurmonumenten.<br />

•Mobiel erfgoed in de categorieën water, lucht, rails en weg.<br />

• Immaterieel erfgoed (verhalen, uitdrukkingen, ambachten, tradities en gebruiken enz.).<br />

Materieel erfgoed<br />

Musea<br />

Volgens de nieuwe Britse museumdefinitie, die ook in Nederland terrein wint op de zogenaamde<br />

ICOM-definitie 3 , is een museum: ‘Een onderdeel <strong>van</strong> het collectieve geheugen <strong>van</strong> de maatschappij.<br />

Een museum verwerft, documenteert en behoudt objecten en andere getuigenissen <strong>van</strong> de<br />

mens en diens omgeving en informeert daarover. Het museum ontwikkelt en bevordert kennis en<br />

biedt belevingen die alle zintuigen aanspreken. Het museum is toegankelijk voor het publiek en<br />

levert een bijdrage aan de maatschappij (...)’ . 4<br />

Nederland heeft de hoogste museumdichtheid ter wereld: voor iedere inwoner is er binnen een<br />

straal <strong>van</strong> vijftig kilometer een museum in de buurt. Het exacte aantal is moeilijk vast te stellen,<br />

omdat de naam ‘museum’ niet beschermd is. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) telde er<br />

828 bij het tweejaarlijks onderzoek in 2003. In het Nederlands Museumregister, dat een vastge-<br />

11


stelde reeks criteria hanteert waren per september 2006 355 musea opgenomen. De <strong>Nederlandse</strong><br />

Museumvereniging telde dat jaar 441 leden.<br />

Volgens gegevens <strong>van</strong> het CBS beheert iets meer dan de helft <strong>van</strong> alle musea een collectie op<br />

het gebied <strong>van</strong> geschiedenis. Daarna volgen de collecties <strong>van</strong> bedrijfsmatige en technische aard,<br />

musea met een collectie beeldende kunst, natuurhistorische en volkenkundige collecties. Uit onderzoek<br />

is gebleken dat kleine musea een bijzondere rol hebben in de spreiding en diversiteit <strong>van</strong><br />

het publieksbereik. 5 Omdat ze laagdrempeliger zijn dan grote musea trekken ze meer senioren,<br />

laagopgeleiden en mensen uit de directe omgeving. De meeste musea worden beheerd door<br />

stichtingen, verenigingen, onderwijsinstellingen, bedrijven en particulieren. Er zijn 21 verzelfstandigde<br />

rijksmusea. Ruim honderd musea vallen onder beheer <strong>van</strong> gemeenten en provincies, terwijl<br />

een veelvoud daar<strong>van</strong> wordt gesubsidieerd. Bij de gemeenten gaat het jaarlijks om ongeveer<br />

€ 167 miljoen subsidie.<br />

Musea die de geschiedenis <strong>van</strong> hun stad of regio laten zien, besteden steeds meer aandacht aan<br />

de eigentijdse geschiedenis. Het gaat daarbij niet alleen om presentaties <strong>van</strong> voor stad of streek<br />

actuele onderwerpen, maar ook om het verzamelen <strong>van</strong> objecten uit het heden en recente verleden.<br />

6 Met name het cultureel erfgoed <strong>van</strong> minderheden is voor musea een nieuw werkterrein<br />

dat volop in beweging is. Een toenemend aantal musea beschikt over een eigen website, waarop<br />

bezoekers op verschillende manieren hun weg kunnen zoeken in de collecties. Wie binnen de<br />

<strong>Nederlandse</strong> musea een specifieke collectie zoekt (dinosaurussen, landbouwwerktuigen) kijkt op<br />

www.musip.nl , de site <strong>van</strong> het Museum Inventarisatie Project.<br />

Archieven<br />

Archiefstukken zijn niet alleen handgeschreven of gedrukte documenten, maar ook tekeningen,<br />

kaarten, prenten, afbeeldingen, foto’s en filmmateriaal, geluidsbanden en elektronische informatiedragers.<br />

Er zijn verschillende soorten archiefdiensten: overheidsarchieven en particuliere<br />

archieven, zoals kerkarchieven, waterschapsarchieven, bedrijfsarchieven enzovoorts.<br />

Veel gemeenten beschikken over een eigen gemeentearchief. Dit bevat een schat aan informatie<br />

over het verleden <strong>van</strong> mensen in hun leefomgeving. Zo bewaart de Burgerlijke Stand gegevens<br />

over één persoon (geboorte, huwelijk, overlijden) en registreert het Bevolkingsregister onder<br />

meer alle bewoners op één adres.<br />

In principe zijn gemeentearchieven vrij toegankelijk en is het raadplegen <strong>van</strong> archiefmateriaal<br />

gratis. Voor kopieën of prints <strong>van</strong> originele stukken moet uiteraard wel worden betaald. Om de<br />

toegankelijkheid voor het publiek te vergroten werkt men in de archiefwereld aan digitalisering<br />

<strong>van</strong> de collecties, zodat originele documenten - voorzien <strong>van</strong> contextinformatie - makkelijk<br />

opvraagbaar worden. Steeds vaker worden ook digitale afbeeldingen <strong>van</strong> oorspronkelijke stukken<br />

gemaakt en ter inzage gegeven om kwetsbaar materiaal te behouden.<br />

Kleinere gemeenten werken vaak (noodgedwongen) samen binnen een streekarchief. Er zijn ook<br />

gemeenten zonder eigen archief, die gebruik maken <strong>van</strong> een reizende streekarchivaris. In een<br />

rijksarchief, te vinden in elke provinciehoofdstad, worden gegevens <strong>van</strong> de provinciale overheid<br />

en de rijksinstellingen in de provincie bewaard. De grootste openbare archiefinstelling is het<br />

Nationaal Archief in Den Haag. (www.nationaalarchief.nl). De kring <strong>van</strong> Archivarissen in Nederland<br />

(KVAN) bundelt de beroepsgroep.<br />

Archeologie<br />

Elke dag worden er in de <strong>Nederlandse</strong> bodem voorwerpen gevonden die lang geleden zijn gemaakt,<br />

in onbruik zijn geraakt en vergeten. Aan de hand <strong>van</strong> deze materiële resten <strong>van</strong> vroegere<br />

menselijke activiteiten proberen archeologen inzicht te krijgen in de manier waarop mensen in<br />

vroegere tijden leefden. Materiële resten zijn bijvoorbeeld (vaak) aardewerk, werktuigen, wapens,<br />

munten of bakstenen, maar kunnen ook overblijfselen <strong>van</strong> mensen zelf zijn, zoals skeletten of de<br />

asresten <strong>van</strong> verbrande botten. Het kunnen ook overblijfselen zijn <strong>van</strong> dieren of planten waarmee<br />

mensen iets te maken hebben gehad: botten <strong>van</strong> prooidieren of vee, stuifmeel <strong>van</strong> graan dat is<br />

gezaaid. Vaak zien archeologen verkleuringen in de grond waar mensen bijvoorbeeld ooit palen<br />

hebben geslagen of een sloot hebben gegraven. Behalve resten en patronen onder de grond<br />

die door opgravingen aan het licht komen, kunnen archeologische objecten ook zichtbaar in het<br />

landschap aanwezig zijn: denk aan grafheuvels en hunebedden.<br />

Elke provincie heeft een provinciaal archeoloog/archeologisch beleidsmedewerker. Bijna veertig<br />

gemeenten in Nederland beschikken daarnaast over een eigen gemeentelijke archeoloog,<br />

verenigd in het Convent <strong>van</strong> Gemeentelijke Archeologen in Nederland. Amateurarcheologen zijn<br />

verenigd in allerlei lokale, regionale en landelijk georganiseerde verenigingen, waar<strong>van</strong> de Archeologische<br />

Werkgemeenschap voor Nederland (AWN) de grootste is.<br />

Presentaties <strong>van</strong> opgravingen voor het publiek zijn de laatste jaren steeds belangrijker geworden.<br />

Voor de vele belangstellenden zijn er onder meer tijdelijke tentoonstellingen <strong>van</strong> recente opgra-<br />

1<br />

5 Ranshuysen, L. (2001) Onderzoek<br />

Cultuurdeelname<br />

6 Jansen, I. (2004) Handreiking museum-<br />

beleid voor gemeenten


7 UNESCO (2003) Conventie voor het<br />

behoud <strong>van</strong> immaterieel erfgoed<br />

vingen, maar ook rondleidingen door depots en een aantal informatieve websites zoals<br />

www.archeos.nl. Soms is het werk <strong>van</strong> archeologen te volgen via een webcam.<br />

Monumenten en de gebouwde omgeving<br />

Een monument is een gebouw of object, meestal ouder dan vijftig jaar, dat <strong>van</strong> algemeen belang<br />

is <strong>van</strong>wege schoonheid, cultuurhistorische waarde of betekenis voor de wetenschap: het laat<br />

zien hoe er vroeger werd gebouwd of geleefd. Nederland telt ca. 50.000 monumenten, in soorten<br />

en maten. De grootste categorie vormen de woonhuizen, gevolgd door andere gebouwen als<br />

kastelen, kerken, boerderijen, molens, cafés, fabrieken, flats en ensembles <strong>van</strong> gebouwen (hofjes,<br />

stads- en dorpsgezichten, wijken). Ook andere objecten kunnen <strong>van</strong> monumentale waarde zijn:<br />

verdedigingswerken, stadsmuren, bruggen, fonteinen, (oorlogs)gedenktekens, terwijl ook parken,<br />

(natuur)landschap of een boomgaard dit predicaat kunnen krijgen.<br />

Er zijn rijksmonumenten -<strong>van</strong> nationaal belang, naast provinciale en gemeentelijke monumenten,<br />

die onlosmakelijk verbonden zijn met de plaats waar ze staan. Naast de overheid houden<br />

ook circa 900 particuliere organisaties zich bezig met behoud, herstel en onderhoud <strong>van</strong> monumenten.<br />

Ongeveer veertig procent daar<strong>van</strong> richt zich op een bepaalde categorie monumenten<br />

(vuurtorens, industriële monumenten enz.). Sommige monumenten krijgen een nieuwe functie<br />

(kantoor, horeca, kunstwerkplaats), andere zijn toegankelijk voor publiek, maar een groot aantal<br />

kan alleen op aanvraag of voor een speciale gelegenheid worden opengesteld.<br />

Industrieel erfgoed<br />

Getuigen <strong>van</strong> voorbije fasen in de ontwikkeling <strong>van</strong> bedrijf en techniek vallen onder de noemer<br />

‘industrieel erfgoed’. Naast gebouwen (pakhuizen, vemen, gasfabrieken, watertorens, sluizen,<br />

stuwen, winkels, beursgebouwen enz.) omvat dit roerende zaken als machines en apparatuur,<br />

vervoersmiddelen en restanten <strong>van</strong> infrastructuur zoals vaarwegen, havens, verkeerswegen,<br />

spoor- en tramwegen en vliegvelden. Ook bedrijfsarchieven en beeld- en geluidscollecties<br />

kunnen industrieel erfgoed zijn. In de jaren negentig zijn vele honderden objecten aangewezen<br />

als rijksmonument. Ook gemeenten hebben industriële gebouwen of objecten tot lokaal monument<br />

verklaard. De Federatie Industrieel Erfgoed (FIEN) fungeert als koepel voor een zestigtal<br />

organisaties, die vaak drijven op enthousiaste vrijwilligers. In deze heterogene groep bevinden<br />

zich lokale en regionale organisaties die zich op een bepaalde stad of een bepaalde streek richten,<br />

maar ook categoriale, die zich bijvoorbeeld richten op gemalen, watertorens, schepen of trams<br />

(www.industrieel-erfgoed.nl).<br />

Mobiel erfgoed<br />

Mobiel erfgoed omvat allerlei historische transportmiddelen. Er zijn vier sectoren: water, rail, weg<br />

en lucht. Denk dus behalve aan oude auto’s en stadsbussen aan vissersschepen, veerboten, trams,<br />

treinen en vliegtuigen. Musea en organisaties <strong>van</strong> particuliere eigenaren op het gebied <strong>van</strong> het<br />

mobiel erfgoed zijn verenigd in de stichting Mobiele Collectie Nederland (MCN).<br />

Immaterieel erfgoed<br />

Overal waar mensen samenleven ontstaat immaterieel erfgoed. De UNESCO verstaat onder immaterieel<br />

erfgoed: ‘De beoefening, de voorstellingen, de expressie, de kennis en de vakkennis<br />

– inclusief de bijbehorende instrumenten, voorwerpen, artefacten en ruimtes – die gemeenschappen,<br />

groepen en soms individuen erkennen als onderdeel <strong>van</strong> hun cultureel erfgoed. Immaterieel<br />

erfgoed openbaart zich – onder andere – in de volgende domeinen: orale tradities, uitingen en<br />

taal, de podiumkunsten, sociale praktijken, rituelen en feestelijke gebeurtenissen, kennis en praktijken<br />

rond de natuur en het universum en het traditionele ambacht.’ 7<br />

Kennis over dit ‘niet tastbare’ erfgoed is binnen gemeenten vaak aanwezig bij (oudere) inwoners<br />

en meer specifiek bij historische verenigingen, oudheidkamers en heemkundekringen, maar ook<br />

bij fanfares en andere muziekverenigingen, folkloristische dansgroepen en beoefenaars <strong>van</strong> oude<br />

ambachten. Het nationale museum voor de cultuur <strong>van</strong> ons dagelijks leven is het Nederlands<br />

Openluchtmuseum in Arnhem.<br />

Landelijke instellingen die actief zijn op het terrein <strong>van</strong> het immaterieel erfgoed zijn het Meertens<br />

Instituut (wetenschappelijk onderzoek) en het Nederlands Centrum voor Volkscultuur (NCV). Het<br />

NCV ondersteunt het veld en geeft, onder meer via een website met kennisdatabank<br />

(www.volkscultuur.nl) en tal <strong>van</strong> publicaties, voorlichting aan het grote publiek. Steeds meer<br />

belangstelling is er voor erfgoed <strong>van</strong> migranten in Nederland, dat (hier) grotendeels immaterieel<br />

<strong>van</strong> aard is.<br />

1


1<br />

WAT IS


ERFGOEDEDUCATIE?<br />

Cultureel bewustzijn, historisch besef, overdracht <strong>van</strong> waarden en tradities en een krachtige<br />

leeromgeving. Over dit alles praten we als we het over erfgoededucatie hebben. In<br />

het onderwijs staat erfgoededucatie zowel voor cultuureducatie als voor goed inpasbaar<br />

omgevingsonderwijs. Maar ook daarbuiten heeft erfgoededucatie betekenis. Voor jongeren<br />

en voor een volwassen publiek, voor autochtonen en nieuwe inwoners, voor leken en<br />

kenners.<br />

2.1 Begrip en beleving<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> omvat een breed spectrum aan activiteiten voor allerlei publieksgroepen, die<br />

zowel ‘kennis en begrip’ als ‘beleving’ <strong>van</strong> erfgoed tot doel hebben. Erfgoed krijgt betekenis in<br />

de context waarin het wordt gepresenteerd. Een museumobject of een oude akte krijgt bijvoorbeeld<br />

meer zeggingskracht als je iets te weten komt over de achtergrond of uniciteit daar<strong>van</strong>. Om<br />

erfgoed te kunnen beleven moeten de verhalen die het met zich meedraagt op een voor mensen<br />

aansprekende en herkenbare manier worden gepresenteerd. Dat kan op heel verschillende manieren,<br />

(thematisch, inzoomend) gebruikmakend <strong>van</strong> verschillende didactische vormen (doe-activiteit,<br />

lespakket, rondleiding) en media (brochure, 3D-presentatie, film).<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> maakt jong en oud attent op de aanwezigheid <strong>van</strong> het verleden in het heden. Als<br />

je op de uitkijktoren <strong>van</strong> een kasteel staat, besef je dat anderen hier honderden jaren vóór jou ook<br />

al naar beneden keken. En na een historische rondleiding in je eigen woonplaats fiets je toch met<br />

een andere blik langs vertrouwde gebouwen: op dit plein vond een oproer plaats, daar zijn middeleeuwse<br />

potscherven gevonden en bij dat huizenblok begon het akkerland al.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> trekt een lijn <strong>van</strong> verleden naar heden en andersom en is daarmee een instrument<br />

voor het ontwikkelen <strong>van</strong> historisch besef. Gebeurtenissen <strong>van</strong> <strong>van</strong>daag zijn op die manier<br />

in een breder perspectief te plaatsen. Erfgoed draagt als collectief bewaard verleden informatie<br />

aan voor antwoorden op de vraag naar identiteit: ‘wie ben ik’ en ‘wat vinden wij als samenleving<br />

belangrijk om te bewaren en door te geven’. Door informatie over en duiding <strong>van</strong> overblijfselen uit<br />

het verleden ontstaat ook (meer) begrip en respect voor dat wat we cultuur noemen. Mensen <strong>van</strong><br />

nu worden zich zo bewust <strong>van</strong> de waarde <strong>van</strong> cultuurbehoud voor de toekomst.<br />

De kracht <strong>van</strong> erfgoededucatie is dat erfgoed ‘echt’ is en ‘dichtbij’ staat, omdat het deel uitmaakt<br />

<strong>van</strong> onze directe leefomgeving en daarin betekenis krijgt.<br />

Erfgoed haakt in op zowel cognitie als emotie en doet ook een sterk appèl op de zintuigen. Erfgoed<br />

kun je aanraken, zien en horen, ruiken en soms zelfs proeven. Ook mensen die meer moeite<br />

hebben met abstraheren kunnen er goed mee uit de voeten. Anderen zet de kennismaking met<br />

erfgoed aan om verder te lezen en te leren.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> verschaft context<br />

Vrijwel iedere gemeente heeft een collectie historisch glas. Herdenkingsroemers bijvoorbeeld en glaskunst, zoals gebrandschilderde<br />

ramen in kerken en openbare gebouwen. Het <strong>Nederlandse</strong> bezit aan middeleeuws gebrandschilderd<br />

glas is ten opzichte <strong>van</strong> andere Europese landen heel beperkt. In de loop <strong>van</strong> de zestiende eeuw werden namelijk veel<br />

kostbare kerkramen vernield tijdens oorlogen en godsdiensttwisten. De belangstelling voor de glasschilderkunst taande<br />

en aan het eind <strong>van</strong> de 18e eeuw waren er bijna geen glazeniers meer te vinden. Het toenemende gebruik <strong>van</strong> emailverf<br />

leidde tot kwaliteitsverlies. Hoewel het de glasschilder in staat stelde gedetailleerdere voorstellingen op het glas te<br />

schilderen, zonder daarbij gebruik te hoeven maken <strong>van</strong> loodstrips, gaf de emailverf veel minder intense kleureffecten<br />

en bladderde het snel af. Beschadigde kerkramen werden dichtgemaakt met gewoon vensterglas en bijgeschilderd met<br />

olieverf. In de negentiende eeuw ontstond er nieuwe belangstelling voor oude ambachten, waaronder het glasschilderen.<br />

Dit manifesteerde zich in stromingen als art nouveau en neogotiek, die gebrandschilderd glas gebruikten als decoratie<br />

<strong>van</strong> kerken en wereldlijke gebouwen.<br />

1


2.2. Cultuureducatie en inpasbaar omgevingsonderwijs<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is een onderdeel <strong>van</strong> cultuureducatie binnen het onderwijs, dat tot doel heeft<br />

leerlingen tijdens hun schoolcarrière in contact te brengen met kunst en cultuur. Op die manier<br />

leren ze het veelzijdige aanbod aan cultuur te ontdekken, begrijpen en waarderen. Het ontwikkelen<br />

<strong>van</strong> kennis en beoordelingsvermogen op dit vlak draagt bij aan persoonlijke ontplooiing en is<br />

in die zin ook belangrijk voor de samenleving als geheel. Bovendien legt cultuureducatie de basis<br />

voor actieve en receptieve cultuurparticipatie in het latere leven.<br />

Daarnaast is erfgoededucatie, dat een sterke informatiecomponent heeft, voor scholen goed in<br />

te passen in het reguliere lesprogramma, aansluitend op verplichte kerndoelen en gehanteerde<br />

methoden. Vooral onderwerpen in vakken als geschiedenis en aardrijkskunde, maatschappijleer<br />

en Culturele en Kunstzinnige Vorming (CKV) zijn voor leerlingen te verduidelijken door erfgoedopdrachten<br />

in de eigen omgeving. De praktijk wijst uit dat erfgoed door zijn veelzijdigheid als<br />

‘betekenisrijke context’ ook een verhelderende bijdrage kan leveren aan op het eerste gezicht<br />

misschien minder voor de hand liggende vakken, zoals techniek, economie, algemene natuurwetenschappen<br />

of taal. Theorie die verklaard wordt aan de hand <strong>van</strong> de wereld om je heen is<br />

opeens een stuk leuker en begrijpelijker.<br />

Als natuurlijke vorm <strong>van</strong> omgevingsonderwijs past erfgoed in het streven binnen het onderwijs<br />

om voor kennisoverdracht en het ontwikkelen <strong>van</strong> vaardigheden aan te sluiten bij de leefwereld<br />

<strong>van</strong> de leerling. Uiteraard is niet alle omgevingsonderwijs – bijvoorbeeld het determineren <strong>van</strong><br />

planten in de omgeving <strong>van</strong> de school – ook erfgoededucatie. Omgekeerd is erfgoededucatie niet<br />

per definitie aan de omgeving gebonden. Belangrijk nationaal en internationaal erfgoed bevindt<br />

zich vaker niet dan wel in de omgeving <strong>van</strong> een school. Zo is een excursie <strong>van</strong>uit Leeuwarden naar<br />

de Deltawerken in Zeeland of het Openluchtmuseum in Arnhem geen omgevingsonderwijs, maar<br />

wèl erfgoededucatie. [Zie verder 5.]<br />

2.3 Buitenschools en voor een breed publiek<br />

De toevoeging ‘educatie’ doet misschien vermoeden dat erfgoed uitsluitend of vooral binnen het<br />

onderwijs een functie heeft. <strong>Erfgoededucatie</strong> kent echter ook allerlei buitenschoolse varianten en<br />

bestrijkt het hele spectrum <strong>van</strong> enthousiasmeren voor een eerste kennismaking met erfgoed tot<br />

verdieping en duiding daar<strong>van</strong>, variërend <strong>van</strong> rondleiding tot website. Zo kan educatief aanbod<br />

<strong>van</strong> erfgoedinstellingen uit de eigen omgeving bijvoorbeeld een plaats krijgen binnen de Brede<br />

School of in de vrijetijdsbesteding <strong>van</strong> jongeren.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is bovendien niet alleen goed besteed aan kinderen en jongeren, maar ook<br />

bedoeld om volwassenen oog te laten krijgen voor erfgoed en (cultuur)historie, of hen in staat<br />

te stellen hun kennis daar<strong>van</strong> te verdiepen. Als deel <strong>van</strong> het gemeenschappelijke verleden moet<br />

erfgoed voor alle inwoners <strong>van</strong> een gemeente letterlijk en figuurlijk toegankelijk zijn, ook voor<br />

diegenen die uit zichzelf niet zo snel een museum of andere erfgoedinstelling bezoeken.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> kan illustreren dat geschiedenis niet één afgerond verhaal is en verschillende<br />

interpretaties kent. <strong>Erfgoededucatie</strong> kan verduidelijken dat we een gedeelde verantwoordelijkheid<br />

hebben voor onze leefomgeving en aanzetten tot nadenken over wat we willen behouden.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> kan het hoe en waarom <strong>van</strong> overgeleverde tradities verklaren: de manier waarop<br />

we elkaar begroeten, een kopje koffie drinken of Sinterklaas vieren. Begrip <strong>van</strong> ‘onze manieren’<br />

en aandacht voor het erfgoed dat zij op hun beurt meebrengen, kan ertoe bijdragen dat ook<br />

nieuwkomers zich in een gemeente thuis voelen. In die zin kan erfgoededucatie meehelpen om<br />

de band <strong>van</strong> inwoners met hun woonplaats en met elkaar te verstevigen, een bijdrage leveren<br />

aan de integratie <strong>van</strong> nieuwe Nederlanders en burgers aanzetten tot meedenken over ruimtelijke<br />

ontwikkeling. [Zie verder 6.]<br />

2.4 Ontstaansgeschiedenis<br />

Cultuureducatie is in de beleidstermen <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW de verzamelnaam voor<br />

kunst-educatie, erfgoededucatie en media-educatie. Soms wordt literatuureducatie daarbij apart<br />

vermeld. Vergeleken met kunsteducatie is erfgoededucatie voor sommige overheden en organisaties<br />

vrijwel onbekend terrein. Dat is deels te verklaren uit de reflex bij cultuur eerder te denken<br />

aan podiumkunsten dan aan cultuurhistorie, maar ook toe te schrijven aan een andere ontstaansgeschiedenis.<br />

Daarom een korte terugblik.<br />

Toen het ministerie <strong>van</strong> OCW met de beleidsnotitie ‘Cultuur en School’ in 1996 cultuureducatie in<br />

1


het onderwijs krachtig aanduwde, stond kunsteducatie al goeddeels op de kaart. Vanaf het eind<br />

<strong>van</strong> de jaren zeventig <strong>van</strong> de vorige eeuw waren er op grote schaal regionale en lokale centra<br />

voor kunstzinnige vorming opgericht, die het (primair) onderwijs als belangrijk werkgebied<br />

hadden. Deze sector professionaliseerde zich in de jaren daarna met onder meer gecertificeerde<br />

opleidingen en een landelijk ondersteuningsapparaat.<br />

Toen de introductie <strong>van</strong> cultuurvouchers en het nieuwe vak Culturele en Kunstzinnige Vorming<br />

(CKV) in het voortgezet onderwijs [5.] de behoefte aan bemiddeling en expertise <strong>van</strong> intermediaire<br />

organisaties voor buitenschools cultuuraanbod snel deed groeien, was <strong>van</strong> enige infrastructuur in<br />

erfgoededucatie echter nog nauwelijks sprake. Erfgoedinstellingen opereerden veelal solitair. De<br />

grotere musea hadden de draai naar het onderwijs als doelgroep voor een deel al gemaakt, maar<br />

archieven waren in de regel nog gericht op behoud en beheer en de archeologie was een wereld<br />

apart.<br />

Om een brug te slaan tussen onderwijs en erfgoedveld werd daarom in 1997 Erfgoed Actueel<br />

opgericht. Dit expertisecentrum opereerde aan<strong>van</strong>kelijk als een onderdeel <strong>van</strong> het ministerie<br />

<strong>van</strong> OCW en vervolgens als zelfstandige stichting. Het ministerie maakte destijds een belangrijke<br />

keuze. De gedachte was dat erfgoededucatie op eigen kracht, binnen een zelfstandige infrastructuur,<br />

meer kansen zou krijgen om zich volwaardig te ontwikkelen. Bovendien zijn er inhoudelijke<br />

en praktische verschillen tussen kunst – en erfgoededucatie.<br />

2.5 Taakverdeling erfgoededucatie<br />

In betrekkelijk korte tijd is voor erfgoededucatie een infrastructuur ontstaan die lijkt op die <strong>van</strong><br />

de kunsteducatie. 8 Vanuit deze infrastructuur worden projecten opgezet voor erfgoededucatie<br />

buiten schoolverband en voor een breed publiek.<br />

Landelijk<br />

Op landelijk niveau stimuleert de Stichting Erfgoed Nederland <strong>van</strong>af 2007 het gebruik <strong>van</strong> cultureel<br />

erfgoed in het onderwijs, onder meer door deskundigheidsbevordering en advisering <strong>van</strong> de<br />

erfgoedsector en het opzetten en onderhouden <strong>van</strong> netwerken. De stichting Erfgoed Actueel die<br />

genoemde taken voorheen verzorgde is in deze nieuwe stichting opgegaan.<br />

Publieksvoorlichting over immaterieel erfgoed berust bij het Nederlands Centrum voor Volkscultuur,<br />

dat hierin ook het veld ondersteunt. Digitaal Erfgoed Nederland (DEN) werkt aan het opzetten<br />

<strong>van</strong> een nationale digitale infrastructuur voor erfgoed en ondersteunt erfgoedinstellingen bij<br />

het digitaal toegankelijk maken <strong>van</strong> collecties.<br />

Provinciaal<br />

De meeste provincies voeren een actief erfgoedbeleid, bijvoorbeeld op het gebied <strong>van</strong> ruimtelijke<br />

planvorming (culturele planologie). Ook richten zij zich op ondersteuning <strong>van</strong> erfgoedbeheerders<br />

en –instellingen met advies-op-maat, deskundigheidsbevordering, informatie en voorlichting.<br />

Deze taken zijn veelal neergelegd bij provinciale erfgoedinstellingen. Soms zijn deze activiteiten<br />

door decentralisatie op provinciaal niveau terecht gekomen.<br />

Zo zijn er allerlei vormen ontstaan <strong>van</strong> provinciale consulentschappen, monumentenwachten,<br />

steunpunten monumentenzorg en archeologie, Regionaal Historische Centra enzovoort. De<br />

structuren verschillen per provincie, maar de laatste jaren is sprake <strong>van</strong> een toenemende clustering<br />

tot grotere samenwerkingsverbanden. In een aantal gevallen heten deze ‘Erfgoedhuis’. Soms<br />

is alle dienstverlening onder één dak gebracht, zoals in Zeeland en Zuid-Holland, soms vindt de<br />

ondersteuning <strong>van</strong>uit meer instellingen plaats. Vrijwel alle erfgoeddisciplines worden zo op een of<br />

andere wijze bediend.<br />

Bijna alle provinciale erfgoedinstellingen zien erfgoededucatie als een speerpunt in hun activiteiten<br />

en spelen een toenemende rol in de ontwikkeling en verspreiding daar<strong>van</strong>. Zij richten zich<br />

daarbij onder meer op bemiddeling, voorlichting, deskundigheidsbevordering, kwaliteitszorg en<br />

begeleiding ten behoeve <strong>van</strong> scholen en plaatselijke erfgoedinstellingen.<br />

Naast provinciale erfgoedinstellingen heeft ook een aantal provinciale steunfunctie-instellingen<br />

op het gebied <strong>van</strong> kunstzinnige vorming erfgoededucatie in het pakket.<br />

In 2005 is het Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland (OPEN) opgericht. Deze vereniging<br />

heeft tot doel de ondersteuning <strong>van</strong> erfgoed in elke provincie te verstevigen en uit te<br />

breiden (zie kader pagina 18).<br />

Lokaal<br />

Op lokaal niveau is erfgoededucatie professioneel opgepakt door (grotere) musea, archiefdiensten,<br />

monumenten- en archeologische organisaties. Tussen deze instellingen ontstaan op lokaal<br />

en regionaal niveau steeds meer vormen <strong>van</strong> samenwerking, waarbij vaak ook bibliotheken en<br />

1<br />

8 Cultuurnetwerk Nederland (2005)<br />

Cultuur + Educatie 12. Erfgoedonderwijs<br />

in onderwijsleersituaties (p.36-38)


andersoortige culturele instellingen worden betrokken. Een aantal plaatselijk werkende centra<br />

voor de kunsten fungeert ook als intermediair tussen onderwijs en erfgoedinstellingen.<br />

In veel gemeenten zijn oudheidkundige of historische verenigingen en heemkundekringen actief.<br />

De hierbij aangesloten vrijwilligers zijn vaak bereid anderen te laten delen in hun kennis <strong>van</strong> en<br />

enthousiasme voor lokaal erfgoed en cultuurhistorie.<br />

Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland (OPEN)<br />

Erfgoedhuizen of vergelijkbare provinciale erfgoedinstellingen richten zich op de ondersteuning<br />

<strong>van</strong> beheerders en gebruikers <strong>van</strong> erfgoed. Zij bedienen grote en verschillende klantengroepen.<br />

Musea bijvoorbeeld kunnen rekenen op de steun <strong>van</strong> vakexperts (consulenten) op het gebied<br />

<strong>van</strong> registratie, documentatie, behoud, beheer en ontsluiting <strong>van</strong> collecties. Dat geldt ook voor de<br />

archieven en beoefenaars <strong>van</strong> de geschiedenis (historische verenigingen).<br />

<strong>Gemeenten</strong> worden ondersteund in de ontwikkeling en uitvoering <strong>van</strong> beleid op het gebied <strong>van</strong><br />

monumentenzorg en archeologie door de Steunpunten Monumentenzorg en Archeologie. De<br />

Monumentenwacht voorziet monumentenbeheerders <strong>van</strong> onderhoudsadviezen.<br />

De meeste provinciale erfgoedinstellingen hebben een afdeling erfgoededucatie die scholen en<br />

erfgoedinstellingen met elkaar in contact brengt en begeleidt bij het verzorgen <strong>van</strong> erfgoededucatie.<br />

Provinciale erfgoedinstellingen verzorgen tal <strong>van</strong> publicaties, waaronder handleidingen<br />

voor professionals en vrijwilligers.<br />

Ook digitaal zijn provinciale erfgoedinstellingen actief: zij ontwikkelen en beheren provinciale<br />

websites en databanken, die zich richten op bredere ontsluiting <strong>van</strong> erfgoed. Hierin nemen afzonderlijke<br />

erfgoedbeheerders met hun objecten of collecties deel.<br />

Ten slotte zijn provinciale erfgoedinstellingen ook steeds vaker organisator. Bijvoorbeeld <strong>van</strong> provinciale<br />

evenementen binnen themajaren als ‘Het Jaar <strong>van</strong> het Kasteel’, of <strong>van</strong> cultuurtoeristische<br />

projecten.<br />

Provinciale erfgoedinstellingen die meer dan één erfgoeddiscipline ondersteunen hebben zich<br />

verenigd in ‘OPEN’, Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland. Voor een overzicht <strong>van</strong> de<br />

hierbij aangesloten instellingen zie bijlage 2.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is…<br />

een breed palet aan activiteiten gericht op kennis, begrip en beleving <strong>van</strong> erfgoed.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> heeft betekenis…<br />

• in het onderwijs: zowel cultuureducatie als omgevingsonderwijs.<br />

• buiten het klaslokaal, voor een breed publiek <strong>van</strong> alle leeftijden.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> …<br />

• draagt bij aan kennis en begrip <strong>van</strong> cultuur en daarmee aan cultureel bewustzijn.<br />

• voorziet overblijfselen uit het verleden <strong>van</strong> context en verklaring.<br />

• ontwikkelt historisch besef door een relatie te leggen tussen heden en verleden.<br />

• biedt een kader voor (collectieve) identiteit.<br />

• draagt bij aan aandacht en respect voor de eigen leefomgeving.<br />

1


ERFGOEDEDUCATIE IN<br />

0


GEMEENTELIJK BELEID<br />

Elke gemeente heeft erfgoed, dat zowel intrinsieke als instrumentele waarde heeft.<br />

Bestuurlijk is dit erfgoed zichtbaar in de wettelijke verantwoordelijkheid voor behoud en<br />

beheer en als factor in het autonome, gemeentelijke cultuurbeleid. Cultuureducatie en<br />

–participatie zijn hierin belangrijke aandachtspunten, die ook lokale erfgoedinstellingen<br />

raken. Erfgoed is verweven met lokale identiteit en geeft contour aan het culturele profiel<br />

<strong>van</strong> een plaats. Daarmee kan het ook een rol krijgen op het gebied <strong>van</strong> welzijn, toerisme<br />

en economie en ruimtelijke ontwikkeling. Om al deze belangen recht te doen is een<br />

samenhangend beleid voor erfgoededucatie onmisbaar.<br />

3.1 Samenhang in verscheidenheid<br />

De verantwoordelijkheden <strong>van</strong> gemeenten voor behoud en beheer <strong>van</strong> erfgoed zijn vastgelegd in<br />

landelijke wet- en regelgeving. Daarnaast krijgt erfgoed aandacht binnen het autonome cultuurbeleid<br />

<strong>van</strong> de gemeente.<br />

Het cultuurbeleid geeft richting aan de aard en om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het cultuuraanbod, onder meer door<br />

het inzetten <strong>van</strong> subsidie-instrumenten. Tot cultuurbeleid hoort ook het bevorderen <strong>van</strong> de cultuurparticipatie<br />

<strong>van</strong> inwoners. Onder invloed <strong>van</strong> landelijke stimuleringsprogramma’s als Cultuur<br />

en School en het Actieplan Cultuurbereik ligt het accent daarbij sterk op cultuureducatie voor<br />

jongeren en is er meer aandacht gekomen voor cultuurdeelname <strong>van</strong> nieuwe publieksgroepen,<br />

waaronder allochtonen. <strong>Gemeenten</strong> hebben daarnaast bemoeienis met het erfgoedveld omdat<br />

zij subsidies verstrekken aan lokale erfgoedinstellingen en –organisaties. In deze sector staan<br />

kwesties als kwaliteitsverbetering en een meer publieksgericht aanbod hoog op de agenda.<br />

Kunst en erfgoed hebben binnen de samenleving op de eerste plaats een waarde op zich. Daarnaast<br />

groeit het inzicht dat kunst en cultuur, <strong>van</strong>uit eigen kracht, ook een waardevolle bijdrage<br />

kunnen leveren aan diverse andere gemeentelijke beleidsterreinen. Zowel waar het gaat om<br />

stedelijk belang (stedelijke economie, ruimtelijke ontwikkeling) als om maatschappelijk belang<br />

(sociale cohesie, jongerenbeleid, integratie). Een gemeente die het plaatselijke erfgoed hiervoor<br />

wil inzetten, krijgt zeker te maken met erfgoededucatie.<br />

In die zin zijn er voor de cultuurambtenaar raakvlakken met gemeentelijke afdelingen en diensten<br />

als onderwijs, welzijn, ruimtelijke ordening, stadsontwikkeling, monumentenzorg, economische<br />

zaken (toerisme) en gemeentevoorlichting.<br />

3.2 Wet- en regelgeving<br />

Op het terrein <strong>van</strong> erfgoed hebben gemeenten te maken met de volgende wet- en regelgeving:<br />

• Museumwet (1925), gericht op de opheffing of wijziging – in het algemeen belang – <strong>van</strong> bij<br />

erfstelling of legaat gestelde voorwaarden.<br />

• Wet tot behoud <strong>van</strong> cultuurbezit (1985), beschermt voorwerpen en verzamelingen die voor<br />

Nederland <strong>van</strong> groot (cultuurhistorisch of wetenschappelijk) belang zijn tegen uitvoer naar het<br />

buitenland.<br />

• Monumentenwet (1988), gericht op de bescherming <strong>van</strong> het onroerend Nederlands cultuurbezit.<br />

De Monumentenwet heeft betrekking op rijksmonumenten en beschermde stads- en dorpsgezichten.<br />

Daarnaast kunnen ook provincie en gemeente monumenten aanwijzen. Provinciale<br />

en gemeentelijke monumenten zijn via de Woningwet ‘beschermd’, omdat voor alle ingrepen<br />

een bouwvergunning verplicht is. Sommige gemeenten wijzen bovendien nog karakteristieke<br />

panden (met bijzondere inwendige details) en beeldbepalende panden (<strong>van</strong> belang voor het<br />

stadsbeeld) aan.<br />

• Verdrag <strong>van</strong> Malta (1992), beschermt het archeologisch erfgoed in de bodem en de inbedding<br />

daar<strong>van</strong> in de ruimtelijke ontwikkeling. De implementatie <strong>van</strong> dit Europese verdrag in <strong>Nederlandse</strong><br />

wetgeving leidde tot een wijziging <strong>van</strong> de Monumentenwet 1988. Vooruitlopend daarop<br />

is er wel al regelgeving ´in de geest´ <strong>van</strong> Malta. Dit geldt bijvoorbeeld voor projecten waarbij een<br />

Milieu Effect Rapportage (MER), verplicht is, bij bestemmingsplanwijzigingen en bij ontgrondingen.<br />

Sommige gemeenten werken al volgens de Malta-norm, zoals bij de aanleg <strong>van</strong> Vinex-locaties<br />

[4.3].<br />

• Algemene wet bestuursrecht (1992), is als wettelijk kader voor alle subsidieverstrekking het<br />

1


9 Wijn. C (2003) Gemeentelijk<br />

cultuurbeleid - een handleiding<br />

belangrijkste beleidsinstrument op het gebied <strong>van</strong> cultuur. <strong>Gemeenten</strong> ondersteunen erfgoedinstellingen<br />

(vooral musea) op hun grondgebied vaak met structurele en/of incidentele subsidies.<br />

Musea kunnen bijvoorbeeld bestaan als gemeentelijke dienst of als zelfstandige, volledig door<br />

de gemeente gesubsidieerde stichting. Subsidies kunnen bestaan uit een jaarlijkse exploitatiebijdrage<br />

of uit de specifieke financiering <strong>van</strong> huisvesting of medewerkers. Incidentele subsidies<br />

worden bijvoorbeeld afgegeven voor speciale projecten of voor nieuwbouw of renovatie.<br />

• Wet op specifiek cultuurbeleid (1993), regelt onder meer het verstrekken <strong>van</strong> specifieke uitkeringen<br />

door het rijk ten behoeve <strong>van</strong> cultuuruitingen. Ook de landelijke Cultuurnotasystematiek<br />

is hierin verankerd. <strong>Erfgoededucatie</strong> is een <strong>van</strong> de aandachtspunten binnen een aantal <strong>van</strong> deze<br />

doeluitkeringen [3.4].<br />

• Archiefwet (1995), regelt verantwoordelijkheden <strong>van</strong> overheden voor hun archiefbescheiden.<br />

3.3 Erfgoed in gemeentelijk cultuurbeleid<br />

Om gemeenten houvast te bieden bij het vormgeven <strong>van</strong> hun cultuurbeleid is een model ontwikkeld<br />

dat culturele infrastructuur en het bijbehorende beleid opdeelt in drie ringen, die gerelateerd<br />

zijn aan het inwonersaantal. 9 Aan het ringenmodel is af te lezen wat er verwacht zou mogen worden<br />

<strong>van</strong> een gemeente met minder dan 30.000 inwoners, tussen de 30.000 en 90.000 inwoners en<br />

gemeenten met meer dan 90.000 inwoners. Het bijbehorende cultuurbeleid is dan respectievelijk<br />

kernachtig, uitgebreid of alomvattend. Bij elke om<strong>van</strong>g zien we erfgoed als aandachtspunt <strong>van</strong><br />

cultuurbeleid terug. Grote gemeenten met een alomvattend cultuuraanbod (de derde ring in het<br />

model) leggen hun erfgoedbeleid meestal vast in een cultuurnota. Soms is er een aparte erfgoed-<br />

of museumnota. Kleine en middelgrote gemeenten verwoorden de zorg voor erfgoed in een<br />

algemene gemeentelijke nota.<br />

De culturele infrastructuur <strong>van</strong> gemeenten in ringen


Erfgoed in de vorm <strong>van</strong> (en/of) monumenten, oudheidkamers 10 , archieven en archeologie wordt<br />

al in de kleinste gemeenten aanwezig verondersteld. Voor gemeenten met meer dan 30.000 inwoners<br />

komt daar een natuur- of cultuurhistorisch museum bij, terwijl in de grootste gemeenten<br />

ook een kunstmuseum zou moeten staan. Uiteraard is het model slechts een handreiking. Er zijn<br />

kleine gemeenten die meer voorzieningen hebben dan het model veronderstelt en gemeenten<br />

die wat dit betreft minder goed bedeeld zijn. Sommige plaatsen beschikken nu eenmaal niet over<br />

noemenswaardige monumenten, veel kleinere gemeenten zijn aangewezen op een streekarchivaris,<br />

een oudheidkamer vind je niet overal en het bodemarchief is niet altijd zichtbaar te maken.<br />

In dat geval kunnen bijvoorbeeld gevelstenen of straatnamen iets over de geschiedenis <strong>van</strong> de<br />

plaats prijsgeven. Of anders het stratenpatroon, het aanwezige groen en het omringende landschap.<br />

Verder is er overal waar mensen samenleven, sprake <strong>van</strong> immaterieel erfgoed, zoals verhalen die<br />

<strong>van</strong> generatie op generatie overgaan, plaatselijke feesten, gebruiken en zegswijzen. Veel gemeenten<br />

kennen bovendien een actieve heemkundekring of historische vereniging waar veel informatie<br />

over lokale aardrijkskunde en de cultuurhistorie <strong>van</strong> de omgeving is verzameld.<br />

Netto uitgaven <strong>van</strong> Rijk, provincies en gemeenten aan kunst en cultuur in 2004<br />

In milj. € Beroeps- Amateur Accomodatie Scheppend Muzische en Overige Totaal<br />

uitvoerend cult. vorming<br />

Gemeente 56 33 261 28 206 110 694<br />

Provincie 10 2 5 9 10 37 73<br />

Rijk 195 14 0 67 33 33 342<br />

Uitgaven cultuurbeheer en –verspreiding provincies en gemeenten in het jaar 2004<br />

In milj. € Musea Monumenten Bibliotheken Archieven Totaal<br />

Gemeente 167 89 383 52 691<br />

Provincie 25 35 41 1 102<br />

Rijk 164 109 69 5 347<br />

* Cultuureducatie is niet duidelijk gerubriceerd in de overheidsuitgaven.<br />

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek<br />

3.4 Landelijk stimuleringsbeleid cultuureducatie en-participatie<br />

Op basis <strong>van</strong> algemene nota’s zoals de vierjaarlijkse Cultuurnota kan het Rijk besluiten bepaalde<br />

activiteiten te stimuleren. Dit gebeurt met name via de landelijke fondsen en door middel <strong>van</strong><br />

cultuurprogramma’s met diverse partijen, zoals de medeoverheden. In deze paragraaf een aantal<br />

voor erfgoededucatie rele<strong>van</strong>te voorbeelden:<br />

• Cultuur en School<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is sinds 1996 als onderdeel <strong>van</strong> cultuureducatie verankerd in het project Cultuur<br />

en School, gericht op cultuureducatie voor het voortgezet onderwijs, waarin het rijk samenwerkt<br />

met provincies en gemeenten. [5.1]<br />

De decentrale middelen voor Cultuur en School die in het Actieplan 2001-2004 geoormerkt waren,<br />

vormen in de periode 2005-2008 een integraal onderdeel <strong>van</strong> het tweede Actieplan Cultuurbereik.<br />

Wel is deelnemende gemeenten en provincies expliciet aanbevolen hun activiteiten in het<br />

kader <strong>van</strong> Cultuur en School voort te zetten en uit te breiden. Cultuur en Schoolbeleid zal ook na<br />

2008 worden voortgezet, maar mogelijk in een andere vorm.<br />

10 Oudheidkamer: musea doorgaans<br />

grotendeels gedreven door vrijwilligers<br />

die zich bezighouden met oudheidkun-<br />

dige aspecten <strong>van</strong> stad of streek. Vaak<br />

is de oudheidkamer verbonden aan een<br />

historische vereniging of heemkunde-<br />

kring. In: Jansen, I. (2004) Handreiking<br />

museumbeleid voor gemeenten


11 Ministerie <strong>van</strong> OCW (2005) Actieplan<br />

2005-2008. Informatie voor gemeenten<br />

en provincies<br />

12 Bureau Driessen, (2006) Actieplan II,<br />

Nulanalyse en nulmeting<br />

13 Cachet, E.A. e.a. (2003) Culturele iden-<br />

titeit <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong><br />

• Regeling Versterking Cultuureducatie in het primair onderwijs 2004-2007<br />

Omdat het nadrukkelijk de bedoeling is cultuureducatie te verankeren in het primair onderwijs<br />

hebben de Staatssecretaris <strong>van</strong> OCW, het IPO en de VNG over dit onderwerp een aanvullende<br />

bestuurlijke afspraak gemaakt voor de periode 2004-2007. Het gaat hierbij vooral om netwerkvorming<br />

en het verder ontwikkelen <strong>van</strong> een infrastructuur voor cultuureducatie, gericht op de vraag<br />

<strong>van</strong> de basisscholen. [5.1.1]<br />

• Actieplan Cultuurbereik 2005-2008<br />

In het kader <strong>van</strong> het tweede Actieplan Cultuurbereik spannen het Rijk, provincies en de dertig<br />

grote gemeenten zich in om ‘(...) het cultureel bewustzijn <strong>van</strong> burgers te versterken door het<br />

vergroten <strong>van</strong> zowel het publieksbereik als de actieve participatie in kunst en cultuur’. Kleinere gemeenten<br />

kunnen via hun provincie aan het Actieplan deelnemen. In het beleidskader wordt over<br />

erfgoededucatie opgemerkt: ‘Gezien de relatieve achterstand op het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

wil het Actieplan bevorderen dat gemeenten en provincies zorgen voor een adequate infrastructuur<br />

voor erfgoededucatie, waar scholen en culturele instellingen <strong>van</strong> gebruik kunnen maken.’ 11<br />

Gewezen wordt op de rol die de provinciale erfgoedhuizen hierbij kunnen spelen. Vrijwel alle<br />

Actieplan-deelnemers zetten opnieuw in op cultuureducatie; zeven Actieplan-gemeenten kozen<br />

voor een specifieke doelstelling op het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie en acht combineerden keuzes<br />

voor kunst- en erfgoededucatie. Doelstellingen voor erfgoededucatie worden binnen het Actieplan<br />

op verschillende manieren uitgewerkt. <strong>Gemeenten</strong> kiezen bijvoorbeeld voor het versterken<br />

<strong>van</strong> het aanbod <strong>van</strong> erfgoededucatieve programma’s, voor specifieke projecten als museum- of<br />

archeologieprojecten of voor een groter aantal deelnemende leerlingen. 12<br />

Het is niet bekend of er na 2008 een stimuleringsprogramma zoals het Actieplan komt. Programmatische<br />

samenwerking tussen verschillende overheden zal waarschijnlijk worden gecontinueerd.<br />

3.5 Kwaliteitsslag erfgoedinstellingen<br />

Zoals alle culturele instellingen hebben ook musea en andere erfgoedinstellingen te maken met<br />

een hoger verwachtingspatroon bij publiek, onderwijs, overheden en subsidiënten dan voorheen.<br />

Ze moeten in hun aanbod bijvoorbeeld aansluiten op de behoeften <strong>van</strong> scholen en door gerichte<br />

programmering en activiteiten ook nieuw en ander publiek zien te trekken. Daarbij zijn ze<br />

in concurrentie met een explosief gegroeid aanbod <strong>van</strong> andere vormen <strong>van</strong> vrijetijdsbesteding,<br />

variërend <strong>van</strong> funshoppen tot thuis een dvd bekijken. Eenmaal binnen, stelt de bezoeker <strong>van</strong><br />

tegenwoordig ook hogere eisen aan informatie en presentatie dan voorheen.<br />

Dit alles vraagt een omslag naar een meer publieksgerichte werkwijze: meer oog voor (doelgroep)<br />

– marketing en publiciteit, adequate toepassing <strong>van</strong> nieuwe media, een vraaggericht educatieaanbod<br />

en aangepaste programmering. Erfgoedinstellingen werken al aan het verbeteren <strong>van</strong><br />

kwaliteit en toegankelijkheid, onder meer via het museumregister en het archievenhandvest.<br />

Behalve erfgoedhuizen en andere ondersteunende instellingen kunnen ook gemeenten de<br />

plaatselijke erfgoedinstellingen met raad en daad bijstaan om een kwaliteitsslag te maken en publieksvriendelijker<br />

te werken. Bijvoorbeeld door het initiatief te nemen voor een netwerk waarin<br />

ervaringen en expertise worden gedeeld en goed geoutilleerde erfgoedinstellingen kleinere<br />

instellingen met veel vrijwilligers op de goede weg helpen.<br />

3.6 Maatschappelijke functie:<br />

identiteit, binding en betrokkenheid<br />

Erfgoed is verweven met de lokale identiteit <strong>van</strong> een dorp, stad of streek: een optelsom <strong>van</strong> (authentieke<br />

en bedachte) elementen die inwoners en buitenstaanders specifiek bij die plaats vinden<br />

horen.<br />

Onderzoek <strong>van</strong> de Erasmus Universiteit beschrijft ‘de persoonlijkheid <strong>van</strong> een gemeente’ als een<br />

optelsom <strong>van</strong> statische elementen (ligging en geschiedenis) en semi-statische elementen (om<strong>van</strong>g,<br />

uiterlijk en innerlijk). Inkleurende elementen waarin de identiteit <strong>van</strong> een plaats tot uitdrukking<br />

komt zijn symboliek, gedrag en communicatie. 13<br />

Sinds de jaren negentig <strong>van</strong> de vorige eeuw is de belangstelling voor de identiteit <strong>van</strong> de lokale<br />

gemeenschap sterk toegenomen. Enerzijds <strong>van</strong>uit het besef dat er veel verloren dreigt te gaan nu<br />

lokale en regionale culturen in steeds sneller tempo terrein verliezen aan (inter)nationale cultuur.<br />

Anderzijds omdat er <strong>van</strong>uit de sector toerisme en recreatie grote belangstelling is voor allerlei<br />

aspecten <strong>van</strong> lokale cultuur (muziek, ambachten, monumenten). En ten slotte omdat denken in<br />

termen <strong>van</strong> ‘wij en ons’ binnen een gemeente een bindend element tussen inwoners kan zijn.<br />

Daarbij moeten we wel bedenken dat identiteit geen statisch gegeven is maar, net als het erfgoed<br />

dat daar uitdrukking aan geeft, verandert onder invloed <strong>van</strong> tijd, omstandigheden en de instroom


<strong>van</strong> mensen met een andere culturele bagage. Zo heeft het vooroorlogse Rotterdam weinig meer<br />

<strong>van</strong> doen met de multiculturele metropool <strong>van</strong> nu en wonen in traditionele plattelandsgemeenten<br />

steeds meer mensen ‘<strong>van</strong> buiten’.<br />

Cultuurbeleid is bij uitstek een middel waarmee de gemeente de eigen identiteit <strong>van</strong> de lokale gemeenschap<br />

tot uitdrukking kan laten komen. 14 Dit met de kanttekening dat het benadrukken <strong>van</strong><br />

lokale identiteit niet mag leiden tot een verkokering die het zicht op de buitenwereld beneemt<br />

en een wij/zij gevoel creëert dat impliciet en onbedoeld andere groepen uitsluit. Het gaat om het<br />

gebruiken <strong>van</strong> wat was, voor nu en de toekomst. 15<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is in dat verband een goed instrument om eigenheid te verklaren en tegelijkertijd<br />

het gemeenschappelijke aan te tonen, ‘nieuw’ erfgoed <strong>van</strong> migranten aandacht te geven en<br />

(inter)nationale verbanden aan te brengen. <strong>Erfgoededucatie</strong> kan inwoners een reden geven om<br />

trots te zijn op de eigen omgeving en er zuinig(er) mee om te gaan. Het kan mensen <strong>van</strong> verschillende<br />

generaties en culturele afkomst laten ervaren wat hen bindt en wederzijds begrip bevorderen.<br />

Op deze manier kan erfgoededucatie, in samenhang met andere beleidsinstrumenten,<br />

binnen de gemeente een bijdrage leveren aan het bevorderen <strong>van</strong> de leefbaarheid en een goed<br />

sociaal klimaat [6.1-6.4].<br />

3.7 Citymarketing en cultureel profiel<br />

In steden en dorpen die steeds meer op elkaar gaan lijken, met dezelfde winkelcentra, bushokjes<br />

en bedrijventerreinen, kan erfgoed gemeenten een herkenbaar eigen gezicht bieden.<br />

Onderscheidend vermogen is belangrijk voor een stad of dorp: city- of placemarketing draait om<br />

het onderstrepen <strong>van</strong> specifieke plaatselijke kwaliteiten. Kunst en erfgoed wordt een belangrijke<br />

plaats toegekend in de aantrekkingskracht <strong>van</strong> een plaats voor potentiële inwoners, bezoekers<br />

en (in mindere mate) bedrijven en andere mogelijke werkgevers. Cultuur kan immers de kwaliteit<br />

<strong>van</strong> het leven in een gemeente - wonen, werken en recreëren - verbeteren en ertoe bijdragen dat<br />

mensen zich er thuis voelen. In die zin hebben culturele voorzieningen, waaronder musea, voor<br />

de grotere gemeenten een belangrijke economische betekenis. 16<br />

Om te voorkomen dat het gepromote imago niet overeenstemt met de manier waarop inwoners<br />

hun woonplaats beleven, is het <strong>van</strong> belang dat gemeenten zich rekenschap geven <strong>van</strong> hun culturele<br />

identiteit. Culturele identiteit wortelt in de lokale cultuurhistorie en bestaat uit elementen <strong>van</strong><br />

de algemene identiteit die kunst en cultureel erfgoed omvatten. Een aanbeveling uit het eerder<br />

geciteerde onderzoek <strong>van</strong> de Erasmus Universiteit luidt dat gemeenten bij het bepalen <strong>van</strong> hun<br />

culturele identiteit allereerst moeten nagaan of de plaatselijke geschiedenis daarvoor bouwstenen<br />

aandraagt. Zoals belangwekkende historische gebeurtenissen, - gebouwen of - personen, een<br />

museaal topstuk, archeologische vondsten of ander erfgoed. Op dit fundament kan elke gemeente<br />

voortbouwen met andere elementen die de culturele identiteit versterken. 17<br />

Uiteindelijk maakt elke gemeente hierin een eigen keuze. Adviesbureau Berenschot dat in 2002<br />

een onderzoek verrichtte naar de culturele profielen <strong>van</strong> zestien middelgrote gemeenten in Nederland<br />

meende dat de gemeente pas als zij de basis, de qualifiers, op orde heeft, kan onderzoeken<br />

op welke onderdelen een onderscheidend profiel mogelijk is, oftewel winners kan identificeren.<br />

18 Uit het onderzoek bleek dat gemeenten kansen laten liggen omdat zij eerder geneigd zijn<br />

zwakke punten te versterken dan voort te bouwen op sterke punten.<br />

3.8 Cultuurtoerisme en stedelijke economie<br />

Een goed aanbod aan culturele voorzieningen en activiteiten trekt dagjesmensen en toeristen<br />

aan. Erfgoed kan daarin een factor <strong>van</strong> belang zijn. <strong>Gemeenten</strong> met een historische binnenstad,<br />

bijzondere musea of monumenten, cultuurhistorische festivals of ander interessant erfgoed<br />

hebben wat dat betreft een streepje voor. Toeristen maken immers ook gebruik <strong>van</strong> de plaatselijke<br />

horeca, winkelen wat in de omgeving en blijven soms overnachten. De aanwezigheid <strong>van</strong><br />

erfgoed(instellingen) heeft dan een positieve spin-off op het lokale bedrijfsleven en is daarmee<br />

een factor in de plaatselijke economie.<br />

In onderzoek naar de relatie tussen ruimtelijke ontwikkeling en toerisme en recreatie in kleine<br />

monumentale stadjes bleek dat erfgoed binnen deze gemeenten zowel direct wordt ingezet<br />

voor toerisme, als indirect wordt gebruikt als decor voor evenementen en attracties. 19 Niet dat<br />

toerisme en erfgoed in alle gevallen harmonieus samengaan. Ontwikkelingswensen <strong>van</strong>uit toerisme/recreatie<br />

– bijvoorbeeld openstelling <strong>van</strong> monumenten en recreatief gebruik <strong>van</strong> terreinen<br />

– staan soms haaks op de eisen voor behoud en beheer <strong>van</strong> erfgoedsites en kan de leefbaarheid<br />

in (binnen)stad of dorp onder druk zetten.<br />

14 Wijn, C. (2003) Gemeentelijk cultuur-<br />

beleid – een handleiding ( p.54)<br />

15 IPO (2005) Kiezen in cultuurbeleid<br />

(p. 10)<br />

16 Hoefnagels, D. (2000) Bestuursrecht:<br />

de relatie tussen musea en de overheid.<br />

In: Jansen, I (2004) Handreiking museum-<br />

beleid voor gemeenten<br />

17 Cachet, E.A. e.a. (2003) Culturele iden-<br />

titeit <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> gemeenten<br />

18 Drenth, B. e.a. (2002) Cultuurprofielen


19 DSP Groep (2004) Erfgoed en toe-<br />

risme. Een spannend akkoord<br />

20 Stelling erfgoedkoepels in: Erfgoed<br />

voor Toerisme (2003)<br />

21 Ministerie <strong>van</strong> OCW (2003) brochure<br />

Culturele Planologie<br />

Voor Nederland als geheel is historisch erfgoed een belangrijk onderdeel <strong>van</strong> het nationale toeristische<br />

product, dat wordt geafficheerd om internationaal toerisme aan te trekken en de eigen<br />

inwoners te verlokken tot een (korte) vakantie in eigen land.<br />

Om bezoekers erfgoed daadwerkelijk te laten ’beleven’ is een creatieve en herkenbare (re)presentatie<br />

daar<strong>van</strong> <strong>van</strong> belang. 20 Erfgoedinstellingen leveren daarin niet alleen een inhoudelijke<br />

bijdrage, maar kunnen bijvoorbeeld de plaatselijke VVV ook voorzien <strong>van</strong> ideeën en informatie<br />

voor wandel– en fietsroutes en wervingsbrochures. Het verbinden <strong>van</strong> verschillende historische<br />

elementen in een gemeente tot een integraal, erfgoedbreed verhaal over de geschiedenis <strong>van</strong> de<br />

omgeving kan een uitstapje extra interessant maken en uitnodigen tot herhaalbezoek. [6.6]<br />

3.9 Rol in ruimtelijke ontwikkeling<br />

Erfgoed maakt deel uit <strong>van</strong> het directe leefmilieu in een buurt of (deel)gemeente. Beheerstaken<br />

op dit gebied worden door de bevolking nauwlettend gevolgd. Ingrepen in de bebouwde omgeving<br />

of omliggend groen roepen vaak sterke reacties op. Maar niet alles wat oud is kan en moet<br />

bewaard blijven. Zo hebben veel <strong>Nederlandse</strong> gemeenten wijken die aan renovatie of herbouw<br />

toe zijn, met name wederopbouwbuurten met een groot aanbod <strong>van</strong> goedkope huurwoningen.<br />

Wel wordt het erfgoed <strong>van</strong> een bepaalde plek steeds vaker meegenomen in plannen voor stadsuitbreiding,<br />

nieuwbouw of renovatie <strong>van</strong> een wijk of herinrichting <strong>van</strong> het landschap.<br />

De ontwikkeling om cultuurhistorie in te zetten voor ruimtelijke ontwikkeling is door de rijksoverheid<br />

gestimuleerd. Zo was ‘culturele planologie’ een specifieke doelstelling binnen het eerste<br />

Actieplan Cultuurbereik. Van groot belang was ook de beleidsnota Belvedere (1999), die erfgoed<br />

zowel een rol geeft bij het definiëren en bewaken <strong>van</strong> ruimtelijke en landschappelijke kwaliteit,<br />

als bij de invulling <strong>van</strong> ontwikkelingsgerichte planologie. De bedoeling is dat lokale cultuurhistorie<br />

als inspiratiebron ruimtelijke veranderingsprocessen verrijkt. Daarbij ligt het accent sterker op<br />

ontwikkeling dan puur op behoud. 21 We noemen hier ook het Actieprogramma Ruimte en Cultuur<br />

dat Belvederebeleid verbindt met architectuurbeleid en de Cultuurimpuls ISV(2) die daar<strong>van</strong><br />

onderdeel vormt [4.3]. Steeds vaker ook krijgen (industriële) monumenten binnen de gemeente<br />

een andere bestemming: als cultureel podium, kinderdagverblijf, atelier, verzamelgebouw voor<br />

creatieve industrie of horecagelegenheid.<br />

Via internet krijgen inwoners steeds meer mogelijkheden om besluitvormingsprocedures te<br />

volgen. Bij een aantal gemeente zijn kadastergegevens, (status <strong>van</strong>) bestemmingsplannen en<br />

trajectinformatie al met een muisklik onder handbereik. Om het verleden een plaats te geven in<br />

de toekomst is, naast samenwerking tussen verschillende vakdisciplines, ook actieve inbreng <strong>van</strong><br />

inwoners <strong>van</strong> groot belang. Erfgoedorganisaties kunnen op dit vlak behulpzaam zijn, onder meer<br />

door het aandragen <strong>van</strong> methodieken, historische gegevens en beeldmateriaal. Uit oogpunt <strong>van</strong><br />

cultuurbehoud is erfgoededucatie onmisbaar om achtergrond en context te geven aan ingrepen<br />

in de fysieke omgeving en hergebruik <strong>van</strong> historische gebouwen of (landschap)structuren. [6.6]<br />

Argumenten voor een samenhangend erfgoededucatiebeleid:<br />

• Elke gemeente heeft erfgoed.<br />

• Erfgoed heeft intrinsieke en instrumentele waarde voor gemeentelijk beleid.<br />

• Verantwoordelijkheden voor behoud en beheer <strong>van</strong> erfgoed zijn bij wet vastgelegd.<br />

• Erfgoed is een factor in autonoom gemeentelijk cultuurbeleid.<br />

• Erfgoed speelt een rol in cultuureducatie en het stimuleren <strong>van</strong> cultuurparticipatie.<br />

• Erfgoed is verweven met lokale identiteit en het fundament voor een cultureel profiel.<br />

• Erfgoed is inzetbaar voor stedelijk belang (toerisme en economie, ruimtelijke ontwikkeling)<br />

en maatschappelijk belang (sociale cohesie, integratie).


TRENDS EN


ONTWIKKELINGEN<br />

4.1 IN DE ERFGOEDSECTOR<br />

Digitale ontsluiting <strong>van</strong> erfgoed<br />

De digitale ontsluiting <strong>van</strong> erfgoed, die mede dankzij overheidssteun de laatste jaren goed op<br />

gang komt, betekent dat erfgoed beter toegankelijk wordt voor een breed publiek. Als een eerste<br />

kennismaking of voor kennisverdieping.<br />

Musea, archieven, foto- en filminstituten, Regionaal Historische Centra en bibliotheken presenteren<br />

steeds vaker gedeelten <strong>van</strong> hun collecties via internet. Erfgoedobjecten zijn zo <strong>van</strong> historische<br />

context te voorzien of binnen bepaalde thema’s te plaatsen. De gebruiker kan bijvoorbeeld <strong>van</strong>uit<br />

huis een online catalogus raadplegen en/of rechtstreeks toegang krijgen tot cultuurhistorische<br />

bronnen en objecten. Digitale kennismaking kan ertoe leiden dat mensen de stap maken naar de<br />

erfgoedinstelling zelf, bijvoorbeeld om daar die prachtige vaas of dat middeleeuwse handschrift<br />

met eigen ogen te bekijken. Overigens heeft niet elke erfgoedinstelling al een eigen website;<br />

vooral de kleinere ontbreekt het daartoe vaak aan expertise en financiën.<br />

Binnen de erfgoedinstelling zelf kunnen virtuele presentaties een bezoek vereenvoudigen of verrijken<br />

en bezoekers een blik bieden op niet geëxposeerd materiaal. Ook archeologische opgravingen<br />

zijn via een webcam voor een groot publiek open te stellen. Deels uit oogpunt <strong>van</strong> behoud,<br />

deels om kwetsbaar materiaal toch voor gebruik beschikbaar te maken, gaan veel instellingen er<br />

toe over delen <strong>van</strong> hun verzameling over te zetten op digitale bestanden.<br />

Samenwerking Regionaal Historische Centra<br />

Het beleid <strong>van</strong> de overheid is er sinds enkele jaren op gericht (collecties <strong>van</strong>) archieven voor<br />

een breder en groter publiek toegankelijk te maken. Het ministerie <strong>van</strong> OCW stimuleert daartoe<br />

bovengemeentelijke samenwerking tussen archieven onderling en met andere cultuurhistorische<br />

publieksinstellingen zoals bibliotheken. Deze nieuwe samenwerkingsverbanden worden ‘Regionaal<br />

Historische Centra’ (RHC’s) genoemd. Het ministerie streeft ernaar dat in ieder geval in elke<br />

provinciehoofdstad het daar aanwezige rijksarchief opgaat in of deelneemt aan een RHC.<br />

Een RHC verstrekt niet alleen informatie over de eigen collectie, maar ook over andere bronnen in<br />

de regio. Omdat een RHC een breder publiek wil bereiken, is er aandacht voor nieuwe doelgroepen,<br />

zoals het onderwijs. Een belangrijk aandachtspunt is ook het digitaal beschikbaar maken <strong>van</strong><br />

bronnen. In Utrecht, Zuid-Holland, Zeeland, Overijssel, Gelderland, Friesland, Groningen en Flevoland<br />

zijn al RHC’s gerealiseerd. In de andere provincies lopen RHC-trajecten. (www.minocw.nl/rhc)<br />

Dagelijks leven en oral history<br />

Steeds meer mensen hebben belangstelling voor geschiedenis. Meer dan naar politieke ontwikkelingen<br />

en historische figuren gaat daarbij de interesse uit naar het dagelijks leven in vroeger eeuwen.<br />

Wonen, werken, kleding, voedsel, bouwen, feesten... hoe ging dat? Juist deze geschiedenis<br />

<strong>van</strong> gewone mensen en hun dagelijkse dingen is bij uitstek het terrein <strong>van</strong> de erfgoededucatie.<br />

Een tweede belangrijke ontwikkeling is de aandacht voor oral history: mondeling overgedragen<br />

verhalen en gebeurtenissen. Het gaat hierbij om persoonlijke ervaringen of herinneringen die de<br />

geschiedenisboeken meestal niet halen. Vaak is er een zeker gevoel <strong>van</strong> urgentie: om oral history<br />

voor latere generaties te kunnen bewaren moet deze worden opgetekend zolang er mensen zijn<br />

die over een bepaalde periode of gebeurtenis kunnen vertellen. Dit geldt bijvoorbeeld voor mensen<br />

die de Tweede Wereldoorlog hebben meegemaakt, maar evengoed voor de eerste generatie<br />

migranten.<br />

Living history<br />

In erfgoededucatie en cultuurtoerisme wordt volop geëxperimenteerd met vormen <strong>van</strong> levende<br />

geschiedenis. De hedendaagse (cultuur)consument verwacht namelijk naast informatie vooral<br />

‘beleving’. Het naspelen (re-enactment) <strong>van</strong> historische gebeurtenissen is populair en zelfs een<br />

sterk groeiende vorm <strong>van</strong> vrijetijdsbesteding. Op een aantal plaatsen is living history een onderdeel<br />

<strong>van</strong> het totale programma, zoals op het VOC-schip de Batavia in Lelystad en in geschiedenispark<br />

Archeon in Alphen aan den Rijn. Utrecht had in 2005 de primeur <strong>van</strong> het eerste grote living<br />

history festival; 150 acteurs brachten als chirurgijns en kruidenvrouwtjes de stad terug naar de<br />

‘medische prehistorie’.<br />

Het Landelijk Platform voor Levende Geschiedenis (www.lplg.nl) is een overkoepelend orgaan<br />

voor <strong>Nederlandse</strong> verenigingen die zich bezighouden met levende geschiedenis en het naspelen


22<br />

Onderwijsraad (2005) De stand <strong>van</strong><br />

educatief Nederland<br />

<strong>van</strong> historische gebeurtenissen. Onderwerpen variëren <strong>van</strong> de Vikingen en de Romeinse tijd tot<br />

Napoleontische veldslagen en de Tweede Wereldoorlog. Bij veel verenigingen speelt het militaire<br />

aspect een hoofdrol, maar ook het dagelijks leven krijgt veel aandacht. De grootste clubs tellen<br />

ruim 100 leden, andere bestaan uit een handvol mensen. Alle verenigingen maken werk <strong>van</strong> presentaties<br />

voor het publiek, zoals educatieve voorstellingen op scholen en in musea, demonstraties<br />

<strong>van</strong> handwerk, muzikale uitvoeringen en het naspelen <strong>van</strong> veldslagen.<br />

4.2 SOCIAAL-CULTURELE ONTWIKKELINGEN<br />

Canon <strong>van</strong> Nederland<br />

In opdracht <strong>van</strong> de minister <strong>van</strong> OCW presenteerde een commissie onder leiding <strong>van</strong> prof. dr.<br />

Frits <strong>van</strong> Oostrom in oktober 2006 een Canon <strong>van</strong> Nederland. Dat gebeurde op advies <strong>van</strong> de<br />

Onderwijsraad die constateerde dat de (chronologische) historische kennis <strong>van</strong> Nederlanders te<br />

wensen overliet. Dit zou deels te wijten zijn aan het geringe aantal lesuren geschiedenis binnen<br />

het onderwijs, dat tegenwoordig bovendien meer gericht is op vaardigheden dan op parate kennis.<br />

Kortom, er zou behoefte zijn aan een compilatie <strong>van</strong> ‘die waardevolle onderdelen <strong>van</strong> onze<br />

cultuur en geschiedenis die we via het onderwijs aan nieuwe generaties willen doorgeven.’ 22 Of<br />

zoals de commissie-Van Oostrom het formuleerde: ‘Het geheel <strong>van</strong> belangrijke personen, teksten,<br />

kunstwerken, voorwerpen, verschijnselen en processen die samen laten zien hoe Nederland zich<br />

ontwikkeld heeft tot het land waarin we nu leven. Niet alleen de positieve verhalen, zoals die over<br />

de Gouden Eeuw, maar ook de zwarte bladzijden <strong>van</strong> het koloniale verleden (www.decanon<strong>van</strong>nederland.nl).<br />

Behalve in het onderwijs zou een canon een functie kunnen hebben als inspiratiebron voor<br />

(erfgoed)instellingen als musea en als hulpmiddel bij inburgering <strong>van</strong> nieuwe Nederlanders.<br />

De canoncommissie heeft het verhaal <strong>van</strong> Nederland in vijftig ‘vensters’ ingedeeld: hoofdpersonen,<br />

gebeurtenissen of thema’s aan de hand waar<strong>van</strong> een breder verschijnsel wordt behandeld.<br />

Vanuit daaruit wordt vertakt en doorverwezen. De canon, die begint met de Hunebedden en<br />

besluit met de euro, is een vertrekpunt: op een speciale website kan iedereen zijn bijdrage toevoegen.<br />

Twee aanbevelingen uit het rapport dat de feitelijke canon vergezelde, richten zich direct op<br />

provincies en gemeenten. Met nadruk adviseert de commissie initiatieven te ondernemen gericht<br />

op de ontwikkeling <strong>van</strong> een lokale canon en ziet daar een rol voor de Stichting Erfgoed Nederland<br />

en de VNG. Daarnaast beveelt de commissie de samenwerking tussen scholen en instellingen op<br />

lokaal niveau te bevorderen. (www.decanon<strong>van</strong>nederland.nl en www.entoen.nu )<br />

Aandacht voor culturele diversiteit<br />

Het Actieplan Cultuurbereik 2001-2004 zette culturele diversiteit op de agenda <strong>van</strong> overheden<br />

en culturele instellingen. Het feit dat Nederland zich heeft ontwikkeld tot een multiculturele<br />

samenleving zou ook tot uiting moeten komen in een hogere cultuurparticipatie <strong>van</strong> allochtone<br />

inwoners en ‘kleuring’ <strong>van</strong> het personeelsbestand <strong>van</strong> culturele instellingen. Als mogelijkheden<br />

om nieuwe publieksgroepen over de drempel te trekken, werden onder meer genoemd: in<br />

programmering meer aansluiten op behoeften <strong>van</strong> inwoners met een andere culturele bagage,<br />

confrontatie met cultuur buiten de muren <strong>van</strong> de gevestigde instellingen en een doelgroepgerichte<br />

benadering in marketing en publiciteit. Cultuureducatie in het onderwijs en daarbuiten zou<br />

een eerste stap zijn om allochtone jongeren voor cultuur te interesseren.<br />

Op het gebied <strong>van</strong> erfgoed vertaalt culturele diversiteit zich onder meer in aandacht voor het erfgoed<br />

<strong>van</strong> allochtone bevolkingsgroepen en voor hun bijdrage aan de <strong>Nederlandse</strong> cultuur. [6.4]<br />

Huis voor de Culturele Dialoog<br />

Het kabinet Balkenende heeft in juni 2006 op voorstel <strong>van</strong> de staatssecretarissen <strong>van</strong> BuZa en<br />

OCW ingestemd met het driejarige pilot-programma ‘Huis voor de Culturele Dialoog’. Doel <strong>van</strong> het<br />

Huis is de dialoog tussen groepen oude en nieuwe Nederlanders te intensiveren, waarbij kunst en<br />

cultuur een zeer belangrijke rol spelen. Ook de VNG vindt dit een belangrijk item.<br />

Het Huis zal zich profileren via optimaal gebruik <strong>van</strong> nieuwe media en kwalitatief hoogstaande<br />

artistieke presentaties. Hiertoe zal het Huis onder meer verbindingen leggen met herkomstlanden<br />

<strong>van</strong> migranten en contacten onderhouden met vergelijkbare initiatieven in Europa.<br />

In de pilot-fase ligt het zwaartepunt bij programmering op bestaande locaties, waarbij het Huis<br />

voornamelijk als platform en netwerk fungeert. Een landelijke regiekamer <strong>van</strong> het Huis, vooralsnog<br />

in Rotterdam, accentueert dat het om een nationaal initiatief gaat en biedt landelijke coördinatie.<br />

In het najaar <strong>van</strong> 2006 wordt het Huis officieel gelanceerd via een nationaal programma dat<br />

in eerste instantie ruimte biedt aan de initiatieven <strong>van</strong> de vier grote steden (G4), maar zich in een<br />

0


volgend stadium ook op andere gemeenten zal richten.<br />

Voor de pilot ‘Huis voor de Culturele Dialoog’ is voorzien in een subsidiebedrag <strong>van</strong> € 5 miljoen<br />

voor de periode 2006-2008.<br />

Cultuureducatie en sociale cohesie<br />

Maatschappelijke ontwikkelingen als individualisering, globalisering en toenemende culturele<br />

diversiteit in bevolkingssamenstelling leiden tot zorgen over het gebrek aan maatschappelijke<br />

binding. Sociale cohesie is dan ook steeds vaker een expliciete doelstelling <strong>van</strong> overheidsbeleid,<br />

zowel landelijk als lokaal. De definitie die het best aansluit bij actuele beleidsbedoelingen luidt:<br />

‘De mate waarin mensen in gedrag en beleving uitdrukking geven aan hun betrokkenheid bij<br />

maatschappelijke verbanden in hun persoonlijke leven, als burger in de maatschappij en als lid<br />

<strong>van</strong> de samenleving. 23 ’ In veel publicaties wordt ‘sociale cohesie’ verbonden met het begrip goed<br />

‘burgerschap’ (citizenship), als een set individuele competenties die noodzakelijk zijn voor het<br />

realiseren <strong>van</strong> sociale samenhang.<br />

Naast onderwijs kunnen ook kunst- en erfgoededucatie volgens beleidsmakers een bijdrage<br />

leveren aan sociale cohesie, vooral door sociale uitsluiting <strong>van</strong> specifieke groepen te voorkomen.<br />

Harde gegevens over de effecten <strong>van</strong> cultuureducatie op sociale cohesie ontbreken echter nog.<br />

Wel concludeerden museumdirecteuren, programmamakers en deelnemers in een verkennende<br />

publicatie dat via cultuureducatie nieuwe doelgroepen worden bereikt en dat de resultaten<br />

– hoewel bescheiden – positief zijn. ‘Deelnemers beleven meer plezier aan kunst en cultuur, ontdekken<br />

een zinvolle vrijetijdsbesteding, ontwikkelen meer zelfvertrouwen en verwerven grotere<br />

sociale vaardigheden. De ontmoeting <strong>van</strong> groepen met een andere culturele achtergrond of uit<br />

een andere leeftijdsgroep levert nieuwe inzichten en contacten op (...). 24<br />

Invulling voor civil society<br />

Civil society is een steeds vaker terugkerend begrip in nationaal en lokaal overheidsbeleid. Het<br />

betekent letterlijk vertaald: de beschaafde samenleving. De ‘civil society’ is in veel definities ook<br />

dat deel <strong>van</strong> de samenleving dat niet wordt beheerst door de markt of de overheid. In Nederland<br />

staat de term vaak voor allerhande initiatieven en activiteiten die <strong>van</strong>uit de samenleving zelf<br />

worden opgezet.<br />

Verschillende wetenschappers benadrukken het belang <strong>van</strong> de civil society voor sociale cohesie.<br />

Binnen de civil society zouden mensen zich (opnieuw) inzetten voor gemeenschappelijke waarden<br />

en normen.<br />

<strong>Gemeenten</strong> in Nederland bezinnen zich op dit moment hoe ze een goede invulling kunnen<br />

geven aan het begrip civil society. Voorbeelden daar<strong>van</strong> zijn: werken aan leefbaarheid en sociale<br />

samenhang in buurt en wijk, bevorderen <strong>van</strong> sociale participatie en vrijwilligerswerk door<br />

mensen met een uitkering. In dergelijke projecten kan ook erfgoededucatie een rol spelen.<br />

(www.vngnetwerken.nl)<br />

4.3 FYSIEKE OMGEVING<br />

Verdrag <strong>van</strong> Malta beschermt bodemarchief<br />

Hoewel bij opgravingen soms bijzondere voorwerpen gevonden worden, betekent dit ook de<br />

vernietiging <strong>van</strong> ‘bodemarchief’. Beter is het om dit erfgoed te behouden en het ‘mee te nemen’ in<br />

ruimtelijke ontwikkelingsprocessen. Dit is een belangrijk uitgangspunt <strong>van</strong> het Europese Verdrag<br />

<strong>van</strong> Valetta uit 1992 (Malta), dat Nederland heeft ondertekend.<br />

Praktische uitwerking <strong>van</strong> Malta is dat (verwachte) archeologische waarden voor een bepaald<br />

gebied in kaart moeten worden gebracht bij ruimtelijke plannen als bestemmingsplannen en<br />

ontgrondingen.<br />

Het Verdrag <strong>van</strong> Malta introduceert ook, analoog aan de milieuwetgeving, het zogeheten veroorzakerprincipe:<br />

de ‘bodemverstoorder’ betaalt. Wie de bodem in wil op een plek waar archeologische<br />

waarden worden vermoed, moet in ieder geval het archeologisch vooronderzoek betalen. De<br />

uitkomsten <strong>van</strong> dat onderzoek zijn bepalend voor de verdere gang <strong>van</strong> zaken. Dat kan inhouden<br />

dat de geplande werkzaamheden gewoon kunnen plaatsvinden, of dat de bodemverstoorder een<br />

opgraving moet financieren. Terreinbeheerders, bouwers en andere (grond)ontwikkelaars zijn<br />

zich door Malta meer bewust <strong>van</strong> de mogelijke waarde <strong>van</strong> archeologische resten in de bodem.<br />

Toegankelijke publieksinformatie vergroot daarbij het draagvlak voor archeologie als onderdeel<br />

<strong>van</strong> onze cultuurhistorie.<br />

Belvedere: behoud door ontwikkeling<br />

Cultuurhistorische kwaliteiten kunnen fungeren als een inspiratiebron en kwaliteitsimpuls voor<br />

1<br />

23<br />

Schnabel. P. (2000) in : Kamp <strong>van</strong> der,<br />

M. & Otte<strong>van</strong>ger, D. (2003) Cultuureducatie<br />

en sociale cohesie. Een verkennend<br />

onderzoek (p.16)<br />

24<br />

Cultuurnetwerk Nederland/Museumvereniging:<br />

Blauwdruk- Vier musea en<br />

social inclusion (p.32 )


uimtelijke opgaven. Denk bijvoorbeeld aan waterbeheer, stadsvernieuwing en reconstructie <strong>van</strong><br />

het landelijk gebied. Erfgoed kan op haar beurt gebaat zijn bij ruimtelijke ontwikkelingen. Deze<br />

kunnen erfgoed in een nieuwe context plaatsen, een nieuwe (woon/werk) functie bieden of een<br />

economische impuls geven voor behoud en beheer.<br />

De denk- en werkwijze ‘behoud door ontwikkeling’ kreeg in 1999 zijn beslag in de beleidsnota<br />

Belvedere, een initiatief <strong>van</strong> vier ministeries (VROM, OCW, LNV en V&W). De nota was bedoeld om<br />

beleidsmakers, marktpartijen en cultuurhistorische- en ruimtelijke beroepsgroepen te inspireren<br />

in provinciaal en lokaal beleid, bij concrete ontwerpopgaven en ruimtelijke plannen. Ondersteuning<br />

kwam er ook, in de vorm <strong>van</strong> een projectbureau en een subsidieregeling (www.belvedere.nl).<br />

Als voorbeeld <strong>van</strong> toepassing <strong>van</strong> het Belvedèrebeleid lanceerde het rijk de Nieuwe Hollandse<br />

Waterlinie als nationaal project.<br />

Actieprogramma Ruimte en Cultuur<br />

In het Actieprogramma Ruimte en Cultuur (ARC) worden het architectuurbeleid en het Belvederebeleid<br />

voor de periode 2005-2008 gebundeld. Zeven departementen (OCW, VROM, LNV, V&W,<br />

BuZa, EZ en Defensie) werken daarbij samen. Het is de bedoeling dat het Actieprogramma opdrachtgevers,<br />

zoals decentrale overheden en marktpartijen, stimuleert tot kwalitatief hoogwaardige<br />

ruimtelijke ontwikkelingen. Vroegtijdig inschakelen <strong>van</strong> ontwerpers en speciale aandacht<br />

voor cultuurhistorische kwaliteit vormen de basis. Het Actieprogramma voorziet in stimuleringsmaatregelen,<br />

kennisontwikkeling, investeringsbudgetten en een betere toepassing <strong>van</strong> wettelijke<br />

instrumenten, zoals Welstand en de Wet op de architectentitel. Daarnaast zijn dertien uitvoeringsprojecten<br />

benoemd, variërend <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> bedrijventerreinen tot de problematiek<br />

<strong>van</strong> waterberging. Een belangrijke rol is weggelegd voor rijksgesubsidieerde architectuur- en<br />

erfgoedinstellingen.<br />

Cultuurimpuls ISV: de krachtige stad<br />

Een <strong>van</strong> de maatregelen die plaatsvinden in het kader <strong>van</strong> het Actieprogramma Ruimte en Cultuur<br />

is de Cultuurimpuls in het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing 2005-2009. De Cultuurimpuls<br />

ISV(2) houdt in dat cultuur en cultuurhistorie worden ingezet bij stedelijke vernieuwingsprocessen.<br />

Aan de hand <strong>van</strong> een meerjaren ontwikkelingsplan zijn met de dertig grote gemeenten<br />

afspraken gemaakt over de inbreng <strong>van</strong> cultuur en cultuurhistorie in de herstructurering <strong>van</strong> de<br />

(naoorlogse) wijken. Prestatieafspraken met de betrokken gemeenten zijn vastgelegd in convenanten<br />

met het Rijk.<br />

4.4 Ontwikkelingen in het onderwijs<br />

Een aantal actuele ontwikkelingen in het onderwijs wordt beschreven in hoofdstuk 5. Het gaat<br />

om de impuls <strong>van</strong>uit het ministerie <strong>van</strong> OCW om cultuureducatie te verankeren in het primair<br />

onderwijs, de implicaties <strong>van</strong> de nieuwe kerndoelen in het primair onderwijs, de invoering <strong>van</strong> de<br />

tien tijdvakken <strong>van</strong> De Rooij in het geschiedenisonderwijs, nieuwe kerndoelen en de introductie<br />

<strong>van</strong> leergebieden in de onderbouw <strong>van</strong> het voortgezet onderwijs en de ontwikkeling <strong>van</strong> cultuurprofielscholen.


ERFGOEDEDUCATIE


IN HET ONDERWIJS<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is een onlosmakelijk deel <strong>van</strong> cultuureducatie dat voor scholen hoog op<br />

de agenda staat. Daarnaast is erfgoed een goed instrument om ‘gewone lesstof’ te verduidelijken,<br />

omdat het een herkenbare relatie legt met de leefomgeving <strong>van</strong> leerlingen. Voor<br />

elke vorm <strong>van</strong> erfgoededucatie in het onderwijs is samenwerking en afstemming tussen<br />

scholen en erfgoedinstellingen <strong>van</strong> cruciaal belang. <strong>Gemeenten</strong> kunnen daarbij een rol<br />

<strong>van</strong> betekenis spelen.<br />

5.1 Rijk stimuleert doorlopende leerlijn cultuureducatie<br />

In 1996 initieerde het ministerie <strong>van</strong> Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) het project Cultuur<br />

en School. Dit heeft tot doel leerlingen <strong>van</strong> elke leeftijd en elk schoolniveau in aanraking te<br />

brengen met kunst en cultuur. Van jongs af aan, in een (te ontwikkelen) doorlopende leerlijn <strong>van</strong><br />

basisschool tot eindexamen voortgezet onderwijs. In dit stimuleringsbeleid zijn gemeenten en<br />

provincies belangrijke partners. Zij stellen zich onder meer tot taak structurele samenwerkingsrelaties<br />

tussen culturele (erfgoed-)instellingen en scholen tot stand te brengen, informatie goed<br />

toegankelijk te maken en de ontwikkeling <strong>van</strong> ‘vraaggestuurd’ aanbod te stimuleren.<br />

Het belang <strong>van</strong> cultuureducatie werd in 2006 opnieuw onderstreept door het gezamenlijke advies<br />

‘Onderwijs in cultuur’ <strong>van</strong> de Onderwijsraad en de Raad voor Cultuur. Dit bevat aanbevelingen<br />

om de positie <strong>van</strong> cultuureducatie in het primair en voortgezet onderwijs verder te verstevigen.<br />

De raden meldden de minister en staatssecretaris <strong>van</strong> OCW daarin onder meer dat zij educatie als<br />

een <strong>van</strong> de kerntaken <strong>van</strong> culturele instellingen beschouwen. Uit het advies: ‘ Gezien het belang<br />

<strong>van</strong> cultuur voor de samenleving is het belangrijk dat ieder individu onbelemmerd toegang heeft<br />

tot het culturele aanbod. Cultuureducatie kan burgers toerusten met de benodigde culturele<br />

competenties, zodat zij naar eigen keuze kunnen participeren in het culturele leven. 25<br />

Omdat structurele aandacht voor cultuureducatie in het onderwijs in feite begint bij kennis en<br />

enthousiasme <strong>van</strong> leerkrachten, wordt er al <strong>van</strong>af 2001 aan gewerkt om kunst- en erfgoededucatie<br />

in het curriculum <strong>van</strong> de pabo’s te verankeren. Daarnaast is een leergang ‘cultuurcoördinator in<br />

het primair onderwijs’ in ontwikkeling. Een cursus ‘intern cultuurcoördinator’ is nu al beschikbaar<br />

voor leerkrachten in het primair onderwijs en educatief medewerkers <strong>van</strong> culturele instellingen.<br />

Aangespoord door het succes <strong>van</strong> het project Cultuur en School–Pabo, startte in schooljaar 2004-2005<br />

een pilot om ook bij lerarenopleidingen in het hoger en universitair onderwijs structurele aandacht<br />

voor cultuureducatie te bewerkstelligen. In dit kader ontwikkelen een aantal lerarenopleidingen<br />

plannen om studenten te leren duurzame relaties te creëren tussen scholen en culturele<br />

instellingen. Voor de verbreding <strong>van</strong> dit project Cultuur en School-Lerarenopleidingen VO heeft het<br />

ministerie <strong>van</strong> OCW extra middelen beschikbaar gesteld voor de periode 2005-2008. Beide projecten<br />

worden begeleid door Cultuurnetwerk Nederland en Erfgoed Actueel.<br />

5.1.1 Cultuureducatie in het basisonderwijs<br />

Vanaf het schooljaar 2004-2005 ont<strong>van</strong>gt een toenemend aantal basisscholen <strong>van</strong> het ministerie<br />

<strong>van</strong> OCW een schoolgebonden budget voor cultuureducatie <strong>van</strong> € 10,90 per leerling. Doel <strong>van</strong> deze<br />

regeling is dat cultuureducatie een vaste plaats krijgt in het lesprogramma <strong>van</strong> de basisscholen. De<br />

extra financiële steun moet basisscholen in staat stellen een eigen visie op cultuureducatie te ontwikkelen<br />

en deze, in samenwerking met hun culturele omgeving, te vertalen in een concrete vraag<br />

naar activiteiten. Om scholen die pas sinds kort meedoen hiervoor meer tijd te gunnen, besloot de<br />

minister <strong>van</strong> OCW de Regeling Versterking Cultuureducatie in het primair onderwijs 2004-2007 met een<br />

jaar te verlengen. Het geoormerkte budget voor cultuureducatie blijft nu <strong>van</strong> kracht tot het schooljaar<br />

2008-2009. 26 Na die datum zal bedoelde bijdrage deel uitmaken <strong>van</strong> de overeengekomen<br />

lumpsum financiering, die scholen de vrije keus laat in de besteding <strong>van</strong> hun financiële middelen.<br />

Om de doelstelling <strong>van</strong> de Regeling te realiseren maakten het ministerie <strong>van</strong> OCW, de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> (VNG) en het Interprovinciaal Overleg (IPO) een aanvullende<br />

bestuurlijke afspraak. Ook dit flankerende beleid is met een jaar verlengd. Dat houdt in dat de<br />

dertig grote gemeenten en alle provincies nog tot 2008 jaarlijks een geoormerkte bijdrage ont<strong>van</strong>gen<br />

voor het stimuleren <strong>van</strong> netwerkvorming en het ondersteunen <strong>van</strong> scholen en culturele<br />

(erfgoed)instellingen bij het ontwikkelen <strong>van</strong> visie en vraaggestuurd aanbod.<br />

25 Onderwijsraad, Raad voor Cultuur<br />

(2006) Onderwijs in Cultuur<br />

25 Ministerie <strong>van</strong> OCW (2006) Voort-<br />

gangsrapportage Cultuur en School


In regio’s met relatief weinig culturele instellingen zijn de provincies verantwoordelijk voor de<br />

gewenste afstemming tussen vraag en aanbod. Een (tijdelijk) projectbureau <strong>van</strong> het ministerie<br />

coördineert de landelijke activiteiten in het kader <strong>van</strong> de Regeling, zoals deskundigheidsbevordering<br />

en kennisoverdracht. In het Innovatieplatform Primair Onderwijs, opgericht in 2006, zijn<br />

alle rele<strong>van</strong>te projecten op het gebied <strong>van</strong> innovatie in het primair onderwijs samengebracht.<br />

Hieronder VTB (Verbreding Techniek Basisonderwijs), Teamonderwijs op maat en Kennisnet. Ook<br />

cultuureducatie is hier als project vertegenwoordigd.<br />

5.1.2 Voortgezet onderwijs: cultuurvouchers en CKV<br />

Het ministerie <strong>van</strong> OCW stimuleert cultuureducatie in het voorgezet onderwijs met de uitgifte<br />

<strong>van</strong> CKV-vouchers. In de onderbouw <strong>van</strong> het voorgezet onderwijs worden deze cultuurvouchers,<br />

ter waarde <strong>van</strong> € 5,75 per leerling per jaar, klassikaal gebruikt. De vouchers zijn breed inzetbaar:<br />

voor reguliere kunstvakken, maar ook voor culturele activiteiten gekoppeld aan vakken als geschiedenis,<br />

biologie of aardrijkskunde en voor vakoverstijgende projecten. Ook zijn de vouchers<br />

te gebruiken voor de ontwikkeling <strong>van</strong> projecten in samenwerking met een erfgoed- of andere<br />

culturele instelling.<br />

Voor leerlingen in de tweede fase vmbo, havo en vwo zijn CKV-vouchers a € 22,50 beschikbaar,<br />

individueel te besteden voor het bezoeken <strong>van</strong> culturele instellingen en deelnemen aan culturele<br />

activiteiten in het kader <strong>van</strong> het vak CKV.<br />

Het systeem <strong>van</strong> cultuurvouchers zal in schooljaar 2008-2009 worden ver<strong>van</strong>gen door een bredere<br />

cultuurkaart voor jongeren. Het is de bedoeling dat deze ‘cultuurchipknip voor jongeren’ een<br />

open systeem wordt, zodat ook andere partijen zoals gemeenten, private sponsors of ouders het<br />

tegoed kunnen opwaarderen.<br />

Het vak Culturele en Kunstzinnige Vorming werd in het schooljaar 1999-2000 ingevoerd in de<br />

tweede fase <strong>van</strong> het voortgezet onderwijs. CKV is verplicht voor alle leerlingen in de bovenbouw<br />

<strong>van</strong> het voortgezet onderwijs. Vwo-leerlingen met een klassieke taal in hun pakket volgen het vak<br />

Klassieke Culturele Vorming (KCV). Vanaf 2007 kunnen ook andere leerlingen hiervoor kiezen.<br />

De invulling <strong>van</strong> CKV/KCV verschilt <strong>van</strong> school tot school, maar ‘cultuurdeelname’ is altijd een<br />

expliciet doel. Een aantal erfgoedinstellingen heeft, naast het gewone educatieve aanbod, een<br />

speciaal aanbod voor CKV ontwikkeld. 27<br />

Hoe past erfgoed binnen cultuureducatie?<br />

Erfgoed biedt leerlingen op de eerste plaats zicht op elementen die wij samen ‘cultuur’<br />

noemen, variërend <strong>van</strong> kunstuitingen en architectuur tot dagelijkse voorwerpen,<br />

sociale gebruiken, verhalen en tradities. Meer specifiek kan het een kapstok zijn voor<br />

lessen over kunstgeschiedenis, waarbij leerlingen in hun eigen omgeving bepaalde<br />

(bouw)stijlkenmerken leren herkennen of aan de hand <strong>van</strong> museumobjecten begrippen<br />

uit de beeldende kunst leren hanteren. Het gaat bij erfgoededucatie ook om het ontwikkelen<br />

<strong>van</strong> cultureel bewustzijn. Contact met erfgoed leidt veelal tot meer waardering<br />

voor de eigen omgeving en creëert draagvlak voor cultuurbehoud.<br />

Cultuureducatie is niet alleen onderwijs over, maar ook door en met cultuur. In dat laatste<br />

geval is erfgoed het instrument om bepaalde kennis of competenties te verwerven. Een<br />

monument bijvoorbeeld biedt leerlingen méér dan een blik op de architectuurgeschiedenis;<br />

het vertelt ook iets over de maatschappij waarin het een plaats kreeg en kan een<br />

kapstok zijn voor wiskunde (verhoudingen) en geografie (streekgebonden materiaal).<br />

27 Ministerie <strong>van</strong> OCW (2006) Voort-<br />

gangsrapportage Cultuur en School<br />

5.1.3 Cultuurprofielscholen<br />

In het kader <strong>van</strong> Cultuur en School heeft het ministerie <strong>van</strong> OCW sinds 2004 een twintigtal<br />

scholen voor voortgezet onderwijs de mogelijkheid geboden zich te ontwikkelen tot ‘cultuurprofielschool’.<br />

Een school kan zich op cultuurgebied profileren door kunst en erfgoed inhoudelijk te<br />

integreren in het curriculum en/of actief te werken aan talentontwikkeling. Ook het bevorderen<br />

<strong>van</strong> de samenwerking tussen het vmbo en het mbo-kunstvakonderwijs en samenwerking met<br />

het hbo-kunstvakonderwijs valt onder deze noemer. Nog eens twintig ‘voorhoedescholen’ op het<br />

gebied <strong>van</strong> cultuureducatie hebben gefungeerd als referentieschool voor de cultuurprofielscho-


len. Na 2005 zal het Rijk de ontwikkeling <strong>van</strong> cultuurprofielscholen blijven stimuleren, ditmaal via<br />

gerichte ondersteuning <strong>van</strong> initiatief <strong>van</strong>uit het veld (helpdesk, keurmerk e.d.) 28 (www.kpcgroep.<br />

nl/cultuurprofielscholen).<br />

5.1.4 Nieuwe middelen voor cultuureducatie<br />

Vanaf augustus 2006 kunnen zowel culturele instellingen als scholen fondsgelden aanvragen in<br />

het kader <strong>van</strong> een speciale regeling voor cultuureducatie in het primair en voortgezet onderwijs.<br />

Dit extra geld is ondergebracht bij de Mondriaan Stichting en het Fonds voor Amateurkunst en<br />

Podiumkunsten. Gezamenlijk steunen deze fondsen voorbeeldstellende educatieve projecten op<br />

het gebied <strong>van</strong> alle kunstdisciplines en erfgoed. Subsidievoorwaarden zijn: samenwerking tussen<br />

culturele instellingen en scholen voor primair of voortgezet onderwijs en een project <strong>van</strong> landelijk<br />

belang.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong>: product <strong>van</strong> lokale samenwerking<br />

Om basisscholen en erfgoedaanbieders binnen een gemeente om de tafel te krijgen<br />

ging in 2004 ‘ Erfgoed à la Carte’ <strong>van</strong> start, een landelijk stimuleringsproject <strong>van</strong> Erfgoed<br />

Actueel, opgezet in samenwerking met SLO. Kern <strong>van</strong> het concept is het creëren of verstevigen<br />

<strong>van</strong> samenwerkingsverbanden tussen basisscholen en erfgoedinstellingen. Dit als<br />

solide basis voor het lokaal ontwikkelen en verankeren <strong>van</strong> een doorgaande leerlijn erfgoededucatie<br />

in het primair onderwijs. Trekkers en penvoerders <strong>van</strong> de plaatsgebonden<br />

projecten zijn onderwijsbegeleidingsdiensten, erfgoedhuizen, maar ook gemeenten. In<br />

2005 gingen verspreid over het land 15 samenwerkingsverbanden <strong>van</strong> start. De verwachting<br />

is dat deze zo nuttig blijken dat ze ook als de stimuleringssubsidie <strong>van</strong> Erfgoed à la<br />

Carte na 2007 eindigt overeind zullen blijven. ∆ Zie ‘Reizen in de Tijd<br />

Een project met een vergelijkbare doelstelling wordt onder de naam Erfgoedspoor verzorgd<br />

door het Erfgoedhuis Zuid-Holland. Het Erfgoedhuis legt contact met basisscholen<br />

en erfgoedinstellingen binnen een gemeente om uiteindelijk te komen tot meerjarenafspraken<br />

over een aanbod waarin alle partijen zich kunnen vinden. Eindresultaat is een<br />

programma waarbij elke leeftijdsgroep <strong>van</strong> de basisschool een ander erfgoedproject in<br />

de eigen omgeving doet.<br />

Dat samenwerking binnen een gemeente ‘werkt’, blijkt ook uit het succes <strong>van</strong> het al langer<br />

lopende project Museum & School voor basisscholen in de regio Leiden. Gekoppeld aan<br />

een voorbereidende en afsluitende les op school bezoeken leerlingen elk schooljaar een<br />

andere instelling, waardoor ze bij het verlaten <strong>van</strong> de basisschool kennis hebben gemaakt<br />

met een breed aanbod aan erfgoed. Museum & School Leiden is, in een andere vorm, ook<br />

beschikbaar voor het voortgezet onderwijs. (www.museumgroep.nl)<br />

Op basis <strong>van</strong> het Leidse model zijn op verschillende plaatsen in Nederland soortgelijke<br />

programma’s ontwikkeld, waaraan naast musea ook andere erfgoedinstellingen<br />

deelnemen.<br />

5.2 Erfgoed inpasbaar in het reguliere onderwijsprogramma<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is in feite altijd ‘cultuureducatie’, maar heeft daarnaast ook een functie in het<br />

onderwijs als het ontwikkelen <strong>van</strong> cultureel bewustzijn en cultuurparticipatie niet het hoofddoel<br />

zijn. Werken met erfgoed kan lesstof verdiepen en verduidelijken door een relatie te leggen met<br />

tastbare objecten, patronen en verhalen uit het verleden in de directe omgeving <strong>van</strong> de leerling<br />

(omgevingsonderwijs). Zo is het mogelijk aan de hand <strong>van</strong> lokaal erfgoed – historische foto’s <strong>van</strong><br />

het centrum, oude gebruikvoorwerpen, een op het oog nietszeggend heuveltje – een link te leggen<br />

met leerstof in het boek. Dat geldt bijvoorbeeld voor geschiedenis waar erfgoed een goede<br />

kapstok is voor onderwijs volgens de tien tijdvakken <strong>van</strong> De Rooij (zie kader), voor aardrijkskunde,<br />

maatschappijleer en beeldende vorming. Maar ook in vakken als taal, natuur en milieu, economie,<br />

techniek en verzorging kan erfgoed een opstapje zijn naar nieuwe kennis en het oefenen <strong>van</strong><br />

vaardigheden. Daarnaast biedt erfgoededucatie veel mogelijkheden voor projecten en vakoverstijgend<br />

onderwijs.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> komt niet bovenop het al volle lesprogramma, maar is vaak lesstofver<strong>van</strong>gend


De geschiedenis in tien tijdvakken<br />

inpasbaar en sluit aan bij (nieuwe) kerndoelen en methoden in het basis- en voortgezet onderwijs.<br />

In lijn met actuele onderwijsvernieuwingen nodigt erfgoededucatie uit tot onderzoekend<br />

en ervaringsgericht leren, tot samenwerken in groepjes en het ontwikkelen <strong>van</strong> vaardigheden,<br />

bijvoorbeeld in presentatie en ICT-gebruik. Centraal staat de aansluiting op de leefwereld <strong>van</strong> de<br />

leerling. Dat geldt zowel voor het primair als voor het voortgezet onderwijs, zowel voor de onderbouw<br />

als voor de tweede fase vmbo en havo/vwo.<br />

<strong>Gemeenten</strong> hebben uiteraard geen bemoeienis met inhoud of didactiek <strong>van</strong> lesprogramma’s.<br />

Wel kan de (cultuur)ambtenaar erfgoedinstellingen stimuleren om, in overleg met scholen in de<br />

omgeving, erfgoedaanbod voor het onderwijs te ontwikkelen. De gemeente kan het ontstaan<br />

<strong>van</strong> netwerken stimuleren of binnen bestaande netwerken voor cultuureducatie de aandacht <strong>van</strong><br />

scholen vestigen op de bruikbare inbreng <strong>van</strong> erfgoed in het ‘gewone’ onderwijsprogramma.<br />

Het geschiedenisonderwijs verandert. Om kennis en begrip <strong>van</strong> het verleden te bevorderen<br />

worden voortaan in alle onderwijstypen tien vast omschreven perioden als kapstok<br />

gebruikt. De Oudheid heet voortaan ‘de tijd <strong>van</strong> Grieken en Romeinen’, de Middeleeuwen<br />

gaan verder als ‘de tijd <strong>van</strong> monniken en ridders (500-1000) en de ‘tijd <strong>van</strong> staten<br />

en steden’ (1000 -1500). De tien tijdvakken worden vaak in een adem genoemd met de<br />

commissie De Rooij, die het voorstel in 2001 lanceerde. Achterliggend doel was ‘meer<br />

begrijpen zonder jaartallen te stampen’. Kennis <strong>van</strong> het verleden vraagt naast feitenkennis<br />

ook training in verklaring, beeldvorming en meningsvorming, meende de commissie,<br />

die daarmee met een compromis kwam in de roep om hetzij ’meer feitenkennis’ dan wel<br />

‘meer vaardigheden’.<br />

De tien tijdvakken, waaraan ‘de Tweede Wereldoorlog’ als aandachtsgebied is toegevoegd,<br />

zijn heel globaal omschreven aan de hand <strong>van</strong> een aantal kenmerkende aspecten<br />

die leerlingen moeten (her)kennen. Kenmerken voor ‘de tijd <strong>van</strong> computer en televisie<br />

(1950 -2000)’ zijn bijvoorbeeld: dekolonisatie, verdeling <strong>van</strong> de wereld in twee ideologische<br />

blokken, eenwording <strong>van</strong> Europa, toenemende westerse welvaart en de ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> pluriforme en multiculturele samenlevingen.<br />

Voor scholen en docenten is er dus veel ruimte voor een eigen invulling.<br />

5.2.1 Meer erfgoed in nieuwe kerndoelen basisonderwijs<br />

Met ingang <strong>van</strong> augustus 2006 heeft het primair onderwijs te maken met herziene kerndoelen,<br />

die voor elk leergebied aangeven wat er in elk geval aan bod moet komen. In vergelijking met<br />

voorheen is het aantal kerndoelen tot vrijwel de helft teruggebracht en heeft werken met erfgoed<br />

een nadrukkelijker plaats gekregen in het curriculum. De open omschrijving <strong>van</strong> de 58 kerndoelen<br />

laat scholen en leerkrachten veel ruimte voor een eigen invulling. Het gaat namelijk om<br />

streefdoelen, waarbij geen uitspraken worden gedaan over didactiek.<br />

De kerndoelen zijn ingedeeld in zeven leergebieden: Nederlands, Engels, Fries, Rekenen en Wiskunde,<br />

Oriëntatie op jezelf en de wereld, Kunstzinnige oriëntatie en Bewegingsonderwijs).<br />

Binnen het leergebied Kunstzinnige oriëntatie is erfgoed specifiek als kerndoel opgenomen, maar<br />

ook binnen het leergebied ‘Oriëntatie op jezelf en de wereld’ staat de deur voor erfgoededucatie<br />

wagenwijd open. Laatstgenoemd leergebied omvat vier vak(overstijgende)-onderdelen: mens en<br />

samenleving, natuur en techniek, tijd (geschiedenis) en ruimte (aardrijkskunde). In het onderdeel<br />

tijd is erfgoed als volgt als kerndoel opgenomen: ‘leerlingen leren (…) gebruik te maken <strong>van</strong> historische<br />

bronnen, zoals aanwezig in ons cultureel erfgoed (…).’ (www.kerndoelen.kennisnet.nl)<br />

∆ Zie ‘Leven in de middeleeuwse stad’


doorgaande leerlijn primair onderwijs<br />

Erfgoed à la Carte<br />

REIZEN IN DE TIJD<br />

gemeente Tiel<br />

In het kader <strong>van</strong> ‘Erfgoed a la Carte’ nam de gemeente Tiel het voortouw om bij basisscholen en<br />

culturele instellingen de belangstelling te peilen voor een gezamenlijk te ontwikkelen erfgoedproject.<br />

Het tastbare resultaat <strong>van</strong> dit initiatief heet ‘Reizen in de Tijd’: een veelzijdig erfgoedprogramma<br />

in een doorlopende leerlijn voor leerlingen <strong>van</strong> negen basisscholen en twee scholen<br />

voor speciaal onderwijs. Dit kon vorm krijgen nadat alle partijen het na een serie inventariserende<br />

gesprekken eens werden over een inhoudelijk raamwerk, dat vervolgens op bestuursniveau werd<br />

bekrachtigd. Van begin af aan werd er rekening mee gehouden dat het project niet alleen de<br />

leerlingen moest aanspreken, maar ook hun leerkrachten. Coördinatie was in handen <strong>van</strong> onderwijsbegeleidingsdienst<br />

Marant Educatieve diensten.<br />

‘Reizen in de tijd’ is opgebouwd rond thematische lesbrieven - één voor elke leeftijdsgroep - die<br />

in opklimmende moeilijkheidsgraad <strong>van</strong>uit de lokale cultuurhistorie invulling geven aan het kerndoel<br />

‘Oriëntatie op jezelf en je omgeving’. Een thema wordt ingeleid door liedjes, (voorlees)boeken<br />

en audiovisueel materiaal uit een bijbehorende leskist. Daarop volgt een ‘ontdekking’: een excursie<br />

in het Streekmuseum, het oude stadhuis of op een andere historische locatie in de stad. Ook het<br />

Stadsarchief en de bibliotheek doen mee bij het samenstellen <strong>van</strong> de lesbrieven. Centrum voor de<br />

kunsten De Plantage begeleidt tot slot de workshops waarin leerlingen de opgedane ervaringen<br />

creatief verwerken.<br />

Via deze reeks gaan de kleutergroepen zich bijvoorbeeld bezighouden met het thema ‘Wie ben<br />

ik?’. Iedereen ziet er anders uit, leren ze: kijk maar naar je handen. Ook hoe je die handen gebruikt<br />

in rituelen als bidden of begroeten zegt iets over je. Een handafdruk maken met eitempera, ‘verf<br />

<strong>van</strong> vroeger’ besluit het spelen met verschillen en overeenkomsten. Groep 8 kijkt een stuk verder<br />

om zich heen. Binnen het thema ‘Geweest, geworden!’ bekijken de leerlingen foto’s <strong>van</strong> het in puin<br />

geschoten Tiel <strong>van</strong> vlak na de oorlog. Herkennen ze deze plekken? Met deze foto’s en die <strong>van</strong> de<br />

huidige situatie gaan ze op pad om de locaties met eigen ogen te bekijken en nu zichzelf tegen<br />

deze achtergrond te fotograferen. Een maquette <strong>van</strong> de geplande stadsontwikkeling maakt de<br />

cirkel <strong>van</strong> verleden, heden en toekomst rond.<br />

Bij het verlaten <strong>van</strong> de basisschool neemt iedere leerling zijn eigen Reizenboek mee, waarin acht<br />

jaar erfgoedbeleving, variërend <strong>van</strong> Tielse perentaart en rapmuziek tot historische wandversiering<br />

en wederopbouw is vastgelegd.<br />

Meer informatie: www.erfgoedalacarte.nl.<br />

middenbouw basisonderwijs<br />

LEVEN IN DE MIDDELEEUWSE STAD<br />

gemeenten in Utrecht/Gelderland<br />

Aan de hand <strong>van</strong> tastbare overblijfselen in hun stad en in het plaatselijke museum leren basisschoolleerlingen<br />

over het ontstaan <strong>van</strong> en het leven in de middeleeuwse stad. Ze ontdekken<br />

daarbij hoe het verleden – in de vorm <strong>van</strong> monumenten, straatnamen en stadsstructuur – hun<br />

woonplaats heeft gevormd tot wat deze nu is. Dit project, dat ‘Bouwen aan de Stad’ heet, is inmiddels<br />

in vijf Utrechtse gemeenten voor het onderwijs beschikbaar. Het concept, ontwikkeld door<br />

Erfgoedhuis Utrecht, is door <strong>Erfgoededucatie</strong> Gelderland als ‘Leven in de middeleeuwse stad’ vertaald<br />

naar de situatie in zeven Gelderse gemeenten. In elke plaats participeren erfgoedinstellingen<br />

als musea, archieven en soms ook heemkundekringen of historische verenigingen.<br />

Thema’s die in het project aan de orde komen, zijn onder meer: bouwen, brandgevaar, ‘verstening’,<br />

dagelijks leven, wonen, werken, kleding, eten, verdedigen en de middeleeuwse standenmaatschappij.<br />

Een verhaal met een leeftijdsgenoot als hoofdpersoon neemt leerlingen mee terug naar de Middeleeuwen.<br />

Na een voorbereidingsles op school bezoeken de leerlingen het historisch museum in<br />

hun stad, waar zij objecten onderzoeken die in het verhaal aan de orde komen. Na de museumles<br />

volgt nog een bezoek aan een monument in de stad dat met het verhaal te maken heeft of een<br />

korte stadswandeling met middeleeuwse herkenningspunten. Leerlingen ervaren op die manier


dat de geschiedenis <strong>van</strong> de stad op veel plaatsen nog herkenbaar aanwezig is. De verwerkingslessen<br />

vormen een logische eenheid met het aanbod op locatie. Zo ondervinden leerlingen bijvoorbeeld<br />

dat historische bronnen gebonden zijn aan tijd, plaats en standpunt en (dus) tegenstrijdig<br />

kunnen zijn.<br />

Een goed gevulde leskist met een duidelijke handleiding over leerdoelen, lesopzet en gebruik <strong>van</strong><br />

de materialen maakt het onderwijsproject kant-en-klaar voor gebruik door docenten. In de leskist<br />

bevinden zich onder meer replica’s <strong>van</strong> objecten en - afhankelijk <strong>van</strong> de lokale situatie - documenten,<br />

beeld- en geluidsmateriaal en een ‘standen- of Middeleeuwenspel’. In principe kan het project<br />

op de basisschool de hele lesstof over de middeleeuwse stad ver<strong>van</strong>gen.<br />

Meer informatie: www.erfgoedhuis-utrecht.nl .<br />

5.2.2 Erfgoed in nieuwe onderbouw voortgezet onderwijs<br />

Vanaf schooljaar 2006-2007 geldt voor de onderbouw <strong>van</strong> het voortgezet onderwijs een nieuwe<br />

wet- en regelgeving. Scholen krijgen hierdoor meer beleidsvrijheid en het grote aantal kerndoelen<br />

is fors teruggebracht. In plaats <strong>van</strong> een uniform basisprogramma schrijft het rijk 58 richtinggevende<br />

kerndoelen in zeven leergebieden (of domeinen) voor: Nederlands, Engels, Wiskunde,<br />

Mens en Natuur, Mens en Maatschappij, Bewegen en Sport en Kunst en Cultuur. De school moet<br />

minstens tweederde <strong>van</strong> de verplichte lestijd in de eerste twee jaar besteden aan kerndoelen en<br />

leergebieden; een derde <strong>van</strong> de tijd is beschikbaar voor maatwerk en eigen keuzes. Scholen kunnen<br />

besluiten vakken volledig te integreren in een leergebied, maar verplicht is dat niet. Vakken<br />

als geschiedenis en aardrijkskunde kunnen binnen een leergebied afzonderlijk blijven bestaan, zo<br />

lang maar voldaan wordt aan de voorgeschreven, globale kerndoelen <strong>van</strong> de nieuwe onderbouw.<br />

De bedoeling is wel dat de verschillende vakken binnen een leergebied inhoudelijk meer op<br />

elkaar worden afgestemd, bijvoorbeeld in de vorm <strong>van</strong> projecten.<br />

Voor erfgoededucatie lijkt de introductie <strong>van</strong> leergebieden een positieve ontwikkeling: de ervaring<br />

leert dat ‘denken <strong>van</strong>uit erfgoed’ een goed bindmiddel tussen verschillende vakken kan zijn.<br />

∆ Zie ‘Streetwise’<br />

5.2.3 Erfgoed in de tweede fase voortgezet onderwijs<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> gaat op een natuurlijke manier samen met de onderzoekende, zelfstandige<br />

werkwijze die in de tweede fase <strong>van</strong> het voortgezet onderwijs <strong>van</strong> leerlingen wordt verwacht.<br />

Na de derde klas havo/vwo kunnen leerlingen een keuze maken uit vier profielen. Werken met<br />

erfgoed biedt veel mogelijkheden binnen de profielen ‘cultuur en maatschappij’ en ‘economie<br />

en maatschappij’ , maar heeft ook aangrijpingspunten voor ‘natuur en techniek’ en ‘natuur en<br />

gezondheid’. Ieder profiel kent een gemeenschappelijk deel (voor alle leerlingen gelijk), een deel<br />

specifiek voor het profiel en een vrij deel. Het schoolexamen (havo en vwo) omvat onder meer<br />

een profielwerkstuk. Voor deze uitgebreide praktische opdracht, waarbij het gaat om integratie<br />

<strong>van</strong> kennis, inzicht en vaardigheden biedt erfgoed een rijkdom aan thema’s, invalshoeken en<br />

werkmethoden. Vooral musea en grotere erfgoedinstellingen bieden bovenbouwleerlingen opstapjes<br />

en verwijzingen naar (werk)materiaal en onderwerpen.<br />

∆ Zie ‘Plan je eigen ruimte’<br />

5.2.4 Erfgoed, ook praktisch in het vmbo<br />

Het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo), waarin het vroegere lager beroepsonderwijs<br />

(lbo) en de mavo zijn opgegaan, telt circa 60 % <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> leerlingen in het<br />

voorgezet onderwijs. Na twee jaar kiest de leerling voor een <strong>van</strong> de vier leerwegen (theoretische,<br />

gemengde, kaderberoeps- of de basisberoepsgerichte leerweg).<br />

Het inzetten <strong>van</strong> erfgoed als ‘krachtige leeromgeving’ in de onderbouw <strong>van</strong> het vmbo, in de<br />

leerwegen of specifiek binnen CKV-vmbo leidt tot een manier <strong>van</strong> werken die aanslaat bij de<br />

veelal praktische ingestelde leerlingen. Geen leerboeken, maar leren <strong>van</strong>uit de eigen omgeving.<br />

Niet alleen lezen, maar vooral zien, ervaren en doen. Ook docenten, die vaak op zoek zijn naar<br />

een realistische context voor theoretische (vak)kennis of ‘leren werken’ projecten biedt erfgoededucatie<br />

uitkomst. In de beroepsgerichte leerwegen is het mogelijk leerlingen aan de hand <strong>van</strong><br />

erfgoedprojecten vakkennis over te dragen waarbij al doende een beroep wordt gedaan op<br />

gewenste vaardigheden als samenwerken en een zelfstandige, actieve (werk)houding. Op die manier<br />

bouwden leerlingen <strong>van</strong> een afdeling metaaltechniek een moderne replica <strong>van</strong> een Romeinse<br />

strijdwagen.<br />

Werken met erfgoed kan vmbo-leerlingen ook in een museum brengen voor zelfstandig onder-<br />

0


zoek. Een bezoek waartoe ze <strong>van</strong> huis uit minder worden gestimuleerd dan havo/vwo-leerlingen.<br />

In 2005 noemde het Sociaal Cultureel Planbureau cultuureducatie een mogelijke factor in de<br />

lichte toename in het museumbezoek <strong>van</strong> allochtonen. 29<br />

Het gegeven dat het vmbo relatief veel jongeren <strong>van</strong> allochtone afkomst telt, kan voor een school<br />

een extra aanleiding zijn om aandacht te geven aan het stimuleren <strong>van</strong> maatschappelijke betrokkenheid.<br />

Zowel de cultuurhistorische omgeving <strong>van</strong> de school als het erfgoed <strong>van</strong> nieuwe Nederlanders<br />

bieden aanknopingspunten om daarover gesprekken op gang te krijgen en te werken aan<br />

begrip voor de eigenheid én het gemeenschappelijke <strong>van</strong> verschillende culturen.<br />

5.3 Erfgoed is goed bereikbaar in de fysieke omgeving<br />

Cultuureducatie speelt zich voor een groot deel ‘op locatie’, buiten de school af. Uit oogpunt <strong>van</strong><br />

kosten, tijd en logistiek richten scholen zich daarbij bij voorkeur op cultureel aanbod in de eigen<br />

regio. In dit opzicht biedt erfgoededucatie het praktische voordeel dat je er niet (ver) voor hoeft<br />

te reizen, omdat leerlingen ermee aan de slag kunnen in de directe omgeving <strong>van</strong> de school. Niet<br />

elke gemeente beschikt over culturele voorzieningen als een poppodium of een schouwburg,<br />

maar erfgoed is er altijd! [1.3]<br />

Schatkamers vol materiaal<br />

VMBO-sporen<br />

Scholen bepalen zelf hoe en met welk doel zij erfgoed binnen het reguliere onderwijs willen<br />

inzetten. Als vakoverstijgend thema (de stad), binnen een schoolvak (archiefonderzoek) of leergebied<br />

(maatschappelijke en economische aspecten <strong>van</strong> ruilverkaveling) of voor het stimuleren <strong>van</strong><br />

maatschappelijke betrokkenheid en ‘burgerschapsvorming’ (hoe is onze democratie <strong>van</strong>uit het<br />

verleden gegroeid).<br />

Voor ‘leren met en <strong>van</strong> erfgoed’ is er voor het onderwijs op elk niveau en leeftijdsgroep een breed<br />

palet aan educatieve projecten, lesmateriaal en leskisten, losse excursies en meerjarige programma’s<br />

beschikbaar. Deze zijn, meestal in overleg met het onderwijs, ontwikkeld als landelijk voorbeeldproject<br />

door erfgoedkoepels en/of Erfgoed Actueel, door provinciale erfgoedhuizen, maar<br />

ook in groten getale door individuele musea en andere erfgoedinstellingen overal in het land.<br />

Steeds meer leerlingenmateriaal en handleidingen voor docenten zijn tegenwoordig op internet<br />

te vinden, variërend <strong>van</strong> onderwerpsuggesties voor lessen en werkstukken, digitale collecties<br />

en archiefbestanden tot complete lespakketten, los of als voorbereiding op een bezoek aan<br />

een erfgoedinstelling. Via de website www.cultuurwijs.nl <strong>van</strong> Digitaal Erfgoed Nederland (DEN)<br />

kunnen leerlingen en docenten snel de weg vinden naar tal <strong>van</strong> thema’s en digitaal aanbod <strong>van</strong><br />

erfgoed(instellingen). Websites die informatie over erfgoed bevatten zijn, gerangschikt naar provincie,<br />

op te zoeken in ‘Het Blauwe Boekje’ <strong>van</strong> Erfgoed Actueel.<br />

5.4 Huidig gemeentelijk beleid<br />

In 2001 richtte Erfgoed Actueel het netwerk ‘Cultureel Erfgoed in de leerwegen’ op met als<br />

doel erfgoedprojecten te ontwikkelen voor het vmbo en daarvoor contacten aan te gaan<br />

met culturele instellingen in de omgeving. In 2004 kreeg dit vmbo-netwerk een vervolg<br />

in het project Sporen, dat inmiddels vier provinciale vmbo-netwerken omvat (Limburg,<br />

Overijssel, Gelderland, Zuid-Holland). In 2005 volgde het Kleurrijke Spoor, gevormd door<br />

vmbo-scholen in Amsterdam en Rotterdam. Alle gerealiseerde producten zijn ook voor<br />

anderen beschikbaar, onder meer via internet. Coördinatie <strong>van</strong> de vmbo-sporen berust bij<br />

het provinciale erfgoedhuis of een erfgoedinstelling in de provincie.<br />

∆ Zie ‘Zeven Erfgoedsporen in Dedemsvaart’<br />

In grotere gemeenten behoort cultuureducatie tot de taken <strong>van</strong> een afdeling Cultuur die,<br />

bijvoorbeeld met Welzijn en Onderwijs, veelal onderdeel uitmaakt <strong>van</strong> een grotere sectie. In<br />

kleinere gemeenten is cultuur(educatie) vaak de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> een enkele ambtenaar<br />

die daarnaast nog andere taken heeft. In de praktijk bekostigen veel gemeenten cultuureducatie-activiteiten<br />

voor het onderwijs, bijvoorbeeld in de vorm <strong>van</strong> een cultuurmenu, terwijl zij<br />

daarnaast erfgoedinstellingen subsidiëren. Onder invloed <strong>van</strong> het Actieplan Cultuurbereik gaan<br />

echter steeds meer gemeenten over tot een meer integraal beleid. [Zie praktijkvoorbeelden <strong>van</strong><br />

gemeentelijk erfgoededucatiebeleid in hoofdstuk 7.] Een goede eerste stap op deze bredere weg<br />

is netwerkvorming binnen gemeenten.<br />

1<br />

29 Sociaal en Cultureel Planbureau<br />

(2005) Cultuurminnaars en cultuur-<br />

mijders. Trends in de belangstelling voor<br />

kunsten en cultureel erfgoed


30 www. cultuurnetwerk.nl. Begrippen<br />

en definities<br />

31 Bureau Driessen (2006) Actieplan II,<br />

Nulanalyse en nulmeting<br />

32 Cultuurnetwerk Nederland (2005)<br />

Zicht op…gemeentelijk en provinciaal<br />

cultuurbeleid<br />

33 Wijn, C. (2003) Gemeentelijk cultuur-<br />

beleid - een handleiding.<br />

34 Hagenaars, P. De luwte <strong>van</strong> beleid en<br />

praktijk: het lokaal bestel voor cultuur-<br />

educatie. In: Cultuurnetwerk Nederland<br />

(2005) Zicht op…gemeentelijk en provin-<br />

ciaal cultuureducatiebeleid.<br />

Voor het ontwikkelen en uitvoeren <strong>van</strong> cultuureducatiebeleid kunnen gemeenten een beroep<br />

doen op daarvoor geëquipeerde (intermediaire) organisaties. Afhankelijk <strong>van</strong> de lokale situatie<br />

zijn dat onderwijsbegeleidingsdiensten, provinciale erfgoedhuizen of centra voor de kunsten. In<br />

een kleine plaats kan ook een grotere culturele (erfgoed)instelling een voortrekkersrol vervullen.<br />

5.4.1 Erfgoed op het cultuurmenu<br />

In veel plaatsen worden culturele activiteiten voor het onderwijs structureel aangeboden onder<br />

de titel ‘kunstmenu’ of ‘cultureel menu’. In het primair onderwijs maakt 90% <strong>van</strong> de scholen gebruik<br />

<strong>van</strong> een dergelijk pakket, waarbij de gemeente een deel <strong>van</strong> de kosten draagt. Een kunst- of<br />

cultuurmenu is een samenhangend programma dat leerlingen in opeenvolgende schooljaren in<br />

contact brengt met verschillende cultuurdisciplines, meestal in combinatie met een voorbereidende<br />

les of afsluitend werkstuk. Het aanbod wordt bepaald in overleg met de cultuurinstellingen<br />

in de regio en/of geregeld via een bemiddelende instantie. Per gemeente verschilt de inspraak<br />

<strong>van</strong> de scholen. 30 Steeds vaker staat er naast kunst (theatervoorstellingen, concerten, tentoonstellingen)<br />

ook erfgoed op het programma. Leerlingen bezoeken dan bijvoorbeeld het archief of<br />

een historisch museum, gaan een monument <strong>van</strong> binnen bekijken of komen meer te weten over<br />

het werk <strong>van</strong> de stadsarcheoloog.<br />

5.4.2 <strong>Erfgoededucatie</strong> is Actieplandoelstelling<br />

Oorspronkelijk richtten gemeenten zich vrijwel uitsluitend op cultuureducatie buiten schoolverband,<br />

maar inmiddels is ook cultuureducatie in het onderwijs voor veel gemeenten een speerpunt<br />

in cultuurbeleid. Het merendeel <strong>van</strong> de dertig grote gemeenten die deelnemen aan het<br />

tweede Actieplan Cultuurbereik in 2005 -2008 formuleerde een outputdoelstelling op het gebied<br />

<strong>van</strong> culturele activiteiten voor jongeren, terwijl cultuureducatie en erfgoed eveneens hoog scoorden.<br />

31 Ook provincies kozen voor deze doelstellingen en onderschrijven daarmee het belang <strong>van</strong><br />

cultuureducatie. Sommigen stimuleren dit uitsluitend binnen de kaders <strong>van</strong> het Actieplan, andere<br />

maken cultuureducatie en bereik <strong>van</strong> jongeren tot speerpunt <strong>van</strong> hun hele cultuurbeleid. 32 Een<br />

aantal gemeenten stemt het beleid voor cultuureducatie af op dat <strong>van</strong> de provincies, die ieder<br />

hun eigen accenten leggen.<br />

5.4.3 Netwerkvorming<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> binnen het onderwijs<br />

Bij het vormgeven <strong>van</strong> beleid op het gebied <strong>van</strong> cultuureducatie hebben gemeenten op de eerste<br />

plaats te maken met het aanbod en het beleid <strong>van</strong> lokale culturele voorzieningen en met het<br />

aantal en soort scholen binnen hun gebied. 33 Directe beleidsruimte om de inhoud <strong>van</strong> kunst- en<br />

cultuuronderwijs <strong>van</strong> scholen te beïnvloeden is er voor de gemeenteambtenaar niet. De school is<br />

daarin immers autonoom. Mogelijkheden voor gemeenten om onderwijs ‘met en over cultuur’ te<br />

stimuleren liggen met name op het gebied <strong>van</strong> subsidie(voorwaarden) aan culturele instellingen<br />

en bij het initiëren en faciliteren <strong>van</strong> netwerken waarin gemeente, onderwijs en culturele instellingen<br />

samenwerken om vraag en aanbod op elkaar af te stemmen. Dergelijke netwerken komen<br />

in steeds meer plaatsen <strong>van</strong> de grond als podium om kennis en ervaring uit te wisselen en in goed<br />

overleg werkafspraken te maken. Zowel scholen als culturele instellingen hebben de beleidsmatige<br />

steun <strong>van</strong> gemeenten hard nodig om – gelet op de gewenste continuïteit – te komen tot een<br />

krachtige lokale infrastructuur voor cultuureducatie, waarin plaats is voor inhoudelijke samenwerking,<br />

samenhang en cultuureducatieve onderwijsinnovatie. 34<br />

In kleinere plaatsen waar niet voldoende erfgoedinstellingen aanwezig zijn om een lokaal<br />

programma te realiseren voor het onderwijs, ligt samenwerking tussen vraag en aanbod in een<br />

regionaal of provinciaal programma voor de hand. Ook kan het pakket bestaan uit een mix <strong>van</strong><br />

lokaal erfgoed en belangrijk regionaal of provinciaal erfgoed.<br />

• Voor alle leeftijdsgroepen in basisonderwijs, vmbo en havo/vwo.<br />

• Onderdeel <strong>van</strong> cultuureducatie.<br />

• Maar ook inpasbaar in het gewone lesprogramma.<br />

• Vorm <strong>van</strong> omgevingseducatie.<br />

• Zet aan tot onderzoekend, ervaringsgericht leren.<br />

• Biedt krachtige, betekenisrijke context.<br />

• Veel mogelijkheden voor projecten en vakoverstijgend onderwijs.


groep 7 primair onderwijs<br />

DE KERSTVLOED VAN 1717<br />

gemeenten Noord- en Oost-Groningen<br />

De geschiedenis <strong>van</strong> de bewoners <strong>van</strong> Noord-Groningen is altijd nauw verbonden geweest met<br />

het hen omringende water. Het landschap, dat al sinds 600 voor Chr. wordt bewoond, is voortdurend<br />

aan verandering onderhevig, óók door toedoen <strong>van</strong> de mens.<br />

Het project ‘De kerstvloed <strong>van</strong> 1717’ is ontwikkeld om deze eeuwenlange geschiedenis voor<br />

basisschoolleerlingen te verduidelijken. Centraal staat de situatie rondom Pieterburen tijdens de<br />

rampzalige Kerstvloed die grote delen <strong>van</strong> de Groninger kustbedijking wegsloeg. Dit gegeven<br />

maakt het project interessant voor alle scholen in Noord- en Oost-Groningen.<br />

Het project werd ontwikkeld door Projectbureau <strong>Erfgoededucatie</strong> Groningen in opdracht <strong>van</strong><br />

Stichting het Groninger Landschap, Stichting Oude Groninger Kerken, Museumhuis Groningen en<br />

Groninger Archieven.<br />

Aan de hand <strong>van</strong> de hoofdpersoon Martje, worden de leerlingen teruggevoerd naar de historische<br />

dijkdoorbraak, de gevolgen daar<strong>van</strong> voor het dagelijkse leven en de inpoldering die daarop<br />

volgde. Naast twee lessen in de klas is voorzien in excursies in de omgeving. Het lespakket zelf<br />

bestaat uit een verzamelmap met een docentenhandleiding, opdrachtbladen, het verhaal over<br />

Martje, een cd met een website over haar omgeving en een hoorspel. Leerlingen maken onder<br />

meer gebruik <strong>van</strong> oude kaarten, ooggetuigenverslagen en foto’s. Al doende komen kerndoelen<br />

uit verschillende vakken aan bod. Doordat kinderen nagelaten sporen <strong>van</strong> de geschiedenis leren<br />

zien, wint hun eigen omgeving aan betekenis.<br />

Cultuur en natuur versterken elkaar<br />

Vanuit de gedachte dat het landschap de belangrijkste culturele verworvenheid <strong>van</strong> de provincie<br />

is – zie het bovenstaande voorbeeld – hebben het Museumhuis Groningen, Natuurmuseum<br />

Groningen en IVN Nederland de handen in elkaar geslagen voor een integratie <strong>van</strong> natuur- en<br />

cultuureducatie. Doel <strong>van</strong> ‘De kathedraal <strong>van</strong> het landschap’, zoals de samenwerkingsfilosofie is<br />

gedoopt, is te komen tot vormen <strong>van</strong> omgevingseducatie met evenveel aandacht voor cultuur als<br />

voor natuur. De gedachte is dat cultuur en natuur geen tegenpolen zijn – ingrijpen <strong>van</strong> de mens<br />

kan ook positief uitpakken – maar elkaar kunnen versterken. De samenwerkingspartners zullen dit<br />

concept de komende jaren verder uitwerken in concrete projecten en netwerkverbanden.<br />

Meer informatie: info@museumhuisgroningen.nl.<br />

onderbouw voortgezet onderwijs<br />

vmbo-netwerk Sporen<br />

ZEVEN ERFGOEDSPOREN<br />

gemeente Dedemsvaart<br />

Enthousiast gemaakt door een studiereis naar Groot-Brittannië, waar erfgoededucatie binnen en<br />

buiten het onderwijs al is ingeburgerd, zetten docenten <strong>van</strong> scholengemeenschap Van der Capellen<br />

maar liefst zeven erfgoedsporen uit in Dedemsvaart en omstreken voor de onderbouw <strong>van</strong><br />

vmbo en havo/vwo. Verrassend veel erfgoedinstellingen, variërend <strong>van</strong> historische dorpsverenigingen<br />

tot de Stichting Fabrieksschoorstenen, wilden meedenken over bruikbare onderwerpen.<br />

Uiteindelijk bleek er onder meer voldoende ‘lesstof’ te vinden over de tbs-inrichting Veldzicht, de<br />

voorbeeldtuinen <strong>van</strong> Mien Ruys, het naburige Rietveldhuis en het Reest- en Vechtdal. Bij de aftrap<br />

<strong>van</strong> het project werden deze erfgoedthema’s in dramavorm op zeven karren gepresenteerd aan<br />

alle leerlingen, docenten, dorpsbewoners en media. Alle brugklassers hadden daarbij een functie,<br />

<strong>van</strong> decorbouwer tot acteur.<br />

Met de bedoeling elk jaar een erfgoedspoor helemaal uit te werken, werd begonnen met een<br />

projectweek die in het teken stond <strong>van</strong> het industriële erfgoed op loopafstand <strong>van</strong> de school: de<br />

kalkovens en de enige nog werkende gashouder in Nederland. Docenten <strong>van</strong> vrijwel alle vakken,<br />

<strong>van</strong> CKV tot natuur- en scheikunde, schreven mee aan een variëteit <strong>van</strong> lessen en opdrachten.<br />

Over het meten en bouwen <strong>van</strong> de gashouder ging het, over de functie, de rol in de lokale<br />

economie. Ook kregen de leerlingen de opdracht om met argumenten welke locatie de beste


was voor gasdistributie. Daarvoor moesten leerlingen zelfstandig op onderzoek uit, zowel op het<br />

terrein zelf als in het archief. Anderen kregen de opdracht bewoners <strong>van</strong> een verzorgingstehuis te<br />

enquêteren over vroeger, de antwoorden in een grafiek uit te zetten en daar een powerpointpresentatie<br />

<strong>van</strong> te maken. Onder professionele leiding oefenden de leerlingen in het vertellen <strong>van</strong><br />

verhalen, schreven ze gedichtjes in dialect en kookten ze gerechten naar historische streekrecepten.<br />

Er werden foto’s <strong>van</strong> locaties vroeger en nu vergeleken, een krant gemaakt en een website in<br />

werking gesteld.<br />

Om de ouders te laten delen in hun nieuwe kennis over hun woonplaats richtten de leerlingen<br />

een veelzijdige expositie over hun activiteiten in. Bij de volgende sporenprojecten zullen dergelijke<br />

presentaties, met medewerking <strong>van</strong> de plaatselijke middenstandvereniging, een breder publiek<br />

krijgen dat zo al winkelend verhalen rond het lokale erfgoed cadeau krijgt. Ook de website<br />

<strong>van</strong> de gemeente zal er werk <strong>van</strong> maken, nu de burgemeester zichzelf tot ambassadeur <strong>van</strong> het<br />

erfgoedproject heeft benoemd.<br />

onderbouw havo/vwo<br />

STREETWISE<br />

gemeenten Zuid-Holland<br />

Het project Streetwise stelt havo/vwo-leerlingen in Zuid-Holland in staat te achterhalen wie rond<br />

1900 woonden en werkten in een hen bekende straat. Ze bezoeken daarvoor het archief in hun<br />

woonplaats waar ze onder meer in het Bevolkingsregister gegevens verzamelen over toenmalige<br />

bewoners. Zo stuiten ze bijvoorbeeld op oude beroepen die uit het straatbeeld verdwenen zijn,<br />

zoals de melkventer, de dienstbode en de lorrenboer. Al doende ontdekken leerlingen hoe het<br />

gemeentearchief werkt en welke bronnen je er kunt napluizen om de geschiedenis <strong>van</strong> een straat,<br />

plaats, sportvereniging of bedrijf te reconstrueren. Streetwise, dat sinds 2005 via de onderwijsbrochure<br />

<strong>van</strong> het Erfgoedhuis Zuid-Holland wordt aangeboden aan alle havo/vwo scholen in de provincie,<br />

kwam tot stand dankzij intensieve samenwerking met de gemeentelijke archiefdiensten<br />

en streekarchieven in Zuid-Holland. Een praktische handleiding, ontwikkeld door het Erfgoedhuis<br />

ondersteunt de archiefdiensten in de uitvoering <strong>van</strong> het onderbouwproject.<br />

In overleg met de docent selecteert het archief voor het onderzoek geschikte straten in de omgeving<br />

<strong>van</strong> de school. Meestal zowel een ‘rijke’ als een ‘arme’ straat, om de leefomstandigheden<br />

aan het begin <strong>van</strong> de 20e eeuw te kunnen vergelijken. De archivaris zorgt er voor dat een deel<br />

<strong>van</strong> het bronnenmateriaal al gebruiksklaar ligt en dat aanvullende informatie over de buurt/straat<br />

aanwezig is. Oude foto’s bijvoorbeeld of kopieën uit boeken over dat tijdvak. Leerlingen leren<br />

microfiches lezen, maar mogen ook een kijkje nemen in het archiefdepot en krijgen een aantal<br />

bijzondere bronnen onder ogen. Streetwise leert jongeren vragen te stellen, planmatig informatie<br />

op te zoeken, te ordenen en te verwerken. Het programma voorziet in een voorbereidende les<br />

en een afsluitende les waarin leerlingenduo’s hun eindconclusies aan elkaar presenteren. Zowel<br />

leerlingen en docenten als deelnemende archiefinstellingen zijn enthousiast over het resultaat.<br />

Het onderzoek dat leerlingen in hun eigen omgeving uitvoeren concretiseert als het ware hun<br />

schoolkennis. Dat ‘slechte woon- en leefomstandigheden voor arbeiders een voedingsbodem<br />

waren voor de Sociale Kwestie’ begrijpen ze beter als ze plattegronden <strong>van</strong> de krappe behuizingen<br />

hebben gezien. Inzage in een gezinsbudget uit die tijd maakt duidelijk dat alle gezinsleden<br />

moesten werken om te kunnen rondkomen. Dit in schril contrast met gegoede burgers die er<br />

volgens hun boedelinventaris warmpjes bijzaten.<br />

Streetwise sluit, lesstofver<strong>van</strong>gend, aan op de kerndoelen <strong>van</strong> het vak aardrijkskunde (stedelijke<br />

en landelijke gebieden) en economie (arbeid en productie). Door in de onderbouw kennis te<br />

maken met archiefonderzoek kunnen leerlingen in de tweede fase, bijvoorbeeld voor het vak CKV<br />

of hun profielwerkstuk, zelfstandig de geschiedenis induiken.<br />

Meer informatie: www.erfgoedhuis-zh.nl


tweede fase havo/vwo<br />

PLAN JE EIGEN RUIMTE<br />

landelijk format<br />

‘Plan je eigen ruimte’ is een landelijk format <strong>van</strong> Erfgoed Actueel om leerlingen uit de tweede<br />

fase havo/vwo als ruimtelijk ontwerpers plannen te laten maken voor de toekomst <strong>van</strong> hun<br />

woonomgeving, rekening houdend met de daarin aanwezige cultuurhistorische elementen. Het<br />

project sluit aan bij de nieuwe eindtermen aardrijkskunde (praktische opdracht), maar kan <strong>van</strong>uit<br />

aardrijkskunde ook vakoverstijgend worden ingezet (CKV, geschiedenis, biologie, economie,<br />

Nederlands) of de grondvorm leveren voor een profielwerkstuk. Erfgoedinstellingen zoals erfgoedhuizen,<br />

maar ook archieven, archeologische diensten, historische kringen en musea zijn een<br />

regionaal/lokaal coördinerende taak toebedacht. Voor een optimale combinatie <strong>van</strong> vakkennis en<br />

didactische kennis is samenwerking tussen erfgoedinstellingen en deelnemende scholen/docenten<br />

<strong>van</strong> essentieel belang.<br />

In de praktijk houdt ‘Plan je eigen ruimte’ in dat leerlingen in groepjes, onder supervisie <strong>van</strong> een<br />

docent, zelfstandig onderzoek doen naar een inrichtingsvraagstuk in hun omgeving. In Zeeland<br />

draait het daarbij bijvoorbeeld om de vraag: Hoe kunnen Zeeuwse dorpen organisch groeien<br />

met behoud <strong>van</strong> hun oorspronkelijke karakter? En in Utrecht is de puzzel hoe de Grebbelinie als<br />

herkenbaar element in het landschap behouden kan blijven, nu steeds meer ruimte opgaat aan<br />

wonen, werken en recreëren. In sommige regio’s zoals in de Gooi-, Vecht-, en -Eemstreek, Utrecht<br />

en Zeeland worden leerlingen in hun onderzoek al ondersteund door een of meer erfgoedinstellingen<br />

die provinciale en lokale bronnen, zoals streekplannen, krantenartikelen, archiefstukken,<br />

kaarten en cultuurhistorische documenten via een website toegankelijk hebben gemaakt.<br />

Om te bedenken op welke manier de cultuurhistorie kan worden ingepast in de ruimtelijke<br />

inrichting maken leerlingen een werkplan en houden ze een logboek bij <strong>van</strong> hun activiteiten. Om<br />

tot een afgewogen oplossing te komen bezoeken ze het gebied in kwestie meerdere malen, maar<br />

ze gaan ook naar het archief en andere culturele en gemeentelijke instellingen die informatie over<br />

de ontwikkelingshistorie kunnen leveren. In hun onderzoek wegen de leerlingen verschillende<br />

tegenstrijdige belangen tegen elkaar af, nemen kennis <strong>van</strong> wet- en regelgeving en presenteren<br />

ten slotte een eigen standpunt over de toekomst <strong>van</strong> ‘hun’ gebied. Al doende krijgen ze oog voor<br />

kenmerkende patronen in hun eigen omgeving en leren ze hoe ook zij de verantwoordelijkheid<br />

kunnen nemen voor de kwaliteit <strong>van</strong> de (her)inrichting daar<strong>van</strong>. Leidraad daarbij is steeds de<br />

Belvedere-gedachte ‘behoud door ontwikkeling’, met andere woorden: zet geen stolp over het<br />

verleden, maar pas cultuurhistorische elementen organisch in ruimtelijke ontwikkeling in.<br />

Op den duur moeten leerlingen in heel Nederland gebruik kunnen maken <strong>van</strong> regionale versies<br />

en plaatselijke voorbeelden <strong>van</strong> ‘Plan je eigen ruimte’, dat daartoe in 2006 werd gelanceerd door<br />

stichting Erfgoed Actueel.<br />

Meer informatie: www.planjeeigenruimte.nl


ERFGOEDEDUCATIE


BUITENSCHOOLS<br />

EN VOOR EEN BREED PUBLIEK<br />

De nabijheid en veelzijdigheid <strong>van</strong> erfgoed maakt erfgoededucatie heel geschikt voor<br />

toepassing buiten het klaslokaal. <strong>Erfgoededucatie</strong> is op uiteenlopende locaties inzetbaar,<br />

variërend <strong>van</strong> de Brede School tot buurthuizen. <strong>Erfgoededucatie</strong> kan invulling geven aan<br />

persoonlijke ontplooiing en vrijetijdsbesteding, maar ook een instrument zijn voor maatschappelijke<br />

participatie, sociale binding en integratie. Het kan bijdragen aan de kwaliteitsverbetering<br />

<strong>van</strong> het toeristisch product en inwoners actief betrekken bij ruimtelijke<br />

ontwikkelingsprocessen.<br />

6.1 Van Brede School tot buurthuis<br />

Niet iedereen krijgt kunst en cultuur met de paplepel ingegoten. Buitenschoolse activiteiten op<br />

het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie bieden mensen ruimte voor persoonlijke ontwikkeling en/of het<br />

verdiepen <strong>van</strong> kennis en vaardigheden. In die zin past het in het streven <strong>van</strong> de overheid naar ‘een<br />

leven lang leren’. Daarnaast is bezig zijn met het verleden voor veel mensen gewoon een leuke<br />

vorm <strong>van</strong> vrijetijdsbesteding.<br />

Buitenschoolse cultuureducatie valt onder de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de gemeente. Dit aanbod<br />

concentreert zich nu nog grotendeels op kunsteducatie, aangeboden door creativiteitscentra<br />

en muziekscholen. <strong>Erfgoededucatie</strong> heeft wat dat betreft minder <strong>van</strong>zelfsprekende podia voor<br />

actieve cultuurparticipatie, maar mogelijkheden zijn er zeker.<br />

Organisaties voor buitenschoolse activiteiten en erfgoedinstellingen denken bij samenwerking<br />

nog niet zo snel aan elkaar, omdat ze onbekend zijn met elkaars werkterrein en mogelijkheden.<br />

De gemeente kan op dit vlak een nuttige brugfunctie vervullen. Om inspiratie te bieden zetten we<br />

een aantal mogelijkheden op een rijtje.<br />

• Erfgoedinstellingen<br />

Musea, monumenten, archieven en andere erfgoedinstellingen bieden een waaier <strong>van</strong> activiteiten<br />

voor verschillende doelgroepen. Het aanbod is afhankelijk <strong>van</strong> de collectie, mogelijkheden en<br />

om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de instelling.<br />

Zo zijn er kinderactiviteiten variërend <strong>van</strong> ontdektochten en creatieve workshops tot hands-on<br />

activiteiten en digitale projecten. Een aantal musea beschikt over een speciaal kindermuseum<br />

(Zuiderzeemuseum, Joods Historisch Museum, Wereldmuseum, Tropenmuseum). Voor volwassenen<br />

zijn er onder meer lezingen, rondleidingen, cursussen en workshops.<br />

• Brede School<br />

De praktijk leert dat welzijnsinstellingen over het algemeen actief betrokken zijn bij de invulling<br />

<strong>van</strong> de Brede School, maar culturele instellingen veel minder. Uitkomst <strong>van</strong> een enquête onder<br />

deze groep naar de toekomst <strong>van</strong> de BS was onder meer dat erfgoededucatie een belangrijke<br />

rol kan spelen bij informeel leren in de directe omgeving en bijdraagt aan een goede worteling<br />

<strong>van</strong> kinderen. Ook hier geldt: wie al jong erfgoedinstellingen bezoekt, zal later gemakkelijker uit<br />

zichzelf een museum of archief binnenstappen.<br />

Omdat erfgoededucatie meestal een beroep doet op samenwerking met anderen (presentaties,<br />

onderzoek) is de ervaring dat jongeren zo spelenderwijs sociale vaardigheden opdoen. Dat is<br />

belangrijk, alleen al omdat er een sterke relatie lijkt te bestaan tussen de ontwikkeling <strong>van</strong> sociale<br />

competenties <strong>van</strong> jongeren en sociale cohesie, met het eerste als noodzakelijke voorwaarde voor<br />

het andere. 35<br />

De Brede School blijkt ook een prima podium voor intergenerationele (erfgoed)projecten, waarin<br />

jong en oud samenwerken. 36 Elke Brede School voorziet bovendien in vrijetijdsbesteding, met<br />

een aanbod <strong>van</strong> culturele activiteiten, waaronder bibliotheekbezoek, kunstbeoefening, sport en<br />

ict. In dit rijtje hoort ook een bezoek aan erfgoed(instellingen) thuis.<br />

35 Kamp, <strong>van</strong> der M. & Otte<strong>van</strong>ger<br />

(2003) Cultuureducatie en sociale cohe-<br />

sie. Een verkennend onderzoek<br />

36 Idem


Sluitende dagop<strong>van</strong>g<br />

Alle scholen voor primair onderwijs zijn <strong>van</strong>af schooljaar 2007-2008 verplicht hun<br />

leerlingen een sluitende dagop<strong>van</strong>g te bieden als de ouders daarom verzoeken.<br />

Scholen kunnen dit organiseren door samen te werken met lokale organisaties.<br />

De Brede School is een <strong>van</strong> de vormen om invulling te geven aan de sluitende dagop<strong>van</strong>g.<br />

Een Brede School kenmerkt zich door een samenhangend geheel <strong>van</strong> laagdrempelige<br />

voorzieningen voor kinderen en hun ouders, met de school als middelpunt. Doel is<br />

kinderen meer ontplooiingskansen te bieden en ouders te ondersteunen in de combinatie<br />

zorg en werk. Oorspronkelijk stond de bestrijding <strong>van</strong> onderwijsachterstanden centraal,<br />

tegenwoordig is er meer aandacht voor het bevorderen <strong>van</strong> sociale competenties en<br />

sociale binding. Verder heeft de Brede School in toenemende mate een functie als basisvoorziening<br />

in de wijk.<br />

In 2005 waren er circa 600 Brede Scholen in 300 gemeenten; in 2010 moet dat aantal<br />

verdubbeld zijn. De meeste gemeenten betalen de Brede School uit eigen middelen<br />

aangevuld met bijdragen <strong>van</strong> het Rijk, provincies en instellingen. Het aanbod <strong>van</strong> Brede<br />

Scholen is te verdelen in vier clusters: doorgaande educatieve lijnen (Verlengde<br />

Schooldag), vrijetijdsbesteding, gezin en opvoeding en extra zorg. Bijna overal heeft het<br />

eerste cluster prioriteit. In 60% <strong>van</strong> de gemeenten heeft de Brede School een aanbod op<br />

het gebied <strong>van</strong> kunst en cultuur. De bibliotheek is bij ruim de helft <strong>van</strong> de Brede Scholen<br />

een actieve samenwerkingspartner, centra voor de kunsten bij ongeveer een kwart daar<strong>van</strong>.<br />

37 (www.bredeschool.nl)<br />

37 Oberon onderzoeksbureau (Jaarbe-<br />

richt 2005) Brede Scholen in Nederland<br />

• Volksuniversiteiten<br />

Verspreid over het hele land bieden ruim honderd volksuniversiteiten een breed pakket aan cursussen<br />

aan, waaronder programma’s over kunst en cultuur. Voor educatie op locatie – aantrekkelijk voor<br />

cursisten – kan worden samengewerkt met plaatselijke erfgoedinstellingen. Een aantal volksuniversiteiten<br />

biedt een introductie in de genealogie; samenwerking met het archief ligt dan voor de hand.<br />

De meeste volksuniversiteiten hebben naast cursussen een jaarprogramma met losse activiteiten<br />

waarop iedereen kan inschrijven. Een goede setting voor bijvoorbeeld lezingen over de geschiedenis<br />

<strong>van</strong> de eigen omgeving of voor streekgebonden podiumkunsten.<br />

• Openbare Bibliotheken<br />

De Openbare Bibliotheek (OB) is de meest laagdrempelige culturele voorziening in Nederland.<br />

Vrijwel alle gemeenten beschikken over een bibliotheekinstelling met een of meer vestigingen.<br />

In 2002 telden de bibliotheken 4,3 miljoen gebruikers, vrijwel gelijk verdeeld over jongeren tot 18<br />

jaar en volwassenen. De gemeentelijke subsidie bedroeg dat jaar ruim 350 miljoen euro en stijgt<br />

nog steeds.<br />

Dat de OB een goede instap biedt om de aandacht voor de eigen cultuurhistorie te vergroten,<br />

bewijzen de vele erfgoedprojecten waarbij de bibliotheek als ontdekplek of expositieruimte<br />

betrokken is. Erfgoed staat vaak ook op het activiteitenprogramma <strong>van</strong> de bibliotheek dat (tegen<br />

betaling) ook voor niet-leden toegankelijk is.<br />

De bibliotheken zijn sinds 2002 bezig met een vernieuwingsoperatie. Dit proces is met extra middelen<br />

<strong>van</strong> het Rijk geïntensiveerd en met twee jaar verlengd tot en met 2007. De bedoeling is dat<br />

bibliotheken naast de uitleenfunctie nieuwe vormen <strong>van</strong> dienstverlening ontwikkelen en daarvoor<br />

bijvoorbeeld verbindingen aangaan met archieven, het onderwijs en culturele instellingen. Cultuurhistorie<br />

en erfgoed deel gaan uitmaken <strong>van</strong> het basispakket. (www.bibliotheekvernieuwing.nl)<br />

Een treffend voorbeeld <strong>van</strong> erfgoededucatie in de OB vormen de Historische Informatiepunten<br />

(HIP’s), die informatie aanbieden over de historie <strong>van</strong> een stad of streek. HIP’s zijn in het kader<br />

<strong>van</strong> het archiefconvenant 2002-2006 opgezet in een aantal Overijsselse bibliotheken door het<br />

gemeente- of streekarchief ter plaatse. Omdat HIP’s een succes zijn, is binnen de archiefsector het<br />

plan opgevat om deze formule ook op andere plaatsen in Nederland te implementeren.<br />

• Centra voor de kunsten<br />

In 2006 telde Nederland 230 centra voor de kunsten: lokale instellingen voor kunsteducatie. Centra<br />

voor de kunsten worden merendeels door gemeenten gesubsidieerd. Ze zijn onder te verdelen in<br />

creativiteitscentra, muziekscholen of combinaties daar<strong>van</strong>. Een aparte categorie vormen de jeugdtheaterscholen.<br />

Samenwerking tussen erfgoedinstellingen en centra voor de kunsten - in de praktijk<br />

twee gescheiden werelden - kan mooie resultaten opleveren, zo leert de ervaring in het onderwijs.


Erfgoedprojecten bevatten vaak een element <strong>van</strong> creatieve verwerking <strong>van</strong> de opgedane ervaringen<br />

(dans, literatuur, drama, beeldende kunst of audiovisueel). Interessant was het Torentjesproject<br />

in Almelo. Een toren <strong>van</strong> een oude textielfabriek inspireerde leerlingen om zelf torentjes<br />

te maken en die, gevuld met eigen kunstwerkjes, in de omliggende wijk te plaatsen. Het project<br />

werd begeleid door een kunstenaar, nadat de scholieren in erfgoedinstellingen <strong>van</strong> alles over het<br />

thema te weten waren gekomen. Op deze manier zijn collecties <strong>van</strong> erfgoedinstellingen en lokaal<br />

erfgoed voor centra <strong>van</strong> de kunsten te gebruiken als inspiratiebron. Bijvoorbeeld voor theaterprojecten<br />

(legenden) of beeldende vorming (tekenen en schilderen <strong>van</strong> stads- en dorpsgezichten).<br />

• Vrijetijdsactiviteiten jongeren<br />

Om kinderen en jongeren te bereiken is aandacht voor hun vrijetijdsbesteding onontbeerlijk.<br />

Sterk op informatieoverdracht gerichte projecten of materialen zijn dan uiteraard niet geschikt.<br />

Juist voor deze doelgroep heeft erfgoededucatie als voordeel dat beleving belangrijk is. Naast<br />

cognitie wordt een appèl gedaan op zintuigen en emoties.<br />

Dat het mogelijk is jongeren <strong>van</strong> verschillende culturele afkomst buiten school enthousiast te maken<br />

voor erfgoed, bewijst het succes <strong>van</strong> het landelijk beschikbare project ∆ Zie: Verover je eigen<br />

Monument. Dit format werd in 2006 verbreed tot ‘Verover je eigen omgeving’.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> kan worden ingepast in verschillende soorten naschoolse activiteiten die voor<br />

kinderen en jongeren worden georganiseerd. Denk bijvoorbeeld aan: naschoolse op<strong>van</strong>g (naar<br />

het monument om de hoek), scouting (landschapsontwikkeling), jeugdtheatergroepen en creativiteitcursussen<br />

(eigen omgeving als inspiratiebron) en jongerenactiviteiten in buurt en wijkcentra<br />

• Buurt- en wijkcentra, gemeenschapshuizen<br />

De wijk wordt een steeds belangrijker werkgebied voor culturele instellingen. Om nieuwe publieksgroepen<br />

in contact te brengen met erfgoed(instellingen) komen dus ook buurt- en wijkcentra<br />

en gemeenschapshuizen in beeld.<br />

Buurthuizen trekken veel jongeren <strong>van</strong> verschillende culturele achtergronden. Vaker jongens dan<br />

meisjes en meer vmbo-leerlingen dan havo/vwo leerlingen. 38 Daarnaast is het buurthuis, dat<br />

vaak laagdrempelige, betaalbare cursussen en activiteiten aanbiedt, ook een belangrijke ontmoetingsplek<br />

voor allochtone vrouwen en oudere buurtbewoners. Dit biedt legio mogelijkheden voor<br />

erfgoededucatie. Denk aan een erfgoedwandeling in eigen wijk of kleine exposities over de geschiedenis<br />

<strong>van</strong> de omgeving, samengesteld voor en door buurtbewoners. Om zoiets <strong>van</strong> de grond<br />

te krijgen zal de gemeente de samenwerking moeten stimuleren tussen erfgoedinstellingen en<br />

welzijnswerk of sociaal-cultureel werk, dat erop gericht is mensen te begeleiden bij het inrichten<br />

<strong>van</strong> hun sociale en culturele leven.<br />

Actueel in wijkgericht werken is het bevorderen <strong>van</strong> contact en samenwerking tussen verschillende<br />

generaties. Dit heeft tot doel de leefbaarheid en de sociale binding in de wijk te verbeteren. Zo<br />

stimuleert het Centrum Sociaal Beleid <strong>van</strong> het NIWZ intergenerationeel buurtbeleid in het kader<br />

<strong>van</strong> het nationaal stimuleringsbeleid ‘De buurt voor alle leeftijden’.<br />

Kunst- en erfgoedinstellingen zijn tot dusver niet of nauwelijks bij deze intergenerationele projecten<br />

betrokken. Een gemiste kans, omdat erfgoededucatie op dit vlak veel invalshoeken biedt<br />

en naadloos aansluit bij de aanpak die draait om ervaringen delen. Vele goede praktijkvoorbeelden<br />

komen uit Groot-Brittannië. Ouderen vertellen jongeren bijvoorbeeld over hun werk (mijnen,<br />

fabrieken, visserij e.d.) dat vroeger het beeld <strong>van</strong> hun woonplaats bepaalde. Jongeren interviewen<br />

oudere buurtbewoners over de vroegere functie <strong>van</strong> historische locaties of maken samen met hen<br />

een plan voor de herinrichting <strong>van</strong> de buurt, waarbij erfgoed een plaats krijgt in nieuwe ontwikkelingen.<br />

38 Buurthuizen Jeugdmonitor (2004)<br />

jongeren 13 - 18 jaar<br />

VEROVER JE EIGEN MONUMENT/OMGEVING<br />

landelijk format<br />

Jongeren niet geïnteresseerd in monumenten? Zeker wel! Voorwaarde is dat zij op hun eigen<br />

manier ‘contact kunnen maken’ met monumentaal erfgoed in hun woonplaats. En dat is precies de<br />

formule <strong>van</strong> ‘Verover je eigen monument’, een project <strong>van</strong> het VSB fonds voor groepen jongeren<br />

<strong>van</strong> 13 tot en met 18 jaar, dat zowel binnen als buiten schoolverband overal in Nederland uit te<br />

voeren is.


Het initiatief tot deelname komt <strong>van</strong> jongerenwerkers – bijvoorbeeld verbonden aan scouting,<br />

buurtcentra of jeugdtheatergroepen – leerkrachten of erfgoedinstellingen, maar de uitwerking is<br />

helemaal in handen <strong>van</strong> de jongeren zelf. Na een rondleiding in het gekozen monument krijgen<br />

ze vragen als: ‘Wat voor associaties roept dit op?’ En: ‘Welke verhalen of invalshoeken spreken jullie<br />

het meest aan?’ Daarop is het aan de jongeren om, op basis <strong>van</strong> hun gevoelens, ideeën en fantasieën,<br />

een eigen verhaal over het monument te maken dat ook andere jongeren aanspreekt. Voor<br />

de uiteindelijke presentatie moeten ze dus ook leeftijdsgenoten zien te interesseren. De ervaring<br />

leert dat dit uitstekend lukt.<br />

De akoestiek <strong>van</strong> de Catharinakerk in Doetinchem inspireerde jongeren bijvoorbeeld tot een<br />

muziekshow, waarbij verschillende geluiden <strong>van</strong> voetstappen de leidraad vormden voor historische<br />

verhalen over het gebouw. Ook leuk voor buurtbewoners die, geïnformeerd door op<br />

de markt uitgedeelde flyers, massaal op de voorstelling afkwamen. In Gouda werd het oude<br />

Spaarders(zwem)bad het toneel <strong>van</strong> de Griekse tragedie ‘Troje aan Zee’. Het Purmerends Museum<br />

werd als tijdmachine het decor voor een interactief toneelspel waarin het verleden herleefde en<br />

het Hilversums sanatoriumcomplex Zonnestraal werd het podium voor dans, oude films, theater<br />

en beeldhouwwerk.<br />

De sleutel om een monument voor jongeren interessant te maken is het creëren <strong>van</strong> ‘positieve<br />

emoties’ en ‘persoonlijke binding’. Omdat het monumentenproject veel weerklank vindt bij jongeren<br />

<strong>van</strong> verschillende schoolniveaus en afkomst – het verhaalelement blijkt juist allochtone jongeren<br />

sterk aan te spreken – is het VSB-project medio 2006 verbreed tot ‘Verover je eigen omgeving’.<br />

Om jongeren in staat te stellen elementen uit hun eigen woonplaats te veroveren, variërend <strong>van</strong><br />

een natuurmonument tot een architecturaal hoogstandje, is een netwerkorganisatie tot stand<br />

gebracht met organisaties als Staatsbosbeheer, Rijkswaterstaat en erfgoedinstellingen. Ook in dit<br />

geval geldt dat jongeren worden aangemoedigd een deel <strong>van</strong> de kosten, deels in natura, gefinancierd<br />

te krijgen. Het is dus mogelijk dat ze voor een kleine subsidie aankloppen bij de gemeente.<br />

Inspirerende voorbeelden en een stappenplan voor jongeren en hun begeleiders zijn te vinden<br />

op de website waar ook ondersteunend materiaal kan worden aangevraagd.<br />

Meer informatie: www.veroverjeeigenmonument.nl.<br />

migratiegeschiedenis<br />

WERKEN, WERKEN, WERKEN!<br />

pilot gemeente Tilburg<br />

De verhalen <strong>van</strong> de zogeheten gastarbeiders, die <strong>van</strong>af het begin <strong>van</strong> de jaren zestig in steeds<br />

grotere getale naar Nederland werden gehaald om hier de industrie draaiende te houden, vormen<br />

een wezenlijk onderdeel <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> geschiedenis. Ze kwamen om te werken en<br />

te sparen voor een beter bestaan. De meeste <strong>van</strong> hen gingen uiteindelijk niet terug, maar lieten<br />

hun gezinnen overkomen. In Tilburg, werden op 25 oktober 1963 de eerste twaalf Turken door de<br />

harmonie <strong>van</strong> het station gehaald om mee te helpen in de toen nog florerende textielindustrie.<br />

Inmiddels telt de gemeente ruim 30.000 niet-westerse allochtonen op een bevolking <strong>van</strong> 200.000<br />

inwoners.<br />

In 2002 ging in Tilburg een pilotproject migratiegeschiedenis <strong>van</strong> start in opdracht <strong>van</strong> het Nederlands<br />

Centrum voor Volkscultuur (NCV). Hiervoor werd samenwerking gezocht met het Nederlands<br />

Textielmuseum, het Regionaal Historisch Centrum en cultureel centrum CiST.<br />

Onderzoekers speurden naar bruikbare archiefstukken in Tilburg en omliggende gemeenten,<br />

maar ook naar foto’s en andere tastbare persoonlijke herinneringen <strong>van</strong> allochtonen en autochtone<br />

Tilburgers. Belangrijk element was uiteraard het optekenen <strong>van</strong> oral history aan de hand<br />

<strong>van</strong> een groot aantal interviews, zowel met voormalige gastarbeiders als met de mensen om<br />

hen heen. De tentoonstelling die hieruit voortkwam werd onder meer opgesteld op een goed<br />

bezochte warenmarkt in het centrum <strong>van</strong> de stad. Zo konden niet alleen oorspronkelijke Tilburgers<br />

maar ook (jonge) allochtonen zelf kennisnemen <strong>van</strong> dit bijzondere hoofdstuk waarmee<br />

een gezamenlijke geschiedenis begon. Daarnaast werd het onderwerp voor een breed publiek<br />

toegankelijk gemaakt met het boek ‘Werken, Werken, Werken’ waarin behalve een overzicht <strong>van</strong><br />

de multiculturele geschiedenis <strong>van</strong> Tilburg, veel persoonlijke verhalen, portretfoto’s en ander<br />

historisch beeldmateriaal is opgenomen.<br />

0


6.2 Sociale cohesie en civil society<br />

Eén <strong>van</strong> de voorwaarden voor sociale cohesie is het voorkomen dat bepaalde groepen in de bevolking<br />

maatschappelijk worden uitgesloten. Dit impliceert dat ook culturele instellingen – maar<br />

zij niet alleen – actie moeten nemen om brede groepen in de samenleving te bereiken. In beleidsnota’s<br />

worden allochtonen het meest genoemd als risicogroep voor sociale uitsluiting, maar ook<br />

ouderen, gehandicapten, school drop-outs, werklozen en lager opgeleiden lopen soms kans de<br />

aansluiting met de maatschappij te verliezen.<br />

Sinds het Actieplan Cultuurbereik 2001-2004 zijn er allerlei initiatieven ontwikkeld om cultuurparticipatie<br />

en sociale participatie met elkaar te verbinden. Duidelijk is dat erfgoedinstellingen<br />

en andere culturele organisaties hiervoor nieuwe wegen moeten zoeken en samenwerking<br />

moeten aangaan met andere maatschappelijke sectoren. Daarbij blijken onderwijsinstellingen,<br />

het (koepel)welzijnswerk en wijkaccountmanagers een betrouwbare bron <strong>van</strong> informatie over<br />

behoeften en mogelijkheden <strong>van</strong> specifieke doelgroepen. 39<br />

Landelijke bekendheid kreeg het project Blauwdruk. Onder deze titel experimenteerden vier<br />

<strong>Nederlandse</strong> musea met nieuwe manieren om mensen bij het museum te betrekken die daar normaal<br />

gesproken nooit komen. Belangrijk onderdeel <strong>van</strong> de werkwijze was de samenwerking met<br />

maatschappelijke en culturele instellingen en kennisuitwisseling tussen de musea onderling.<br />

Elk museum pakte het op eigen wijze aan. Museum Jan Cunen (Oss) bracht het museum letterlijk<br />

het schoolgebouw in, Zcala (Den Haag) werkte met ambassadeurs uit de doelgroep aan een<br />

‘andere’ programmering en het Noord-Brabants Natuurmuseum (Tilburg) en het Amsterdams<br />

Historisch Museum trokken de wijk in. Het AHM richtte i.s.m. Buurtonline (een zogeheten ‘digitaal<br />

trapveld’) 40 een website in met verhalen <strong>van</strong> buurtbewoners. Deze werden opgetekend door<br />

een hiervoor kortdurend geschoolde groep vrijwilligers die een dwarsdoorsnede <strong>van</strong> de buurtbevolking<br />

vormde. (www.geheugen<strong>van</strong>oost.nl) De ervaring <strong>van</strong> de vier Blauwdruk-musea was<br />

dat outreach-activiteiten erg arbeidsintensief zijn, maar wel vruchten afwerpen. Voorbeelden zijn<br />

tentoonstellingen in winkels en wijkcentra en diverse ict-projecten voor buurtbewoners.<br />

De laatste jaren wordt het belang <strong>van</strong> de civil society en sociaal kapitaal meer en meer erkend.<br />

In de civil society zijn burgers lid <strong>van</strong> verschillende netwerken en werken zij op vrijwillige basis<br />

samen aan de ontwikkeling <strong>van</strong> de samenleving. <strong>Gemeenten</strong> vertalen dit begrip als een moderne<br />

vorm <strong>van</strong> maatschappelijk middenveld. De civil society is <strong>van</strong> belang omdat dit de omgeving is<br />

waarin de burger zich vrijwillig organiseert en zijn talenten tot ontwikkeling kan brengen. Denk<br />

hierbij aan kleinschalige burgerinitiatieven zoals buurtverenigingen, zorggroepen, bewonersorganisaties<br />

en internetgroeperingen. Ook de erfgoedsector is bij uitstek een terrein waar met veel<br />

vrijwilligers en weinig geld veel wordt bereikt.<br />

Daarnaast kan de gemeente langs andere weg een bijdrage leveren aan de civil society. Namelijk<br />

door een goed klimaat te scheppen voor creativiteit en culturele ontplooiing. 41 Daarbij kunnen<br />

ook erfgoedinstellingen de helpende hand bieden.<br />

6.3 Activiteiten voor ouderen<br />

De pilot vormde een onderdeel <strong>van</strong> een groter project waarmee het NCV wil laten zien hoe historische<br />

verenigingen migratiegeschiedenis in de lokale geschiedenis kunnen integreren. Achterliggend<br />

doel is ertoe bij te dragen dat de huidige discussies over de multiculturele samenleving<br />

meer in historisch perspectief geplaatst worden. De resultaten <strong>van</strong> het project zijn vertaald naar<br />

een reizende tentoonstelling.<br />

Het NCV heeft twintig reizende tentoonstellingen te huur voor musea, bibliotheken, scholen<br />

en andere belangstellenden. Het gaat om basistentoonstellingen, die bijvoorbeeld te gebruiken<br />

zijn als algemeen kader voor een eigen expositie. Onderwerpen zijn onder meer: gebruiken rond<br />

zwangerschap, geboorte en huwelijk, boerenleven in Nederland, kermis, winterfeesten en sport.<br />

Meer informatie: www.volkscultuur.nl.<br />

Bij alle aandacht voor cultuureducatie voor jongeren, moeten we niet vergeten dat Nederland een<br />

groeiend aantal senioren kent. Voor een deel betreft het actieve cultuurgenieters die de weg naar<br />

erfgoedinstellingen wel weten te vinden. Verder zijn pensioengerechtigde inwoners vaak actief<br />

als vrijwilliger, bijvoorbeeld als rondleider, stadsgids of bij demonstraties <strong>van</strong> oude ambachten.<br />

1<br />

39 Kamp <strong>van</strong> der, M. & Otte<strong>van</strong>ger, D.<br />

(2003) Cultuureducatie en sociale cohe-<br />

sie. Een verkennend onderzoek<br />

40 Een digitaal trapveld is een locatie<br />

waar voornamelijk ouderen, vrouwen,<br />

werkzoekenden en nieuwkomers gratis<br />

of voor een gering bedrag leren omgaan<br />

met ict. Doel is een dreigende digitale<br />

kloof te voorkomen. Uit: Cultuurnetwerk<br />

Nederland/Museumvereniging 2003)<br />

Blauwdruk-vier musea en sociale cohesie.<br />

(p.78)<br />

41 VNG (2006) rapport ‘Wil tot verschil’


42 Baarle, Y. (2004) Divers, cultuurbeleid<br />

in een multiculturele samenleving<br />

43 Idem<br />

Voor veel andere ouderen kan een eerste bezoek aan een erfgoedinstelling, een verrassend uitje<br />

zijn.<br />

Doordat veel ouderen nog lang zelfstandig wonen, wordt er op lokaal niveau een sterker beroep<br />

gedaan op de drieslag wonen, zorg en welzijn. Met name voor het bevorderen <strong>van</strong> welzijn ont<strong>van</strong>gen<br />

gemeenten weinig extra middelen. Wel komen hiervoor steeds meer gerichte projecten<br />

beschikbaar. Een daar<strong>van</strong> heet ‘Op zoek naar zin’, waarbij herinneringen aan het eigen leven het<br />

uitgangspunt vormen voor creatieve reminiscentie. Ook erfgoedinstellingen kunnen hierbij een<br />

rol spelen. Andere geschikte projecten worden aangeboden door het Nederlands Platform Ouderen<br />

en Europa (NPOE), dat streeft naar behoud en verspreiding <strong>van</strong> bij ouderen aanwezige kennis<br />

en ervaring.<br />

Een <strong>van</strong> de projecten werd overgenomen door de Stichting Tijdgeest in Amsterdam. Deze stichting<br />

stelt zich ten doel informatie uit het dagelijkse leven in de vorige eeuw te verzamelen en als<br />

cultureel erfgoed toegankelijk te maken voor volgende generaties (www.tijdgeest.nl). Uitgangspunt<br />

is ook hier de techniek <strong>van</strong> de reminiscentie, een methode waarbij mensen in groepen of<br />

individueel worden aangezet tot het ophalen en beschouwen <strong>van</strong> herinneringen aan de hand <strong>van</strong><br />

foto’s, voorwerpen en geluiden. Met het verzamelen <strong>van</strong> verhalen, beeldmateriaal, documenten<br />

en voorwerpen bouwt de stichting aan een community archive, dat op den duur breed toegankelijk<br />

zal zijn.<br />

6.4 Erfgoed voor en <strong>van</strong> migranten<br />

Het multiculturele debat kent twee beeldbepalende elementen: culturele diversiteit en integratie.<br />

42 Voor beide biedt erfgoededucatie handvatten. Uitgangspunt bij culturele diversiteit is<br />

steeds verschillen uitleggen en overeenkomsten zoeken. Achterliggende gedachte is dat kennisnemen<br />

<strong>van</strong> elkaars culturele praktijken en creativiteit leidt tot meer begrip en wederzijds respect.<br />

Een beknopte schets <strong>van</strong> de praktijk:<br />

• Kennismaken met Nederlands erfgoed<br />

Erfgoed in de eigen omgeving blijkt een simpel, maar doeltreffend middel om allochtone inwoners<br />

meer inzicht te geven in Nederland en de Nederlanders. Het is een goede kapstok voor<br />

kennis <strong>van</strong> cultuurhistorie <strong>van</strong> Nederland en de nieuwe woonplaats. Verder is het mogelijk aan de<br />

hand <strong>van</strong> erfgoed een aantal algemene waarden en normen te verduidelijken die Nederlanders<br />

verbindt. 43 Principes als rechtstaat, democratie, scheiding <strong>van</strong> kerk en staat, vrijheid <strong>van</strong> meningsuiting,<br />

godsdienstvrijheid, gelijke behandeling <strong>van</strong> man en vrouw staan bijvoorbeeld niet ter<br />

discussie. Pluspunt <strong>van</strong> erfgoededucatie daarbij is dat het zich ook kan bedienen <strong>van</strong> niet-talige<br />

middelen.<br />

Kennismaken met Nederland gebeurt op dit moment tijdens inburgeringcursussen, integratiecursussen<br />

cultuur en lessen Nederlands als tweede taal (NT2). Deze bieden cursisten behalve<br />

taalonderwijs ook maatschappelijke oriëntatie. In Rotterdam en de provincie Utrecht werden,<br />

in samenwerking met een ROC, museumlessen voor NT2-cursisten ontwikkeld. Hierbij vormt de<br />

cultuurhistorie <strong>van</strong> de nieuwe woonplaats het vertrekpunt voor nadere kennismaking met de<br />

<strong>Nederlandse</strong> samenleving.<br />

• Migratiegeschiedenis<br />

Aan het eind <strong>van</strong> de jaren ’70 <strong>van</strong> de vorige eeuw komen voor het eerst grote groepen niet-westerse<br />

allochtonen als ‘gastarbeiders’ naar Nederland. Het verhaal over hun komst is niet alleen<br />

belangrijk erfgoed voor de migranten in kwestie, maar als gemeenschappelijk verleden ook voor<br />

autochtone Nederlanders. Op het vlak <strong>van</strong> migratiegeschiedenis worden in Nederland steeds<br />

meer initiatieven ontplooid. Zo verzamelt Imagine IC in Amsterdam voor een breed publiek persoonlijke<br />

verhalen over migratiegeschiedenis en eigentijdse culturele diversiteit, gebruikmakend<br />

<strong>van</strong> oral history en ict. In Deventer is migratiegeschiedenis in beeld gebracht aan de hand <strong>van</strong> het<br />

verhaal <strong>van</strong> de blikfabriek Thomassen & Drijver, indertijd een belangrijke werkgever voor zowel<br />

allochtone en autochtone inwoners. ‘Deventer Blik’ is uitgewerkt in tien deelprojecten, waaronder<br />

een theaterproductie, een wetenschappelijk historisch onderzoek, een kinderboek, een filmdocumentaire<br />

en een expositie (www.sied.nl/deventerblik). Het Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

(NCV) realiseerde in 2002 een pilotproject migratiegeschiedenis in Tilburg, waar<strong>van</strong> de resultaten<br />

zijn vertaald naar een reizende basistentoonstelling.<br />

∆ Zie ‘Werken, werken, werken’.<br />

• Herinnering aan herkomst<br />

Langetermijndoelstelling <strong>van</strong> projecten gericht op erfgoed <strong>van</strong> migranten is materiaal te verza-


melen dat latere generaties in staat stelt hun wortels te leren kennen. Een doelstelling op korte<br />

termijn is autochtone Nederlanders kennis te laten maken met de achtergronden <strong>van</strong> hun nieuwe<br />

land- en stadsgenoten. Het is ook de bedoeling dat migranten zich op die manier ‘gezien’ en<br />

gewaardeerd voelen.<br />

Een voorbeeld dat op dit gebied school maakte is ‘Generaties Later; Turkse Dordtenaren’. In<br />

Dordrecht is het Stadsarchief al enige jaren actief om egodocumenten, geluid- en beeldmateriaal<br />

<strong>van</strong> nieuwkomers te verzamelen. Maar daar is het niet bij gebleven. In het dorp Kayapinar, waar<br />

veel Turkse inwoners <strong>van</strong> Dordrecht <strong>van</strong>daan komen, legden onderzoekers in interviews en foto’s<br />

het dagelijks leven in het dorp en de invloed <strong>van</strong> de migratie op de lokale samenleving vast. In<br />

2004 volgde het project ‘Nos Tesoro, Onze schatten’ om persoonlijke herinneringen <strong>van</strong> Caribische<br />

Nederlanders vast te leggen voor later. Via www.gemeentearchiefdordrecht.nl zijn teksten en<br />

beelden toegankelijk voor eigen inwoners en andere belangstellenden.<br />

6.5 Zichtbaar maken <strong>van</strong> erfgoed<br />

Voor een groeiend aantal gemeenten staat ‘zichtbaar maken <strong>van</strong> het lokale erfgoed’ hoog op de<br />

agenda. Dit blijkt ook uit de nulanalyse <strong>van</strong> het tweede Actieplan Cultuurbereik. 44 Het gaat daarbij<br />

zowel om aandacht voor collecties <strong>van</strong> plaatselijke erfgoedinstellingen, als om het herkenbaar<br />

presenteren <strong>van</strong> andere overblijfselen uit het verleden. Doel daar<strong>van</strong> is bewoners een tastbare<br />

band met het verleden te geven en het publieksbereik <strong>van</strong> lokaal erfgoed te vergroten. Soms gaat<br />

het expliciet om visuele verrijking <strong>van</strong> de omgeving. We noemen hier een aantal mogelijkheden<br />

in relatie tot erfgoededucatie:<br />

• Cultuurhistorie een plaats geven op de gemeentelijke website. Bij voorkeur met directe links<br />

naar gemeente- of streekarchief, musea en monumenten. Ook uitleg over de herkomst <strong>van</strong><br />

straatnamen is een idee. In veel provincies zijn inmiddels historische websites, databanken of<br />

speciale erfgoedsites (Gelderland/Utrecht).<br />

• Een (foto)rubriek in gemeenteblad of gemeentepagina in huis-aan-huisblad over het verleden<br />

<strong>van</strong> de gemeente, met bijdragen <strong>van</strong> bewoners.<br />

• Boeken, dvd’s en ict-presentaties over stadsgeschiedenis, -gebruiken en taal. Voorbeelden<br />

zijn ‘Goed getaold’, waarin Tilburgs dialect wordt verklaard in een sociaal-historische context en<br />

‘Flevolandse Geschiedenis in meer dan 100 verhalen’, dat zowel een reisverslag <strong>van</strong> een<br />

Romeinse geschiedschrijver bevat als interviews met eerste bewoners <strong>van</strong> het nieuwe land. Op<br />

www.cartago.nl is het Digitaal Oorkondenboek Groningen en Drenthe met 15.000 oorkondes tot<br />

1600 beschikbaar gekomen voor een groot publiek.<br />

• Een lokaal erfgoedinformatiecentrum, bijvoorbeeld i.s.m. de openbare bibliotheek.<br />

• Aanbrengen <strong>van</strong> monumentenschildjes.<br />

• Plaatsen <strong>van</strong> informatiepanelen in de openbare ruimte.<br />

• Aanbrengen <strong>van</strong> landmarks. De gemeente Almere gaat haar inwoners vertrouwd maken met de<br />

archeologische geschiedenis <strong>van</strong> de stad door herkenningstekens te plaatsen bij middeleeuwse<br />

scheepswrakken in de bodem, iets wat velen niet verwachten in deze nieuwe stad.<br />

• Erfgoed exposeren en ‘verbeelden’ in de openbare ruimte.<br />

• Digitale, culturele biografie <strong>van</strong> stad of dorp, waarbij inwoners en verenigingen hun eigen verhalen<br />

kunnen toevoegen (Maastricht). Via een andere aanpak is dit ook de opzet <strong>van</strong> ‘Het geheugen<br />

<strong>van</strong> de wijk’ in Amsterdam (www.geheugen<strong>van</strong>oost.nl) en Rotterdam.<br />

• Erfgoed als inspiratiebron voor andere kunstuitingen.<br />

6.6 Erfgoed voor toerisme en recreatie<br />

Zoals eerder aangestipt, kan het voor een gemeente rendabel zijn om het lokale erfgoed (beter) in<br />

te zetten voor toeristisch-recreatieve doeleinden. [3.7] Wil een gemeente of individuele erfgoedinstelling<br />

aantrekkelijk zijn voor bezoekers, dan is er méér nodig dan puur de aanwezigheid <strong>van</strong> een<br />

historische dorpskern of waardevolle collectie. De vrijetijdsconsument is verwend, wil variatie en<br />

kwaliteit en kan kiezen uit een groot aantal concurrerende mogelijkheden. ‘Beleving’ is een kernwoord.<br />

Nostalgie en zoeken naar authenticiteit volgen direct daarop.<br />

Mogelijkheden om erfgoed bij bezoekers onder de aandacht te brengen variëren <strong>van</strong> een stadswandeling<br />

met gids tot multimedia spektakels en opvoeringen <strong>van</strong> levende geschiedenis. [4.1]<br />

ict-toepassingen maken het mogelijk thuis voorpret te hebben of na te genieten <strong>van</strong> de erfgoedontdekkingen.<br />

Beproefde middelen voor erfgoededucatie in toerisme en recreatie zijn wandel- en fietsroutes. De<br />

populaire NS-wandelingen bevatten bijvoorbeeld naast landschapsbeschrijvingen veel begelei-<br />

Eventueel hier foto!<br />

44 Bureau Driessen (2006) Actieplan II,<br />

Nulanalyse en nulmeting


Cultuurhistorische waardenkaart<br />

48 Erfgoed Actueel (2005) Oud Nieuws<br />

nr. 3: <strong>Gemeenten</strong> brengen cultuurhistorie<br />

in kaart<br />

dende erfgoedinformatie. In steeds meer gemeenten maakt de traditionele brochure overigens<br />

plaats voor moderne wegwijsmiddelen. Zo kent Den Haag een archeologische wandelroute waarbij<br />

informatie over archeologische vondsten via de mobiele telefoon kan worden opgevraagd en<br />

bieden Naarden-Vesting en Nijmegen een GSM-wandeling langs historische locaties. Zutphen<br />

had de landelijke primeur <strong>van</strong> een iPod-stadswandeling. In Rotterdam navigeert GPS wandelaars<br />

feilloos langs een kunst- en architectuurroute.<br />

Een aantal gemeenten past bewust verschillende vormen <strong>van</strong> erfgoededucatie toe om stad of<br />

dorp te profileren als cultuurhistorische trekpleister voor toeristen en recreanten.<br />

∆ Zie ‘Groenlo profileert zich als vestingstad’ .<br />

Voor elk type presentatie is het belangrijk dat er een verhaallijn is. Bezoekers zijn niet geïnteresseerd<br />

in een droge opsomming <strong>van</strong> informatie, hoe cultuurhistorisch verantwoord ook. Een actuele<br />

aanpak is verschillende erfgoedelementen en instellingen te presenteren als onderdelen <strong>van</strong><br />

een samenhangend verhaal dat een gemeente over zichzelf wil vertellen. Een integrale aanpak<br />

biedt bezoekers een handvat om de gemeente te verkennen, waarbij ze en passant ook kleinere<br />

erfgoedinstellingen en minder bekend erfgoed tegenkomen. Vergeet daarbij het immateriële<br />

erfgoed <strong>van</strong> de gemeente niet. Festivals, processies, oogstfeesten, paasvuren, klederdrachtdagen,<br />

historische nijverheid: het zijn allemaal grote publiekstrekkers.<br />

Ook het toeristische bedrijfsleven kan in een totaalaanbod een partner zijn. Zo verwerken recreatieparken<br />

regelmatig erfgoedelementen uit de omgeving in hun inrichting en activiteitenaanbod.<br />

Door monumenten, archeologische plaatsen of cultuurhistorisch landschap en museumobjecten<br />

met elkaar in verband te brengen ontstaat een meerwaarde, die herhalingsbezoek bevordert.<br />

Daarbij is het zaak de beoogde publieksgroep(en) in het oog te houden. Wie kinderen wil boeien,<br />

kiest een ander perspectief dan wie de echte cultuurtoerist wil plezieren.<br />

6.7 Cultuurhistorie in ruimtelijke ontwikkeling<br />

Erfgoed geeft een stad of dorp een herkenbaar gezicht en draagt bij aan de identiteit die mensen<br />

ontlenen aan een plek. Daarnaast stijgt de vraag naar woon- en werkmilieus met een ‘eigen karakter’,<br />

in reactie op de toenemende eenvormigheid <strong>van</strong> onze leefomgeving. Zoals gezegd, hebben<br />

een aantal landelijke stimuleringsprogramma’s als het Actieplan Cultuurbereik en Belvedere<br />

culturele planologie definitief op de agenda gezet. [4.3]<br />

Inbreng <strong>van</strong> cultuurhistorische kwaliteiten in lokale ruimtelijke ontwikkelingsprocessen vraagt om<br />

samenwerking tussen verschillende gemeentelijke sectoren, zoals Monumentenzorg, Ruimtelijke<br />

Ordening en Publieke Werken en inbreng <strong>van</strong> verschillende vakdisciplines (planoloog, stedenbouwkundige,<br />

architecten e.d.). Ook bewoners dienen tijdig bij de planvorming betrokken te<br />

worden. Mogelijkheden voor inbreng <strong>van</strong> bewoners zijn: enquêtes, diepte-interviews, inspraakavonden,<br />

een interactieve website en werkvormen waarbij inwoners verhalen, foto’s en ander<br />

(beeld)materiaal ‘<strong>van</strong> vroeger’ kunnen inbrengen.<br />

Naast provincies laten ook steeds meer gemeenten een cultuurhistorische waardenkaart<br />

ontwikkelen. Met een helder overzicht in handen kan de gemeente bij ruimtelijke vraagstukken<br />

veel beter bepalen welke cultuurhistorische elementen zij in stand wil houden en<br />

welke eventueel kunnen wijken voor een nieuwe bestemming. Een dergelijk toetsingskader<br />

voorkomt (kritiek op) ad hoc beslissingen.<br />

De gemeenten Duiven gaf bijvoorbeeld opdracht voor een cultuurhistorische analyse,<br />

toen een nieuwbouwplan voor het centrum op verzet stuitte. Alle kadastrale panden en<br />

percelen <strong>van</strong> de gemeente werden onderzocht om een beeld te krijgen <strong>van</strong> de ontwikkeling<br />

in de tijd. Daarbij werd gelet op de ontwikkeling <strong>van</strong> de infrastructuur in weg<br />

en water, de belangrijke historische panden en hun functies, de arbeidshistorie en de<br />

herkenbaarheid <strong>van</strong> de oorspronkelijke functies. De cultuurhistorische analyse vormde<br />

samen met een schetsboek <strong>van</strong> gemeentelijke monumenten, opgesteld door de Historische<br />

Kring in Duiven, weer de basis voor een lesbrief voor de basisschool. 48<br />

Een <strong>van</strong> de kernthema’s <strong>van</strong> Belvedere is ‘stedelijke ontwikkeling’. <strong>Erfgoededucatie</strong> speelt hierin<br />

een rol bij de voorbereiding en uitvoering <strong>van</strong> fysieke ingrepen door overblijfselen uit het verleden<br />

<strong>van</strong> achtergrond en context te voorzien. Op deze manier is bij bewoners en private partijen<br />

als woningcorporaties en projectontwikkelaars draagvlak te creëren voor ‘behoud door ontwikkeling’.<br />

Actuele aandachtspunten in de ruimtelijke ontwikkeling <strong>van</strong> gemeenten zijn:


• Binnenstedelijke ontwikkelingen<br />

Veel <strong>Nederlandse</strong> steden hebben historische centra. Steeds vaker is hier herinrichting noodzakelijk<br />

om ruimte te scheppen voor economische bedrijvigheid, verkeer of woonruimte. Historische<br />

objecten en structuren (bebouwing, bodem, stratenpatroon, openbare ruimte, waterpartijen e.d.)<br />

kunnen dan functioneel of als inspiratiebron worden ingezet voor nieuwe ontwikkelingen.<br />

∆ Zie ‘Romeinen in de parkeergarage’ .<br />

• Historische complexen of structuren<br />

Functionaliteit is belangrijk voor het behoud <strong>van</strong> historische gebouwen, zoals woonhuizen, forten<br />

of fabriekstorens. Hergebruik <strong>van</strong> historische gebouwen is een taak <strong>van</strong> monumentenzorg. Het<br />

voordeel <strong>van</strong> gebiedsgerichte herontwikkeling zoals Belvedere voorstaat, is dat de kosten <strong>van</strong><br />

renovatie vaak deels te compenseren zijn met de opbrengsten <strong>van</strong> nieuwbouw. Actueel is het<br />

herstellen <strong>van</strong> oude waterlopen in de stad (Binnen-Dieze Den Bosch, singelstructuur Utrecht).<br />

• Herstructurering naoorlogse wijken<br />

Eén <strong>van</strong> de grootste ruimtelijke opgaven <strong>van</strong> dit moment is de herstructurering <strong>van</strong> woongebieden.<br />

Om te voldoen aan de hedendaagse eisen gaat een derde <strong>van</strong> de nationale woningvoorraad<br />

op de schop. Richtlijn daarbij is de integrale aanpak <strong>van</strong> het Grotestedenbeleid (GSB), waarin<br />

sociale, economische en fysieke vernieuwing worden ingezet als oplossing voor grootstedelijke<br />

problematiek.<br />

Vooral naoorlogse wijken worden gezien als kwalitatief slecht, onveilig en onaantrekkelijk. Maar<br />

radicale sloop en nieuwbouw doet geen recht aan de cultuurhistorische waarde <strong>van</strong> deze oude<br />

buurten en de behoeften <strong>van</strong> bewoners. Ook in wederopbouwwijken wordt daarom zoveel mogelijk<br />

materieel erfgoed (monumenten, stedenbouwkundige structuren) en immaterieel erfgoed<br />

(gebeurtenissen, verhalen, ontwerpfilosofieën) ingeweven in vernieuwing. Een voorbeeld daar<strong>van</strong><br />

is de Philipswijk in Eindhoven.<br />

• Stedelijke uitbreiding<br />

Op diverse plaatsen is al geëxperimenteerd met het benutten <strong>van</strong> erfgoed in stedelijke uitbreidingsgebieden.<br />

Bekend voorbeeld is de Vinex-wijk Leidsche Rijn bij Utrecht, waar op grote schaal<br />

vondsten uit de Romeinse tijd en elementen <strong>van</strong> het oude landschap in het nieuwe stadsdeel<br />

worden opgenomen. De komende jaren worden de grote Vinexlocaties afgebouwd. Zoals blijkt uit<br />

de Nota Ruimte (2005), wijst het Rijk daarna voor stedelijke ontwikkeling zogenaamde ‘bundelinggebieden’<br />

aan. Provincies leggen de grenzen <strong>van</strong> deze gebieden vast in streekplannen. Het accent<br />

ligt op bebouwing, maar ook voor water, natuur, recreatie, sport en landbouw moet ruimte beschikbaar<br />

blijven. Rekening houden met cultuur en cultuurhistorie is daarbij een randvoorwaarde.<br />

erfgoed voor toerisme<br />

GROENLO PROFILEERT ZICH ALS VESTINGSTAD<br />

gemeente Oost Gelre<br />

De noodzaak tot een stevige impuls voor de stedelijke economie bracht Groenlo (gemeente<br />

Oost Gelre) ertoe haar verleden als vestingstadje te laten herleven en zo de attractiewaarde voor<br />

toeristen te vergroten. Daarbij had de gemeente vooral de vele gezinnen met kinderen op het<br />

oog die gedurende het jaar een (korte) vakantie doorbrengen in een nabijgelegen recreatieoord.<br />

Als bijzonder wapenfeit kon in stelling worden gebracht dat ‘Grolle’ in de 17e eeuw als toenmalig<br />

Spaans bastion langdurig is belegerd door prins Frederik Hendrik <strong>van</strong> Oranje-Nassau.<br />

Het beleidsvoornemen om Groenlo te profileren als vestingstad vertaalde de gemeente voor de<br />

periode 2004-2007 naar drie grote, samenhangende projecten: het behouden en deels reconstrueren<br />

<strong>van</strong> vestingwerken, de restauratie <strong>van</strong> de middeleeuwse Oude Calixtuskerk en het<br />

deels reconstrueren <strong>van</strong> de Circumvallatielinie. Dit is de – voor Europa unieke – insluitinglinie die<br />

Stedendwinger Frederik Hendrik in een straal <strong>van</strong> drie kilometer rond Groenlo liet aanleggen om<br />

het stadje tot overgave te brengen. Een archeologisch bureau kreeg samen met een landschapsarchitect<br />

de opdracht voor het onderzoek naar zichtbare overblijfselen en het aanbrengen <strong>van</strong><br />

passende landmarks langs een ‘tachtigjarige oorlog fietsroute’. In de toekomst zal de historische<br />

linie, die <strong>van</strong>uit de lucht het mooist te zien is, ook via GPS in beeld worden gebracht.


Kern <strong>van</strong> de projectaanpak was de bezoeker context en vooral ‘beleving’ te bieden. Na het succes<br />

<strong>van</strong> de heropvoering <strong>van</strong> de Slag bij Grolle (2005), waaraan vele vrijwilligers uit verschillende<br />

landen deelnamen, heeft Groenlo zelfs de stille ambitie om dé living history stad <strong>van</strong> Europa te<br />

worden.<br />

Om de verschillende onderdelen <strong>van</strong> het masterplan te kunnen uitvoeren, werd subsidie aangevraagd<br />

bij onder meer de Europese Unie en de provincie Gelderland. De grootste uitdaging was te<br />

komen tot één groot, samenhangend verhaal, waarin alle verschillende onderdelen op zijn plaats<br />

zouden vallen en voorzieningen binnen de muren zouden verwijzen naar de Linie en omgekeerd.<br />

Daartoe werd een werkgroep ingesteld <strong>van</strong> de monumenten en musea die zich bevinden aan een<br />

speciaal ontwikkelde toeristische wandelroute die in Groenlo begint en eindigt in het voormalige<br />

schootsveld. Daaraan liggen onder meer het stads(historisch)museum en de VVV, de Oude<br />

Calixtuskerk - waar een spectaculaire presentatie <strong>van</strong> de belegering is gepland -, de restanten<br />

<strong>van</strong> de vestingmuren, het gerestaureerde kanon en de stadsboerderij waar bezoekers een beeld<br />

krijgen <strong>van</strong> het leven in een bezette stad. Re-enactment zal er ook zijn buiten de muren, in Openluchtmuseum<br />

Erve Kots, dat toont hoe het er aan toeging op het platteland waar het leger zich<br />

ophield. Kinderen – de belangrijkste doelgroep – zullen onderweg allerlei elementen herkennen<br />

uit ‘Bregje’, een special voor dit doel geschreven kinderboek.<br />

Het goed bewaken <strong>van</strong> de beeldkwaliteit <strong>van</strong> het vestingstadproject bleef tijdens het ontwikkelingsproces<br />

voortdurend een punt <strong>van</strong> aandacht. Ook het enthousiasme <strong>van</strong> vrijwilligers uit de<br />

eigen bevolking moest in balans komen met de gewenste professionele performance. Daarnaast<br />

was het niet altijd gemakkelijk om met al die verschillende erfgoedinstellingen tot een gezamenlijk<br />

eindresultaat te komen, reden om ook een beroep te doen op de expertise <strong>van</strong> de Stichting<br />

Gelders Erfgoed. Maar uiteindelijk is aan alle voorwaarden voldaan om Groenlo de komende jaren<br />

te laten groeien in haar historische rol als vestingstad.<br />

Meer informatie: www.circumvallatielinie.nl.<br />

Aan de ontsluiting <strong>van</strong> een vestingstad als toeristisch product is een aantal eisen verbonden. In<br />

samenwerking met de <strong>Nederlandse</strong> <strong>Vereniging</strong> Vestingsteden is hiertoe een product- en processtandaard<br />

ontwikkeld, waaraan steden moeten voldoen om in aanmerking te komen voor een<br />

lidmaatschap.<br />

Meer informatie: www.vestingsteden.nl.<br />

erfgoed in ruimtelijke ontwikkeling<br />

ROMEINEN IN DE PARKEERGARAGE<br />

gemeente Woerden<br />

In de nieuwe ondergrondse parkeergarage in het centrum <strong>van</strong> Woerden en het Kerkplein daarboven<br />

herleeft de Romeinse tijd. Tijdens het archeologische onderzoek <strong>van</strong> Hoochwoert (2002-<br />

2004) - de locatie waar de gemeente plannen had voor een stadsplein, 9.000 m2 winkelruimte,<br />

86 woningen en genoemde parkeergarage – kwam vast te staan dat zich hier de resten <strong>van</strong> een<br />

Romeinse legerplaats bevonden. Tot de vondsten behoorden onder meer een mantelspeld in de<br />

vorm <strong>van</strong> een kikker en een Romeins schip, de Woerden 7. Uitgangspunt bij de verdere ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> Hoochwoert was het behoud <strong>van</strong> de archeologische monumenten. In de plannen zijn<br />

ideeën verwerkt <strong>van</strong> bewoners, de gemeente, de betrokken archeologen en de projectontwikkelaar.<br />

De Castellumgarage, die eind 2006 in gebruik genomen wordt, weerspiegelt het Romeinse<br />

verleden <strong>van</strong> Woerden zoals dat op deze plek is aangetroffen. Met de lift naar beneden betekent<br />

afdalen in de tijd, via de Middeleeuwen naar de Romeinse tijd. De garage is onderverdeeld in vier<br />

compartimenten, waar de auto aan de hand <strong>van</strong> kleurgebruik en symbolen (helm, schild, kikkerspeld<br />

en kruik) snel terug te vinden is. Op de parkeerdekken zelf komen foto’s en schilderijen<br />

<strong>van</strong> Romeinse vondsten, zoals sieraden, schepen en scherven. De Woerden 7 wordt in de vorm <strong>van</strong><br />

foto’s en opgravingstekeningen teruggebracht op de plaats waar het schip circa 1800 jaar geleden<br />

is gezonken. Op die manier loop je in de parkeergarage als het ware dwars door het laadruim <strong>van</strong><br />

het schip.<br />

Onder het Kerkplein wordt de fundering <strong>van</strong> de castellummuur en het poortgebouw zichtbaar


gemaakt door op een grote fotowand met de oorspronkelijke bodemopbouw de onderkant <strong>van</strong><br />

de wal af te beelden. Hierin is ook de brandlaag <strong>van</strong> de Bataafse opstand (69 na Chr.) duidelijk te<br />

zien. Op de muur staat ook het ontdekspel Laurens <strong>van</strong> Laurium, de Romeinse soldaat.<br />

Bovengronds wordt de contour <strong>van</strong> het castellum in de bestrating teruggebracht. De vroegere<br />

muur <strong>van</strong> de legerplaats is herkenbaar aan een granieten band die enkele locaties met elkaar<br />

verbindt. Middels tekst en afbeeldingen komen wandelaars te weten waar ze het vroegere castellum<br />

‘binnengaan’. De poortgebouwen in en om het Kerkplein ten slotte worden gemarkeerd met<br />

lichtgevende putten, waarin origineel Romeins bouwmateriaal en scherven zijn gestort. Op het<br />

Kerkplein zelf komt de Romeinen Strip, een twintig meter lang beeldverhaal over de Woerden 7<br />

en andere schepen, de Romeinen, de toenmalige handel en de Bataafse opstand. Dit biedt volop<br />

inspiratie voor een boeiende geschiedenisles op locatie!<br />

Meer informatie: www.woerden7.nl.


ERFGOEDEDUCATIEBELEID


IN DE PRAKTIJK<br />

Aan de hand <strong>van</strong> een stappenplan schetsen we in dit deel <strong>van</strong> de handreiking de ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> lokaal beleid voor erfgoededucatie. Welke ambities een gemeente op dit vlak<br />

ook heeft, sleutelbegrippen zijn en blijven: stimuleren en samenwerken.<br />

Achtereenvolgens komen in dit hoofdstuk aan de orde:<br />

• Visie op erfgoededucatie.<br />

• Inventarisatie <strong>van</strong> erfgoed(educatie)aanbod en vraag.<br />

• Formuleren <strong>van</strong> (output-)doelstellingen.<br />

• Positie, rol en organisatie gemeenten.<br />

• Strategie en instrumenten.<br />

• (Externe) Financiën.<br />

• Draagvlak creëren.<br />

• Monitoring en evaluatie.<br />

• Breed bruikbare erfgoedthema’s.<br />

De samenvatting <strong>van</strong> dit hoofdstuk vindt u in bijlage 1.<br />

Inleiding<br />

Een lokaal beleid voor erfgoededucatie begint met een plan waarin de gemeente haar visie en<br />

voornemens uiteenzet. Analyse <strong>van</strong> vraag (wat wil de gemeente ermee?) en aanbod (wat is er aanwezig?)<br />

monden uit in doelstellingen (wat willen we wanneer bereiken?).<br />

Deze doelstellingen worden vertaald naar een beleidsstrategie en een instrumentarium (hoe en<br />

met welke middelen denken we dit te bereiken?), waarbij ook kosten en financiering in beeld<br />

komen. Ten slotte wordt aandacht besteed aan de wijze <strong>van</strong> evaluatie (hoe meten we of het beleid<br />

effect heeft gesorteerd?).<br />

Belangrijk is er <strong>van</strong> meet af aan rekening mee te houden dat erfgoededucatie op verschillende<br />

gemeentelijke beleidsterreinen een rol kan spelen. Op gebied <strong>van</strong> cultuur en onderwijs (cultuureducatie),<br />

maar ook op het gebied <strong>van</strong> welzijn (denk aan jeugd- of achterstandenbeleid en inburgeringstrajecten),<br />

op het gebied <strong>van</strong> ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing (inweven<br />

erfgoed) en economische zaken (erfgoed als toeristische trekker). Dit vraagt om input en afstemming<br />

tussen beleidsmedewerkers <strong>van</strong> verschillende gemeentelijke afdelingen.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong>beleid is geen document dat achter een bureautafel tot stand komt. Een gemeente<br />

zal de lokaal (regionaal) aanwezige expertise moeten benutten. Dat begint al bij het verzamelen<br />

<strong>van</strong> gegevens bij plaatselijke erfgoedorganisaties. Het inschakelen <strong>van</strong> betrokkenen uit het<br />

erfgoedveld zal tegelijkertijd het draagvlak voor het uiteindelijke beleid vergroten. Belangrijk,<br />

omdat de gemeente voor een geslaagde uitvoering daar<strong>van</strong> in sterke mate afhankelijk is <strong>van</strong><br />

medewerking en mogelijkheden <strong>van</strong> de lokale erfgoedsector.<br />

Een beleidsplan voor erfgoededucatie zal vrijwel altijd deel uitmaken <strong>van</strong> een groter, samenhangend<br />

beleidsplan. Bijvoorbeeld <strong>van</strong> de gemeentelijke cultuurnota of <strong>van</strong> het beleid voor<br />

cultuureducatie dat daar<strong>van</strong> een onderdeel is. Het kan ook een hoofdstuk zijn in een gemeentelijk<br />

erfgoedbeleidsplan. In kleinere gemeenten, die geen specifieke cultuurnota uitbrengen kan<br />

erfgoededucatiebeleid deel uitmaken <strong>van</strong> de welzijnsnota of <strong>van</strong> een algemeen, gemeentelijk<br />

beleidsplan.<br />

Een gemeentelijk beleidsplan voor erfgoededucatie heeft meerdere functies:<br />

• Signaal aan inwoners, de sector en andere beleidspartners dat de gemeente belang hecht aan<br />

het plaatselijke erfgoed.<br />

• Bevestiging <strong>van</strong> de waarde <strong>van</strong> erfgoededucatie voor een of meer beleidsterreinen.<br />

• Basis voor transparante en consequente beleidskeuzes in de toekomst.<br />

• Communicatiemiddel richting andere overheden, het erfgoedveld en (potentiële) samenwerkingspartners.<br />

In dit hoofdstuk zijn voorbeelden opgenomen <strong>van</strong> erfgoededucatie in het beleid <strong>van</strong> een kleine<br />

(Sint-Oedenrode), een middelgrote (Nieuwegein) en een grote gemeente (Ede).


Wij zetten erfgoededucatie in voor:<br />

7.1 Visie op erfgoededucatie<br />

Elke gemeente heeft erfgoed. Aard en om<strong>van</strong>g daar<strong>van</strong> zijn uiteraard bepalend voor de mogelijkheden<br />

die een gemeente met erfgoededucatie heeft. Voor een gemeentebestuurder is het echter<br />

op de eerste plaats <strong>van</strong> belang duidelijk voor ogen te hebben <strong>van</strong>uit welke motieven de gemeente<br />

werk wil maken <strong>van</strong> erfgoededucatie. Deze motieven bepalen immers voor een groot deel de<br />

richting <strong>van</strong> het te ontwikkelen beleid. De ambities die de gemeente ten aanzien <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

heeft, bepalen bovendien hoe breed of diepgaand de inventarisatie <strong>van</strong> lokale vraag en het<br />

erfgoedaanbod moet zijn.<br />

Motieven voor erfgoededucatie zijn niet los te zien <strong>van</strong> de visie op ‘cultuur’ (infrastructuur, educatie,<br />

profiel, publieksbereik) en de ambities <strong>van</strong> de gemeente in haar totaliteit. Welke kwesties<br />

krijgen prioriteit binnen gemeentelijk beleid? Welke lokale ontwikkelingen spelen mee? Hecht de<br />

gemeente aan aansluiting bij provinciaal en landelijk beleid? Zijn er mogelijkheden voor samenwerking<br />

tussen gemeenten in de regio? Het onderstaande schema biedt u een handvat voor het<br />

formuleren <strong>van</strong> een gemeentelijke visie op erfgoededucatie.<br />

Cultuurbereik • Omdat erfgoed als cultuuruiting een intrinsieke waarde heeft<br />

om inwoners en bezoekers betere ‘toegang’ te geven tot (erfgoed)instellingen.<br />

• Om draagvlak te creëren voor cultuurbehoud en beheer.<br />

• Als bijdrage aan persoonlijke ontplooiing <strong>van</strong> burgers.<br />

Onderwijs/jeugdbeleid • Om kinderen en jongeren in hun eigen omgeving culturele bagage (kunst en erfgoed)<br />

te laten opbouwen.<br />

• Kennismaken nu is een investering in bezoekers aan lokale erfgoedinstellingen later.<br />

• Omdat het in lijn is met landelijk cultuureducatiebeleid.<br />

• Omdat het een krachtig hulpmiddel is in leersituaties.<br />

Binding/betrokkenheid • Om jong en oud te laten wortelen in hun eigen omgeving.<br />

• Zodat inwoners respect en waardering krijgen voor de eigen omgeving.<br />

• Om de onderlinge band <strong>van</strong> inwoners te versterken.<br />

• Om nieuwkomers zich thuis te laten voelen.<br />

• Voor meer begrip en waardering voor allochtone inwoners om culturele participatie<br />

en daarmee sociale participatie <strong>van</strong> specifieke groepen inwoners te bevorderen.<br />

Ruimtelijke ontwikkeling • Omdat erfgoed meebepalend is voor de kwaliteit <strong>van</strong> de leefomgeving.<br />

• Om burgers te betrekken bij beleidsvorming.<br />

Economie/toerisme • Omdat erfgoed belangrijk is voor het culturele profiel en het vestigingsklimaat.<br />

• Om het toeristisch-recreatieve product te versterken.<br />

0


ERFGOEDPLAN SINT-OEDENRODE<br />

Identiteit als vertrekpunt voor beleidsvorming<br />

Vanuit de overtuiging dat de eigenheid <strong>van</strong> Sint-Oedenrode wortelt in haar geschiedenis en de<br />

verbondenheid met de landelijke omgeving, besloot deze Brabantse gemeente (ca. 17.000 inwoners)<br />

cultuurhistorie een grotere rol te geven in gemeentelijk beleid. In 2005 verscheen daarom<br />

een veelomvattend Erfgoedplan. Het plan bevat zowel een inventarisatie <strong>van</strong> het aanwezige<br />

erfgoed als een visie op de rol die erfgoed kan spelen in ruimtelijke ordening, toerisme, recreatie<br />

en het educatief beleid. Het project, uitgevoerd door een adviesbureau, werd begeleid door een<br />

interdisciplinaire ambtelijke werkgroep. Daarnaast werd een klankbordgroep <strong>van</strong> externe deskundigen<br />

ingesteld met vertegenwoordigers <strong>van</strong> verschillende plaatselijke erfgoedorganisaties.<br />

Behalve aan roerend erfgoed is in de uitgebreide inventarisatie veel aandacht besteed aan de<br />

markante landschapstypen en natuurgebieden rond de rivier de Dommel, die bepalend is voor<br />

het karakter <strong>van</strong> ‘Rooi’. Belangrijke informatiebron was de cultuurhistorische waardenkaart <strong>van</strong><br />

de Provincie Noord-Brabant. Als kader voor toekomstig erfgoedbeleid is geschetst wat er op<br />

verschillende bestuurlijke niveaus al over erfgoed is vastgelegd.<br />

Op basis <strong>van</strong> deze inventarisatie kon de gemeente keuzes maken bij het ontwikkelen <strong>van</strong> een integraal<br />

erfgoedbeleid. Richtinggevende vraag daarbij was: ‘Welke overblijfselen zijn daadwerkelijk<br />

verbonden met de identiteit <strong>van</strong> onze gemeente?’<br />

Voor de beleidsuitvoering is de samenwerking tussen betrokken gemeentelijke afdelingen rond<br />

het onderwerp erfgoed geïntensiveerd. De verantwoordelijkheid voor het erfgoedbeleid is gelegd<br />

bij de afdeling Samenlevingszaken, die ook het aanspreekpunt ‘naar buiten’ is.<br />

Het Erfgoedplan <strong>van</strong> Sint-Oedenrode zet nadrukkelijk in op erfgoededucatie. De gemeente ziet<br />

het als haar taak kennis over het plaatselijke erfgoed over te dragen aan haar inwoners. Doel is<br />

inwoners meer bewust te maken <strong>van</strong> het unieke karakter <strong>van</strong> de eigen leefomgeving en draagvlak<br />

te creëren voor erfgoedbehoud. Dit gebeurt enerzijds door het erfgoed te ontsluiten en ‘beleefbaar’<br />

te maken, anderzijds door structurele communicatie over erfgoed en -projecten. Een aantal<br />

elementen uit het Erfgoedplan:<br />

• Ontwikkelen <strong>van</strong> diverse onderwijsprojecten, waaronder ‘Cultureel Erfgoed Beleven’ in samenwerking<br />

met basisscholen, de Heemkundige Kring, Stichting Roois Cultureel Erfgoed, Bibliotheek<br />

Meierij en <strong>Erfgoededucatie</strong> Noord-Brabant. Bij de uitvoering zijn tal <strong>van</strong> maatschappelijke<br />

organisaties betrokken.<br />

• Lesbrief plus minitentoonstelling voor de basisschool over de vondst <strong>van</strong> een bijzonder sieraad<br />

uit de Griekse Oudheid in het centrum <strong>van</strong> de gemeente.<br />

• Een publieksversie <strong>van</strong> het erfgoed(plan) op de gemeentelijke website en een reeks cultuurhistorische<br />

publicaties.<br />

• Erfgoed ontsluiten via korte en lange afstandroutes met bewegwijzering voor wandelaars en<br />

fietsers. Dit in overleg met regiogemeenten en de VVV.<br />

• Aantrekkelijke en informatieve erfgoed(rust)punten langs genoemde routes.<br />

• Archeologische structuren <strong>van</strong> belangrijke gebouwen zichtbaar maken in het straatbeeld, bijvoorbeeld<br />

door markerende bestrating of pantserglazen vensters.<br />

• Het plaatsen <strong>van</strong> zo’n 40 veldpoorten in het gebied <strong>van</strong> de gemeenten Boxtel, Schijndel en<br />

Sint-Oedenrode. Dit in samenwerking met plaatselijke Heemkundekringen en leerlingen <strong>van</strong> het<br />

vmbo.<br />

• Organiseren <strong>van</strong> openluchtevenementen als theatervoorstellingen, lezingen en koffieconcerten<br />

tegen het decor <strong>van</strong> naburige kastelen.<br />

• Een kunstproject <strong>van</strong> de kunststichting Sint-Oedenrode rond het gegeven <strong>van</strong> zeven slotjes in<br />

de omgeving.<br />

• Jaarlijkse erfgoedprijs voor particulieren die zich bijzonder hebben ingezet voor behoud <strong>van</strong><br />

erfgoed in de gemeente.<br />

Meer informatie: www.sint-oedenrode.nl.<br />

1


47 Wijn, C (2003) Gemeentelijk cultuur-<br />

beleid - een handleiding<br />

7.2 Inventarisatie <strong>van</strong> aanbod en vraag<br />

Elke gemeente die beleid voor erfgoededucatie wil ontwikkelen of bijstellen zal zicht moeten<br />

hebben op het aanwezige erfgoed en de organisaties die zich daarmee bezighouden.<br />

Wat zijn de sterke punten <strong>van</strong> het erfgoedaanbod als geheel? Welke punten zou de gemeente<br />

willen versterken? Welke rol speelt educatie daarbij? Wat is er op dit gebied al aanwezig? Het ringenmodel<br />

<strong>van</strong> Wijn 47 biedt daarbij een referentiekader waarmee een gemeente kan beoordelen<br />

in hoeverre erfgoedvoorzieningen aanwezig (zouden moeten) zijn. [3.3]<br />

Daarbij zal de gemeente ook rekening moeten houden met haar directe omgeving. Welk verzorgingsgebied<br />

(denk aan scholen) wil de gemeente met erfgoededucatie bedienen? Maar ook: hoe<br />

staat het met ander erfgoedaanbod in de regio? Welke aanknopingspunten zijn er voor samenwerking<br />

met omringende gemeenten?<br />

Hoe diepgaand dit verkennende onderzoek moet zijn – quickscan of uitputtende inventarisatie<br />

– is mede afhankelijk <strong>van</strong> de manier waarop de gemeente erfgoededucatie wil inzetten. [7.1]<br />

7.2.1 Erfgoed(educatie)aanbod<br />

Bij het inventariseren <strong>van</strong> het materiële en immateriële erfgoed ter plaatse dient de gemeente<br />

ook alle organisaties in kaart te brengen die zich hiermee bezighouden. Dus niet alleen de instellingen<br />

waarmee de gemeente een subsidierelatie onderhoudt, maar ook private initiatieven, zoals<br />

waardevolle particuliere collecties en historische verenigingen.<br />

[Voor een beschrijving <strong>van</strong> erfgoedsectoren zie hoofdstuk 1.]<br />

Het omschrijven <strong>van</strong> de subsidierelatie (huisvesting, eigendom collectie, projectsubsidie e.d.)<br />

biedt een eerste inzicht in de relatie die de gemeente met de erfgoedsector onderhoudt. Inventarisatie<br />

<strong>van</strong> het lokale erfgoedaanbod wijst ook uit voor welke erfgoedelementen de gemeente<br />

zelf de verantwoordelijkheid draagt (stads/dorpsgezicht, bodemsporen, bestrating, ruimtelijke<br />

structuur, vestingmuren e.d.).<br />

Om te kunnen beoordelen welke mogelijkheden er zijn om publieksgroepen bij het erfgoedaanbod<br />

te betrekken volstaat het niet om aan te geven of een bepaald type erfgoed(instelling) wel of<br />

niet aanwezig is. De fysieke kwaliteit (onderhoud en faciliteiten), de interne organisatie (om<strong>van</strong>g,<br />

professionaliteit), het publieksbereik en eventuele knelpunten zullen in een sterkte/zwakte analyse<br />

meegenomen moeten worden.<br />

Voor een gemeente en haar inwoners is het <strong>van</strong> groot belang dat de eigen geschiedenis wordt<br />

bewaard en gedocumenteerd. Dat kan in een museum zijn, bij archieven, een Regionaal Historisch<br />

Centrum, bij historische verenigingen e.d. Een inventarisatie geeft inzicht in leemten en overlap<br />

en in mogelijkheden voor samenwerking, afstemming en profilering op dit gebied.<br />

Immaterieel erfgoed zal vaak de lastigste, want minst grijpbare categorie zijn. Toch komt hierin de<br />

lokaal beleefde identiteit waarschijnlijk het sterkst tot uitdrukking. Denk in ieder geval aan verhalen,<br />

taal, tradities en gebruiken. Het Nederlands Centrum voor Volkscultuur adviseert gemeenten<br />

die meer inzicht willen hebben in het plaatselijke immateriële erfgoed de eigen inwoners er zelf<br />

naar te vragen, bijvoorbeeld via krant of website. Wat vinden inwoners op dit vlak karakteristiek<br />

voor hun woonplaats? Wat willen ze graag behouden?<br />

Aanbod erfgoededucatie<br />

Het plaatselijke erfgoedaanbod is uiteraard niet synoniem met het aanbod aan erfgoededucatie.<br />

Gegevens over dit aanbod zijn over het algemeen opgenomen in jaarverslagen <strong>van</strong> erfgoedinstellingen.<br />

Praktischer is om de betrokken organisaties er gericht naar te vragen. Ook kan deze vraag<br />

voor een gemeentelijk beleidsmedewerker een goede gelegenheid zijn om op locatie kennis<br />

te maken. Is de lokale erfgoedsector niet al te groot, dan kan het educatieaanbod in een eerste<br />

(netwerk)overleg aan de orde komen. [7.5.1]<br />

Het bestaande aanbod aan erfgoededucatie is uit te zetten in een matrix, uitgesplitst naar<br />

erfgoed(instelling) belangrijkste doelgroepen en/of type aanbod (leskist, lezingen, kinderactiviteiten,<br />

demonstraties, cursussen, informatiepanelen in de openbare ruimte et cetera). Sterke punten,<br />

witte vlekken en overlap zijn op die manier snel zichtbaar te maken. Dit geeft een eerste indruk<br />

<strong>van</strong> ontbrekende elementen en mogelijkheden om elkaar aan te vullen of te versterken. Daarnaast<br />

zijn er een aantal vragen <strong>van</strong> praktische en organisatorische aard:<br />

• In welke mate maken scholen of andere publieksgroepen gebruik <strong>van</strong> bepaald aanbod?<br />

• Is de accommodatie toereikend: is er bijvoorbeeld ruimte om groepen te ont<strong>van</strong>gen?<br />

• Zijn er professionele krachten voor erfgoededucatie (concept en begeleiding)?<br />

• Is er financiële ruimte voor educatieve activiteiten?


Ook gaat de gemeente na of er al sprake is <strong>van</strong> samenwerking op het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie:<br />

Is er samenwerking tussen erfgoedinstellingen onderling, met andere culturele instellingen,<br />

of met instellingen op andere beleidsterreinen? Zijn er (structurele) contacten met het onderwijs?<br />

Wordt er samengewerkt met een ondersteunende instelling (erfgoedhuis, centrum voor de kunsten,<br />

onderwijsbegeleidingsdienst, provinciaal museumconsulent e.d.)?<br />

7.2.2 Vraagzijde: doelgroepen<br />

Cultuurparticipatie<br />

Algemeen wordt onderkend dat de cultuurparticipatie <strong>van</strong> jongeren, laag opgeleiden en<br />

niet-westerse allochtonen lager ligt dan die <strong>van</strong> andere publieksgroepen. Musea trekken<br />

bijvoorbeeld op dit moment vooral hoger opgeleide, cultureel actieve, oudere autochtonen.<br />

Van de 2 miljoen jongeren tussen de 15-25 jaar neemt slechts 10% regelmatig deel<br />

aan een culturele activiteit. 48 Om jongeren buiten school te verleiden tot een bezoek aan<br />

een erfgoedinstelling is het nodig aansluiting te vinden bij hun belevingswereld. [6.1]<br />

In ‘Divers cultuurbeleid in een multiculturele samenleving’, een handreiking voor gemeenten<br />

vervaardigd in opdracht <strong>van</strong> de VNG, wordt onderkend dat de grootste belemmering<br />

voor cultuurdeelname <strong>van</strong> allochtonen een gebrekkige sociaal-culturele participatie is. 49<br />

Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) meet dit laatste af aan vier criteria: sociale<br />

contacten, culturele oriëntatie, beheersing <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> taal en identificatie met<br />

de eigen groep . Daarnaast werpen kunst en cultuur hun eigen drempels op.<br />

Kansen om dit patroon te doorbreken liggen vooral in het verhogen <strong>van</strong> het opleidingsniveau<br />

en bij een doorgaande leerlijn voor cultuureducatie. Ook het scheppen <strong>van</strong> nieuw<br />

cultureel aanbod voor verschillende bevolkingsgroepen en mogelijkheden voor interculturele<br />

ontmoetingen zijn rele<strong>van</strong>t. Vertaald naar erfgoededucatie betekent dit specifieke<br />

aandacht voor erfgoed <strong>van</strong> migranten en ruimte voor wederzijdse kennismaking op<br />

cultuurhistorisch gebied.<br />

Bij het ontwikkelen <strong>van</strong> haar beleid zal de gemeente, behalve in het aanbod, inzicht moeten hebben<br />

in de doelgroepen die haar bij erfgoededucatie voor ogen staan. We onderscheiden daarbij<br />

drie hoofdgroepen: onderwijs, eigen inwoners en toeristen/recreanten. Bepaal de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de<br />

doelgroep(en) allereerst op basis <strong>van</strong> sociaal-demografische gegevens over de bevolking en het<br />

verzorgingsgebied <strong>van</strong> het lokale erfgoed.<br />

• Onderwijs<br />

Erfgoed wordt vaak eerst en vooral ingezet in het onderwijs. De gemeente zal daarvoor een overzicht<br />

willen hebben <strong>van</strong> de (type) onderwijsinstellingen binnen de gemeente of regio: basisscholen,<br />

vmbo, havo/vwo, hbo/wo, beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (BVE). De inbreng <strong>van</strong><br />

scholen is immers <strong>van</strong> doorslaggevend belang voor het ontwikkelen <strong>van</strong> adequate erfgoededucatieprogramma’s<br />

voor verschillende leeftijdsgroepen in het onderwijs.<br />

• Eigen inwoners<br />

Zoals toegelicht in hoofdstuk 6, kan erfgoededucatie voor eigen inwoners verschillende functies<br />

hebben, variërend <strong>van</strong> cultuureducatie en vrijetijdsbesteding tot sociale cohesie, integratie en<br />

ondersteuning bij ruimtelijke ontwikkelingsprocessen. Welke gegevens over de eigen bevolking<br />

voor het beleidsplan verzameld moeten worden, is dus afhankelijk <strong>van</strong> het terrein waarop de<br />

gemeente erfgoededucatie wil inzetten. Is bijvoorbeeld ‘integratie’ aangemerkt als een belangrijk<br />

doel <strong>van</strong> erfgoededucatie dan zal de gemeente sociaaldemografische gegevens paraat moeten<br />

hebben over grote allochtone bevolkingsgroepen in de gemeente. Om een indruk te krijgen <strong>van</strong><br />

het aantal potentieel te bereiken jongeren is het raadzaam te bekijken hoeveel jongeren gebruik<br />

maken <strong>van</strong> het aanbod <strong>van</strong> culturele voorzieningen zoals een centrum voor de kunsten.<br />

• Toeristen/recreanten<br />

Een gemeente die met erfgoededucatie haar toeristisch product wil versterken, zal ook het jaarlijks<br />

aantal (verblijfs)toeristen willen weten en informatie willen hebben over bezoekersaantallen<br />

en publieksgroepen <strong>van</strong> de belangrijkste erfgoedinstellingen (gezinnen, senioren e.d.).<br />

48<br />

Ranshuysen, L. (2005) Onzichtbare<br />

drempels, een analyse <strong>van</strong> het publiekspotentieel<br />

<strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> musea<br />

49<br />

Baarle, Y. (2004) Divers, cultuurbeleid<br />

in een multiculturele samenleving


50 Bureau Promotie Podiumkunsten<br />

(2005) Jong en Grijpbaar. Uitkomsten<br />

<strong>van</strong> experimenten met jongerenmarke-<br />

ting in de theatersector<br />

51 Drents Archief/Twynstra Gudde<br />

(2005) Verleiden met Verleden. Het<br />

archief op zoek naar nieuwe doelgroepen<br />

52 Sociaal en Cultureel Planbureau<br />

(2003) Snuffelen en graven. Over<br />

doelgroepen en digitaal toegankelijke<br />

archieven<br />

Doelgroepenbeleid<br />

Wat willen wij voor welke bezoekers betekenen en hoe organiseren we dat? Kort samengevat is<br />

dat de kern <strong>van</strong> doelgroepenbeleid. Voor de eigen inwoners <strong>van</strong> een gemeente kijken we naar<br />

een traditionele indeling op basis <strong>van</strong> demografische kenmerken, opleiding en welstandsniveau.<br />

Als gevolg <strong>van</strong> de grote diversiteit in leefstijlen die in ons land is ontstaan is het denken in brede,<br />

goed te onderscheiden doelgroepen weinig effectief meer als beleids- en marketinginstrument.<br />

Jongeren functioneren binnen tal <strong>van</strong> subculturen en ook senioren zijn er in soorten. Allochtonen,<br />

die in Nederland circa 160 verschillende culturele achtergronden vertegenwoordigen zijn evenmin<br />

aanspreekbaar als één groep. Publieksgroepen worden daarom, zo ver nuttig en noodzakelijk,<br />

verder onderverdeeld in kleinere categorieën. Bij het ontwikkelen <strong>van</strong> beleid kan dan rekening<br />

worden gehouden met specifieke behoeften en meest geschikte communicatiemiddelen.<br />

Om tot een doelgroepensegmentatie te komen, werken instellingen en onderzoekers in de<br />

praktijk met heel verschillende typologieën. Zo noemt het rapport ‘Jong en Grijpbaar’ bijvoorbeeld<br />

negen criteria om het jongerenpubliek in te delen (pubers/adolescenten/jongvolwassenen<br />

- trendsetters/trendvolgers, schoollovers/schoolhaters - citykids/plattelandsjochies, et cetera). 50<br />

Bij erfgoedbezoek spelen ook belangstelling en ervaring mee. Een daarop toegespitste classificatie<br />

werd gepresenteerd in het rapport ‘Verleiden met Verleden’, dat de eindresultaten <strong>van</strong> de<br />

Marketingpilot Noordelijke Provincies (2005) bevat. 51 Het indelingscriterium is hier ‘het gemeenschappelijk<br />

consumptiegedrag in de vorm <strong>van</strong> de vraag naar erfgoedinformatie’. Daarop zijn vijf<br />

doelgroepen gebaseerd: (erfgoed)snackers, ondiepe gravers, diepgravers, intermediairs en educators.<br />

Deze zijn beschreven met een eigen profiel, kernbehoeften en een basis-serviceconcept. Zo<br />

zijn erfgoedsnackers vaak te vinden bij cultuurhistorische topevenementen en ondiepe gravers<br />

goed te bereiken via internet.<br />

De SCP-publicatie ‘Snuffelen en graven’ die verslag doet <strong>van</strong> nader onderzoek naar digitaal<br />

toegankelijke archieven, hanteert een indeling op basis <strong>van</strong> aanwezige cognities, zoekgedrag en<br />

betrokkenheid. Het rapport biedt ook enkele praktische richtlijnen voor doelgroepenbeleid. Voor<br />

een specifieke aanpak in educatieaanbod of communicatie daarover moet een doelgroep onder<br />

meer groot genoeg zijn, homogeen zijn (qua kennis, interesse, herkomst e.d.) en over langere tijd<br />

stabiel. In genoemd rapport wordt ook geconstateerd dat er weliswaar sprake is <strong>van</strong> een grotere<br />

interesse in het verleden, maar dat nog weinig bekend is naar welke soort onderwerpen de<br />

belangstelling uitgaat. Een gemeente of lokale erfgoedinstelling zou daar gericht onderzoek naar<br />

kunnen doen. 52<br />

ERFGOEDPROGRAMMA<br />

NIEUWEGEIN<br />

Behoud door ontwikkeling<br />

In de eerste nota Cultuurbehoud (1996) <strong>van</strong> Nieuwegein werd vastgesteld dat er, na een periode<br />

<strong>van</strong> explosieve bevolkingsgroei (ca. 61.500 inwoners), meer aandacht nodig was voor kwaliteit en<br />

identiteit <strong>van</strong> de stad. Nieuwegein is behalve ‘jong en dynamisch’, ook goed bedeeld met erfgoed,<br />

doordat de voormalige dorpskernen Vreeswijk en Jutphaas in deze gemeente opgingen. Voortbouwend<br />

op de resultaten <strong>van</strong> de eerste erfgoednota formuleerde Nieuwegein haar ambities<br />

voor de periode 2006-2010. Om een integrale benadering <strong>van</strong> erfgoed te bewerkstelligen kwam<br />

de nota tot stand in samenwerking tussen de afdelingen cultuur, toerisme en onderwijs.<br />

Centrale doelstelling bleef ‘behoud door ontwikkeling <strong>van</strong> cultuurhistorische waarden’. Nevendoel<br />

is het versterken <strong>van</strong> de eigen cultuurhistorische identiteit, <strong>van</strong>uit het idee dat erfgoed de<br />

gemeenschapszin kan versterken. Daarnaast is het de bedoeling dat erfgoed en toerisme elkaar<br />

wederzijds gaan versterken. Om de betrokkenheid <strong>van</strong> inwoners bij het plaatselijke erfgoed te<br />

vergroten, zal gewerkt worden aan een betere toegankelijkheid en herkenbaarheid daar<strong>van</strong>.<br />

Vertrekpunt daarbij is dat erfgoed meer kan en moet zijn dan de som der delen: meerwaarde<br />

ontstaat door onderlinge samenhang en samenwerking.<br />

Vanuit een sterke, herkenbare eigen rol zal de gemeente samenwerking zoeken met andere overheden<br />

en partners in het veld. Het accent ligt de komende jaren op grotere projecten en thema’s.<br />

Versnippering in kleinere subsidiestromen wordt tegengegaan. Nieuwegein zal aansluiten bij<br />

provinciale ontwikkelingen, vooral omdat de om<strong>van</strong>g en organisatie <strong>van</strong> lokale erfgoedinstel-


lingen (veel vrijwilligers) een zelfstandige kwaliteitsslag bemoeilijken. De gemeente onderkent<br />

de sterke belangstelling voor erfgoed in het onderwijs en streeft naar structurele inbedding <strong>van</strong><br />

erfgoededucatie in het lesprogramma. Het totale erfgoedplan krijgt een gefaseerde uitvoering;<br />

voor sommige onderdelen moet gaandeweg financiële dekking worden gezocht.<br />

Een aantal elementen uit het plan:<br />

• Opname erfgoed in het curriculum <strong>van</strong> het primair onderwijs als onderdeel <strong>van</strong> het Kunstmenu.<br />

• Erfgoed structureel tot onderdeel <strong>van</strong> de Cultuurdagen voor het voortgezet onderwijs maken.<br />

• Monumentenschildjes en informatieborden bij monumenten, zoals de Hollandse Waterlinie.<br />

• Bewegwijzering naar erfgoedinstellingen.<br />

• Vaarroute rondvaartboten langs historische instellingen.<br />

• Verbeteren <strong>van</strong> de informatievoorziening rond archeologie via de gemeentelijke website.<br />

• Ontwikkeling <strong>van</strong> websites <strong>van</strong> de historische musea.<br />

• Educatieve projecten in samenwerking met het onderwijs, bijvoorbeeld een gebruiksvriendelijke<br />

website, tentoonstellingen, publicaties, en cursussen voor geïnteresseerde burgers in het<br />

gemeentearchief ontwikkelen.<br />

• Digitaliseren <strong>van</strong> de gemeentelijke beeldcollectie.<br />

• Publieksgerichte projecten opstarten waarin historische instellingen samenwerken met andere<br />

culturele disciplines.<br />

Meer informatie: www.nieuwegein.nl<br />

7.3 Formuleren <strong>van</strong> (output)doelstellingen<br />

Op basis <strong>van</strong> een visie op erfgoededucatie en inventarisatie <strong>van</strong> de lokale situatie kan de gemeente<br />

zich een aantal concrete doelen voor erfgoededucatie stellen. Welke resultaten willen we precies<br />

bereiken? Daarbij zullen keuzes moeten worden gemaakt. Menskracht en middelen stellen nu<br />

eenmaal grenzen aan mogelijkheden. Dat geldt zowel voor de gemeentelijke organisatie als voor<br />

de erfgoedinstellingen die betrokken worden bij de beleidsuitvoering. Een te groot verschil in<br />

het ambitieniveau <strong>van</strong> de gemeente en dat <strong>van</strong> de lokale erfgoedsector zal aan beide kanten tot<br />

teleurstelling leiden. Daarbij is het goed te bedenken dat het meestal niet (alleen) gaat om méér<br />

educatieactiviteiten, maar vooral om beter maatwerk in erfgoededucatie. Meestal krijgt een beleid<br />

voor erfgoededucatie gestalte in een gefaseerde aanpak binnen een meerjarenprogramma.<br />

Op steeds meer beleidsterreinen wordt gewerkt met toetsbare (output)doelstellingen. Deze doelstellingen<br />

kunnen zowel in kwantitatieve termen (bezoekersaantallen/aantal bereikte leerlingen,<br />

bezoekfrequentie e.d.) als in kwalitatieve termen beschreven worden. Voordeel <strong>van</strong> werken met<br />

toetsbare outputdoelstellingen is dat beter te evalueren is of en welke resultaten zijn bereikt.<br />

Consequentie is dat al bij de beleidsontwikkeling moet worden nagedacht hoe de gemeente<br />

zal nagaan of een doelstelling is bereikt (outputindicator) en op welke manier dat gemeten zal<br />

worden (meetinstrument).<br />

Een gemeente die kiest voor erfgoededucatie in het onderwijs zou de volgende outputdoelstellingen<br />

kunnen formuleren:<br />

• Alle leerlingen <strong>van</strong> het primair onderwijs hebben tijdens hun schoolloopbaan minimaal twee<br />

keer (onderbouw + bovenbouw) een erfgoedinstelling in de gemeente bezocht.<br />

• In 200x is een lokaal netwerk voor erfgoededucatie tot stand gekomen waarin erfgoedinstellingen<br />

en basisscholen structureel samenwerken.<br />

• De gemeente ondersteunt het ontwikkelen <strong>van</strong> een doorgaande leerlijn voor erfgoededucatie,<br />

die in 200x gerealiseerd moet zijn.<br />

In het eerste voorbeeld is de outputindicator ‘het aantal malen dat basisschoolleerlingen in onderbouw<br />

en bovenbouw een erfgoedinstelling hebben bezocht’. Het meetinstrument bijvoorbeeld:<br />

een scholenenquête of het jaarverslag <strong>van</strong> erfgoedinstellingen.<br />

Veel voorkomende outputdoelstellingen bij gemeenten die deelnemen aan het Actieplan Cultuurbereik<br />

2005-2008 zijn ‘erfgoed inzetten voor cultuureducatie in het onderwijs’ en ’het vergroten<br />

<strong>van</strong> de zichtbaarheid <strong>van</strong> het lokale erfgoed’. 53 [6.5]<br />

53 Bureau Driessen (2006) Actieplan II,<br />

Nulanalyse en nulmeting


54 Berenschot (2003) Gemeentelijke<br />

regie in de sociale sector. In: DSP-groep<br />

(2005) POP met beleid. Handreiking voor<br />

gemeenten<br />

7.4 Positie, rol en organisatie gemeente<br />

Als ambities en analyse zijn vertaald in doelstellingen, komen we bij de uitvoering in de praktijk:<br />

hoe denkt de gemeente haar doelen te verwezenlijken? Daarbij dienen de volgende vragen aan<br />

bod te komen:<br />

• Welke rol wil de gemeente spelen om de doelstellingen te realiseren?<br />

• Welke relatie onderhoudt de gemeente met het erfgoedveld? [7.4.1]<br />

• Wie houden zich binnen de gemeente bestuurlijk en ambtelijk met erfgoed bezig?<br />

• Waar brengt de gemeente erfgoededucatie intern onder?<br />

De antwoorden hierop verduidelijken welke positie de gemeente inneemt ten opzichte <strong>van</strong><br />

andere actoren (erfgoedinstellingen, ondersteunende instellingen, provinciale en landelijke infrastructuur),<br />

de verantwoordelijkheid die zij wil dragen en de wijze waarop de gemeente het beleid<br />

intern wil organiseren. We hebben het dan over het begrip ‘regie voeren’. Hieronder verstaan we<br />

het gedrag <strong>van</strong> de gemeente die met rele<strong>van</strong>te actoren lokale maatschappelijke processen probeert<br />

te sturen in de door haar wenselijk geachte richting, ongeacht de mate <strong>van</strong> zeggenschap<br />

<strong>van</strong> de gemeente over die actoren. 54<br />

Rol en verantwoordelijkheid<br />

Een gemeente die erfgoed(educatie) vooral wil benutten om de toeristische aantrekkingskracht te<br />

vergroten, zal een andere rol en verantwoordelijkheid hebben dan een gemeente die erfgoedinstellingen<br />

en scholen met elkaar in contact wil brengen om cultuureducatie in het onderwijs te<br />

stimuleren.<br />

Vaak vervullen gemeenten een combinatie <strong>van</strong> een aantal rollen bij het regisseren <strong>van</strong> erfgoededucatiebeleid.<br />

Welke rol de gemeente ook kiest, overleg en afstemming met het lokale erfgoedveld<br />

is een voorwaarde om tot resultaat te komen.<br />

In erfgoededucatie zal de gemeente overigens altijd meer een procesverantwoordelijkheid dragen<br />

(stimuleren <strong>van</strong> educatief aanbod) dan een productverantwoordelijkheid (erfgoedpagina op<br />

gemeentelijke website).<br />

Interne organisatie<br />

Het moet zowel intern als voor externe partners duidelijk zijn waar het erfgoededucatiebeleid<br />

binnen de gemeente is ondergebracht, zowel bestuurlijk als ambtelijk. Niet elke gemeente heeft<br />

een aparte afdeling cultuur. Ook als dat wel het geval is, ressorteren erfgoedsectoren als monumentenzorg<br />

en archeologie vaak onder verschillende afdelingen. In middelgrote en grote gemeenten<br />

komt daar vaak bij dat meerdere ambtenaren betrokken zijn bij eenzelfde beleidsthema.<br />

Daarnaast heeft erfgoededucatie, zoals gezegd, raakvlakken met diverse beleidsterreinen. [3.1]<br />

Over het algemeen zal erfgoededucatiebeleid worden ingebed in cultuur(educatie)beleid. Toch<br />

is dit vooral afhankelijk <strong>van</strong> het terrein waarop de gemeente erfgoededucatie wil inzetten. Krijgt<br />

erfgoededucatie bijvoorbeeld een functie in de versterking <strong>van</strong> het toeristisch product dan zal het<br />

eerder tot de portefeuille <strong>van</strong> de wethouder voor Economische Zaken behoren.<br />

Gezien de verschillende invalshoeken voor erfgoededucatie is een gemeentelijke werk- of projectgroep<br />

aan te bevelen. In dat geval moet een ambtelijk projectleider worden aangewezen, die als<br />

aanspreekpunt fungeert en in– en extern de vinger aan de pols houdt.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is binnen veel gemeenten een onbekend begrip. Houd er dus rekening mee dat<br />

vaak ook intern zendingswerk nodig is om collega’s te overtuigen <strong>van</strong> het intrinsieke en instrumentele<br />

belang <strong>van</strong> erfgoededucatie. [3.]


ERFGOED MOTOR VOOR<br />

CONTINU CULTUUR IN EDE<br />

Ontmoeting <strong>van</strong> traditie en trend<br />

Beeld plaatsen <strong>van</strong> huisjes<br />

pag. 24 en 25 <strong>van</strong> CD<br />

Continu Cultuur<br />

(Bij drukkerij Zwaan laten<br />

doen mits mogelijk)!<br />

Uitgangspunt voor het nieuwe cultuurbeleid <strong>van</strong> de gemeente Ede – met meer dan 100.000<br />

inwoners één <strong>van</strong> de 25 grootste gemeenten <strong>van</strong> Nederland – was dat hierin de kenmerkende<br />

eigenschappen <strong>van</strong> de stad tot uiting moesten komen. Naast het landelijke karakter, het sterk<br />

gegroeide inwonertal, het kralensnoer <strong>van</strong> kleinere gemeenschappen en de bloeiende amateurkunst<br />

is dat ook de grote rijkdom aan cultureel erfgoed. Vrijwilligers vervullen op dit gebied een<br />

belangrijke ondersteunende rol, bijvoorbeeld in het onderhoud en de presentatie <strong>van</strong> archeologisch<br />

erfgoed, de oudheidkamer en een aantal musea.<br />

Een tweede uitgangspunt voor het cultuurbeleid <strong>van</strong> Ede is ‘samenhang en samenwerking’. Met<br />

particulieren, met de Provincie Gelderland en gemeenten in de regio, met het onderwijs (cultuureducatie),<br />

maar ook tussen de gemeentelijke taakvelden cultuur, ruimtelijke ordening en toerisme<br />

en economie. Zo zullen monumentenzorg en archeologie <strong>van</strong> begin af aan nauw worden betrokken<br />

bij herontwikkelingsprojecten, zoals het kazernecomplex en het terrein <strong>van</strong> de voormalige<br />

ENKA-fabriek in Ede-Oost.<br />

De fraai vormgegeven cultuurnota Continu Cultuur Traditie en Trend Kunst en Cultuur Ede 2006-2009<br />

bevat zes terreinen die de komende jaren extra accent krijgen. Input voor deze keuzes kreeg de<br />

afdeling Cultuur uit een expertmeeting, de Raadscommissie Maatschappelijke Zaken, bestuurders<br />

<strong>van</strong> (culturele) organisaties en <strong>van</strong> beleidsambtenaren <strong>van</strong> de gemeentelijke sectoren. Enkele<br />

kernpunten zijn:<br />

• Het buitengebied met oude cultuurlandschappen en archeologische monumenten krijgt een<br />

belangrijke plaats in toekomstig cultuurbeleid. Gedacht wordt aan een bezoekerscentrum met<br />

archeologische informatie en –exposities als vertrekpunt voor toeristische routes. Met het Kröller<br />

Müller Museum worden arrangementen ontwikkeld om het contact met de bevolking <strong>van</strong> Ede te<br />

verstevigen en de toeristische activiteit een impuls te geven. Voor kinderen zullen kunstenaars<br />

korte, ‘zintuiglijke’ routes in het buitengebied ontwikkelen.<br />

• De erfgoedkernen Bospoort en Ede-Oost zullen plaats gaan bieden aan hedendaagse culturele<br />

voorzieningen.<br />

• Van de dertien (!) musea wordt samenhang en samenwerking gevraagd, mogelijk ook door<br />

inhoudelijke afstemming in collectie en educatie. ‘Belang voor de geschiedenis <strong>van</strong> de eigen<br />

streek’ en ‘publieksbereik’ tellen mee in subsidietoekenning.<br />

• Om inwoners en toeristen bewust te maken <strong>van</strong> de unieke combinatie <strong>van</strong> een modern stedelijk<br />

centrum met erfgoedkernen en het natuurgebied rondom Huis Kernhem komen er aantrekkelijke<br />

wandel- en fietsroutes.<br />

• De amateurkunst is belangrijk voor de hele culturele infrastructuur. Met geldelijke steun geeft de<br />

gemeente uitdrukking aan haar waardering voor de inzet <strong>van</strong> de vele vrijwilligers.<br />

• De inzet op cultuureducatie is: accent op erfgoed, vraaggestuurd aanbod, aantrekkelijke presentatievormen,<br />

duurzame relatie met onderwijs (mogelijk ook met volwasseneneducatie) en<br />

een actieve samenwerking met erfgoedinstellingen, waarbij het gemeentearchief als trekker<br />

fungeert.<br />

Meer informatie: www.ede.nl.


Mogelijke rollen Omschrijving 55 Voorbeeld<br />

Initiatior De gemeente neemt het voortouw, bouwt op of verder uit<br />

Begint planontwikkeling, treedt in overleg met actoren in het veld.<br />

Initiatief nemen tot erfgoededucatiebeleid; opstarten en deelnemen in<br />

netwerk erfgoedinstellingen en onderwijs (∆ Tiel)<br />

Facilitator De gemeente schept goede randvoorwaarden, het veld voert uit. Ondersteunen en<br />

organiseren staan centraal.<br />

Secretariële ondersteuning voor netwerk(en)<br />

Stimulator De gemeente deelt prikkels uit aan het veld, bijvoorbeeld door middel <strong>van</strong> subsidies<br />

of andere stimuli tot het leveren <strong>van</strong> bepaalde prestaties.<br />

Prestatieverplichting in subsidiecontract, bijv. voor samenwerking,<br />

ontwikkelen vernieuwende activiteit, doelgroepbeleid e.d.<br />

Beslisser De gemeente toont zich als beslisser bestuurlijk betrokken. Maakt<br />

keuze en weegt varianten tegen elkaar af.<br />

Welke educatievoorzieningen dienen te worden uitgebouwd, met<br />

financiële steun <strong>van</strong> de gemeente (∆ Nieuwegein)<br />

Entrepreneur De gemeente is op zoek naar verbetering en vernieuwing en zet<br />

daartoe acties in gang. Brengt partijen bij elkaar en verdeelt taken.<br />

55 Vrij naar beschrijving in DSP-groep<br />

(2005) POP met beleid. Handreiking voor<br />

gemeenten<br />

Gemeente neemt de verantwoordelijkheid op zich om tot resultaat te<br />

komen (∆ Groenlo, Sint-Oedenrode)<br />

7.5 Strategie en instrumenten<br />

Hoe bereikt de gemeente, gegeven de rol die ze wenst te spelen, de doelstellingen die voor erfgoededucatie<br />

zijn gesteld? Oftewel, welke beleidsstrategie voert de gemeente en welke middelen<br />

zet zij daarbij in? Onderstaand een aantal instrumenten op een rijtje. Een toelichting daarop treft<br />

u op de volgende pagina’s.<br />

• Opzetten, begeleiden en uitbouwen <strong>van</strong> lokale netwerken voor erfgoededucatie.<br />

• Facilitaire en personele ondersteuning.<br />

• Deskundigheidsbevordering lokaal erfgoedveld.<br />

• Ondersteunen <strong>van</strong> marketing en publiciteit.<br />

• Structurele of incidentele subsidie voor erfgoededucatie.<br />

7.5.1 Netwerken voor erfgoededucatie<br />

Het belang <strong>van</strong> erfgoededucatie als cultuureducatie en als hulpmiddel bij meerdere schoolvakken<br />

wordt algemeen onderschreven. Het ministerie <strong>van</strong> OCW stimuleert dit beleid op verschillende<br />

manieren. [5.] Van gemeenten wordt op dit vlak met name verwacht dat zij het voortouw nemen<br />

bij het realiseren <strong>van</strong> een lokale infrastructuur voor erfgoededucatie.<br />

Het is efficiënt om in de voorbereidende fase verkennende gesprekken te voeren met organisaties/personen<br />

die een sleutelrol vervullen in het lokale erfgoedveld of op het vlak <strong>van</strong><br />

cultuureducatie. Daarbij werkt het beter om eerst vooroverleg te plannen met lokale erfgoedinstellingen,<br />

voordat derden zoals vertegenwoordigers uit het onderwijs aanschuiven. Erfgoed<br />

bestrijkt immers een breed terrein, waardoor verschillende instellingen/personen elkaar vaak niet<br />

of nauwelijks kennen. Zo zal het gemeentearchief bijvoorbeeld niet op de hoogte zijn <strong>van</strong> het<br />

doen en laten <strong>van</strong> archeologische diensten en omgekeerd. Kennismaken met elkaars collectie<br />

en werkwijze is dan een noodzakelijke eerste stap op weg naar een samenhangend aanbod in<br />

erfgoededucatie. Een aantal gemeenten werkt al met een model <strong>van</strong> nauwe samenwerking tussen<br />

erfgoedinstellingen, soms zelfs onder een directie. Zo zijn in Gouda en Leeuwarden archieven,


musea en bibliotheek organisatorisch samengegaan (www.goudanet.nl, www.tresoar.nl). Bekend<br />

voorbeeld is ook CODA in Apeldoorn waar deze instellingen letterlijk onder een dak zijn samengebracht<br />

(www.coda-apeldoorn.nl).<br />

Uiteindelijk is het de bedoeling alle belangrijke erfgoedaanbieders om de tafel te krijgen met<br />

organisaties die beoogde doelgroepen vertegenwoordigen, zoals het onderwijs of migranten.<br />

Afhankelijk <strong>van</strong> de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de gemeente en het terrein waarop erfgoededucatie zijn beslag<br />

moet krijgen, kan het nodig zijn verschillende netwerken op te bouwen. Primair en voortgezet onderwijs<br />

hebben bijvoorbeeld elk hun eigen behoeften op het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie. Voor<br />

erfgoededucatie op andere beleidsterreinen dan het onderwijs kan meestal worden volstaan met<br />

het instellen <strong>van</strong> een (tijdelijke) projectgroep.<br />

Bij de voorbereiding, conceptontwikkeling en organisatie <strong>van</strong> erfgoededucatie kan de gemeente<br />

de hulp inroepen <strong>van</strong> een ondersteunende instelling, zoals een erfgoedhuis of een onderwijsbegeleidingsdienst.<br />

Soms is het nodig een adviesbureau met specifieke expertise in te schakelen,<br />

bijvoorbeeld op het terrein <strong>van</strong> archeologie(visualisatie) of multimediagebruik.<br />

Gemeente heeft brugfunctie<br />

Hoewel kunsteducatie en erfgoededucatie twee loten aan eenzelfde stam zijn, hebben we te maken<br />

met twee zelfstandige sectoren, met elk eigen doelstellingen en werkwijze. De relatief jonge<br />

sector erfgoededucatie is vaak beducht voor overheersing door het meer gesettelde kunsteducatie<br />

en omgekeerd leeft erfgoed binnen de kunstsector niet of nauwelijks.<br />

Toch leert de ervaring in het onderwijs dat kruisbestuiving goede resultaten kan opleveren. Als<br />

belanghebbende partij kan de gemeente hierin een stimulerende rol vervullen. Behalve in gezamenlijke<br />

projecten [zie 6.1] kunnen kunst- en erfgoedinstellingen bijvoorbeeld constructief samenwerken<br />

binnen een zogenaamd ‘cultuurmenu’ voor de basisschool. Hierbij maken leerlingen<br />

binnen een korte tijdsperiode kennis met culturele instellingen. Een zo divers mogelijk aanbod<br />

is een verrijking voor leerlingen en scholen en werkt eerder stimulerend dan kannibaliserend op<br />

elkaar.<br />

Partners in netwerken/projectgroepen erfgoededucatie<br />

Gemeente.<br />

Erfgoedinstellingen, inclusief niet gesubsidieerde instellingen.<br />

(Cultuur)historische vereniging, heemkundekring, e.d.<br />

Bibliotheek.<br />

centrum voor de kunsten.<br />

erfgoedhuis/ provinciale steunfunctie-instelling.<br />

Vertegenwoordigers primair onderwijs (intern cultuurcoördinator).<br />

Vertegenwoordigers voortgezet onderwijs (ckv-coördinator, docenten geschiedenis).<br />

ROC (mbo en volwasseneneducatie).<br />

Onderwijsbegeleidingsdienst.<br />

Buurt- of wijkcentra, gemeenschapshuizen.<br />

Jongeren- en ouderenorganisaties.<br />

Sociaal-cultureel werk.<br />

Migrantenorganisaties.<br />

Volksuniversiteit.<br />

Archeoloog (gemeentelijk/provinciaal), archeologisch adviesbureau.<br />

Projectontwikkelaar.<br />

Landschapsorganisaties/ landschapsarchitect.<br />

Planologen.<br />

VVV.<br />

Toeristisch bedrijfsleven (hotel, vakantiepark, attractieparken).<br />

Lokale media (krant, rtv)


Samenwerking tussen erfgoedinstellingen en scholen is door landelijk stimuleringsbeleid en<br />

inspanningen <strong>van</strong> Erfgoed Actueel en erfgoedhuizen volop in ontwikkeling. [zie 5.]<br />

Maar samenwerking <strong>van</strong> erfgoedinstellingen met andere sectoren zoals buitenschoolse organisaties,<br />

sociaal-cultureel werk, migrantenorganisaties of recreatieondernemers is men over en weer<br />

nog niet gewend. Zoals in deze handreiking is beschreven [zie 6.], is er juist op dit vlak veel winst<br />

te behalen. Ook hier kan de gemeente een goede brugfunctie vervullen.<br />

Functies <strong>van</strong> een netwerk<br />

De belangrijkste functies <strong>van</strong> een netwerk voor erfgoededucatie zijn het structuraliseren <strong>van</strong><br />

samenwerking en het uitwisselen <strong>van</strong> ervaringen (good practises) en expertise (hoe pak je zoiets<br />

aan?) Op die manier is te voorkomen dat goede projecten eenmalig blijven of dat een instelling<br />

opnieuw het wiel probeert uit te vinden dat een ander al lang gebruikt. Doordat ook vertegenwoordigers<br />

<strong>van</strong> de vraagzijde bij het netwerk voor erfgoededucatie betrokken zijn (scholen, toeristisch<br />

bedrijfsleven, migrantenorganisaties) wordt bewerkstelligd dat hun behoeften en wensen<br />

worden meegenomen in de ontwikkeling <strong>van</strong> een vraaggericht aanbod.<br />

Binnen een netwerk vindt inhoudelijke planontwikkeling plaats en worden afspraken gemaakt<br />

voor praktische uitvoering. Voordeel is ook dat externe deskundigheid gezamenlijk kan worden<br />

ingeschakeld en benut. Marketing en publiciteit kunnen gezamenlijk worden opgepakt en ook<br />

systemen voor monitoring en evaluatie zijn in overleg op te zetten.<br />

Bovendien is samenwerking tussen culturele instellingen en vertegenwoordigers <strong>van</strong> de vraagzijde<br />

een sterk pluspunt bij het aanvragen <strong>van</strong> externe financiering bij andere overheden, fondsen<br />

of het bedrijfsleven.<br />

Om ervoor te zorgen dat onderling uitgewerkte plannen daadwerkelijk worden omgezet in<br />

concrete acties is het aan te bevelen de afspraken ook bestuurlijk te laten bekrachtigen door de<br />

betrokken organisaties (bijvoorbeeld schooldirecties en erfgoedinstellingen).<br />

Een netwerk waarbinnen sluitende afspraken worden gemaakt over vorm en om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

kan binnen een erfgoedinstelling een hefboomfunctie hebben om educatie intern<br />

op de agenda te krijgen. Niet elke erfgoedinstelling is namelijk even ver in het ontwikkelen <strong>van</strong><br />

educatieve programma’s. Een klein museum bijvoorbeeld heeft een zekere doorstroom nodig om<br />

programma’s voor het onderwijs rendabel te maken. De gemeente kan dan binnen het netwerk<br />

stimuleren dat de loop er in komt, bijvoorbeeld door partijen onderling harde afspraken te laten<br />

maken over het aantal te ont<strong>van</strong>gen leerlingen per jaar.<br />

Projectontwikkeling<br />

Initiatief – Definitie - Ontwerp en Planning – Voorbereiding – Pilot/Test - Uitvoering - Evaluatie<br />

7.5.2 Facilitaire en personele ondersteuning<br />

Facilitaire ondersteuning kan onder meer bestaan uit het bieden <strong>van</strong> benodigd materiaal en middelen<br />

en accommodatie voor (netwerk)overleg. Hiertoe rekenen we ook de informatie- en verwijsfunctie<br />

<strong>van</strong> de gemeenten voor erfgoedinstellingen en betrokken partners, zoals scholen. Zo kan de<br />

gemeente verwijzen naar ondersteunende organisaties en mogelijkheden voor externe financiering<br />

(fondsen). Verder kan de gemeente erfgoedinstellingen attenderen op mogelijkheden voor het<br />

organiseren <strong>van</strong> erfgoedactiviteiten buiten de muren <strong>van</strong> de erfgoedinstellingen en behulpzaam<br />

zijn bij het aanvragen <strong>van</strong> eventueel daarvoor noodzakelijke vergunningen. Denk bijvoorbeeld aan<br />

exposities in gemeentelijke instellingen of (living history) manifestaties in de openbare ruimte.<br />

De gemeente kan erfgoedinstellingen of netwerken personele ondersteuning bieden op organisatorisch,<br />

administratief–secretarieel of inhoudelijk (marketing, publiciteit) terrein. Dit kan<br />

variëren <strong>van</strong> het aanstellen <strong>van</strong> een (tijdelijk) projectleider voor een netwerk of groter evenement<br />

tot gerichte advisering door een beleidsambtenaar of het binnen de gemeente laten voeren <strong>van</strong><br />

het secretariaat <strong>van</strong> een erfgoednetwerk.<br />

7.5.3 Deskundigheidsbevordering lokaal erfgoedveld<br />

In de erfgoedsector is de afgelopen jaren veel veranderd. Musea, archieven, monumentenorganisaties<br />

en archeologen zijn meer gaan samenwerken, zowel op lokaal en provinciaal als op landelijk<br />

niveau. De bewustwording <strong>van</strong> hun taken op het gebied <strong>van</strong> publieksbereik en onderwijs is<br />

sterk toegenomen, soms afgedwongen door prikkels <strong>van</strong> de overheid, maar vaak als een onderdeel<br />

<strong>van</strong> een proces <strong>van</strong> professionalisering. Lange tijd hebben erfgoedinstellingen educatieve<br />

producten op de markt gebracht zonder zich vooraf op de hoogte te stellen <strong>van</strong> de wensen <strong>van</strong><br />

het onderwijs of andere doelgroepen. De laatste jaren maakt die aanbodgerichte houding steeds<br />

meer plaats voor een vraaggerichte opstelling.<br />

0


Hoewel de ontwikkeling in erfgoededucatie hard gaat, is in kleinere erfgoedinstellingen niet altijd<br />

de expertise aanwezig om de collectie te vertalen naar een breed publiek of in educatieprojecten<br />

voor het onderwijs. Het accent ligt hier vaak meer op behoud en beheer en er wordt veel met<br />

vrijwilligers gewerkt. Daarnaast hebben erfgoedinstellingen te maken met omstandigheden die<br />

soms haaks lijken te staan op de eisen <strong>van</strong> moderne educatieve projecten. Zo zijn veel conservatoren<br />

sterk gericht op ‘volledigheid’ en cultuurhistorisch verantwoorde presentaties en spelen er<br />

zaken als beveiliging <strong>van</strong> waardevolle objecten, angst voor beschadiging (monument) en voorwaarden<br />

<strong>van</strong> gebouweigenaren (bijvoorbeeld een kerkgenootschap) een rol.<br />

Om de professionaliteit op educatief gebied te versterken, kan de gemeente overwegen een functionaris<br />

aan te stellen voor meerdere erfgoedinstellingen tegelijk of om een dergelijke constructie<br />

financieel te ondersteunen. Ook is het mogelijk, een grotere gesubsidieerde erfgoedinstelling<br />

te verzoeken kleinere instellingen behulpzaam te zijn, in het belang <strong>van</strong> het totaalaanbod. Zoals<br />

eerder beschreven is ook het uitwisselen <strong>van</strong> good practises binnen een netwerk voor erfgoedinstellingen<br />

een goede steun in de rug. [7.5.1] Verder kan de gemeente de weg wijzen naar lokale,<br />

provinciale (erfgoedhuis) of landelijke instellingen die ondersteuning bieden in de vorm <strong>van</strong> persoonlijk<br />

advies, handreikingen, projectformats, trainingen, et cetera. Zo bestaan er handleidingen<br />

en checklists om erfgoedmedewerkers voor te bereiden op het bezoek <strong>van</strong> schoolgroepen, die<br />

zich nu eenmaal anders gedragen dan rustige cultuurgenieters. Sommige erfgoedhuizen, waaronder<br />

Erfgoedhuis Drenthe, organiseren educatiecursussen voor leden <strong>van</strong> historische verenigingen.<br />

De gemeente kan erfgoedinstellingen ook op andere manieren ondersteunen om publieksvriendelijke<br />

presentaties te maken. Bijvoorbeeld door ze in contact te brengen met lokale theatermakers<br />

(presentaties, living history), kunstenaars (inrichten <strong>van</strong> expositie) en de creatieve industrie<br />

in de gemeente (multimediamakers en ict). Daarnaast kan de gemeente ondersteuning bieden<br />

om ’erfgoed buiten de (instellings)muren’ te presenteren. Voorbeelden daar<strong>van</strong> zijn: aanhaken bij<br />

lokale festivals, exposities in het stadskantoor/gemeentehuis, de bibliotheek en presentaties in<br />

de openbare ruimte. Ook blijkt lokaal erfgoed voor makers en publiek vaak een verrassend decor<br />

voor een podiumoptreden (muziek, dans, theater).<br />

Ten slotte kan de gemeente bemiddelen bij het werven <strong>van</strong> vrijwilligers of het regelen <strong>van</strong> stageplaatsen<br />

voor jongeren in erfgoedinstellingen. Dit kan goed aansluiten op gemeentelijke doelstellingen<br />

voor maatschappelijke participatie.<br />

7.5.4 Ondersteunen <strong>van</strong> marketing en publiciteit<br />

Wat geldt voor educatie, gaat ook op voor kennis op het terrein <strong>van</strong> marketing en publiciteit.<br />

Vooral kleinere erfgoedinstellingen ontbreekt het op dit gebied aan ervaring. Gebrek aan financiële<br />

middelen is een tweede obstakel. [7.6.2]<br />

Er is voor gemeenten een relatief eenvoudige manier om de erfgoedsector effectief te ondersteunen<br />

bij het informeren <strong>van</strong> potentieel publiek. Namelijk informatieverstrekking via de (eigen)<br />

media, zoals de gemeentelijke website, de gemeentepagina in de lokale krant/huis-aan-huisblad,<br />

het gemeentelijke informatieblad en de gemeentegids. Deze media bevatten doorgaans allerlei<br />

activiteiten op het gebied <strong>van</strong> sport, welzijn, onderwijs én cultuur. Dit vereist uiteraard intern<br />

overleg met de gemeentelijke afdeling voorlichting.<br />

Voor de promotie <strong>van</strong> erfgoed(projecten) valt verder te denken aan samenwerking met lokale en<br />

regionale radio en tv-zenders, die een goed bereik hebben. Deze media hebben over het algemeen<br />

veel belangstelling voor de plaatselijke en regionale cultuurhistorie.<br />

De publicatie ‘Onzichtbare drempels’ <strong>van</strong> onderzoeksbureau Ranshuysen bevat zowel aanbevelingen<br />

voor betere communicatie met de bezoeker binnen musea als observaties over promotie in<br />

het algemeen die ook voor andere erfgoedinstellingen interessant zijn. Zo meldt de onderzoekster<br />

dat de verstrekte informatie vaak een intellectuele drempel opwerpt en te weinig wordt verspreid<br />

via laagdrempelige instellingen zoals de VVV. Persoonlijke communicatie met de bezoeker<br />

is <strong>van</strong> groot belang, ook in de vorm <strong>van</strong> living history, eerder nog dan ict. Uitgekiend prijsbeleid,<br />

zoals selectieve gratis entree en korting lijkt noodzakelijk, terwijl bezoekers aan de andere kant<br />

grote bereidheid tonen om te betalen voor aanvullende diensten. Promotie <strong>van</strong> de instelling als<br />

geheel is essentieel om de niet-ervaren bezoeker te trekken; gerichte tentoonstellings- en evenementenpromotie<br />

blijkt vooral <strong>van</strong> belang voor de ervaren bezoeker. 56<br />

7.5.5 Subsidies<br />

Subsidies vormen voor gemeenten een belangrijk beleidsinstrument. In de erfgoedsector gaat<br />

het dan meestal om huisvesting-, exploitatie-, of projectsubsidies. Ook voor het stimuleren <strong>van</strong><br />

erfgoededucatie kunnen structurele of incidentele subsidies worden toegekend. Denkbaar is dat<br />

de gemeente ‘educatie’ en/of ‘lokale samenwerking’ expliciet als voorwaarde in een subsidiecon-<br />

1<br />

56 Ranshuysen, L. (2005) Onzichtbare<br />

drempels, een analyse <strong>van</strong> het publieks-<br />

potentieel <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> musea


Kostenopbouw erfgoededucatie<br />

tract opneemt. Leg afspraken over subsidiëring altijd duidelijk vast, zodat erfgoedinstellingen of<br />

netwerken exact weten welke tegenprestatie er <strong>van</strong> ze wordt verwacht. Een mogelijke financiële<br />

prikkel is ook het instellen <strong>van</strong> een jaarlijkse prijs voor het beste of meest vernieuwende educatieproject.<br />

Van dergelijke prijzen gaat tevens een wervende werking uit, omdat het erfgoed,<br />

erfgoedinstelling of evenement in de schijnwerpers zet.<br />

Enkele mogelijke subsidievormen zijn:<br />

Structurele subsidies Huisvesting, exploitatie, (educatie)activiteiten e.d.<br />

Programmeringsubsidie Programmeren op een lokaal thema of voor specifieke<br />

publieksgroepen zoals jongeren en migranten.<br />

Project en activiteitensubsidies Voor nieuwe projecten, als bijdrage voor activiteiten tijdens<br />

Open Monumentendagen, e.d. maar ook voor het onderhouden<br />

<strong>van</strong> netwerken.<br />

Festival en evenementensubsidies Bijvoorbeeld voor living history, streekfestival e.d.<br />

Scholingssubsidies Deskundigheidsbevordering <strong>van</strong> beroepskrachten en vrijwilligers.<br />

Ook: scholing in traditionele ambachten, kunsten<br />

en vaardigheden.<br />

Investeringssubsidies, ruimte en faciliteiten<br />

Van verschillende kanten is erop gewezen dat de gevraagde investering in mensuren een groot<br />

obstakel is voor het realiseren <strong>van</strong> samenwerkingsverbanden tussen erfgoedinstellingen en scholen.<br />

Tijd is geld. <strong>Gemeenten</strong> gaan er soms <strong>van</strong>uit dat zij op dit vlak geen enkele ondersteuning<br />

meer hoeven te bieden, omdat scholen <strong>van</strong> het Rijk rechtstreeks geld voor cultuureducatie ont<strong>van</strong>gen.<br />

Dit gaat echter alleen op voor basisscholen (Regeling Versterking Cultuureducatie in het<br />

po). Scholen en leerlingen voor voortgezet onderwijs ont<strong>van</strong>gen uitsluitend CKV-vouchers voor<br />

de entree tot culturele instellingen. In de financiering <strong>van</strong> overleg en het gezamenlijk ontwikkelen<br />

<strong>van</strong> maatprojecten en bijbehorend materiaal is niet voorzien. Ook erfgoedinstellingen ont<strong>van</strong>gen<br />

voor dit doel geen extra subsidie.<br />

Als een financiële tegemoetkoming voor samenwerking niet tot de mogelijkheden behoort, kan<br />

de gemeente op een andere manier voor enige ontlasting zorgen. Bijvoorbeeld door de secretariaatsfunctie<br />

voor het netwerk vervullen (uitnodiging, agenda, verslag e.d.) en/of personele inzet te<br />

regelen voor organisatorische werkzaamheden, zoals het opstellen <strong>van</strong> een roulatierooster voor<br />

schoolbezoeken.<br />

7.6 (Externe) Financiën<br />

De kosten <strong>van</strong> een gemeentelijk beleid voor erfgoededucatie zijn uiteraard afhankelijk <strong>van</strong> de<br />

aard en reikwijdte <strong>van</strong> de gestelde doelen. Welk deel daar<strong>van</strong> rechtstreeks of via subsidies voor<br />

rekening <strong>van</strong> de gemeente komt, hangt samen met de rol en de verantwoordelijkheid die de<br />

gemeente in de beleidsuitvoering op zich neemt. Ook de financiële draagkracht <strong>van</strong> betrokken<br />

erfgoedinstellingen en andere samenwerkingspartners speelt een rol, evenals mogelijke financiële<br />

steun <strong>van</strong> andere overheden, fondsen of het plaatselijke bedrijfsleven. Bij erfgoededucatieprogramma’s<br />

draait het behalve om ontwikkelingskosten ook om blijvende kosten voor zaken als<br />

personele begeleiding en dergelijke (zie kader). De gemeente zal er op voorhand over moeten<br />

nadenken of, hoeveel en hoe lang zij structureel wil bijdragen om een en ander in de lucht te<br />

houden.<br />

• Ontwikkelkosten (concept, plan <strong>van</strong> uitvoering)<br />

• Productiekosten (educatief materiaal: flyer, leskist, 3d presentatie, website, e.d.)<br />

• Personele kosten (ontwikkelen en uitvoeren; begeleiden <strong>van</strong> groepen)<br />

• Projectkosten (netwerk: secretariaat, reiskosten, begeleiding)<br />

• Promotie en publiciteit<br />

• Monitoring en evaluatie


Voor erfgoededucatie (en -netwerken) kunnen de gemeente, netwerken en/of de betrokken instellingen<br />

ook een beroep doen op bestaande subsidieregelingen <strong>van</strong> het Rijk, zoals het Actieplan<br />

Cultuurbereik en Erfgoed à la Carte, de provincie, regionaal werkende cultuurorganisaties en een<br />

aantal fondsen [zie bijlage 3]. Soms zal ook het lokale/regionale bedrijfsleven een bijdrage willen<br />

leveren. Daarnaast zijn er binnen de gemeente subsidiebudgetten die óók voor erfgoededucatie<br />

te benutten zijn. Beleidsmedewerkers met erfgoededucatie in hun pakket doen er goed aan deze<br />

mogelijkheden buiten hun eigen sector te inventariseren. Denk aan:<br />

• Ondersteunen en stimuleren <strong>van</strong> vrijwilligerswerk (rondleiders, ambachtdemonstraties).<br />

• Interculturele activiteiten (living history).<br />

• Jeugdbeleid.<br />

• Achterstandenbeleid.<br />

• Inburgering.<br />

• Stedelijke vernieuwing en plattelandsontwikkeling.<br />

• Amateurkunst en culturele producties (streektheater, -muziek, -dans).<br />

• Gemeentepromotie (versterken cultureel profiel; aantrekken toeristen).<br />

• (Evenementenbeleid).<br />

7.7 Draagvlak creëren<br />

Na het consulteren <strong>van</strong> de erfgoedsector en andere belanghebbenden in oriënterende gesprekken<br />

en expertmeetings verstrijkt er enige tijd voordat er een kant-en-klaar plan voor nieuw<br />

erfgoededucatiebeleid op tafel ligt. Om medewerking voor de uitvoering daar<strong>van</strong> te krijgen is het<br />

noodzakelijk voor dit conceptbeleid draagvlak te creëren. De verantwoordelijke beleidsambtenaren<br />

gaan dus na of het voorgenomen erfgoededucatiebeleid lokaal op steun kan rekenen. Dat<br />

wil zeggen: binnen de gemeente zelf (bestuurlijk/ambtelijk), bij het lokale erfgoedveld en andere<br />

(ondersteunende) organisaties die bij de uitvoering betrokken zullen zijn, maar ook <strong>van</strong> belangrijke<br />

doelgroepen zoals scholen.<br />

Denk hierbij aan: keuze <strong>van</strong> speerpunten, doelstellingen, route om deze te bereiken, haalbaarheid,<br />

werkzaamheid, belasting voor instellingen e.d. Soms dient een lokaal plan ook te worden<br />

afgestemd met gemeenten in de regio, de provincie of het rijk.<br />

Op basis <strong>van</strong> deze in- en externe toetsing kan het erfgoededucatieplan waar nodig nog worden<br />

bijgesteld. Vervolgens kan het erfgoededucatiebeleid bestuurlijk worden vastgesteld door B&W<br />

(mandaat) en zo nodig ook door de gemeenteraad.<br />

7.8 Uitvoering<br />

De manier waarop het erfgoededucatiebeleid in de praktijk handen en voeten krijgt is een proces<br />

op zich. De mate waarin de gemeente daarbij betrokken is hangt onder meer af <strong>van</strong> de rol die de<br />

lokale overheid zich in dit traject aanmeet. [7.4] Een paar simpele aandachtspunten:<br />

• Zorg dat het nieuwe beleid ‘leeft’: genereer aandacht voor het erfgoededucatieplan binnen het<br />

gemeentelijk apparaat, bij de eigen inwoners en belangrijke doelgroepen daarin, bij het lokale<br />

erfgoedveld en andere betrokken organisaties.<br />

• Formuleer project(deel)plan(nen) op basis <strong>van</strong> het erfgoededucatiebeleid. Maak hiervoor financiële<br />

middelen vrij en regel personele inzet.<br />

• Maak afspraken met beoogde samenwerkingspartners.<br />

• Houd de gekozen positie de uitvoering <strong>van</strong> het beleid op koers en stuur zo nodig bij.<br />

7.9 Monitoring en evaluatie<br />

Elke gemeente die serieus werk maakt <strong>van</strong> erfgoededucatiebeleid zal ook willen weten of de inspanningen<br />

resultaat heeft opgeleverd. Om tijdig te kunnen bijsturen is het verstandig tussentijds<br />

de vinger aan de pols te houden (monitoring, tussentijdse evaluatie). De wijze <strong>van</strong> evaluatie dient<br />

al bij de start <strong>van</strong> het traject te worden vastgelegd. Om resultaten goed te kunnen meten, moeten<br />

doelstellingen vooraf toetsbaar zijn opgesteld.<br />

We hebben het dan over een effectevaluatie, waarbij behaalde resultaten worden afgezet<br />

tegen vooraf gestelde doelen. Procesevaluatie dient om na te gaan hoe resultaten tot stand zijn<br />

gekomen. Daartoe wordt het complete beleidstraject nagelopen om inzicht te krijgen in succesfactoren<br />

en knelpunten, samenwerking tussen betrokken partijen, externe omstandigheden<br />

enzovoorts.<br />

Beleidsevaluatie omvat meestal een combinatie <strong>van</strong> effectevaluatie en procesevaluatie, zodat<br />

het behaalde resultaat kan worden afgewogen tegen de geleverde inspanningen. Om te kunnen


foto ‘wonen’ via Cees!<br />

57 Het Rijk, de provincies Gelderland,<br />

Utrecht en Zuid-Holland, de steden<br />

Nijmegen en Utrecht en de Stadsregio<br />

Arnhem-Nijmegen (KAN) richtten in 2005<br />

de Romeinse Limes Alliantie op. De door<br />

hen ondertekende Limes Codex is een<br />

bestuurlijke intentieverklaring waarin de<br />

initiatiefnemers afspraken maken voor<br />

het ontwikkelen <strong>van</strong> een gezamenlijke<br />

aanpak voor de Limes, de noordelijke<br />

grens <strong>van</strong> het voormalige Romeinse Rijk.<br />

beoordelen in hoeverre de geregistreerde resultaten zijn toe te schrijven aan het gevoerde beleid<br />

gaat de gemeente na of er mogelijk andere invloeden in het spel waren. Is er in de beleidsperiode<br />

sprake geweest <strong>van</strong> externe factoren die mogelijk een positieve (jubileumjaar) dan wel negatieve<br />

(bestuurswisseling) uitwerking hebben gehad?<br />

De gemeente zal voor de evaluatie <strong>van</strong> erfgoededucatieprojecten goeddeels terugvallen op<br />

gegevens die erfgoedinstellingen en andere betrokkenen aanleveren. Over de wijze <strong>van</strong> evalueren<br />

dienen dus vooraf afspraken te worden gemaakt. Kleinere erfgoedinstellingen, waar evaluatie<br />

vaak niet verder gaat dan het turven <strong>van</strong> het aantal bezoekers voor het jaarverslag en het neerleggen<br />

<strong>van</strong> een gastenboek, zullen hierbij beslist ondersteuning nodig hebben.<br />

Methodieken die de gemeente zelf kan toepassen zijn bijvoorbeeld enquêtes onder scholen, bezoekers<br />

(of juist niet-bezoekers), analyse <strong>van</strong> gegevens <strong>van</strong> erfgoedinstellingen (programmering,<br />

projecten, bezoekcijfers) en gestructureerde interviews met betrokken instellingen.<br />

Het opzetten <strong>van</strong> een goede evaluatie is een vak apart. Voor culturele instellingen, maar ook voor<br />

gemeenten is het vaak een lastige klus. Zo blijkt uit de nulanalyse <strong>van</strong> het tweede Actieplan Cultuurbereik<br />

dat het werken met outputdoelstellingen niet altijd <strong>van</strong> een leien dakje gaat. Soms is<br />

de verkeerde outputindicator gekozen (en wordt dus niet gemeten of de doelstelling is behaald),<br />

soms het verkeerde meetinstrument (en wordt iets anders gemeten dan men denkt te meten).<br />

Meer informatie over dit onderwerp vindt u onder meer op www.cultuurbereik.nl. Bedenk ten<br />

slotte dat niet alle positieve (proces)resultaten in cijfers te <strong>van</strong>gen zijn. Bij cultuur blijft het altijd<br />

gaan om ‘tellen’ en ‘vertellen’.<br />

7.10 Breed bruikbare erfgoedthema’s<br />

Elke stad of dorp heeft een eigen cultuurhistorie en uniek erfgoed. In een aantal gevallen delen<br />

gemeenten eenzelfde type erfgoed. Denk aan vestingsteden, de Hanzesteden, Romeinse resten<br />

(Limes) 57 , de Tachtigjarige Oorlog, de Hollandse Waterlinie en de Tweede Wereldoorlog. Een<br />

dergelijk thema is dan op verschillende plaatsen in het land bruikbaar in erfgoededucatie. Daarnaast<br />

zijn er erfgoedthema’s waar vrijwel elke stad of dorp mee uit de voeten kan, zoals ‘leven en<br />

werken’. Een thematische aanpak biedt de mogelijkheid scholieren of andere publieksgroepen<br />

op een aansprekende manier met erfgoed in contact te brengen. Bijkomend voordeel is dat de<br />

gemeenten hierbij kunnen profiteren <strong>van</strong> ervaringen en good practises die elders zijn opgedaan.<br />

Voorbeelden <strong>van</strong> projecten zijn onder meer te vinden in het projectloket <strong>van</strong> Cultuurnetwerk<br />

Nederland (www.cultuurnetwerk.nl/projectloket) en op websites <strong>van</strong> erfgoedhuizen en (grotere)<br />

erfgoedinstellingen.


Onderstaand enkele suggesties voor breed inzetbare erfgoedthema’s. De toelichting daarbij is heel globaal en uitsluitend bedoeld<br />

om een denkrichting aan te geven.<br />

De stad/ het dorp Cultuurhistorie/ ruimtelijke ontwikkeling.<br />

De Middeleeuwse stad.<br />

Eigen straat/ buurt.<br />

Straten, paden en pleinen (functie, patroon, namen).<br />

Bouwen en wonen Materialen, vormen, woondichtheid, oppervlakte, architectuur.<br />

Leefgemeenschappen (klooster/burcht/hofstede).<br />

Energie Water, veen, kolen, elektriciteitsmasten, gasovens.<br />

Feest Jaarmarkt, processie, kermis, oogstfeest, carnaval.<br />

Historische gebeurtenissen Belegering, rampen, bloeiperioden, aankomst/vestiging <strong>van</strong>...<br />

Industrialisatie industrieel erfgoed, verandering in grondgebruik, verbindingen.<br />

Kunstwerk lokale handvaardigheid (aardewerk, houtbewerking, kantklossen).<br />

kunst in openbare ruimte/architectuur/ornamenten.<br />

Landschap/grondgebruik Ingrepen en inrichting (ontginning, afgraving, demping, beplanting, ophoging).<br />

Leven en werken In een bepaald tijdvak.<br />

Traditionele nijverheid (<strong>van</strong> zilversmeden tot leerlooien)<br />

Thuiswerk vroeger en nu.<br />

Lokale (agrarische) bedrijfstak in (inter)nationaal perspectief.<br />

Lokale verhalen en legenden<br />

Markante figuren Schilders, schrijvers, veldheren, kloosterlingen.<br />

Migratie instroom <strong>van</strong> nieuwe inwoners door de tijden heen.<br />

Migratiegeschiedenis allochtone bevolkingsgroepen.<br />

Religie Gebouwen, objecten, rituelen.<br />

Tradities en gebruiken Geboorte, huwelijk en dood, begroeting e.d.<br />

In vergelijking met allochtone bevolkingsgroepen.<br />

Transport (Water)wegen, vervoermiddelen, bewegwijzering, reistijd.<br />

Verdedigingswerken Forten, bunkers, verdedigingslinies, water.<br />

Water(management) Stoomgemalen, polders, molens, dijken.


Bijlage 1<br />

ERFGOEDEDUCATIEBELEID IN TIEN STAPPEN<br />

Intrinsieke factoren<br />

Om<strong>van</strong>g en aard <strong>van</strong> lokaal aanwezig erfgoed<br />

Aanwezigheid <strong>van</strong> professionele erfgoedinstellingen<br />

en overige betrokken (erfgoed-) organisaties<br />

Lokale ervaring met cultuureducatie in het algemeen<br />

en erfgoededucatie in het bijzonder<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong>beleid<br />

Landelijk<br />

Provinciaal<br />

Lokaal<br />

Externe factoren<br />

Cultuurnota<br />

Stimuleringsbeleid Cultuur en School<br />

Actieplan Cultuurbereik<br />

Belvedere/ Cultuur en Ruimte<br />

Invulling Cultuur en School/Actieplan Cultuurbereik<br />

Provinciale speerpunten erfgoed(educatie)beleid<br />

Regionale samenwerking<br />

Speerpunten in algemeen gemeentelijk beleid<br />

Gemeentelijk cultuurbeleid<br />

Vraag <strong>van</strong>uit eigen bevolking, onderwijs,<br />

Economie/toerisme<br />

Beschikbare (nanciële) middelen<br />

Stap 1 Visie [zie 7.1]<br />

De gemeente hecht belang aan erfgoededucatie als instrument voor:<br />

Cultuurbereik<br />

Onderwijs/Jeugdbeleid<br />

Binding/Betrokkenheid<br />

Ruimtelijke ontwikkeling<br />

Economie/Toerisme<br />

Input: Algemeen gemeentelijk beleid, cultuurbeleid<br />

Stap 2 Inventarisatie erfgoed(educatie) en- vraag [zie 7.2]<br />

Inventariseer het lokale aanbod in erfgoed(educatie):<br />

• Aard en om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> erfgoed, erfgoedinstellingen en –organisaties in de gemeente<br />

• Fysieke en algemene publiekstoegankelijkheid<br />

• Bestaand aanbod op gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

• Samenwerking tussen erfgoedinstellingen onderling en met andere (culturele, ondersteunende) organisaties,<br />

- met het onderwijs of instellingen op andere beleidsterreinen<br />

Inventariseer de vraag naar erfgoed(educatie) bij:<br />

• Eigen inwoners, onderwijsinstellingen, toeristen/recreanten of (een) subgroep(en) daarin<br />

Creëer al doende draagvlak voor nieuw beleid [zie ook stap 7]<br />

Input: Beschikbare kerngegevens<br />

(Opdracht tot) cultuurhistorische waardenkaart<br />

Overleg met andere gemeentelijke afdelingen (Economie/RO enz.)<br />

Overleg met lokale erfgoedinstellingen, overige betrokken -organisaties<br />

Kerngegevens en oriënterend overleg met vertegenwoordigers <strong>van</strong> doelgroepen, die op basis <strong>van</strong><br />

stap 1 als ‘belangrijk’ worden aangemerkt


Stap 3 Doelstellingen [zie 7.3]<br />

Formuleer (output-)doelstellingen op basis <strong>van</strong> lokale mogelijkheden en ambities,<br />

rekening houdend met intrinsieke en externe invloedsfactoren<br />

Druk (output-)doelstellingen uit in:<br />

kwantitatieve termen, zoals deelnemersaantallen, frequentie <strong>van</strong> activiteit enz.<br />

en/of kwalitatieve termen: bereikte samenwerking, gerealiseerde ontwikkeling enz.<br />

Leg vast wanneer en hoe de gemeente zal evalueren of haar doelstellingen zijn gerealiseerd [zie stap 9]<br />

Input: Intern ambtelijk overleg<br />

Overleg met lokale erfgoedinstellingen, overige betrokken organisaties, doelgroepen<br />

Vraag eventueel advies <strong>van</strong> een ondersteunende instelling als een erfgoedhuis<br />

Stap 4 Positie en interne organisatie gemeente [zie 7.4]<br />

Ga na of de gemeente in erfgoededucatiebeleid<br />

initiator-facilitator-stimulator-beslisser-entrepreneur-of een combinatie daar<strong>van</strong> wil zijn<br />

Stel vast wie binnen de gemeente verantwoordelijk wordt voor erfgoededucatiebeleid:<br />

bestuurlijk: wethouder Cultuur (en) Welzijn, Economie, anders<br />

ambtelijk: benoemen gemeentelijk projectleider<br />

instellen gemeentelijke projectgroep(en)<br />

Stap 5 Strategie en instrumenten [zie 7.5 ]<br />

De keuze voor een strategie is afhankelijk <strong>van</strong>:<br />

• Draagkracht en professionaliteit <strong>van</strong> erfgoedinstellingen en overige betrokken<br />

(erfgoed-)organisaties [stap 2]<br />

• Organisatiegraad en toegankelijkheid <strong>van</strong> doelgroepen [stap 2]<br />

• Geformuleerde doelstellingen [stap 3]<br />

• Benodigde middelen/ontwikkelingen om doelstellingen te kunnen realiseren<br />

• Gekozen positie en verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de gemeente [stap 4]<br />

• Financiële en personele mogelijkheden <strong>van</strong> de gemeente [stap 6]<br />

Mogelijke beleidsinstrumenten:<br />

• Stimuleren <strong>van</strong> lokale netwerken voor erfgoededucatie<br />

• Facilitaire en personele ondersteuning<br />

• Deskundigheidsbevordering totaal erfgoedveld<br />

• Ondersteunen <strong>van</strong> marketing en publiciteit<br />

• Subsidies<br />

Stap 6 (Externe) Financiën [zie 7.6]<br />

Maak een kostenbegroting, gespecificeerd naar doelstelling(en) per periode<br />

Formuleer de kostendekking: welke bijdrage is te verwachten <strong>van</strong>:<br />

de gemeente -uit welke budget(ten)?-, andere overheden, erfgoedinstellingen,<br />

overige (erfgoed)organisaties, externe financiers (fondsen, bedrijfsleven)


Stap 7 Draagvlak [zie 7.7]<br />

Ga na of het voorgenomen erfgoededucatiebeleid lokaal op steun kan rekenen <strong>van</strong>: gemeente intern ,<br />

lokale erfgoedinstellingen en overige (erfgoed-)organisaties, belangrijke doelgroepen (bijv. scholen).<br />

[zie ook stap 1 t/m 3 ]<br />

Informeer zo nodig ook bij gemeenten in de regio/provincie/Rijk<br />

Stel het erfgoededucatieplan op basis <strong>van</strong> de toetsing zo nodig bij.<br />

Laat het voorgenomen erfgoededucatiebeleid bestuurlijk vaststellen door B&W (mandaat) en zo nodig<br />

ook door de gemeenteraad<br />

Stap 8 Uitvoering [zie 7.8]<br />

Genereer aandacht voor nieuw erfgoededucatiebeleid binnen het gemeentelijk apparaat, bij eigen<br />

inwoners en andere belanghebbenden, erfgoedinstellingen en overige (erfgoed-)organisaties.<br />

Formuleer project(deel)plan(nen) op basis <strong>van</strong> het erfgoededucatiebeleid<br />

Maak hiervoor financiële middelen vrij en regel personele inzet<br />

Maak afspraken met beoogde samenwerkingspartners<br />

Houd op basis <strong>van</strong> de gekozen positie de uitvoering op koers en stuur zo nodig bij<br />

Stap 9 Monitoring en evaluatie [zie 7.9]<br />

Monitor de uitvoering <strong>van</strong> het erfgoededucatiebeleid. Gebeurt er wat er is afgesproken? Zijn er<br />

knelpunten of onvoorziene omstandigheden die om tussentijds ingrijpen vragen?<br />

Bepaal ten slotte of de voor erfgoededucatie gestelde doelen zijn behaald? Dit aan de hand <strong>van</strong> vooraf<br />

bepaalde outputindicatoren en meetinstrumenten [zie stap 3]<br />

Ga na op welke manier en tegen welke (financiële) inspanning dat is gebeurd<br />

Wat waren de sterke punten en/of zwakke schakels?<br />

Welke elementen verdienen in een volgende beleidsperiode voortzetting, bijstelling of een tweede<br />

kans? Dit levert:<br />

Stap 10 Bouwstenen voor nieuw beleid!


Bijlage 2<br />

Ondersteuning erfgoededucatie<br />

Stichting Erfgoed Actueel<br />

Stichting Erfgoed Actueel opereert op het kruispunt <strong>van</strong> erfgoed- en onderwijsinstellingen,<br />

overheden, media en maatschappij en zet zich in voor het verhogen <strong>van</strong> de waardering voor het<br />

erfgoed door het stimuleren <strong>van</strong> erfgoededucatie.<br />

Stichting Erfgoed Actueel gaat in 2007 op in de Stichting Erfgoed Nederland, samen met de<br />

koepelorganisaties voor archieven (DIVA), archeologie (SNA) en monumenten (NCM). De Museumvereniging<br />

brengt haar branchetaken in. Erfgoed Nederland zal zich inzetten voor de versterking<br />

<strong>van</strong> de maatschappelijke positie, het belang en de betekenis <strong>van</strong> het cultureel erfgoed als geheel<br />

(inclusief erfgoededucatie) en <strong>van</strong> de deelsectoren (archeologie, archieven, monumenten en<br />

musea). Mogelijk volgt een adreswijziging.<br />

Herengracht 474, 1017 CA Amsterdam<br />

tel. 020-4270880<br />

www.erfgoedactueel.nl<br />

Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland (OPEN)<br />

Erfgoedhuizen en vergelijkbare organisaties zijn sinds 2005 verenigd in OPEN, Overleg Provinciale<br />

Erfgoedinstellingen Nederland. Deze instellingen bedienen grote en verschillende klantengroepen,<br />

waaronder gemeenten, erfgoedinstellingen en het onderwijs. <strong>Erfgoededucatie</strong> is voor vrijwel<br />

alle provinciale erfgoedinstellingen een speerpunt <strong>van</strong> activiteit.<br />

Contactadres: Erfgoedhuis Zuid-Holland<br />

Provinciale erfgoedinstellingen<br />

Friesland<br />

Museumfederatie Fryslân<br />

Turfmarkt 12 b, 8911 KT Leeuwarden<br />

tel. 058-2139185<br />

www.museumfederatiefryslan.nl<br />

Groningen<br />

Museumhuis Groningen<br />

(ook voor: Het Groninger Molenhuis)<br />

Lopende Diep 8, 9712 NW Groningen<br />

tel. 050-3130052<br />

www.museumhuisgroningen.nl<br />

Drenthe<br />

Drents Plateau<br />

Postbus 117, 9400 AC Assen<br />

tel. 0592-305930<br />

www.drentsplateau.nl<br />

Overijssel<br />

Stichting Kunst en Cultuur Overijssel<br />

Postbus 1229, 8001 BE Zwolle<br />

tel.038-4225030<br />

www.kco.nl<br />

Het Oversticht<br />

Postbus 531, 8001 BE Zwolle<br />

tel. 038-4213257<br />

www.oversticht.nl<br />

ADRESSEN ONDERSTEUNENDE ORGANISATIES<br />

Gelderland<br />

Stichting Gelders Erfgoed<br />

Postbus 4040, 7200 BA Zutphen<br />

tel. 0575-511826<br />

www.gelderserfgoed.nl<br />

Flevoland<br />

Nieuw Land Erfgoedcentrum<br />

Postbus 73, 8200 AB Lelystad<br />

tel. 0320-260799<br />

www.nieuwlanderfgoedcentrum.nl<br />

Utrecht<br />

Erfgoedhuis Utrecht<br />

Herenstraat 28, 3512 KD Utrecht<br />

tel. 030-2343880<br />

www.erfgoed-utrecht.nl<br />

Noord-Holland<br />

Stichting Museaal en Historisch Perspectief<br />

Noord-Holland<br />

Postbus 205, 2000 AE Haarlem<br />

tel. 023-5531498<br />

www.mhp-nh.nl<br />

Zuid-Holland<br />

Erfgoedhuis Zuid-Holland<br />

Postbus 3092, 2601 DB Delft<br />

tel. 015-2154350<br />

www.erfgoedhuis-zh.nl<br />

Noord-Brabant<br />

Stichting Brabantse Regionale Geschiedbeoefening<br />

Postbus 1325, 5200 BJ ‘s-Hertogenbosch<br />

tel. 073-6156262<br />

www.erfgoedbrabant.nl<br />

Brabantse Museumstichting<br />

Postbus 1325, 5200 BJ ‘s-Hertogenbosch<br />

tel. 073-6156262<br />

www.erfgoedbrabant.nl<br />

Zeeland<br />

Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland<br />

Postbus 49, 4330 AA Middelburg<br />

tel. 0118-670870<br />

www.scez.nl<br />

Limburg<br />

Huis voor de Kunsten Limburg<br />

Postbus 203, 6040 EA Roermond<br />

tel. 0475-399299<br />

www.hklimburg.nl<br />

Limburgs Museum<br />

Afd. Erfgoedprojecten & Ondersteuning<br />

Keulsepoort 5, 5911 BX Venlo<br />

tel. 077-3522112<br />

www.limburgsmuseum.nl<br />

www.cultuureducatielimburg.nl<br />

www.sam-limburg.nl


Ondersteuning cultuureducatie<br />

Cultuur en School<br />

Het project Cultuur en School <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW<br />

heeft als doel om meer onderwijs mèt en over cultuur te<br />

realiseren. Om dit te stimuleren werkt het ministerie samen met<br />

gemeenten en provincies, culturele instellingen en onderwijs<br />

organisaties.<br />

www.cultuurbereik.nl geeft informatie over Cultuur en School<br />

en Actieplan Cultuurbereik.<br />

www.cultuurplein.nl is een landelijk (ondersteunend) informatiepunt<br />

over cultuur en onderwijs.<br />

Cultuurnetwerk Nederland<br />

Cultuurnetwerk Nederland is het landelijk expertisecentrum<br />

voor cultuureducatie dat tot taak heeft kennis en informatie<br />

over theorie, beleid en praktijk <strong>van</strong> cultuureducatie te verzamelen<br />

en door onderzoek uit te breiden.<br />

Postbus 61, 3500 AB Utrecht<br />

tel.: 030-2361200<br />

www.cultuurnetwerk.nl<br />

CJP<br />

CJP verspreidt in opdracht <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW de CKV<br />

vouchers voor scholen en scholieren. Culturele instellingen<br />

kunnen bij het CJP een aanvraag indienen om CKV-acceptant te<br />

worden. Verder geeft CJP de CJP kortingspas uit, informeert docenten<br />

en verzamelt data over het gebruik <strong>van</strong> de CKV vouchers.<br />

Postbus 3572, 1001 AJ Amsterdam<br />

tel. 020-5210220<br />

www.cjp.nl<br />

Onderwijsbegeleidingsdiensten<br />

Er zijn circa veertig onderwijsbegeleidingsdiensten (OBD’s) in<br />

Nederland, verenigd in de landelijke organisatie EDventure.<br />

EDventure houdt zich bezig met integrale onderwijsadvisering<br />

en heeft betrekking op onderwijsontwikkeling, schoolontwikkeling,<br />

onderwijs aan kinderen met problemen, leermiddelenadvies<br />

en advies aan gemeenten en besturen.<br />

Parkstraat 83, 2514 JG Den Haag<br />

tel. 070-3538222<br />

www.edventure.nl<br />

Landelijke organisaties erfgoedveld<br />

Stichting Erfgoed Nederland (SEN)<br />

Herengracht 474, 1017 CA Amsterdam<br />

tel. 020-4270880<br />

Zie verder onder Stichting Erfgoed Actueel<br />

Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

Het Nederlands Centrum voor Volkscultuur is het landelijk instituut<br />

voor de cultuur <strong>van</strong> het dagelijks leven en het immaterieel<br />

erfgoed.<br />

Postbus 13113, 3507 LC Utrecht<br />

tel. 030-2760244<br />

www.volkscultuur.nl<br />

0<br />

<strong>Vereniging</strong> Digitiaal Erfgoed Nederland (DEN)<br />

Digitaal Erfgoed Nederland is het nationale kennisplatform voor<br />

ict en instellingen voor cultureel erfgoed. DEN bevordert door<br />

digitale ontsluiting de toegankelijkheid en educatief gebruik<br />

<strong>van</strong> erfgoed.<br />

Postbus 90407, 2509 LK Den Haag<br />

tel. 070-3140343<br />

www.den.nl; www.cultuurwijs.nl, www.cultuurwijzer.nl<br />

Museumvereniging<br />

De Museumvereniging heeft als doel de belangenbehartiging<br />

en de professionalisering <strong>van</strong> haar leden, evenals het bevorderen<br />

<strong>van</strong> het museumbezoek.<br />

Postbus 2975, 1000 CZ Amsterdam<br />

tel. 020-5512900<br />

www.museumvereniging.nl<br />

Instituut Collectie Nederland (ICN)<br />

Het Instituut Collectie Nederland is een kennisinstituut voor<br />

beheer en behoud <strong>van</strong> roerend cultureel erfgoed. Het ICN heeft<br />

vier kerntaken: het adviseren over beheer en behoud <strong>van</strong> collecties,<br />

het verrichten <strong>van</strong> onderzoek, het opleiden <strong>van</strong> restauratoren<br />

en het beheren <strong>van</strong> de ICN collectie.<br />

Postbus 76709, 1070 KA Amsterdam<br />

tel. 020-3054545<br />

www.icn.nl<br />

Nationaal Archief<br />

Het Nationaal Archief beheert de archieven <strong>van</strong> de landelijke<br />

overheid en <strong>van</strong> personen die <strong>van</strong> nationaal belang zijn geweest.<br />

Het NA fungeert als rijksdienst voor de gehele archiefsector<br />

Postbus 90520, 2509 LM Den Haag<br />

tel. 070-3315400<br />

www.nationaalarchief.nl<br />

Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten<br />

(RACM)<br />

De Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten<br />

is, in samenwerking met andere partijen, verantwoordelijk<br />

voor de zorg voor het <strong>Nederlandse</strong> erfgoed boven en onder<br />

de grond en onder water.<br />

Postbus 1600, 3800 BP Amersfoort<br />

tel. 033-4217421<br />

www.racm.nl<br />

Federatie Industrieel Erfgoed Nederland (FIEN)<br />

Federatie Industrieel Erfgoed Nederland is een platform voor<br />

organisaties en vrijwilligers die zich bezighouden met industrieel<br />

erfgoed in de breedste zin.<br />

Zomervaart 206/F, 2033 DN Haarlem<br />

tel. 023 5353624<br />

www.industrieel-erfgoed.nl


Stichting Mobiele Collectie Nederland (MCN)<br />

Musea en koepelorganisaties op het gebied <strong>van</strong> mobiel erfgoed<br />

hebben zich verenigd in de stichting Mobiele Collectie Nederland<br />

(MCN). MCN stelt zich tot doel bij te dragen aan behoud<br />

en presentatie <strong>van</strong> een evenwichtig samengestelde collectie<br />

mobiel erfgoed.<br />

Pelikaanweg 50, 8218 PG Lelystad<br />

tel. 0320-289840<br />

www.mobiel-erfgoed.nl<br />

Anno<br />

Anno heeft de opdracht het historisch besef in Nederland te<br />

vergroten. De organisatie doet dit door geschiedenis toegankelijk<br />

te maken voor een breed en nieuw publiek en het onderwijs,<br />

door inzet <strong>van</strong> evenementen - zoals de Week <strong>van</strong> de Geschiedenis<br />

- en media.<br />

Postbus 11641, 2502 AP Den Haag<br />

tel. 070-3154090<br />

www.anno.nl<br />

Overheid<br />

Ministerie <strong>van</strong> Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)<br />

Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag<br />

tel. 070-4123456<br />

www.minocw.nl<br />

Interprovinciaal Overleg (IPO)<br />

Het Interprovinciaal Overleg is de koepelorganisatie <strong>van</strong> de<br />

twaalf provincies. IPO-C, de commissie cultuur, is het overlegorgaan<br />

voor culturele zaken.<br />

Postbus 16107, 2500 BC Den Haag<br />

tel. 070-8881212<br />

www.ipo.nl<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> (VNG)<br />

De <strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> behartigt belangen,<br />

verleent diensten en heeft een platformfunctie voor alle<br />

gemeenten. Daarnaast voert de VNG, vaak samen met departementen<br />

of maatschappelijke organisaties, projecten uit die een<br />

gemeentelijk belang dienen.<br />

Postbus 30435, 2500 GK Den Haag<br />

tel. 070-3738393<br />

www.vng.nl<br />

Inspectie<br />

Erfgoedinspectie<br />

Landelijke inspectie <strong>van</strong> de erfgoedsector, exclusief gemeentearchieven.<br />

Postbus 16478 (IPC 3500) 2500 BL Den Haag<br />

www.erfgoedinspectie.nl<br />

Koepel <strong>van</strong> provinciale archiefinspecteurs t.b.v. de gemeentearchieven<br />

www.lopai.nl<br />

1<br />

Bijlage 3 FONDSEN<br />

Onderstaand een overzicht <strong>van</strong> landelijke fondsen die activiteiten<br />

ondersteunen op het gebied <strong>van</strong> cultuur(educatie).<br />

Meer informatie treft u op www.erfgoedactueel.nl Meest<br />

compleet is het Fondsenboek, uitgegeven door de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>van</strong> Fondsen in Nederland (FIN), in samenwerking met<br />

Walburg Pers.<br />

Cultuurfonds Bank <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong><br />

Het fonds ondersteunt activiteiten op het gebied <strong>van</strong> kunst en<br />

cultuur, die financieel door minimaal twee gemeenten mogelijk<br />

worden gemaakt en die <strong>van</strong> betekenis zijn voor het gemeentelijk<br />

beleid. Het stimuleren <strong>van</strong> jong talent is een speerpunt.<br />

Koninginnegracht 2, Den Haag<br />

Postbus 30305, 2500 GH Den Haag<br />

tel. 070 -3750523<br />

www.bng.nl<br />

Mondriaan Stichting<br />

De Mondriaan Stichting is het stimuleringsfonds voor beeldende<br />

kunst en vormgeving en cultureel erfgoed. Doel is de belangstelling<br />

voor en vraag naar hedendaagse beeldende kunst<br />

en vormgeving en cultureel erfgoed te vergroten. Instellingen,<br />

bedrijven en overheden kunnen onder meer aanvragen indienen<br />

voor publieksprojecten, cultureel erfgoed <strong>van</strong> minderheden<br />

en het zichtbaar maken <strong>van</strong> collecties.<br />

Jacob Obrechtstraat 56, 1017 KN Amsterdam<br />

tel. 020-6762032<br />

www.mondriaanfoundation.nl<br />

Prins Bernhard Cultuurfonds<br />

Dit fonds ondersteunt projecten op het gebied <strong>van</strong> cultuur en<br />

natuurbehoud met financiële bijdragen, opdrachten, prijzen en<br />

beurzen. Het meedoen en laten meedoen aan alle facetten <strong>van</strong><br />

cultuurbeoefening is een <strong>van</strong> de onderdelen waarop het fonds<br />

ondersteuning geeft. Naast het landelijke bureau in Amsterdam<br />

heeft het fonds provinciale afdelingen.<br />

Herengracht 476, Amsterdam<br />

Postbus 19750, 1000 GT Amsterdam<br />

tel. 020-5206130<br />

www.cultuurfonds.nl<br />

Stichting DOEN<br />

De stichting ondersteunt onder meer cultuurprojecten, <strong>van</strong>uit het<br />

oogpunt dat deze een bijdrage kunnen leveren aan een betere<br />

samenleving. Bij de beoordeling voor ondersteuning hecht de<br />

stichting waarde aan: cultuurparticipatie, talentontwikkeling, marketing,<br />

cultuur & economie en maatschappelijke betrokkenheid.<br />

Postbus 75621, 1070 AP Amsterdam<br />

tel. 020- 5737333<br />

www.doen.nl<br />

VSBfonds<br />

Het VSB fonds ondersteunt projecten op het gebied <strong>van</strong> kunst<br />

en cultuur, gericht op cultuurparticipatie (culturele diversiteit,<br />

verrijking en vernieuwing) en cultuureducatie (educatieve methoden<br />

en intercultureel onderwijs).<br />

Postbus 16, 3500 AA Utrecht<br />

tel. 030- 2303300<br />

www.vsbfonds.nl


Bijlage 4<br />

Cultuur(educatie)<br />

www.minocw.nl/cultuur<br />

ministerie <strong>van</strong> OCW, cultuur algemeen<br />

HANDIGE WEBSITES<br />

www.belvedere.nu<br />

site <strong>van</strong> projectbureau Belvedere met informatie over cultuurhistorie<br />

en ruimtelijke ordening<br />

www.cultuurnetwerk.nl<br />

portaal over cultuureducatie met informatie over cultuur,<br />

erfgoed en kunst in relatie tot onderwijs en educatie<br />

www.cultuurplein.nl<br />

ondersteunt docent, manager en culturele instelling bij<br />

culturele activiteiten in de onderwijspraktijk<br />

www.cultuurbereik.nl<br />

informatie over het Actieplan Cultuurbereik en Cultuur en<br />

School, gericht op gemeenten en provincies<br />

wwww.cultuurwijzer.nl<br />

op deze site bieden monumenten, archeologische diensten,<br />

musea, bibliotheken en archieven samen hun informatie aan<br />

www.culturalgovernance.nl<br />

aanbevelingen voor goed bestuur in culturele instellingen<br />

Onderwijs<br />

www.kerndoelen.kennisnet.nl<br />

informatie over nieuwe kerndoelen primair onderwijs<br />

www.minocw.nl<br />

op zoekterm informatie over kerndoelen/leergebieden onderbouw<br />

en tweede fase voortgezet onderwijs<br />

www.minocw.nl/vmbo<br />

algemene informatie over het vmbo<br />

www.bredeschool.nl<br />

overheidssite over de Brede School<br />

www.kpcgroep.nl<br />

overzicht <strong>van</strong> cultuurprofielscholen<br />

www.cultuurwijs.nl<br />

portal voor collecties, tentoonstellingen en informatie <strong>van</strong><br />

musea en archieven, gericht op het onderwijs<br />

www.erfgoedactueel.nl<br />

site <strong>van</strong> de landelijke stichting met informatie over erfgoededucatie<br />

en projecten rond erfgoededucatie<br />

www.planjeeigenruimte.nl<br />

project <strong>van</strong> Erfgoed Actueel voor tweede fase havo/vwo over<br />

cultuurhistorie en ruimtelijke ordening<br />

www.sporen.nl<br />

netwerkproject <strong>van</strong> Erfgoed Actueel gericht op het vmbo<br />

www.slo.nl<br />

nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling<br />

Musea<br />

www.museum.nl<br />

actueel overzicht <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> musea en tentoonstellingen<br />

www.museumserver.nl<br />

platform <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> musea op internet<br />

www.musip.nl<br />

site Museum Inventarisatie Project: zoeken naar collecties<br />

www.museumweekend.nl<br />

site <strong>van</strong> het jaarlijkse Museumweekend in april<br />

www.museumvereniging.nl<br />

het museumresgister is te vinden op deze site<br />

Archieven<br />

www.nationaalarchief.nl<br />

overzicht <strong>van</strong> de archieven <strong>van</strong> de landelijke overheid en<br />

belangrijke personen.<br />

www.archiefnet.nl<br />

zoekservice voor websites <strong>van</strong> archiefdiensten in binnen- en<br />

buitenland<br />

www.beeldbank.nationaalarchief.nl<br />

beeldbank met foto´s <strong>van</strong> gebeurtenissen uit de periode<br />

1880-1990<br />

www.archievendag.nl<br />

site <strong>van</strong> de jaarlijkse landelijke Archievendag in oktober<br />

www.k<strong>van</strong>.nl<br />

kring <strong>van</strong> Archivarissen in Nederland<br />

Archeologie<br />

www.archeologienet.nl<br />

site met veel informatie over archeologische monumenten,<br />

periodes en cultuurlandschappen<br />

www.archeos.nl<br />

onderwijssite; toont de geschiedenis <strong>van</strong> de prehistorie tot<br />

en met de Middeleeuwen aan de hand <strong>van</strong> archeologische<br />

opgravingen<br />

www.gemeente-archeologen.nl<br />

convent <strong>van</strong> gemeentelijke archeologen in Nederland


Monumenten<br />

www.openmonumentendag.nl<br />

site jaarlijkse Open Monumentendagen in september<br />

www.heemschut.nl<br />

site <strong>van</strong> de Bond Heemschut<br />

www.monumentenwacht.nl<br />

site Monumentenwacht<br />

www.hollandsewaterlinie.nl<br />

site over de voormalige militaire verdedigingslinie die zich<br />

uitstrekt <strong>van</strong> de voormalige Zuiderzee bij Muiden tot aan de<br />

Biesbosch<br />

www.limes.nl<br />

informatie over de <strong>Nederlandse</strong> Limes<br />

www.veroverjeeigenmonument.nl<br />

project dat jongeren interesseert voor monumenten. Krijgt<br />

uitbreiding naar ‘Verover je eigen omgeving’<br />

Immaterieel erfgoed<br />

www.volkscultuur.nl<br />

site <strong>van</strong> het Nederlands Centrum voor Volkscultuur met informatie<br />

over de cultuur <strong>van</strong> het dagelijks leven en het immaterieel<br />

erfgoed<br />

www.verhalenbank.nl<br />

zoekmachine voor historische en hedendaagse sprookjes,<br />

sagen, legenden e.d. inclusief onderwijsmateriaal<br />

Geschiedenis<br />

www.anno.nl<br />

organisatie die geschiedenis toegankelijk maakt voor een breed<br />

publiek en het onderwijs, d.m.v. evenementen en media<br />

www.week<strong>van</strong>degeschiedenis.nl<br />

jaarlijkse geschiedenisweek in oktober, georganiseerd door<br />

Anno<br />

www.entoen.nu<br />

site <strong>van</strong> Canon <strong>van</strong> Nederland<br />

www.geschiedenis.nl<br />

historisch nieuws, jaartallenlijst, informatie over historische<br />

figuren en gebeurtenissen en informatie voor het onderwijs<br />

www.historischhuis.nl<br />

site <strong>van</strong> het Historisch platform met o.a. links naar 3500 geschiedenis-websites<br />

en een wegwijzer naar alle historische organisaties<br />

in Nederland.<br />

www.geheugen<strong>van</strong>nederland.nl<br />

digitale verzameling <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> illustraties, foto’s, teksten,<br />

films en audiofragmenten. Heeft ook een onderwijsbeeldbank


Bijlage 5<br />

GERAADPLEEGDE LITERATUUR<br />

Baarle, Y. <strong>van</strong> (2004) Divers, cultuurbeleid in een<br />

multiculturele samenleving. Een handreiking aan<br />

gemeenten. Den Haag: VNG Uitgeverij<br />

Bureau Driesen Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek<br />

[Kersten, O. Silfhout, W.J. <strong>van</strong>, Driessen, F.M.] (2006)<br />

Actieplan II, Nulanalyse en nulmeting. Utrecht<br />

Bureau Promotie Podiumkunsten (2005) Jong en Grijpbaar. Uitkomsten<br />

<strong>van</strong> experimenten met jongerenmarketing in de theatersector.<br />

Amsterdam<br />

Cultuurfonds Bank <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en Kunstgebouw<br />

(2005) congresverslag Kunst, cultuur en gemeenschapszin. Den<br />

Haag/Rijswijk<br />

Cultuurnetwerk Nederland/Museumvereniging (2005)<br />

Blauwdruk. Vier musea en social inclusion. Amsterdam:<br />

Museumvereniging<br />

Cultuurnetwerk Nederland (2005) Zicht op…gemeentelijk<br />

en provinciaal cultuureducatiebeleid. Achtergronden,<br />

literatuur en websites. Utrecht<br />

Cultuurnetwerk Nederland, Erfgoed Actueel en Stichting<br />

Lezen (2005) Debatverslag De (nationale) culturele canon<br />

en het voortgezet onderwijs. Utrecht/Amsterdam<br />

Cultuurnetwerk Nederland (2005) <strong>Erfgoededucatie</strong> in<br />

onderwijsleersituaties Cultuur + Educatie 12. Utrecht<br />

Cachet, E.A./Kroes Willems, M./Richards, G. (2003) Culturele<br />

identiteit <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> gemeenten. Rotterdam: Erasmus<br />

Universiteit Rotterdam<br />

DOCA Bureaus [Muskens, G.] (2005) Immaterieel cultureel<br />

erfgoed in Nederland. Rapportage op basis <strong>van</strong> interviews<br />

met 33 deskundigen, in opdracht <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong><br />

OCW, Directie Cultureel Erfgoed<br />

Drenth,B.,Hansen, H., Munster, O. <strong>van</strong> (2002)<br />

Cultuurprofielen. Utrecht: Berenschot<br />

Drents Archief/Twynstra Gudde (2005), Verleiden met<br />

Verleden. Het archief op zoek naar nieuwe doelgroepen,<br />

(Marketingpilot Noordelijke Archieven). Assen/Amersfoort<br />

DSP-groep [Alters, H.J. Mier, P., Vercraeye. H] (2004) Erfgoed<br />

en toerisme, een spannend akkoord. Verkennend onderzoek in<br />

opdracht <strong>van</strong> Projectbureau Belvedere. Amsterdam<br />

DSP-groep [Lagendijk, E., Zoutman, R.] (2005) Pop met beleid,<br />

handreiking voor gemeenten. Amsterdam/Tilburg: POPNL<br />

Erfgoed Actueel (2005) symposiumverslag Erfgoed en<br />

integratie. Amsterdam<br />

Erfgoed Actueel (2005/2006) diverse uitgaven Oud<br />

Nieuws. Amsterdam<br />

Erfgoed Actueel (2006) Het Blauwe Boekje, online<br />

erfgoedinformatie voor educatieve toepassingen.<br />

Amsterdam<br />

Ginkel, E. <strong>van</strong>/Cruysheer, A. (2003) Archeologie Presenteren:<br />

ervaringen, voorbeelden, adviezen, kosten. Archeologie<br />

Leidraad 2. College voor de Archeologische kwaliteit<br />

Grever, M., Gerding, M., Strouken, I., Blokker jr, J. (2005) Zijn<br />

regionale canons wenselijk? In: Oud Nieuws 1. Amsterdam:<br />

Erfgoed Actueel<br />

Hoekstra, W.(2004) Laat de geschiedenis <strong>van</strong> uw omgeving<br />

zien! Handleiding voor het ontwikkelen <strong>van</strong> producten ter<br />

bevordering <strong>van</strong> het cultuurtoerisme. Utrecht: Nederlands<br />

Centrum voor Volkscultuur i.s.m. Stichting Kunst en<br />

Cultuur Overijssel<br />

Holthuis, P. (2004) artikel ‘Inspiratie voor erfgoededucatie op<br />

school’. Amsterdam: Erfgoed Actueel<br />

Interprovinciaal Overleg [Van Deyck-Hofmeester,<br />

C., Raijmakers, W.J. (2005) De provincies. Kiezen in<br />

Cultuurbeleid. Den Haag<br />

Jansen, I. (2004) Handreiking museumbeleid voor<br />

gemeenten. Amsterdam/Den Haag: Een gezamenlijke<br />

uitgave <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> Museumvereniging, het<br />

Landelijk Contact <strong>van</strong> Museumconsulenten en de<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong><br />

Kamp, M. <strong>van</strong> der/Otte<strong>van</strong>ger, D. (2003) Cultuureducatie<br />

en sociale cohesie. Een verkennend onderzoek. Cultuur +<br />

Educatie 6. Utrecht: Cultuurnetwerk Nederland<br />

Ministerie <strong>van</strong> OCW (2002) Cultuurbeleid in Nederland. Den<br />

Haag<br />

Ministerie <strong>van</strong> OCW (2003) brochure Culturele Planologie.<br />

Den Haag<br />

Ministerie <strong>van</strong> OCW (2005) Actieplan Cultuurbereik 2005-<br />

2008, Informatie voor gemeenten en provincies. Den Haag<br />

Ministerie <strong>van</strong> OCW (2005) Versterking Cultuureducatie<br />

in het primair onderwijs 2004-2007. Informatie voor<br />

gemeenten en provincies. Den Haag


Ministerie <strong>van</strong> OCW (2006) Voortgangsrapportage Cultuur<br />

en School. Den Haag<br />

NCM/SNA/NMV/DIVA/DEN (2003) Erfgoed voor toerisme,<br />

een visie <strong>van</strong> de gezamenlijke erfgoedkoepels op erfgoed en<br />

cultuurtoerisme. Amsterdam: Stichting Nationaal Contact<br />

Monumenten<br />

Oberon onderzoeksbureau (2005) Brede Scholen in Nederland,<br />

Jaarbericht 2005. Utrecht<br />

Raad voor Cultuur (april 2005) Het tekort <strong>van</strong> het teveel.<br />

Over de rijksverantwoordelijkheid voor cultureel erfgoed,<br />

deel I. Den Haag<br />

Raad voor Cultuur/Onderwijsraad (advies april 2006)<br />

Onderwijs in Cultuur. Versterking <strong>van</strong> cultuureducatie in<br />

primair en voortgezet onderwijs. Den Haag<br />

Ranshuysen, L. (2001) Onderzoek cultuurdeelname.<br />

Rotterdam: Onderzoeksbureau Letty Ranshuysen<br />

Ranshuysen, L. (2005) Onzichtbare drempels, een analyse<br />

<strong>van</strong> het publiekspotentieel voor <strong>Nederlandse</strong> musea.<br />

Rotterdam: Onderzoeksbureau Letty Ranshuysen<br />

Riessen, M. <strong>van</strong>/Manen, I. <strong>van</strong> (2006) Omgevingsonderwijs.<br />

Van project naar praktijk. Assen: <strong>van</strong> Gorcum<br />

Sociaal en Cultureel Planbureau [Broek, A. <strong>van</strong> den/Huysmans,<br />

F./De Haan, B.] (2005) Cultuurminnaars en cultuurmijders. Trends<br />

in de belangstelling voor kunsten en cultureel erfgoed. Den Haag<br />

Sociaal en Cultureel Planbureau [Wubs, H./ Huysmans, F.]<br />

(2006) Snuffelen en graven. Over doelgroepen en digitaal<br />

toegankelijke archieven. Den Haag<br />

Schatkamers voor Scholieren. Cultureel erfgoed en onderwijs<br />

(1999) Amsterdam/Enschede: Erfgoed Actueel en SLO<br />

Spapens, P. en Stads, J. (2005) Folklore is onvoltooid<br />

verleden tijd. Utrecht: Nederlands Centrum voor<br />

Volkscultuur, Utrecht<br />

Stads, J./Spapens, P./Doremalen, <strong>van</strong> H. (2003) Werken,<br />

werken, werken! De geschiedenis <strong>van</strong> de<br />

gastarbeiders in Tilburg en omstreken 1963-1975. Utrecht:<br />

Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> [A.A.M.<br />

Horrevorts] (2006). Wil tot verschil: gemeenten in 2015.<br />

Den Haag<br />

Wijn, C. (2003) Gemeentelijk cultuurbeleid - een handleiding.<br />

Den Haag: VNG uitgeverij<br />

Zwaal, P. <strong>van</strong> der, Snyders, M.(red.) (2001) Van buiten<br />

leren, Ervaringen met het gebruik <strong>van</strong> cultureel erfgoed als<br />

externe leeromgeving in het voortgezet onderwijs Leuven/<br />

Apeldoorn: Garant<br />

Zwaal, P. <strong>van</strong> der (red.) (2003) Buitenkansen Cultureel<br />

erfgoed in de leerwegen VMBO-serie Wisselwerk.13<br />

Antwerpen/Apeldoorn: Garant


COLOFON<br />

Deze uitgave kwam tot stand met medewerking <strong>van</strong>:<br />

Informatie en/of tekstbijdragen:<br />

Peter <strong>van</strong> Beek hoofd afdeling Gemeentearchief, gemeente Ede<br />

Paula Colenbrander beleidsmedewerker Directie Cultureel Erfgoed, ministerie <strong>van</strong> OCW<br />

Maria Grever hoogleraar Theorie <strong>van</strong> geschiedenis en historiografie, Erasmus Universiteit Rotterdam<br />

Cees Hageman projectleider Erfgoed Actueel<br />

Lydia Jongmans sr. beleidsmedewerker cultuur en media VNG<br />

Jan Jaap Knol hoofd Cultuurbereik, projectleider Cultuur en School, ministerie <strong>van</strong> OCW<br />

Daniel Kruithof programmanager maatschappelijke op<strong>van</strong>g en civil society, VNG<br />

Joost Kuggeleijn beleidsmedewerker Cultuur en School, ministerie <strong>van</strong> OCW<br />

Huub Kurstjens toetsdeskundige geschiedenis en staatsinrichting, afd. VO-VMBO, CITO<br />

Andries Ponsteen directeur Erfgoedhuis Zuid-Holland; voorzitter OPEN<br />

Florielle Ruepert projectleider Erfgoed Actueel<br />

Ineke Stroucken directeur Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

Herbert Teeselink docent vmbo, SG Reggesteyn, Nijverdal<br />

Liesbeth Tonckens consulent publiekstaken & erfgoededucatie, Stichting Gelders Erfgoed<br />

Jeroen <strong>van</strong> der Vliet beleidsmedewerker Stichting voor de <strong>Nederlandse</strong> Archeologie (SNA)<br />

Peter Wester voorzitter <strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> docenten in Geschiedenis en Staatsinrichting in Nederland (VGN)<br />

Peter <strong>van</strong> der Zwaal medewerker Cordys onderwijstrajecten<br />

Interviews praktijkvoorbeelden:<br />

Mieke <strong>van</strong> den Besselaar adviseur Marant Educatieve Dienst<br />

Piet de Boer Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

Roeli Broekhuis directeur Museumhuis Groningen<br />

Alice Duiven projectleider Erfgoed Actueel<br />

Marian <strong>van</strong> Genne, Giny Jans docenten SG Van der Capellen<br />

Tom Hazenberg Hazenberg Archeologisch Advies-bureau<br />

Hiske Land beleidsmedewerker Erfgoedhuis Utrecht<br />

Thea de Langen hoofd afdeling erfgoededucatie Erfgoedhuis Zuid-Holland<br />

Theo <strong>van</strong> Oeffelt projectleider Verover je eigen monument<br />

Ronald Verspiek projectleider gemeente Oost Gelre<br />

Clemens Kerstholt afdeling Samenlevingszaken, gemeente Sint-Oedenrode<br />

Volkert Münzebrock beleidsmedewerker cultuur, gemeente Nieuwegein<br />

Eveline Scherpenzeel afdeling Maatschappelijke Voorzieningen en Projecten, gemeente Ede<br />

Redactiecommissie<br />

Theo Beker curriculum adviseur, SLO<br />

Cees Hageman projectleider Erfgoed Actueel / handreiking<br />

Lydia Jongmans sr. beleidsmedewerker cultuur en media VNG<br />

Andries Ponsteen directeur Erfgoedhuis Zuid-Holland; voorzitter OPEN<br />

Liesbeth Tonckens consulent publiekstaken & erfgoededucatie, Stichting Gelders Erfgoed<br />

Leescommissie<br />

Mieke <strong>van</strong> den Besselaar adviseur Marant Educatieve Dienst<br />

Karin Eetgerink beleidsmedewerker cultuur, gemeente Tiel<br />

Patrick Vlegels beleidsmedewerker cultuur, gemeente Haarlem<br />

Wim Hupperetz hoofd erfgoedprojecten en ondersteuning, Limburgs Musuem<br />

Riet de Leeuw beleidsmedewerker Directie Cultureel Erfgoed, ministerie <strong>van</strong> OCW


Auteur<br />

Marja <strong>van</strong> der Putten<br />

Fotografie<br />

Erfgoed Actueel<br />

Hazenberg Archeologisch Adviesbureau<br />

<strong>Gemeenten</strong> Ede, Groenlo, Nieuwegein en Sint-Oedenrode<br />

Museumhuis Groningen<br />

Erfgoedhuis Utrecht<br />

Erfgoedhuis Zuid-Holland<br />

Stichting voor de <strong>Nederlandse</strong> Archeologie<br />

Roald <strong>van</strong> der Meer<br />

Jean-Paul Mombers<br />

Vormgeving<br />

Made by Mombers, Jean-Paul Mombers<br />

Drukwerk<br />

Zwaan Printmedia<br />

Oplage<br />

2.250<br />

Amsterdam, oktober 2006 © Stichting Erfgoed Actueel<br />

Over de auteur<br />

Drs. Marja <strong>van</strong> der Putten (1956) schrijft als freelance journalist over wetenschap en cultuur (o.a. Het Parool, NWO Hypothese) en<br />

begeleidt projecten op dit terrein. Zij heeft haar sporen verdiend in de wetenschapscommunicatie met onder meer de organisatie<br />

<strong>van</strong> publieksevenementen, ontwerpwedstrijden en theatervoorstellingen. Voor Erfgoed Actueel was zij o.a. betrokken bij het<br />

erfgoedbrede onderwijsproject CKV-vouchers voor de onderbouw en de communicatie <strong>van</strong> Erfgoed à la Carte. In opdracht <strong>van</strong> het<br />

ministerie <strong>van</strong> OCW, IPO en VNG was zij enkele jaren communicatiemanager voor het Actieplan Cultuurbereik. Daarnaast is zij<br />

gespecialiseerd in het breed toegankelijk maken <strong>van</strong> (beleids)publicaties <strong>van</strong> overheid en non-profitorganisaties (Sduprijs 2001).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!