02.09.2013 Views

Erfgoededucatie - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

Erfgoededucatie - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

Erfgoededucatie - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

E R F<br />

G O E D<br />

E D U C A T I E<br />

E E N B E L E I D S H A N D R E I K I N G


ERFGOEDEDUCATIE EEN BELEIDSHANDREIKING<br />

Een uitgave <strong>van</strong> Stichting Erfgoed Actueel, de <strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en het Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen<br />

(OPEN).<br />

De beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong> kwam mede tot stand met steun <strong>van</strong> het Cultuurfonds Bank <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en<br />

het ministerie <strong>van</strong> Onderwijs, Cultuur en Wetenschap<br />

VOORWOORD<br />

Erfgoed is een zo <strong>van</strong>zelfsprekend element in onze leefomgeving, dat we er vaak niet meer bij<br />

stilstaan dat het ons iets te vertellen heeft. Erfgoed is niet alleen een tastbare afdruk <strong>van</strong> onze<br />

cultuurhistorie, maar heeft als gedeeld verleden ook gevoelswaarde en een zeker samenbindend<br />

vermogen.<br />

Niet voor niets begint deze uitgave met de vaststelling: ‘Elke gemeente heeft erfgoed’. Het <strong>van</strong>zelfsprekende,<br />

de ons omringende wereld uitlichten en toelichten, is een belangrijk uitgangspunt<br />

in deze beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong>.<br />

Deze handreiking zal verduidelijken wat ‘erfgoededucatie’ inhoudt en wat je er als gemeente zoal<br />

mee kunt. Bij het begrip ‘educatie’ wordt vaak meteen aan het onderwijs gedacht. Er is in deze<br />

handreiking dan ook ruime aandacht voor mogelijkheden die scholen hebben om het ons omringende<br />

erfgoed te gebruiken voor inspirerende cultuureducatie en als activerend hulpmiddel in<br />

gewone schoolvakken. Ook de gemeente heeft hierin een belangrijke, stimulerende rol.<br />

Maar… er is meer. Onderwijs is een onderdeel <strong>van</strong> een doorlopend proces om (meer) mensen<br />

bij cultuur te betrekken. <strong>Erfgoededucatie</strong> heeft daarom ook een duidelijke functie om een breed<br />

publiek <strong>van</strong> alle leeftijden ‘buitenschools’ kennis te laten maken met de vele facetten <strong>van</strong> erfgoed.<br />

Deze handreiking is ontwikkeld om gemeenten te ondersteunen bij het vormgeven <strong>van</strong> een<br />

lokaal aanbod <strong>van</strong> erfgoededucatie. Waar niet alleen het onderwijs mee aan de slag kan, maar dat<br />

ook een eyeopener is voor beleidsmakers op terreinen als welzijn, economie, toerisme en ruimtelijke<br />

ontwikkeling.<br />

Naast een schets <strong>van</strong> de praktijk, geïllustreerd door aansprekende voorbeelden uit gemeenten die<br />

er al volop werk <strong>van</strong> maken, biedt de uitgave een stappenplan voor het ontwikkelen <strong>van</strong> lokaal<br />

erfgoededucatiebeleid.<br />

De voorliggende publicatie is, kortom, een ‘pluktuin’ waaruit u zonder al teveel inspanning de<br />

ingrediënten oogst voor het realiseren <strong>van</strong> een doordacht gemeentelijk beleid op het gebied <strong>van</strong><br />

erfgoededucatie. Van harte aanbevolen!<br />

Richard Hermans,<br />

directeur Stichting Erfgoed Actueel<br />

‘OPEN’<br />

Overleg<br />

Provinciale<br />

Erfgoedinstellingen<br />

Nederland


INLEIDING<br />

Elke gemeente heeft erfgoed. In de gebouwde omgeving maken monumenten en ruimtelijke<br />

patronen het verleden zichtbaar. Objecten in musea tonen een staalkaart <strong>van</strong> menselijke kunst en<br />

cultuur. Archieven vormen het geheugen <strong>van</strong> een plaats en de bodem draagt allerlei sporen <strong>van</strong><br />

menselijke activiteit. Elke plaats heeft orale tradities en gebruiken die <strong>van</strong> generatie op generatie<br />

worden doorgegeven. Nieuwe inwoners uit alle windstreken brengen hun eigen erfgoed in.<br />

In het behoud en beheer <strong>van</strong> erfgoed – dat wat we de moeite waard vinden om te bewaren en<br />

door te geven – neemt de gemeente een belangrijke plaats in. Bemoeienis met erfgoededucatie<br />

is er veel minder, maar daar begint verandering in te komen. Steeds meer gemeenten zien in dat<br />

erfgoededucatie het lokaal aanwezige erfgoed letterlijk toegankelijk kan maken voor inwoners<br />

<strong>van</strong> alle leeftijden en uit alle lagen <strong>van</strong> de bevolking. Dit strookt met het door Rijk, provincies en<br />

gemeenten gedragen beleid dat meer mensen moeten ‘meedoen’ aan kunst en cultuur. De basis<br />

daarvoor wordt gelegd door cultuureducatie in het onderwijs. Leren met en door erfgoed blijkt<br />

bovendien een goed hulpmiddel in het gewone onderwijsprogramma. Maar ook buitenschools<br />

moeten kinderen, jongeren en volwassenen de kans krijgen kunst en erfgoed te leren ontdekken<br />

en waarderen.<br />

Daarnaast groeit het inzicht dat erfgoed als tastbaar verleden kan bijdragen aan het ontwikkelen<br />

<strong>van</strong> historisch besef, begrip <strong>van</strong> waarden en tradities en waardering voor de eigen leefomgeving.<br />

In die zin kan erfgoededucatie een – zij het bescheiden – bijdrage leveren aan meer algemene<br />

maatschappelijke doelstellingen als sociale binding en burgers betrekken bij de ruimtelijke ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> hun woonplaats.<br />

Met een heldere, aantrekkelijke presentatie <strong>van</strong> erfgoed voor toeristen en recreanten kan erfgoededucatie<br />

ook in de economische dynamiek <strong>van</strong> een gemeente een rol spelen.<br />

Kortom: erfgoededucatie raakt aan tal <strong>van</strong> gemeentelijke beleidsterreinen.<br />

De grootste uitdaging voor gemeenten is lokaal en vaak ook regionaal de krachten te bundelen,<br />

zodat de gezamenlijke inspanning <strong>van</strong>uit het erfgoedveld en andere betrokken sectoren een<br />

duidelijke meerwaarde krijgt voor het onderwijs, de eigen inwoners en bezoekers <strong>van</strong> buiten.<br />

De beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong> ondersteunt gemeenten daarbij, als hulpmiddel voor<br />

het ontwikkelen <strong>van</strong> een samenhangend, gemeentelijk erfgoededucatiebeleid. Dat begint met<br />

het formuleren <strong>van</strong> een eigen visie op erfgoededucatie en loopt via een doordachte analyse <strong>van</strong><br />

vraag en erfgoedaanbod naar het optimaal inzetten en evalueren <strong>van</strong> beleidsinstrumenten. Dit in<br />

samenwerking met het lokale erfgoedveld en ondersteunende instellingen zoals erfgoedhuizen,<br />

met oog voor zowel landelijk beleid als ontwikkelingen in de regio.<br />

Erfgoed vertelt het verhaal <strong>van</strong> een gemeente. Met deze handreiking kunnen lokale overheden<br />

dat verhaal een plaats geven in de beleidspraktijk <strong>van</strong> <strong>van</strong>daag en morgen.<br />

De beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong> is een initiatief <strong>van</strong> Stichting Erfgoed Actueel, de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en het Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland (OPEN). De<br />

uitgave kwam mede tot stand met steun <strong>van</strong> het Cultuurfonds Bank <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en het<br />

ministerie <strong>van</strong> Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.


LEESWIJZER<br />

De beleidshandreiking <strong>Erfgoededucatie</strong> biedt bestuurders en beleidsmedewerkers <strong>van</strong> gemeenten<br />

inzicht in het belang <strong>van</strong> erfgoededucatie op lokaal niveau, met speciale aandacht voor de rol<br />

<strong>van</strong> de gemeente daarin. Behalve een handzaam naslagwerk om in te bladeren, is deze uitgave<br />

vooral een praktische handleiding voor het ontwikkelen <strong>van</strong> een zelfstandig, samenhangend<br />

gemeentelijk beleid voor erfgoededucatie.<br />

De handreiking behandelt erfgoededucatie in al haar facetten, voortdurend toegespitst op de<br />

gemeentelijke praktijk. Wat is erfgoed eigenlijk [hoofdstuk 1] en wat verstaan we precies onder<br />

erfgoededucatie? [hoofdstuk 2]. Hoe raakt erfgoededucatie aan beleidsterreinen als cultuur, onderwijs,<br />

welzijn, economie en ruimtelijke ontwikkeling? Kortom, welk belang heeft een gemeente<br />

bij erfgoededucatiebeleid? [hoofdstuk 3] Zijn er actuele ontwikkelingen waar beleidsmakers zich<br />

rekenschap <strong>van</strong> moeten geven? [hoofdstuk 4] Wat kan een gemeente doen om erfgoededucatie<br />

in het onderwijs te stimuleren [hoofdstuk 5] en wat zijn de mogelijkheden buitenschools en voor<br />

een breed publiek <strong>van</strong> eigen inwoners en bezoekers? [hoofdstuk 6]<br />

Naast tal <strong>van</strong> kleinere praktijkillustraties is in deze handreiking een aantal voorbeelden opgenomen<br />

<strong>van</strong> erfgoededucatie die ook andere gemeenten kunnen inspireren. Het gaat zowel om praktijkvoorbeelden<br />

<strong>van</strong> erfgoededucatie in het primair en voortgezet onderwijs [5.] als om situaties<br />

waarbij erfgoededucatie is ingezet voor jongerenactiviteiten buitenschools, als hulpmiddel <strong>van</strong><br />

integratie, voor het versterken <strong>van</strong> het toeristisch product en als element in ruimtelijke ontwikkeling.<br />

[6.]<br />

In het laatste hoofdstuk [7.] krijgt de theorie <strong>van</strong> de erfgoededucatie een praktische uitwerking. In<br />

dit praktijkdeel <strong>van</strong> de handreiking komen alle stappen aan de orde die een gemeente doorloopt<br />

bij het vormgeven <strong>van</strong> een eigen erfgoededucatiebeleid. Per onderwerp wordt terugverwezen<br />

naar de toelichting in de voorafgaande hoofdstukken.<br />

Hoe ontwikkel je een visie? Wie zijn mijn potentiële samenwerkingspartners? Waaraan moet ik<br />

denken bij het in kaart brengen <strong>van</strong> de lokale situatie en hoe kom je tot concrete doelstellingen?<br />

Welke beleidsinstrumenten kun je inzetten en hoe evalueer je resultaat?<br />

In dit hoofdstuk zijn ook voorbeelden opgenomen <strong>van</strong> actueel erfgoededucatiebeleid in een<br />

kleine, middelgrote en grotere gemeente.<br />

‘<strong>Erfgoededucatie</strong>beleid in tien stappen’ biedt een samenvatting <strong>van</strong> het praktijkdeel <strong>van</strong> de handreiking.<br />

[bijlage 1] De overige bijlagen bevatten informatie over ondersteunende organisaties<br />

voor (erfgoed)educatie, waaronder de provinciale erfgoedinstellingen verenigd in OPEN [bijlage<br />

2] over fondsen voor cultuur(educatie) [bijlage 3] en tot slot een overzicht <strong>van</strong> handige websites<br />

[bijlage 4]. De voor deze handreiking geraadpleegde literatuur vindt u in bijlage 5.<br />

Verwijzingen in de tekst naar een ander hoofdstuk/paragraaf zijn aangegeven als [1.1].<br />

Het teken ∆ maakt u attent op een praktijkvoorbeeld over een bepaald onderwerp.


BEGRIPPENKADER<br />

1 Wijn, C. (2003) Gemeentelijk cultuurbe-<br />

leid – een handleiding<br />

Cultuur staat in de meest ruime betekenis <strong>van</strong> het woord voor alles wat door menselijk handelen<br />

is gemaakt. Een andere omschrijving is: de leefstijl <strong>van</strong> een samenleving. Deze leefstijl - de vorm,<br />

inhoud en geestelijke gerichtheid <strong>van</strong> menselijk handelen - is niet eenduidig maar veeleer een<br />

dynamisch samenspel <strong>van</strong> subculturen.<br />

Wanneer in beleidstermen over cultuur gesproken wordt, wordt hieronder doorgaans verstaan:<br />

de podiumkunsten (muziek, theater en dans), de beeldende kunsten, de audiovisuele media, de<br />

bibliotheken, het cultureel erfgoed, de amateurkunst en kunst- en cultuureducatie. 1 Ook vormgeving<br />

en bouwkunst kunnen hiertoe worden gerekend.<br />

Cultureel erfgoed omvat overblijfselen uit het verleden die een samenleving belangrijk vindt<br />

om te bewaren en te beschermen. Daartoe rekenen we voorwerpen in musea, archeologische<br />

sporen en vondsten, documenten en beeldmateriaal in archieven, monumenten en de gebouwde<br />

omgeving, natuurmonumenten en landschappen, industrieel erfgoed en mobiel erfgoed. Ook<br />

immaterieel erfgoed, zoals verhalen, taaluitingen, tradities en gebruiken, behoort hiertoe.<br />

In deze publicatie gebruiken we meestal de enkele term erfgoed, omdat dit steeds meer het<br />

standaardbegrip wordt.<br />

Cultuureducatie is in de beleidstermen <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW de verzamelnaam voor<br />

kunsteducatie, erfgoededucatie en media-educatie. Soms wordt literatuureducatie daarbij apart<br />

vermeld.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> omvat een breed spectrum aan activiteiten voor allerlei publieksgroepen, die<br />

zowel kennis en begrip als beleving <strong>van</strong> erfgoed tot doel hebben. <strong>Erfgoededucatie</strong> is ook: leren<br />

over, door en met erfgoed.<br />

Kunsteducatie is leren over, door en met kunst. Ook het leren beoordelen, genieten en zelf<br />

beoefenen <strong>van</strong> kunst hoort daarbij. Kunsteducatie omvat de disciplines: beeldende kunst, dans,<br />

literatuur, muziek, theater en audiovisuele kunst. Ook toegepaste kunsten en wereldcultuur<br />

maken hier onderdeel <strong>van</strong> uit.<br />

Media-educatie gaat over het leren interpreteren <strong>van</strong> de inhoud <strong>van</strong> media, het bepalen door<br />

welke belangen of waardesystemen deze worden gestuurd en het bewust worden <strong>van</strong> de plaats<br />

en rol <strong>van</strong> media in het persoonlijke en maatschappelijke leven. Maar ook het zelf gebruiken<br />

<strong>van</strong> deze media en het zelf vervaardigen <strong>van</strong> (digitale) audiovisuele producties is onderdeel <strong>van</strong><br />

media-educatie.<br />

Onder professionele erfgoedinstellingen verstaan wij in deze handreiking instellingen met<br />

betaalde beroepskrachten. Dit om ze te onderscheiden <strong>van</strong> vrijwilligersorganisaties zoals historische<br />

verenigingen of heemkundekringen, hoewel een aantal daar<strong>van</strong> beslist professioneel werkt.


INHOUDSOPGAVE<br />

Voorwoord<br />

Inleiding<br />

Leeswijzer<br />

Begrippenkader<br />

1. Elke gemeente heeft erfgoed<br />

1.1 Wat is erfgoed?<br />

1.2 Veranderlijk en verschillend<br />

1.3 Overal aanwezig, altijd dichtbij<br />

1.4 Erfgoed lééft!<br />

1.5 Beleid, behoud en beheer<br />

> Erfgoed in gemeenten, per sector<br />

musea, archieven, archeologie, monumenten en de gebouwde omgeving, industrieel<br />

erfgoed, mobiel erfgoed, immaterieel erfgoed<br />

2. Wat is erfgoededucatie?<br />

2.1 Begrip en beleving<br />

2.2 Cultuureducatie en inpasbaar omgevingsonderwijs<br />

2.3 Buitenschools en voor een breed publiek<br />

2.4 Ontstaansgeschiedenis<br />

2.5 Taakverdeling erfgoededucatie<br />

2.6 Plaats <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

3. <strong>Erfgoededucatie</strong> in gemeentelijk beleid<br />

3.1 Samenhang in verscheidenheid<br />

3.2 Wet- en regelgeving<br />

3.3 Erfgoed in gemeentelijk cultuurbeleid<br />

3.4 Landelijk stimuleringsbeleid cultuureducatie/-participatie<br />

3.5 Kwaliteitsslag erfgoedinstellingen<br />

3.6 Maatschappelijke functie: identiteit, binding en betrokkenheid<br />

3.7 Citymarketing en cultureel profiel<br />

3.8 Cultuurtoerisme en stedelijke economie<br />

3.9 Rol in ruimtelijke ontwikkeling<br />

4. Trends en ontwikkelingen<br />

4.1 In de erfgoedsector<br />

4.2 Sociaal-culturele ontwikkelingen<br />

4.3 Fysieke omgeving<br />

4.4 Ontwikkelingen in het onderwijs<br />

5. <strong>Erfgoededucatie</strong> in het onderwijs<br />

5.1 Rijk stimuleert doorlopende leerlijn cultuureducatie<br />

5.1.1 Cultuureducatie in het basisonderwijs<br />

5.1.2 Voortgezet onderwijs: cultuurvouchers en CKV<br />

5.1.3 Cultuurprofielscholen<br />

5.1.4 Nieuw fonds voor cultuureducatie<br />

5.2 Erfgoed inpasbaar in het reguliere onderwijsprogramma<br />

5.2.1 Meer erfgoed in nieuwe kerndoelen basisonderwijs<br />

5.2.2 Erfgoed in de nieuwe onderbouw voortgezet onderwijs<br />

5.2.3 Erfgoed in de tweede fase voortgezet onderwijs<br />

5.2.4 Erfgoed, ook praktisch in het vmbo<br />

5.3 Erfgoed is goed bereikbaar<br />

5.3.1 In de fysieke omgeving<br />

5.3.2 (Digitale) schatkamers vol materiaal<br />

5.4 Huidig gemeentelijk beleid<br />

5.4.1 Erfgoed op het cultuurmenu<br />

5.4.2 <strong>Erfgoededucatie</strong> is Actieplandoelstelling<br />

5.4.3 Netwerkvorming


6. Buitenschools en voor een breed publiek<br />

6.1 Van Brede School tot buurthuis<br />

6.2 Sociale cohesie en civil society<br />

6.3 Activiteiten voor ouderen<br />

6.4 Erfgoed <strong>van</strong> en voor migranten<br />

6.5 Zichtbaar maken <strong>van</strong> erfgoed<br />

6.6 Erfgoed voor toerisme en recreatie<br />

6.7 Cultuurhistorie in ruimtelijke ontwikkeling<br />

7. <strong>Erfgoededucatie</strong>beleid in de praktijk<br />

Inleiding<br />

7.1 Visie op erfgoededucatie<br />

7.2 Inventarisatie <strong>van</strong> aanbod en vraag<br />

7.2.1 Erfgoed(educatie)aanbod<br />

7.2.2 Vraagzijde: doelgroepen<br />

7.3 Formuleren <strong>van</strong> (output-)doelstellingen<br />

7.4 Positie, rol en organisatie gemeente<br />

7.5 Strategie en instrumenten<br />

7.5.1 Netwerken voor erfgoededucatie<br />

7.5.2 Facilitaire en personele ondersteuning<br />

7.5.3 Deskundigheidbevordering lokaal erfgoedveld<br />

7.5.4 Ondersteunen <strong>van</strong> marketing en publiciteit<br />

7.5.5 Subsidies<br />

7.6 (Externe) Financiën<br />

7.7 Draagvlak creëren<br />

7.8 Uitvoering<br />

7.9 Monitoring en evaluatie<br />

7.10 Breed bruikbare erfgoedthema’s<br />

Bijlagen:<br />

1. <strong>Erfgoededucatie</strong>beleid in tien stappen<br />

2. Adressen<br />

3. Fondsen<br />

4. Handige websites<br />

5. Geraadpleegde literatuur


ELKE GEMEENTE


HEEFT ERFGOED<br />

Voorwerpen, gebouwen en documenten <strong>van</strong> vroeger, de grond waarop we bouwen, taal,<br />

tradities en gebruiken vertellen samen het verhaal <strong>van</strong> een plaats. Een verhaal dat nooit<br />

af is, maar altijd tot de verbeelding spreekt. Erfgoed is er in soorten en maten, in elke<br />

gemeente, en heeft betekenis voor inwoners <strong>van</strong> <strong>van</strong>daag en morgen.<br />

1.1 Wat is erfgoed?<br />

Cultureel erfgoed, dat zegt niet iedereen wat. En wie er wat over wil zeggen, kan kiezen uit<br />

verschillende definities met telkens iets andere accenten. Een goed bruikbare omschrijving <strong>van</strong><br />

cultureel erfgoed is: ‘Overblijfselen uit het verleden die een samenleving belangrijk vindt om te<br />

bewaren en te beschermen.’ Dat kunnen voorwerpen zijn in musea, archeologische vondsten,<br />

documenten in archieven, monumenten, stads- en dorpsgezichten en zelfs landschappen. Maar<br />

ook verhalen, taal, tradities en gebruiken.<br />

Niet alles wat oud is, krijgt meteen het predicaat erfgoed. Het gaat er immers om wat we als samenleving<br />

willen bewaren en wat niet. Bij zo’n waardeoordeel spelen allerlei afwegingen een rol<br />

die naar plaats en tijd verschillen. Het antwoord op dergelijke vragen zal altijd worden ingekleurd<br />

door de heersende cultuur, <strong>van</strong>daar de aanduiding ‘cultureel’ erfgoed. Daarnaast speelt ook de<br />

spreekwoordelijke ‘zeef <strong>van</strong> de tijd’ een rol. Wanneer je op enige afstand staat, zie je beter hoe<br />

bijzonder bepaalde overblijfselen zijn. Erfgoed zegt ten slotte ook iets over ‘erven’: dat wat we<br />

meekrijgen <strong>van</strong> voorgaande generaties. En soms krijgt erfgoed extra waarde als symbool voor<br />

of baken in de tijd. Erfgoed valt niet helemaal samen met de (cultuur)geschiedenis, maar is een<br />

tastbaar deel daar<strong>van</strong>.<br />

Omdat elke generatie haar eigen keuzes maakt, is cultureel erfgoed een dynamisch gegeven. Erfgoed<br />

kent dus geen voor langere tijd geldende, vast omschreven inhoud. Het heeft verschillende<br />

functies en betekenissen. Goed beschouwd vertelt cultureel erfgoed ons wie we zijn en hoe we zo<br />

werden. Het maakt ons door collectieve herinnering bewust <strong>van</strong> onze identiteit.<br />

In deze publicatie gebruiken we meestal de enkele term ‘erfgoed’, omdat dit steeds meer het<br />

standaardbegrip wordt.<br />

1.2 Veranderlijk en verschillend<br />

Erfgoed in Nederland heeft vele verschijningsvormen. Van stokoud tot meer recent, <strong>van</strong> ‘hard’<br />

(gebouwen en voorwerpen) tot ‘zacht’ (tradities, verhalen), <strong>van</strong> zeldzaam tot wijdverbreid. Niet<br />

alleen 17e eeuwse grachtenpanden en de handgeschreven brief <strong>van</strong> Willem <strong>van</strong> Oranje, maar ook<br />

de Rietveldstoel, de huwelijksakte <strong>van</strong> het arbeidersmeisje en de boerenzoon en die fabriek uit de<br />

jaren vijftig. Van het unicum <strong>van</strong> de Nachtwacht tot het gemeengoed <strong>van</strong> de familiestamboom.<br />

Herkenbaar bewaard binnen de muren <strong>van</strong> musea en archiefinstellingen, te zien als monument,<br />

gemarkeerd door archeologische vindplaatsen, maar ook in onvermoede en triviale verschijningsvormen.<br />

Zoals bedrijfsarchieven, een stadspark of de oude foto <strong>van</strong> een dagelijks tafereel.<br />

Erfgoed is voortdurend in verandering en ontwikkeling. Zo zijn industrieel erfgoed en mobiel<br />

erfgoed relatief nieuwe categorieën. Ook voor de cultuurhistorische waarde <strong>van</strong> landschappen is<br />

meer aandacht. Steeds meer belangstelling is er ook voor immaterieel erfgoed. Dit niet-stoffelijke<br />

erfgoed omvat onder meer orale tradities (mythen, sprookjes) en taal (zegswijzen), ambachten,<br />

gebruiken, rituelen en volkscultuur. Met de komst <strong>van</strong> grote groepen migranten gaat ook hun<br />

erfgoed deel uitmaken <strong>van</strong> het <strong>Nederlandse</strong>. Een groot deel <strong>van</strong> dit erfgoed <strong>van</strong> elders is immaterieel<br />

<strong>van</strong> aard. 2<br />

Met de introductie <strong>van</strong> culturele planologie is erfgoed eveneens een rol gaan spelen in de ruimtelijke<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> Nederland en daarmee in de kwaliteit <strong>van</strong> onze leefomgeving.<br />

1.3 Overal aanwezig, altijd dichtbij<br />

Erfgoed is overal om ons heen. Sommige zaken behoren tot het plaatselijke erfgoed – een stand-<br />

2 DOCA Bureaus (2005) Immaterieel<br />

cultureel erfgoed in Nederland (p. 9)


eeld, een markant marktplein, het jaagpad langs het kanaal – of tot de culturele erfenis <strong>van</strong> een<br />

streek. Naast lokaal en regionaal erfgoed is er erfgoed dat <strong>van</strong> nationale betekenis is omdat het<br />

kenmerkend en belangrijk is voor de (wordings)geschiedenis <strong>van</strong> Nederland en de Nederlanders.<br />

Neem de schilderijen <strong>van</strong> Rembrandt, zeekaarten uit de tijd <strong>van</strong> de VOC en vroeg industrieel<br />

design.<br />

Ook bevindt zich op het Nederlands grondgebied erfgoed dat voorkomt op de UNESCO-lijst <strong>van</strong><br />

beschermd werelderfgoed, die 830 monumenten uit de hele wereld telt. We hebben het dan over<br />

het voormalig eiland Schokland, de Stelling <strong>van</strong> Amsterdam, het molencomplex bij Kinderdijk,<br />

het Ir. D.F. Wouda gemaal in Lemmer, de droogmakerij De Beemster, het Rietveld-Schröder huis in<br />

Utrecht en de historische binnenstad <strong>van</strong> Willemstad op Curaçao.<br />

Gemeentelijk erfgoed is niet synoniem met een roemrijk verleden of uitsluitend verbonden met<br />

historische figuren en gebeurtenissen. Erfgoed omvat juist talloze, tastbare herinneringen aan<br />

gewone mensen en alledaagse dingen. In elke gemeente is erfgoed aanwezig om het verhaal <strong>van</strong><br />

die plaats te vertellen en te verduidelijken. In steden met een rijke historische binnenstad zoals<br />

Zutphen en Maastricht, maar ook in jonge gemeenten als Almere of Nieuwegein, in dorpen op het<br />

platteland <strong>van</strong> Zeeland tot Groningen en in industriesteden als Eindhoven en Emmen.<br />

1.4 Erfgoed lééft<br />

Belangstelling voor erfgoed is er zeker. In het onderwijs is cultuureducatie, waartoe ook de kennismaking<br />

met erfgoed behoort, een niet meer weg te denken onderdeel <strong>van</strong> opleidingen. De<br />

jaarlijkse Open Monumentendagen zijn met ca. 900.000 bezoekers een <strong>van</strong> de grootste culturele<br />

manifestaties <strong>van</strong> Nederland. Ook het Museumweekend trekt ongeveer een miljoen bezoekers,<br />

terwijl de Landelijke Archievendag, voor het eerst georganiseerd in 2004, een steeds grotere<br />

bekendheid krijgt. Maar ook de archeologie spreekt sterk tot de verbeelding. De opgravingen <strong>van</strong><br />

Romeinse schepen in Woerden en de Utrechtse nieuwbouwwijk Leidsche Rijn waren voorpaginanieuws<br />

en brachten duizenden belangstellenden op de been.<br />

Vooral de belangstelling voor erfgoed in de eigen omgeving is groot. Steeds meer mensen<br />

houden zich bezig met de geschiedenis <strong>van</strong> de eigen familie, straat, gemeente of regio. Erfgoed is<br />

een sector waarin veel vrijwilligers actief zijn, bijvoorbeeld in kleinere musea en oudheidkamers<br />

of als stadsgids. Voor anderen is bezig zijn met cultuurhistorie een plezierige en interessante<br />

vrijetijdsbesteding. Naast lokale heemkundekringen zijn er talloze historische verenigingen die<br />

de geschiedenis <strong>van</strong> hun dorp, stad of streek in kaart brengen. Met de stijgende interesse voor<br />

het stamboomonderzoek groeit ook het aantal genealogische verenigingen. Naast audiovisueel<br />

materiaal en boeken, variërend <strong>van</strong> dialectwoordenboeken tot historische atlassen, is er steeds<br />

meer informatie over (lokaal) erfgoed beschikbaar op websites, zowel ingericht door professionele<br />

instellingen als door amateur-historici.<br />

Voor een deel past de aandacht voor erfgoed binnen de toegenomen belangstelling voor geschiedenis.<br />

Onder invloed <strong>van</strong> migratie en globalisering is er een reflex om de eigen cultuur te<br />

omkaderen en groeit de behoefte aan een breder historisch perspectief. Daarin past ook de roep<br />

om een ‘canon <strong>van</strong> Nederland’: een overdraagbare compilatie <strong>van</strong> wat wij als wezenlijke kennis<br />

<strong>van</strong> ons gemeenschappelijke verleden beschouwen.<br />

Behalve als baken voor historisch besef en ijkpunt voor gedeelde identiteit heeft erfgoed een<br />

belangrijke betekenis op zich. Omdat we het mooi vinden of omdat het ons even het gevoel geeft<br />

dat we het verleden kunnen aanraken.<br />

1.5 Beleid, behoud en beheer<br />

Er is een zekere taakverdeling tussen overheden ten aanzien <strong>van</strong> cultureel erfgoed. Het Rijk (ministerie<br />

<strong>van</strong> OCW) verzorgt de infrastructuur rond erfgoedcollecties met de instandhouding <strong>van</strong><br />

rijksinstellingen, zoals rijksmusea, de rijksdiensten en landelijke ondersteunende instituten. Ook<br />

is het Rijk verantwoordelijk voor het toezicht (Erfgoedinspectie). Provincies richten zich met name<br />

op ondersteuning <strong>van</strong> het erfgoedveld. <strong>Gemeenten</strong> zorgen voor instandhouding en ontsluiting<br />

<strong>van</strong> erfgoed op lokaal niveau.<br />

De directie Cultureel Erfgoed <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW houdt zich vooral bezig met beheer,<br />

toegang en gebruik <strong>van</strong> erfgoed. Voor de verschillende sectoren <strong>van</strong> cultureel erfgoed – monumenten,<br />

musea, archieven en archeologie – zijn er drie rijksdiensten die ressorteren onder het<br />

Directoraat-Generaal Cultuur en Media: de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en<br />

Monumenten (een fusie <strong>van</strong> de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek en de<br />

Rijksdienst voor de Monumentenzorg), het Instituut Collectie Nederland (ICN) en het Nationaal<br />

Archief (NA). De voorheen zelfstandige koepelorganisaties voor archieven, monumenten en<br />

10


archeologie (DIVA, NCM en SNA) bundelen <strong>van</strong>af 2007 hun krachten in één nieuwe organisatie<br />

onder de naam Stichting Erfgoed Nederland. Deze fusie komt voort uit het besluit <strong>van</strong> de rijksoverheid<br />

om de ondersteuningsstructuur in de cultuursector te herzien. Ondersteunende taken<br />

worden in de toekomst zo goed mogelijk gebundeld en ‘branchetaken’, zoals belangenbehartiging,<br />

worden niet langer gesubsidieerd. De Museumvereniging brengt haar museale besteltaken<br />

onder in de erfgoedbrede stichting. Ook stichting Erfgoed Actueel gaat deel uitmaken <strong>van</strong> deze<br />

nieuwe organisatie.<br />

Op het gebied <strong>van</strong> landschapsbeheer zijn de belangrijkste instellingen Staatsbosbeheer, de<br />

<strong>Nederlandse</strong> Landschappen en Landschapsbeheer Nederland, terwijl IVN Nederland een educatietaak<br />

heeft voor een breed publiek. Daarnaast kent ons land tal <strong>van</strong>, veelal kleinere, organisaties<br />

die landelijk, provinciaal of lokaal ijveren voor het behoud en beheer <strong>van</strong> specifiek erfgoed,<br />

variërend <strong>van</strong> vuurtorens tot torenuurwerken. Zestig organisaties op het terrein <strong>van</strong> industrieel<br />

erfgoed zijn verenigd in FIEN, de Federatie Industrieel Erfgoed. Tot de landelijk werkende organisaties<br />

behoren onder meer de <strong>Nederlandse</strong> Kastelenstichting en de <strong>Vereniging</strong> de Hollandsche<br />

Molen.<br />

ERFGOED<br />

IN<br />

GEMEENTEN,<br />

PER<br />

SECTOR<br />

3 Definitie International Council Of<br />

Museums (ICOM): ‘Een museum is een<br />

permanente instelling ten dienste <strong>van</strong><br />

de gemeenschap en haar ontwikkeling,<br />

toegankelijk voor het publiek, niet<br />

gericht op het maken <strong>van</strong> winst, die de<br />

materiële getuigenissen <strong>van</strong> de mens en<br />

zijn omgeving verwerft, behoudt, weten-<br />

schappelijk onderzoekt, presenteert en<br />

hierover informeert voor doeleinden <strong>van</strong><br />

studie, educatie en genoegen. (Neder-<br />

landse versie, 1974)<br />

4 Jansen, I. (2004) Handreiking museum-<br />

beleid voor gemeenten<br />

Erfgoed omvat…..<br />

• Voorwerpen die bewaard worden door musea, oudheidkamers en universiteiten.<br />

• Originele documenten, foto’s en films, plattegronden, tekeningen e.d. in archieven.<br />

• Materiële restanten <strong>van</strong> menselijke activiteit, archeologische vindplaatsen.<br />

• Monumenten en de gebouwde omgeving (gevelstenen, straatnamen, straatmeubilair,<br />

stad- en dorpsgezichten enz.).<br />

• Industrieel erfgoed (fabrieken, schoorstenen, machines enz.).<br />

• Inrichting <strong>van</strong> het landschap en natuurmonumenten.<br />

•Mobiel erfgoed in de categorieën water, lucht, rails en weg.<br />

• Immaterieel erfgoed (verhalen, uitdrukkingen, ambachten, tradities en gebruiken enz.).<br />

Materieel erfgoed<br />

Musea<br />

Volgens de nieuwe Britse museumdefinitie, die ook in Nederland terrein wint op de zogenaamde<br />

ICOM-definitie 3 , is een museum: ‘Een onderdeel <strong>van</strong> het collectieve geheugen <strong>van</strong> de maatschappij.<br />

Een museum verwerft, documenteert en behoudt objecten en andere getuigenissen <strong>van</strong> de<br />

mens en diens omgeving en informeert daarover. Het museum ontwikkelt en bevordert kennis en<br />

biedt belevingen die alle zintuigen aanspreken. Het museum is toegankelijk voor het publiek en<br />

levert een bijdrage aan de maatschappij (...)’ . 4<br />

Nederland heeft de hoogste museumdichtheid ter wereld: voor iedere inwoner is er binnen een<br />

straal <strong>van</strong> vijftig kilometer een museum in de buurt. Het exacte aantal is moeilijk vast te stellen,<br />

omdat de naam ‘museum’ niet beschermd is. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) telde er<br />

828 bij het tweejaarlijks onderzoek in 2003. In het Nederlands Museumregister, dat een vastge-<br />

11


stelde reeks criteria hanteert waren per september 2006 355 musea opgenomen. De <strong>Nederlandse</strong><br />

Museumvereniging telde dat jaar 441 leden.<br />

Volgens gegevens <strong>van</strong> het CBS beheert iets meer dan de helft <strong>van</strong> alle musea een collectie op<br />

het gebied <strong>van</strong> geschiedenis. Daarna volgen de collecties <strong>van</strong> bedrijfsmatige en technische aard,<br />

musea met een collectie beeldende kunst, natuurhistorische en volkenkundige collecties. Uit onderzoek<br />

is gebleken dat kleine musea een bijzondere rol hebben in de spreiding en diversiteit <strong>van</strong><br />

het publieksbereik. 5 Omdat ze laagdrempeliger zijn dan grote musea trekken ze meer senioren,<br />

laagopgeleiden en mensen uit de directe omgeving. De meeste musea worden beheerd door<br />

stichtingen, verenigingen, onderwijsinstellingen, bedrijven en particulieren. Er zijn 21 verzelfstandigde<br />

rijksmusea. Ruim honderd musea vallen onder beheer <strong>van</strong> gemeenten en provincies, terwijl<br />

een veelvoud daar<strong>van</strong> wordt gesubsidieerd. Bij de gemeenten gaat het jaarlijks om ongeveer<br />

€ 167 miljoen subsidie.<br />

Musea die de geschiedenis <strong>van</strong> hun stad of regio laten zien, besteden steeds meer aandacht aan<br />

de eigentijdse geschiedenis. Het gaat daarbij niet alleen om presentaties <strong>van</strong> voor stad of streek<br />

actuele onderwerpen, maar ook om het verzamelen <strong>van</strong> objecten uit het heden en recente verleden.<br />

6 Met name het cultureel erfgoed <strong>van</strong> minderheden is voor musea een nieuw werkterrein<br />

dat volop in beweging is. Een toenemend aantal musea beschikt over een eigen website, waarop<br />

bezoekers op verschillende manieren hun weg kunnen zoeken in de collecties. Wie binnen de<br />

<strong>Nederlandse</strong> musea een specifieke collectie zoekt (dinosaurussen, landbouwwerktuigen) kijkt op<br />

www.musip.nl , de site <strong>van</strong> het Museum Inventarisatie Project.<br />

Archieven<br />

Archiefstukken zijn niet alleen handgeschreven of gedrukte documenten, maar ook tekeningen,<br />

kaarten, prenten, afbeeldingen, foto’s en filmmateriaal, geluidsbanden en elektronische informatiedragers.<br />

Er zijn verschillende soorten archiefdiensten: overheidsarchieven en particuliere<br />

archieven, zoals kerkarchieven, waterschapsarchieven, bedrijfsarchieven enzovoorts.<br />

Veel gemeenten beschikken over een eigen gemeentearchief. Dit bevat een schat aan informatie<br />

over het verleden <strong>van</strong> mensen in hun leefomgeving. Zo bewaart de Burgerlijke Stand gegevens<br />

over één persoon (geboorte, huwelijk, overlijden) en registreert het Bevolkingsregister onder<br />

meer alle bewoners op één adres.<br />

In principe zijn gemeentearchieven vrij toegankelijk en is het raadplegen <strong>van</strong> archiefmateriaal<br />

gratis. Voor kopieën of prints <strong>van</strong> originele stukken moet uiteraard wel worden betaald. Om de<br />

toegankelijkheid voor het publiek te vergroten werkt men in de archiefwereld aan digitalisering<br />

<strong>van</strong> de collecties, zodat originele documenten - voorzien <strong>van</strong> contextinformatie - makkelijk<br />

opvraagbaar worden. Steeds vaker worden ook digitale afbeeldingen <strong>van</strong> oorspronkelijke stukken<br />

gemaakt en ter inzage gegeven om kwetsbaar materiaal te behouden.<br />

Kleinere gemeenten werken vaak (noodgedwongen) samen binnen een streekarchief. Er zijn ook<br />

gemeenten zonder eigen archief, die gebruik maken <strong>van</strong> een reizende streekarchivaris. In een<br />

rijksarchief, te vinden in elke provinciehoofdstad, worden gegevens <strong>van</strong> de provinciale overheid<br />

en de rijksinstellingen in de provincie bewaard. De grootste openbare archiefinstelling is het<br />

Nationaal Archief in Den Haag. (www.nationaalarchief.nl). De kring <strong>van</strong> Archivarissen in Nederland<br />

(KVAN) bundelt de beroepsgroep.<br />

Archeologie<br />

Elke dag worden er in de <strong>Nederlandse</strong> bodem voorwerpen gevonden die lang geleden zijn gemaakt,<br />

in onbruik zijn geraakt en vergeten. Aan de hand <strong>van</strong> deze materiële resten <strong>van</strong> vroegere<br />

menselijke activiteiten proberen archeologen inzicht te krijgen in de manier waarop mensen in<br />

vroegere tijden leefden. Materiële resten zijn bijvoorbeeld (vaak) aardewerk, werktuigen, wapens,<br />

munten of bakstenen, maar kunnen ook overblijfselen <strong>van</strong> mensen zelf zijn, zoals skeletten of de<br />

asresten <strong>van</strong> verbrande botten. Het kunnen ook overblijfselen zijn <strong>van</strong> dieren of planten waarmee<br />

mensen iets te maken hebben gehad: botten <strong>van</strong> prooidieren of vee, stuifmeel <strong>van</strong> graan dat is<br />

gezaaid. Vaak zien archeologen verkleuringen in de grond waar mensen bijvoorbeeld ooit palen<br />

hebben geslagen of een sloot hebben gegraven. Behalve resten en patronen onder de grond<br />

die door opgravingen aan het licht komen, kunnen archeologische objecten ook zichtbaar in het<br />

landschap aanwezig zijn: denk aan grafheuvels en hunebedden.<br />

Elke provincie heeft een provinciaal archeoloog/archeologisch beleidsmedewerker. Bijna veertig<br />

gemeenten in Nederland beschikken daarnaast over een eigen gemeentelijke archeoloog,<br />

verenigd in het Convent <strong>van</strong> Gemeentelijke Archeologen in Nederland. Amateurarcheologen zijn<br />

verenigd in allerlei lokale, regionale en landelijk georganiseerde verenigingen, waar<strong>van</strong> de Archeologische<br />

Werkgemeenschap voor Nederland (AWN) de grootste is.<br />

Presentaties <strong>van</strong> opgravingen voor het publiek zijn de laatste jaren steeds belangrijker geworden.<br />

Voor de vele belangstellenden zijn er onder meer tijdelijke tentoonstellingen <strong>van</strong> recente opgra-<br />

1<br />

5 Ranshuysen, L. (2001) Onderzoek<br />

Cultuurdeelname<br />

6 Jansen, I. (2004) Handreiking museum-<br />

beleid voor gemeenten


7 UNESCO (2003) Conventie voor het<br />

behoud <strong>van</strong> immaterieel erfgoed<br />

vingen, maar ook rondleidingen door depots en een aantal informatieve websites zoals<br />

www.archeos.nl. Soms is het werk <strong>van</strong> archeologen te volgen via een webcam.<br />

Monumenten en de gebouwde omgeving<br />

Een monument is een gebouw of object, meestal ouder dan vijftig jaar, dat <strong>van</strong> algemeen belang<br />

is <strong>van</strong>wege schoonheid, cultuurhistorische waarde of betekenis voor de wetenschap: het laat<br />

zien hoe er vroeger werd gebouwd of geleefd. Nederland telt ca. 50.000 monumenten, in soorten<br />

en maten. De grootste categorie vormen de woonhuizen, gevolgd door andere gebouwen als<br />

kastelen, kerken, boerderijen, molens, cafés, fabrieken, flats en ensembles <strong>van</strong> gebouwen (hofjes,<br />

stads- en dorpsgezichten, wijken). Ook andere objecten kunnen <strong>van</strong> monumentale waarde zijn:<br />

verdedigingswerken, stadsmuren, bruggen, fonteinen, (oorlogs)gedenktekens, terwijl ook parken,<br />

(natuur)landschap of een boomgaard dit predicaat kunnen krijgen.<br />

Er zijn rijksmonumenten -<strong>van</strong> nationaal belang, naast provinciale en gemeentelijke monumenten,<br />

die onlosmakelijk verbonden zijn met de plaats waar ze staan. Naast de overheid houden<br />

ook circa 900 particuliere organisaties zich bezig met behoud, herstel en onderhoud <strong>van</strong> monumenten.<br />

Ongeveer veertig procent daar<strong>van</strong> richt zich op een bepaalde categorie monumenten<br />

(vuurtorens, industriële monumenten enz.). Sommige monumenten krijgen een nieuwe functie<br />

(kantoor, horeca, kunstwerkplaats), andere zijn toegankelijk voor publiek, maar een groot aantal<br />

kan alleen op aanvraag of voor een speciale gelegenheid worden opengesteld.<br />

Industrieel erfgoed<br />

Getuigen <strong>van</strong> voorbije fasen in de ontwikkeling <strong>van</strong> bedrijf en techniek vallen onder de noemer<br />

‘industrieel erfgoed’. Naast gebouwen (pakhuizen, vemen, gasfabrieken, watertorens, sluizen,<br />

stuwen, winkels, beursgebouwen enz.) omvat dit roerende zaken als machines en apparatuur,<br />

vervoersmiddelen en restanten <strong>van</strong> infrastructuur zoals vaarwegen, havens, verkeerswegen,<br />

spoor- en tramwegen en vliegvelden. Ook bedrijfsarchieven en beeld- en geluidscollecties<br />

kunnen industrieel erfgoed zijn. In de jaren negentig zijn vele honderden objecten aangewezen<br />

als rijksmonument. Ook gemeenten hebben industriële gebouwen of objecten tot lokaal monument<br />

verklaard. De Federatie Industrieel Erfgoed (FIEN) fungeert als koepel voor een zestigtal<br />

organisaties, die vaak drijven op enthousiaste vrijwilligers. In deze heterogene groep bevinden<br />

zich lokale en regionale organisaties die zich op een bepaalde stad of een bepaalde streek richten,<br />

maar ook categoriale, die zich bijvoorbeeld richten op gemalen, watertorens, schepen of trams<br />

(www.industrieel-erfgoed.nl).<br />

Mobiel erfgoed<br />

Mobiel erfgoed omvat allerlei historische transportmiddelen. Er zijn vier sectoren: water, rail, weg<br />

en lucht. Denk dus behalve aan oude auto’s en stadsbussen aan vissersschepen, veerboten, trams,<br />

treinen en vliegtuigen. Musea en organisaties <strong>van</strong> particuliere eigenaren op het gebied <strong>van</strong> het<br />

mobiel erfgoed zijn verenigd in de stichting Mobiele Collectie Nederland (MCN).<br />

Immaterieel erfgoed<br />

Overal waar mensen samenleven ontstaat immaterieel erfgoed. De UNESCO verstaat onder immaterieel<br />

erfgoed: ‘De beoefening, de voorstellingen, de expressie, de kennis en de vakkennis<br />

– inclusief de bijbehorende instrumenten, voorwerpen, artefacten en ruimtes – die gemeenschappen,<br />

groepen en soms individuen erkennen als onderdeel <strong>van</strong> hun cultureel erfgoed. Immaterieel<br />

erfgoed openbaart zich – onder andere – in de volgende domeinen: orale tradities, uitingen en<br />

taal, de podiumkunsten, sociale praktijken, rituelen en feestelijke gebeurtenissen, kennis en praktijken<br />

rond de natuur en het universum en het traditionele ambacht.’ 7<br />

Kennis over dit ‘niet tastbare’ erfgoed is binnen gemeenten vaak aanwezig bij (oudere) inwoners<br />

en meer specifiek bij historische verenigingen, oudheidkamers en heemkundekringen, maar ook<br />

bij fanfares en andere muziekverenigingen, folkloristische dansgroepen en beoefenaars <strong>van</strong> oude<br />

ambachten. Het nationale museum voor de cultuur <strong>van</strong> ons dagelijks leven is het Nederlands<br />

Openluchtmuseum in Arnhem.<br />

Landelijke instellingen die actief zijn op het terrein <strong>van</strong> het immaterieel erfgoed zijn het Meertens<br />

Instituut (wetenschappelijk onderzoek) en het Nederlands Centrum voor Volkscultuur (NCV). Het<br />

NCV ondersteunt het veld en geeft, onder meer via een website met kennisdatabank<br />

(www.volkscultuur.nl) en tal <strong>van</strong> publicaties, voorlichting aan het grote publiek. Steeds meer<br />

belangstelling is er voor erfgoed <strong>van</strong> migranten in Nederland, dat (hier) grotendeels immaterieel<br />

<strong>van</strong> aard is.<br />

1


1<br />

WAT IS


ERFGOEDEDUCATIE?<br />

Cultureel bewustzijn, historisch besef, overdracht <strong>van</strong> waarden en tradities en een krachtige<br />

leeromgeving. Over dit alles praten we als we het over erfgoededucatie hebben. In<br />

het onderwijs staat erfgoededucatie zowel voor cultuureducatie als voor goed inpasbaar<br />

omgevingsonderwijs. Maar ook daarbuiten heeft erfgoededucatie betekenis. Voor jongeren<br />

en voor een volwassen publiek, voor autochtonen en nieuwe inwoners, voor leken en<br />

kenners.<br />

2.1 Begrip en beleving<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> omvat een breed spectrum aan activiteiten voor allerlei publieksgroepen, die<br />

zowel ‘kennis en begrip’ als ‘beleving’ <strong>van</strong> erfgoed tot doel hebben. Erfgoed krijgt betekenis in<br />

de context waarin het wordt gepresenteerd. Een museumobject of een oude akte krijgt bijvoorbeeld<br />

meer zeggingskracht als je iets te weten komt over de achtergrond of uniciteit daar<strong>van</strong>. Om<br />

erfgoed te kunnen beleven moeten de verhalen die het met zich meedraagt op een voor mensen<br />

aansprekende en herkenbare manier worden gepresenteerd. Dat kan op heel verschillende manieren,<br />

(thematisch, inzoomend) gebruikmakend <strong>van</strong> verschillende didactische vormen (doe-activiteit,<br />

lespakket, rondleiding) en media (brochure, 3D-presentatie, film).<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> maakt jong en oud attent op de aanwezigheid <strong>van</strong> het verleden in het heden. Als<br />

je op de uitkijktoren <strong>van</strong> een kasteel staat, besef je dat anderen hier honderden jaren vóór jou ook<br />

al naar beneden keken. En na een historische rondleiding in je eigen woonplaats fiets je toch met<br />

een andere blik langs vertrouwde gebouwen: op dit plein vond een oproer plaats, daar zijn middeleeuwse<br />

potscherven gevonden en bij dat huizenblok begon het akkerland al.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> trekt een lijn <strong>van</strong> verleden naar heden en andersom en is daarmee een instrument<br />

voor het ontwikkelen <strong>van</strong> historisch besef. Gebeurtenissen <strong>van</strong> <strong>van</strong>daag zijn op die manier<br />

in een breder perspectief te plaatsen. Erfgoed draagt als collectief bewaard verleden informatie<br />

aan voor antwoorden op de vraag naar identiteit: ‘wie ben ik’ en ‘wat vinden wij als samenleving<br />

belangrijk om te bewaren en door te geven’. Door informatie over en duiding <strong>van</strong> overblijfselen uit<br />

het verleden ontstaat ook (meer) begrip en respect voor dat wat we cultuur noemen. Mensen <strong>van</strong><br />

nu worden zich zo bewust <strong>van</strong> de waarde <strong>van</strong> cultuurbehoud voor de toekomst.<br />

De kracht <strong>van</strong> erfgoededucatie is dat erfgoed ‘echt’ is en ‘dichtbij’ staat, omdat het deel uitmaakt<br />

<strong>van</strong> onze directe leefomgeving en daarin betekenis krijgt.<br />

Erfgoed haakt in op zowel cognitie als emotie en doet ook een sterk appèl op de zintuigen. Erfgoed<br />

kun je aanraken, zien en horen, ruiken en soms zelfs proeven. Ook mensen die meer moeite<br />

hebben met abstraheren kunnen er goed mee uit de voeten. Anderen zet de kennismaking met<br />

erfgoed aan om verder te lezen en te leren.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> verschaft context<br />

Vrijwel iedere gemeente heeft een collectie historisch glas. Herdenkingsroemers bijvoorbeeld en glaskunst, zoals gebrandschilderde<br />

ramen in kerken en openbare gebouwen. Het <strong>Nederlandse</strong> bezit aan middeleeuws gebrandschilderd<br />

glas is ten opzichte <strong>van</strong> andere Europese landen heel beperkt. In de loop <strong>van</strong> de zestiende eeuw werden namelijk veel<br />

kostbare kerkramen vernield tijdens oorlogen en godsdiensttwisten. De belangstelling voor de glasschilderkunst taande<br />

en aan het eind <strong>van</strong> de 18e eeuw waren er bijna geen glazeniers meer te vinden. Het toenemende gebruik <strong>van</strong> emailverf<br />

leidde tot kwaliteitsverlies. Hoewel het de glasschilder in staat stelde gedetailleerdere voorstellingen op het glas te<br />

schilderen, zonder daarbij gebruik te hoeven maken <strong>van</strong> loodstrips, gaf de emailverf veel minder intense kleureffecten<br />

en bladderde het snel af. Beschadigde kerkramen werden dichtgemaakt met gewoon vensterglas en bijgeschilderd met<br />

olieverf. In de negentiende eeuw ontstond er nieuwe belangstelling voor oude ambachten, waaronder het glasschilderen.<br />

Dit manifesteerde zich in stromingen als art nouveau en neogotiek, die gebrandschilderd glas gebruikten als decoratie<br />

<strong>van</strong> kerken en wereldlijke gebouwen.<br />

1


2.2. Cultuureducatie en inpasbaar omgevingsonderwijs<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is een onderdeel <strong>van</strong> cultuureducatie binnen het onderwijs, dat tot doel heeft<br />

leerlingen tijdens hun schoolcarrière in contact te brengen met kunst en cultuur. Op die manier<br />

leren ze het veelzijdige aanbod aan cultuur te ontdekken, begrijpen en waarderen. Het ontwikkelen<br />

<strong>van</strong> kennis en beoordelingsvermogen op dit vlak draagt bij aan persoonlijke ontplooiing en is<br />

in die zin ook belangrijk voor de samenleving als geheel. Bovendien legt cultuureducatie de basis<br />

voor actieve en receptieve cultuurparticipatie in het latere leven.<br />

Daarnaast is erfgoededucatie, dat een sterke informatiecomponent heeft, voor scholen goed in<br />

te passen in het reguliere lesprogramma, aansluitend op verplichte kerndoelen en gehanteerde<br />

methoden. Vooral onderwerpen in vakken als geschiedenis en aardrijkskunde, maatschappijleer<br />

en Culturele en Kunstzinnige Vorming (CKV) zijn voor leerlingen te verduidelijken door erfgoedopdrachten<br />

in de eigen omgeving. De praktijk wijst uit dat erfgoed door zijn veelzijdigheid als<br />

‘betekenisrijke context’ ook een verhelderende bijdrage kan leveren aan op het eerste gezicht<br />

misschien minder voor de hand liggende vakken, zoals techniek, economie, algemene natuurwetenschappen<br />

of taal. Theorie die verklaard wordt aan de hand <strong>van</strong> de wereld om je heen is<br />

opeens een stuk leuker en begrijpelijker.<br />

Als natuurlijke vorm <strong>van</strong> omgevingsonderwijs past erfgoed in het streven binnen het onderwijs<br />

om voor kennisoverdracht en het ontwikkelen <strong>van</strong> vaardigheden aan te sluiten bij de leefwereld<br />

<strong>van</strong> de leerling. Uiteraard is niet alle omgevingsonderwijs – bijvoorbeeld het determineren <strong>van</strong><br />

planten in de omgeving <strong>van</strong> de school – ook erfgoededucatie. Omgekeerd is erfgoededucatie niet<br />

per definitie aan de omgeving gebonden. Belangrijk nationaal en internationaal erfgoed bevindt<br />

zich vaker niet dan wel in de omgeving <strong>van</strong> een school. Zo is een excursie <strong>van</strong>uit Leeuwarden naar<br />

de Deltawerken in Zeeland of het Openluchtmuseum in Arnhem geen omgevingsonderwijs, maar<br />

wèl erfgoededucatie. [Zie verder 5.]<br />

2.3 Buitenschools en voor een breed publiek<br />

De toevoeging ‘educatie’ doet misschien vermoeden dat erfgoed uitsluitend of vooral binnen het<br />

onderwijs een functie heeft. <strong>Erfgoededucatie</strong> kent echter ook allerlei buitenschoolse varianten en<br />

bestrijkt het hele spectrum <strong>van</strong> enthousiasmeren voor een eerste kennismaking met erfgoed tot<br />

verdieping en duiding daar<strong>van</strong>, variërend <strong>van</strong> rondleiding tot website. Zo kan educatief aanbod<br />

<strong>van</strong> erfgoedinstellingen uit de eigen omgeving bijvoorbeeld een plaats krijgen binnen de Brede<br />

School of in de vrijetijdsbesteding <strong>van</strong> jongeren.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is bovendien niet alleen goed besteed aan kinderen en jongeren, maar ook<br />

bedoeld om volwassenen oog te laten krijgen voor erfgoed en (cultuur)historie, of hen in staat<br />

te stellen hun kennis daar<strong>van</strong> te verdiepen. Als deel <strong>van</strong> het gemeenschappelijke verleden moet<br />

erfgoed voor alle inwoners <strong>van</strong> een gemeente letterlijk en figuurlijk toegankelijk zijn, ook voor<br />

diegenen die uit zichzelf niet zo snel een museum of andere erfgoedinstelling bezoeken.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> kan illustreren dat geschiedenis niet één afgerond verhaal is en verschillende<br />

interpretaties kent. <strong>Erfgoededucatie</strong> kan verduidelijken dat we een gedeelde verantwoordelijkheid<br />

hebben voor onze leefomgeving en aanzetten tot nadenken over wat we willen behouden.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> kan het hoe en waarom <strong>van</strong> overgeleverde tradities verklaren: de manier waarop<br />

we elkaar begroeten, een kopje koffie drinken of Sinterklaas vieren. Begrip <strong>van</strong> ‘onze manieren’<br />

en aandacht voor het erfgoed dat zij op hun beurt meebrengen, kan ertoe bijdragen dat ook<br />

nieuwkomers zich in een gemeente thuis voelen. In die zin kan erfgoededucatie meehelpen om<br />

de band <strong>van</strong> inwoners met hun woonplaats en met elkaar te verstevigen, een bijdrage leveren<br />

aan de integratie <strong>van</strong> nieuwe Nederlanders en burgers aanzetten tot meedenken over ruimtelijke<br />

ontwikkeling. [Zie verder 6.]<br />

2.4 Ontstaansgeschiedenis<br />

Cultuureducatie is in de beleidstermen <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW de verzamelnaam voor<br />

kunst-educatie, erfgoededucatie en media-educatie. Soms wordt literatuureducatie daarbij apart<br />

vermeld. Vergeleken met kunsteducatie is erfgoededucatie voor sommige overheden en organisaties<br />

vrijwel onbekend terrein. Dat is deels te verklaren uit de reflex bij cultuur eerder te denken<br />

aan podiumkunsten dan aan cultuurhistorie, maar ook toe te schrijven aan een andere ontstaansgeschiedenis.<br />

Daarom een korte terugblik.<br />

Toen het ministerie <strong>van</strong> OCW met de beleidsnotitie ‘Cultuur en School’ in 1996 cultuureducatie in<br />

1


het onderwijs krachtig aanduwde, stond kunsteducatie al goeddeels op de kaart. Vanaf het eind<br />

<strong>van</strong> de jaren zeventig <strong>van</strong> de vorige eeuw waren er op grote schaal regionale en lokale centra<br />

voor kunstzinnige vorming opgericht, die het (primair) onderwijs als belangrijk werkgebied<br />

hadden. Deze sector professionaliseerde zich in de jaren daarna met onder meer gecertificeerde<br />

opleidingen en een landelijk ondersteuningsapparaat.<br />

Toen de introductie <strong>van</strong> cultuurvouchers en het nieuwe vak Culturele en Kunstzinnige Vorming<br />

(CKV) in het voortgezet onderwijs [5.] de behoefte aan bemiddeling en expertise <strong>van</strong> intermediaire<br />

organisaties voor buitenschools cultuuraanbod snel deed groeien, was <strong>van</strong> enige infrastructuur in<br />

erfgoededucatie echter nog nauwelijks sprake. Erfgoedinstellingen opereerden veelal solitair. De<br />

grotere musea hadden de draai naar het onderwijs als doelgroep voor een deel al gemaakt, maar<br />

archieven waren in de regel nog gericht op behoud en beheer en de archeologie was een wereld<br />

apart.<br />

Om een brug te slaan tussen onderwijs en erfgoedveld werd daarom in 1997 Erfgoed Actueel<br />

opgericht. Dit expertisecentrum opereerde aan<strong>van</strong>kelijk als een onderdeel <strong>van</strong> het ministerie<br />

<strong>van</strong> OCW en vervolgens als zelfstandige stichting. Het ministerie maakte destijds een belangrijke<br />

keuze. De gedachte was dat erfgoededucatie op eigen kracht, binnen een zelfstandige infrastructuur,<br />

meer kansen zou krijgen om zich volwaardig te ontwikkelen. Bovendien zijn er inhoudelijke<br />

en praktische verschillen tussen kunst – en erfgoededucatie.<br />

2.5 Taakverdeling erfgoededucatie<br />

In betrekkelijk korte tijd is voor erfgoededucatie een infrastructuur ontstaan die lijkt op die <strong>van</strong><br />

de kunsteducatie. 8 Vanuit deze infrastructuur worden projecten opgezet voor erfgoededucatie<br />

buiten schoolverband en voor een breed publiek.<br />

Landelijk<br />

Op landelijk niveau stimuleert de Stichting Erfgoed Nederland <strong>van</strong>af 2007 het gebruik <strong>van</strong> cultureel<br />

erfgoed in het onderwijs, onder meer door deskundigheidsbevordering en advisering <strong>van</strong> de<br />

erfgoedsector en het opzetten en onderhouden <strong>van</strong> netwerken. De stichting Erfgoed Actueel die<br />

genoemde taken voorheen verzorgde is in deze nieuwe stichting opgegaan.<br />

Publieksvoorlichting over immaterieel erfgoed berust bij het Nederlands Centrum voor Volkscultuur,<br />

dat hierin ook het veld ondersteunt. Digitaal Erfgoed Nederland (DEN) werkt aan het opzetten<br />

<strong>van</strong> een nationale digitale infrastructuur voor erfgoed en ondersteunt erfgoedinstellingen bij<br />

het digitaal toegankelijk maken <strong>van</strong> collecties.<br />

Provinciaal<br />

De meeste provincies voeren een actief erfgoedbeleid, bijvoorbeeld op het gebied <strong>van</strong> ruimtelijke<br />

planvorming (culturele planologie). Ook richten zij zich op ondersteuning <strong>van</strong> erfgoedbeheerders<br />

en –instellingen met advies-op-maat, deskundigheidsbevordering, informatie en voorlichting.<br />

Deze taken zijn veelal neergelegd bij provinciale erfgoedinstellingen. Soms zijn deze activiteiten<br />

door decentralisatie op provinciaal niveau terecht gekomen.<br />

Zo zijn er allerlei vormen ontstaan <strong>van</strong> provinciale consulentschappen, monumentenwachten,<br />

steunpunten monumentenzorg en archeologie, Regionaal Historische Centra enzovoort. De<br />

structuren verschillen per provincie, maar de laatste jaren is sprake <strong>van</strong> een toenemende clustering<br />

tot grotere samenwerkingsverbanden. In een aantal gevallen heten deze ‘Erfgoedhuis’. Soms<br />

is alle dienstverlening onder één dak gebracht, zoals in Zeeland en Zuid-Holland, soms vindt de<br />

ondersteuning <strong>van</strong>uit meer instellingen plaats. Vrijwel alle erfgoeddisciplines worden zo op een of<br />

andere wijze bediend.<br />

Bijna alle provinciale erfgoedinstellingen zien erfgoededucatie als een speerpunt in hun activiteiten<br />

en spelen een toenemende rol in de ontwikkeling en verspreiding daar<strong>van</strong>. Zij richten zich<br />

daarbij onder meer op bemiddeling, voorlichting, deskundigheidsbevordering, kwaliteitszorg en<br />

begeleiding ten behoeve <strong>van</strong> scholen en plaatselijke erfgoedinstellingen.<br />

Naast provinciale erfgoedinstellingen heeft ook een aantal provinciale steunfunctie-instellingen<br />

op het gebied <strong>van</strong> kunstzinnige vorming erfgoededucatie in het pakket.<br />

In 2005 is het Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland (OPEN) opgericht. Deze vereniging<br />

heeft tot doel de ondersteuning <strong>van</strong> erfgoed in elke provincie te verstevigen en uit te<br />

breiden (zie kader pagina 18).<br />

Lokaal<br />

Op lokaal niveau is erfgoededucatie professioneel opgepakt door (grotere) musea, archiefdiensten,<br />

monumenten- en archeologische organisaties. Tussen deze instellingen ontstaan op lokaal<br />

en regionaal niveau steeds meer vormen <strong>van</strong> samenwerking, waarbij vaak ook bibliotheken en<br />

1<br />

8 Cultuurnetwerk Nederland (2005)<br />

Cultuur + Educatie 12. Erfgoedonderwijs<br />

in onderwijsleersituaties (p.36-38)


andersoortige culturele instellingen worden betrokken. Een aantal plaatselijk werkende centra<br />

voor de kunsten fungeert ook als intermediair tussen onderwijs en erfgoedinstellingen.<br />

In veel gemeenten zijn oudheidkundige of historische verenigingen en heemkundekringen actief.<br />

De hierbij aangesloten vrijwilligers zijn vaak bereid anderen te laten delen in hun kennis <strong>van</strong> en<br />

enthousiasme voor lokaal erfgoed en cultuurhistorie.<br />

Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland (OPEN)<br />

Erfgoedhuizen of vergelijkbare provinciale erfgoedinstellingen richten zich op de ondersteuning<br />

<strong>van</strong> beheerders en gebruikers <strong>van</strong> erfgoed. Zij bedienen grote en verschillende klantengroepen.<br />

Musea bijvoorbeeld kunnen rekenen op de steun <strong>van</strong> vakexperts (consulenten) op het gebied<br />

<strong>van</strong> registratie, documentatie, behoud, beheer en ontsluiting <strong>van</strong> collecties. Dat geldt ook voor de<br />

archieven en beoefenaars <strong>van</strong> de geschiedenis (historische verenigingen).<br />

<strong>Gemeenten</strong> worden ondersteund in de ontwikkeling en uitvoering <strong>van</strong> beleid op het gebied <strong>van</strong><br />

monumentenzorg en archeologie door de Steunpunten Monumentenzorg en Archeologie. De<br />

Monumentenwacht voorziet monumentenbeheerders <strong>van</strong> onderhoudsadviezen.<br />

De meeste provinciale erfgoedinstellingen hebben een afdeling erfgoededucatie die scholen en<br />

erfgoedinstellingen met elkaar in contact brengt en begeleidt bij het verzorgen <strong>van</strong> erfgoededucatie.<br />

Provinciale erfgoedinstellingen verzorgen tal <strong>van</strong> publicaties, waaronder handleidingen<br />

voor professionals en vrijwilligers.<br />

Ook digitaal zijn provinciale erfgoedinstellingen actief: zij ontwikkelen en beheren provinciale<br />

websites en databanken, die zich richten op bredere ontsluiting <strong>van</strong> erfgoed. Hierin nemen afzonderlijke<br />

erfgoedbeheerders met hun objecten of collecties deel.<br />

Ten slotte zijn provinciale erfgoedinstellingen ook steeds vaker organisator. Bijvoorbeeld <strong>van</strong> provinciale<br />

evenementen binnen themajaren als ‘Het Jaar <strong>van</strong> het Kasteel’, of <strong>van</strong> cultuurtoeristische<br />

projecten.<br />

Provinciale erfgoedinstellingen die meer dan één erfgoeddiscipline ondersteunen hebben zich<br />

verenigd in ‘OPEN’, Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland. Voor een overzicht <strong>van</strong> de<br />

hierbij aangesloten instellingen zie bijlage 2.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is…<br />

een breed palet aan activiteiten gericht op kennis, begrip en beleving <strong>van</strong> erfgoed.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> heeft betekenis…<br />

• in het onderwijs: zowel cultuureducatie als omgevingsonderwijs.<br />

• buiten het klaslokaal, voor een breed publiek <strong>van</strong> alle leeftijden.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> …<br />

• draagt bij aan kennis en begrip <strong>van</strong> cultuur en daarmee aan cultureel bewustzijn.<br />

• voorziet overblijfselen uit het verleden <strong>van</strong> context en verklaring.<br />

• ontwikkelt historisch besef door een relatie te leggen tussen heden en verleden.<br />

• biedt een kader voor (collectieve) identiteit.<br />

• draagt bij aan aandacht en respect voor de eigen leefomgeving.<br />

1


ERFGOEDEDUCATIE IN<br />

0


GEMEENTELIJK BELEID<br />

Elke gemeente heeft erfgoed, dat zowel intrinsieke als instrumentele waarde heeft.<br />

Bestuurlijk is dit erfgoed zichtbaar in de wettelijke verantwoordelijkheid voor behoud en<br />

beheer en als factor in het autonome, gemeentelijke cultuurbeleid. Cultuureducatie en<br />

–participatie zijn hierin belangrijke aandachtspunten, die ook lokale erfgoedinstellingen<br />

raken. Erfgoed is verweven met lokale identiteit en geeft contour aan het culturele profiel<br />

<strong>van</strong> een plaats. Daarmee kan het ook een rol krijgen op het gebied <strong>van</strong> welzijn, toerisme<br />

en economie en ruimtelijke ontwikkeling. Om al deze belangen recht te doen is een<br />

samenhangend beleid voor erfgoededucatie onmisbaar.<br />

3.1 Samenhang in verscheidenheid<br />

De verantwoordelijkheden <strong>van</strong> gemeenten voor behoud en beheer <strong>van</strong> erfgoed zijn vastgelegd in<br />

landelijke wet- en regelgeving. Daarnaast krijgt erfgoed aandacht binnen het autonome cultuurbeleid<br />

<strong>van</strong> de gemeente.<br />

Het cultuurbeleid geeft richting aan de aard en om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het cultuuraanbod, onder meer door<br />

het inzetten <strong>van</strong> subsidie-instrumenten. Tot cultuurbeleid hoort ook het bevorderen <strong>van</strong> de cultuurparticipatie<br />

<strong>van</strong> inwoners. Onder invloed <strong>van</strong> landelijke stimuleringsprogramma’s als Cultuur<br />

en School en het Actieplan Cultuurbereik ligt het accent daarbij sterk op cultuureducatie voor<br />

jongeren en is er meer aandacht gekomen voor cultuurdeelname <strong>van</strong> nieuwe publieksgroepen,<br />

waaronder allochtonen. <strong>Gemeenten</strong> hebben daarnaast bemoeienis met het erfgoedveld omdat<br />

zij subsidies verstrekken aan lokale erfgoedinstellingen en –organisaties. In deze sector staan<br />

kwesties als kwaliteitsverbetering en een meer publieksgericht aanbod hoog op de agenda.<br />

Kunst en erfgoed hebben binnen de samenleving op de eerste plaats een waarde op zich. Daarnaast<br />

groeit het inzicht dat kunst en cultuur, <strong>van</strong>uit eigen kracht, ook een waardevolle bijdrage<br />

kunnen leveren aan diverse andere gemeentelijke beleidsterreinen. Zowel waar het gaat om<br />

stedelijk belang (stedelijke economie, ruimtelijke ontwikkeling) als om maatschappelijk belang<br />

(sociale cohesie, jongerenbeleid, integratie). Een gemeente die het plaatselijke erfgoed hiervoor<br />

wil inzetten, krijgt zeker te maken met erfgoededucatie.<br />

In die zin zijn er voor de cultuurambtenaar raakvlakken met gemeentelijke afdelingen en diensten<br />

als onderwijs, welzijn, ruimtelijke ordening, stadsontwikkeling, monumentenzorg, economische<br />

zaken (toerisme) en gemeentevoorlichting.<br />

3.2 Wet- en regelgeving<br />

Op het terrein <strong>van</strong> erfgoed hebben gemeenten te maken met de volgende wet- en regelgeving:<br />

• Museumwet (1925), gericht op de opheffing of wijziging – in het algemeen belang – <strong>van</strong> bij<br />

erfstelling of legaat gestelde voorwaarden.<br />

• Wet tot behoud <strong>van</strong> cultuurbezit (1985), beschermt voorwerpen en verzamelingen die voor<br />

Nederland <strong>van</strong> groot (cultuurhistorisch of wetenschappelijk) belang zijn tegen uitvoer naar het<br />

buitenland.<br />

• Monumentenwet (1988), gericht op de bescherming <strong>van</strong> het onroerend Nederlands cultuurbezit.<br />

De Monumentenwet heeft betrekking op rijksmonumenten en beschermde stads- en dorpsgezichten.<br />

Daarnaast kunnen ook provincie en gemeente monumenten aanwijzen. Provinciale<br />

en gemeentelijke monumenten zijn via de Woningwet ‘beschermd’, omdat voor alle ingrepen<br />

een bouwvergunning verplicht is. Sommige gemeenten wijzen bovendien nog karakteristieke<br />

panden (met bijzondere inwendige details) en beeldbepalende panden (<strong>van</strong> belang voor het<br />

stadsbeeld) aan.<br />

• Verdrag <strong>van</strong> Malta (1992), beschermt het archeologisch erfgoed in de bodem en de inbedding<br />

daar<strong>van</strong> in de ruimtelijke ontwikkeling. De implementatie <strong>van</strong> dit Europese verdrag in <strong>Nederlandse</strong><br />

wetgeving leidde tot een wijziging <strong>van</strong> de Monumentenwet 1988. Vooruitlopend daarop<br />

is er wel al regelgeving ´in de geest´ <strong>van</strong> Malta. Dit geldt bijvoorbeeld voor projecten waarbij een<br />

Milieu Effect Rapportage (MER), verplicht is, bij bestemmingsplanwijzigingen en bij ontgrondingen.<br />

Sommige gemeenten werken al volgens de Malta-norm, zoals bij de aanleg <strong>van</strong> Vinex-locaties<br />

[4.3].<br />

• Algemene wet bestuursrecht (1992), is als wettelijk kader voor alle subsidieverstrekking het<br />

1


9 Wijn. C (2003) Gemeentelijk<br />

cultuurbeleid - een handleiding<br />

belangrijkste beleidsinstrument op het gebied <strong>van</strong> cultuur. <strong>Gemeenten</strong> ondersteunen erfgoedinstellingen<br />

(vooral musea) op hun grondgebied vaak met structurele en/of incidentele subsidies.<br />

Musea kunnen bijvoorbeeld bestaan als gemeentelijke dienst of als zelfstandige, volledig door<br />

de gemeente gesubsidieerde stichting. Subsidies kunnen bestaan uit een jaarlijkse exploitatiebijdrage<br />

of uit de specifieke financiering <strong>van</strong> huisvesting of medewerkers. Incidentele subsidies<br />

worden bijvoorbeeld afgegeven voor speciale projecten of voor nieuwbouw of renovatie.<br />

• Wet op specifiek cultuurbeleid (1993), regelt onder meer het verstrekken <strong>van</strong> specifieke uitkeringen<br />

door het rijk ten behoeve <strong>van</strong> cultuuruitingen. Ook de landelijke Cultuurnotasystematiek<br />

is hierin verankerd. <strong>Erfgoededucatie</strong> is een <strong>van</strong> de aandachtspunten binnen een aantal <strong>van</strong> deze<br />

doeluitkeringen [3.4].<br />

• Archiefwet (1995), regelt verantwoordelijkheden <strong>van</strong> overheden voor hun archiefbescheiden.<br />

3.3 Erfgoed in gemeentelijk cultuurbeleid<br />

Om gemeenten houvast te bieden bij het vormgeven <strong>van</strong> hun cultuurbeleid is een model ontwikkeld<br />

dat culturele infrastructuur en het bijbehorende beleid opdeelt in drie ringen, die gerelateerd<br />

zijn aan het inwonersaantal. 9 Aan het ringenmodel is af te lezen wat er verwacht zou mogen worden<br />

<strong>van</strong> een gemeente met minder dan 30.000 inwoners, tussen de 30.000 en 90.000 inwoners en<br />

gemeenten met meer dan 90.000 inwoners. Het bijbehorende cultuurbeleid is dan respectievelijk<br />

kernachtig, uitgebreid of alomvattend. Bij elke om<strong>van</strong>g zien we erfgoed als aandachtspunt <strong>van</strong><br />

cultuurbeleid terug. Grote gemeenten met een alomvattend cultuuraanbod (de derde ring in het<br />

model) leggen hun erfgoedbeleid meestal vast in een cultuurnota. Soms is er een aparte erfgoed-<br />

of museumnota. Kleine en middelgrote gemeenten verwoorden de zorg voor erfgoed in een<br />

algemene gemeentelijke nota.<br />

De culturele infrastructuur <strong>van</strong> gemeenten in ringen


Erfgoed in de vorm <strong>van</strong> (en/of) monumenten, oudheidkamers 10 , archieven en archeologie wordt<br />

al in de kleinste gemeenten aanwezig verondersteld. Voor gemeenten met meer dan 30.000 inwoners<br />

komt daar een natuur- of cultuurhistorisch museum bij, terwijl in de grootste gemeenten<br />

ook een kunstmuseum zou moeten staan. Uiteraard is het model slechts een handreiking. Er zijn<br />

kleine gemeenten die meer voorzieningen hebben dan het model veronderstelt en gemeenten<br />

die wat dit betreft minder goed bedeeld zijn. Sommige plaatsen beschikken nu eenmaal niet over<br />

noemenswaardige monumenten, veel kleinere gemeenten zijn aangewezen op een streekarchivaris,<br />

een oudheidkamer vind je niet overal en het bodemarchief is niet altijd zichtbaar te maken.<br />

In dat geval kunnen bijvoorbeeld gevelstenen of straatnamen iets over de geschiedenis <strong>van</strong> de<br />

plaats prijsgeven. Of anders het stratenpatroon, het aanwezige groen en het omringende landschap.<br />

Verder is er overal waar mensen samenleven, sprake <strong>van</strong> immaterieel erfgoed, zoals verhalen die<br />

<strong>van</strong> generatie op generatie overgaan, plaatselijke feesten, gebruiken en zegswijzen. Veel gemeenten<br />

kennen bovendien een actieve heemkundekring of historische vereniging waar veel informatie<br />

over lokale aardrijkskunde en de cultuurhistorie <strong>van</strong> de omgeving is verzameld.<br />

Netto uitgaven <strong>van</strong> Rijk, provincies en gemeenten aan kunst en cultuur in 2004<br />

In milj. € Beroeps- Amateur Accomodatie Scheppend Muzische en Overige Totaal<br />

uitvoerend cult. vorming<br />

Gemeente 56 33 261 28 206 110 694<br />

Provincie 10 2 5 9 10 37 73<br />

Rijk 195 14 0 67 33 33 342<br />

Uitgaven cultuurbeheer en –verspreiding provincies en gemeenten in het jaar 2004<br />

In milj. € Musea Monumenten Bibliotheken Archieven Totaal<br />

Gemeente 167 89 383 52 691<br />

Provincie 25 35 41 1 102<br />

Rijk 164 109 69 5 347<br />

* Cultuureducatie is niet duidelijk gerubriceerd in de overheidsuitgaven.<br />

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek<br />

3.4 Landelijk stimuleringsbeleid cultuureducatie en-participatie<br />

Op basis <strong>van</strong> algemene nota’s zoals de vierjaarlijkse Cultuurnota kan het Rijk besluiten bepaalde<br />

activiteiten te stimuleren. Dit gebeurt met name via de landelijke fondsen en door middel <strong>van</strong><br />

cultuurprogramma’s met diverse partijen, zoals de medeoverheden. In deze paragraaf een aantal<br />

voor erfgoededucatie rele<strong>van</strong>te voorbeelden:<br />

• Cultuur en School<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is sinds 1996 als onderdeel <strong>van</strong> cultuureducatie verankerd in het project Cultuur<br />

en School, gericht op cultuureducatie voor het voortgezet onderwijs, waarin het rijk samenwerkt<br />

met provincies en gemeenten. [5.1]<br />

De decentrale middelen voor Cultuur en School die in het Actieplan 2001-2004 geoormerkt waren,<br />

vormen in de periode 2005-2008 een integraal onderdeel <strong>van</strong> het tweede Actieplan Cultuurbereik.<br />

Wel is deelnemende gemeenten en provincies expliciet aanbevolen hun activiteiten in het<br />

kader <strong>van</strong> Cultuur en School voort te zetten en uit te breiden. Cultuur en Schoolbeleid zal ook na<br />

2008 worden voortgezet, maar mogelijk in een andere vorm.<br />

10 Oudheidkamer: musea doorgaans<br />

grotendeels gedreven door vrijwilligers<br />

die zich bezighouden met oudheidkun-<br />

dige aspecten <strong>van</strong> stad of streek. Vaak<br />

is de oudheidkamer verbonden aan een<br />

historische vereniging of heemkunde-<br />

kring. In: Jansen, I. (2004) Handreiking<br />

museumbeleid voor gemeenten


11 Ministerie <strong>van</strong> OCW (2005) Actieplan<br />

2005-2008. Informatie voor gemeenten<br />

en provincies<br />

12 Bureau Driessen, (2006) Actieplan II,<br />

Nulanalyse en nulmeting<br />

13 Cachet, E.A. e.a. (2003) Culturele iden-<br />

titeit <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong><br />

• Regeling Versterking Cultuureducatie in het primair onderwijs 2004-2007<br />

Omdat het nadrukkelijk de bedoeling is cultuureducatie te verankeren in het primair onderwijs<br />

hebben de Staatssecretaris <strong>van</strong> OCW, het IPO en de VNG over dit onderwerp een aanvullende<br />

bestuurlijke afspraak gemaakt voor de periode 2004-2007. Het gaat hierbij vooral om netwerkvorming<br />

en het verder ontwikkelen <strong>van</strong> een infrastructuur voor cultuureducatie, gericht op de vraag<br />

<strong>van</strong> de basisscholen. [5.1.1]<br />

• Actieplan Cultuurbereik 2005-2008<br />

In het kader <strong>van</strong> het tweede Actieplan Cultuurbereik spannen het Rijk, provincies en de dertig<br />

grote gemeenten zich in om ‘(...) het cultureel bewustzijn <strong>van</strong> burgers te versterken door het<br />

vergroten <strong>van</strong> zowel het publieksbereik als de actieve participatie in kunst en cultuur’. Kleinere gemeenten<br />

kunnen via hun provincie aan het Actieplan deelnemen. In het beleidskader wordt over<br />

erfgoededucatie opgemerkt: ‘Gezien de relatieve achterstand op het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

wil het Actieplan bevorderen dat gemeenten en provincies zorgen voor een adequate infrastructuur<br />

voor erfgoededucatie, waar scholen en culturele instellingen <strong>van</strong> gebruik kunnen maken.’ 11<br />

Gewezen wordt op de rol die de provinciale erfgoedhuizen hierbij kunnen spelen. Vrijwel alle<br />

Actieplan-deelnemers zetten opnieuw in op cultuureducatie; zeven Actieplan-gemeenten kozen<br />

voor een specifieke doelstelling op het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie en acht combineerden keuzes<br />

voor kunst- en erfgoededucatie. Doelstellingen voor erfgoededucatie worden binnen het Actieplan<br />

op verschillende manieren uitgewerkt. <strong>Gemeenten</strong> kiezen bijvoorbeeld voor het versterken<br />

<strong>van</strong> het aanbod <strong>van</strong> erfgoededucatieve programma’s, voor specifieke projecten als museum- of<br />

archeologieprojecten of voor een groter aantal deelnemende leerlingen. 12<br />

Het is niet bekend of er na 2008 een stimuleringsprogramma zoals het Actieplan komt. Programmatische<br />

samenwerking tussen verschillende overheden zal waarschijnlijk worden gecontinueerd.<br />

3.5 Kwaliteitsslag erfgoedinstellingen<br />

Zoals alle culturele instellingen hebben ook musea en andere erfgoedinstellingen te maken met<br />

een hoger verwachtingspatroon bij publiek, onderwijs, overheden en subsidiënten dan voorheen.<br />

Ze moeten in hun aanbod bijvoorbeeld aansluiten op de behoeften <strong>van</strong> scholen en door gerichte<br />

programmering en activiteiten ook nieuw en ander publiek zien te trekken. Daarbij zijn ze<br />

in concurrentie met een explosief gegroeid aanbod <strong>van</strong> andere vormen <strong>van</strong> vrijetijdsbesteding,<br />

variërend <strong>van</strong> funshoppen tot thuis een dvd bekijken. Eenmaal binnen, stelt de bezoeker <strong>van</strong><br />

tegenwoordig ook hogere eisen aan informatie en presentatie dan voorheen.<br />

Dit alles vraagt een omslag naar een meer publieksgerichte werkwijze: meer oog voor (doelgroep)<br />

– marketing en publiciteit, adequate toepassing <strong>van</strong> nieuwe media, een vraaggericht educatieaanbod<br />

en aangepaste programmering. Erfgoedinstellingen werken al aan het verbeteren <strong>van</strong><br />

kwaliteit en toegankelijkheid, onder meer via het museumregister en het archievenhandvest.<br />

Behalve erfgoedhuizen en andere ondersteunende instellingen kunnen ook gemeenten de<br />

plaatselijke erfgoedinstellingen met raad en daad bijstaan om een kwaliteitsslag te maken en publieksvriendelijker<br />

te werken. Bijvoorbeeld door het initiatief te nemen voor een netwerk waarin<br />

ervaringen en expertise worden gedeeld en goed geoutilleerde erfgoedinstellingen kleinere<br />

instellingen met veel vrijwilligers op de goede weg helpen.<br />

3.6 Maatschappelijke functie:<br />

identiteit, binding en betrokkenheid<br />

Erfgoed is verweven met de lokale identiteit <strong>van</strong> een dorp, stad of streek: een optelsom <strong>van</strong> (authentieke<br />

en bedachte) elementen die inwoners en buitenstaanders specifiek bij die plaats vinden<br />

horen.<br />

Onderzoek <strong>van</strong> de Erasmus Universiteit beschrijft ‘de persoonlijkheid <strong>van</strong> een gemeente’ als een<br />

optelsom <strong>van</strong> statische elementen (ligging en geschiedenis) en semi-statische elementen (om<strong>van</strong>g,<br />

uiterlijk en innerlijk). Inkleurende elementen waarin de identiteit <strong>van</strong> een plaats tot uitdrukking<br />

komt zijn symboliek, gedrag en communicatie. 13<br />

Sinds de jaren negentig <strong>van</strong> de vorige eeuw is de belangstelling voor de identiteit <strong>van</strong> de lokale<br />

gemeenschap sterk toegenomen. Enerzijds <strong>van</strong>uit het besef dat er veel verloren dreigt te gaan nu<br />

lokale en regionale culturen in steeds sneller tempo terrein verliezen aan (inter)nationale cultuur.<br />

Anderzijds omdat er <strong>van</strong>uit de sector toerisme en recreatie grote belangstelling is voor allerlei<br />

aspecten <strong>van</strong> lokale cultuur (muziek, ambachten, monumenten). En ten slotte omdat denken in<br />

termen <strong>van</strong> ‘wij en ons’ binnen een gemeente een bindend element tussen inwoners kan zijn.<br />

Daarbij moeten we wel bedenken dat identiteit geen statisch gegeven is maar, net als het erfgoed<br />

dat daar uitdrukking aan geeft, verandert onder invloed <strong>van</strong> tijd, omstandigheden en de instroom


<strong>van</strong> mensen met een andere culturele bagage. Zo heeft het vooroorlogse Rotterdam weinig meer<br />

<strong>van</strong> doen met de multiculturele metropool <strong>van</strong> nu en wonen in traditionele plattelandsgemeenten<br />

steeds meer mensen ‘<strong>van</strong> buiten’.<br />

Cultuurbeleid is bij uitstek een middel waarmee de gemeente de eigen identiteit <strong>van</strong> de lokale gemeenschap<br />

tot uitdrukking kan laten komen. 14 Dit met de kanttekening dat het benadrukken <strong>van</strong><br />

lokale identiteit niet mag leiden tot een verkokering die het zicht op de buitenwereld beneemt<br />

en een wij/zij gevoel creëert dat impliciet en onbedoeld andere groepen uitsluit. Het gaat om het<br />

gebruiken <strong>van</strong> wat was, voor nu en de toekomst. 15<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is in dat verband een goed instrument om eigenheid te verklaren en tegelijkertijd<br />

het gemeenschappelijke aan te tonen, ‘nieuw’ erfgoed <strong>van</strong> migranten aandacht te geven en<br />

(inter)nationale verbanden aan te brengen. <strong>Erfgoededucatie</strong> kan inwoners een reden geven om<br />

trots te zijn op de eigen omgeving en er zuinig(er) mee om te gaan. Het kan mensen <strong>van</strong> verschillende<br />

generaties en culturele afkomst laten ervaren wat hen bindt en wederzijds begrip bevorderen.<br />

Op deze manier kan erfgoededucatie, in samenhang met andere beleidsinstrumenten,<br />

binnen de gemeente een bijdrage leveren aan het bevorderen <strong>van</strong> de leefbaarheid en een goed<br />

sociaal klimaat [6.1-6.4].<br />

3.7 Citymarketing en cultureel profiel<br />

In steden en dorpen die steeds meer op elkaar gaan lijken, met dezelfde winkelcentra, bushokjes<br />

en bedrijventerreinen, kan erfgoed gemeenten een herkenbaar eigen gezicht bieden.<br />

Onderscheidend vermogen is belangrijk voor een stad of dorp: city- of placemarketing draait om<br />

het onderstrepen <strong>van</strong> specifieke plaatselijke kwaliteiten. Kunst en erfgoed wordt een belangrijke<br />

plaats toegekend in de aantrekkingskracht <strong>van</strong> een plaats voor potentiële inwoners, bezoekers<br />

en (in mindere mate) bedrijven en andere mogelijke werkgevers. Cultuur kan immers de kwaliteit<br />

<strong>van</strong> het leven in een gemeente - wonen, werken en recreëren - verbeteren en ertoe bijdragen dat<br />

mensen zich er thuis voelen. In die zin hebben culturele voorzieningen, waaronder musea, voor<br />

de grotere gemeenten een belangrijke economische betekenis. 16<br />

Om te voorkomen dat het gepromote imago niet overeenstemt met de manier waarop inwoners<br />

hun woonplaats beleven, is het <strong>van</strong> belang dat gemeenten zich rekenschap geven <strong>van</strong> hun culturele<br />

identiteit. Culturele identiteit wortelt in de lokale cultuurhistorie en bestaat uit elementen <strong>van</strong><br />

de algemene identiteit die kunst en cultureel erfgoed omvatten. Een aanbeveling uit het eerder<br />

geciteerde onderzoek <strong>van</strong> de Erasmus Universiteit luidt dat gemeenten bij het bepalen <strong>van</strong> hun<br />

culturele identiteit allereerst moeten nagaan of de plaatselijke geschiedenis daarvoor bouwstenen<br />

aandraagt. Zoals belangwekkende historische gebeurtenissen, - gebouwen of - personen, een<br />

museaal topstuk, archeologische vondsten of ander erfgoed. Op dit fundament kan elke gemeente<br />

voortbouwen met andere elementen die de culturele identiteit versterken. 17<br />

Uiteindelijk maakt elke gemeente hierin een eigen keuze. Adviesbureau Berenschot dat in 2002<br />

een onderzoek verrichtte naar de culturele profielen <strong>van</strong> zestien middelgrote gemeenten in Nederland<br />

meende dat de gemeente pas als zij de basis, de qualifiers, op orde heeft, kan onderzoeken<br />

op welke onderdelen een onderscheidend profiel mogelijk is, oftewel winners kan identificeren.<br />

18 Uit het onderzoek bleek dat gemeenten kansen laten liggen omdat zij eerder geneigd zijn<br />

zwakke punten te versterken dan voort te bouwen op sterke punten.<br />

3.8 Cultuurtoerisme en stedelijke economie<br />

Een goed aanbod aan culturele voorzieningen en activiteiten trekt dagjesmensen en toeristen<br />

aan. Erfgoed kan daarin een factor <strong>van</strong> belang zijn. <strong>Gemeenten</strong> met een historische binnenstad,<br />

bijzondere musea of monumenten, cultuurhistorische festivals of ander interessant erfgoed<br />

hebben wat dat betreft een streepje voor. Toeristen maken immers ook gebruik <strong>van</strong> de plaatselijke<br />

horeca, winkelen wat in de omgeving en blijven soms overnachten. De aanwezigheid <strong>van</strong><br />

erfgoed(instellingen) heeft dan een positieve spin-off op het lokale bedrijfsleven en is daarmee<br />

een factor in de plaatselijke economie.<br />

In onderzoek naar de relatie tussen ruimtelijke ontwikkeling en toerisme en recreatie in kleine<br />

monumentale stadjes bleek dat erfgoed binnen deze gemeenten zowel direct wordt ingezet<br />

voor toerisme, als indirect wordt gebruikt als decor voor evenementen en attracties. 19 Niet dat<br />

toerisme en erfgoed in alle gevallen harmonieus samengaan. Ontwikkelingswensen <strong>van</strong>uit toerisme/recreatie<br />

– bijvoorbeeld openstelling <strong>van</strong> monumenten en recreatief gebruik <strong>van</strong> terreinen<br />

– staan soms haaks op de eisen voor behoud en beheer <strong>van</strong> erfgoedsites en kan de leefbaarheid<br />

in (binnen)stad of dorp onder druk zetten.<br />

14 Wijn, C. (2003) Gemeentelijk cultuur-<br />

beleid – een handleiding ( p.54)<br />

15 IPO (2005) Kiezen in cultuurbeleid<br />

(p. 10)<br />

16 Hoefnagels, D. (2000) Bestuursrecht:<br />

de relatie tussen musea en de overheid.<br />

In: Jansen, I (2004) Handreiking museum-<br />

beleid voor gemeenten<br />

17 Cachet, E.A. e.a. (2003) Culturele iden-<br />

titeit <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> gemeenten<br />

18 Drenth, B. e.a. (2002) Cultuurprofielen


19 DSP Groep (2004) Erfgoed en toe-<br />

risme. Een spannend akkoord<br />

20 Stelling erfgoedkoepels in: Erfgoed<br />

voor Toerisme (2003)<br />

21 Ministerie <strong>van</strong> OCW (2003) brochure<br />

Culturele Planologie<br />

Voor Nederland als geheel is historisch erfgoed een belangrijk onderdeel <strong>van</strong> het nationale toeristische<br />

product, dat wordt geafficheerd om internationaal toerisme aan te trekken en de eigen<br />

inwoners te verlokken tot een (korte) vakantie in eigen land.<br />

Om bezoekers erfgoed daadwerkelijk te laten ’beleven’ is een creatieve en herkenbare (re)presentatie<br />

daar<strong>van</strong> <strong>van</strong> belang. 20 Erfgoedinstellingen leveren daarin niet alleen een inhoudelijke<br />

bijdrage, maar kunnen bijvoorbeeld de plaatselijke VVV ook voorzien <strong>van</strong> ideeën en informatie<br />

voor wandel– en fietsroutes en wervingsbrochures. Het verbinden <strong>van</strong> verschillende historische<br />

elementen in een gemeente tot een integraal, erfgoedbreed verhaal over de geschiedenis <strong>van</strong> de<br />

omgeving kan een uitstapje extra interessant maken en uitnodigen tot herhaalbezoek. [6.6]<br />

3.9 Rol in ruimtelijke ontwikkeling<br />

Erfgoed maakt deel uit <strong>van</strong> het directe leefmilieu in een buurt of (deel)gemeente. Beheerstaken<br />

op dit gebied worden door de bevolking nauwlettend gevolgd. Ingrepen in de bebouwde omgeving<br />

of omliggend groen roepen vaak sterke reacties op. Maar niet alles wat oud is kan en moet<br />

bewaard blijven. Zo hebben veel <strong>Nederlandse</strong> gemeenten wijken die aan renovatie of herbouw<br />

toe zijn, met name wederopbouwbuurten met een groot aanbod <strong>van</strong> goedkope huurwoningen.<br />

Wel wordt het erfgoed <strong>van</strong> een bepaalde plek steeds vaker meegenomen in plannen voor stadsuitbreiding,<br />

nieuwbouw of renovatie <strong>van</strong> een wijk of herinrichting <strong>van</strong> het landschap.<br />

De ontwikkeling om cultuurhistorie in te zetten voor ruimtelijke ontwikkeling is door de rijksoverheid<br />

gestimuleerd. Zo was ‘culturele planologie’ een specifieke doelstelling binnen het eerste<br />

Actieplan Cultuurbereik. Van groot belang was ook de beleidsnota Belvedere (1999), die erfgoed<br />

zowel een rol geeft bij het definiëren en bewaken <strong>van</strong> ruimtelijke en landschappelijke kwaliteit,<br />

als bij de invulling <strong>van</strong> ontwikkelingsgerichte planologie. De bedoeling is dat lokale cultuurhistorie<br />

als inspiratiebron ruimtelijke veranderingsprocessen verrijkt. Daarbij ligt het accent sterker op<br />

ontwikkeling dan puur op behoud. 21 We noemen hier ook het Actieprogramma Ruimte en Cultuur<br />

dat Belvederebeleid verbindt met architectuurbeleid en de Cultuurimpuls ISV(2) die daar<strong>van</strong><br />

onderdeel vormt [4.3]. Steeds vaker ook krijgen (industriële) monumenten binnen de gemeente<br />

een andere bestemming: als cultureel podium, kinderdagverblijf, atelier, verzamelgebouw voor<br />

creatieve industrie of horecagelegenheid.<br />

Via internet krijgen inwoners steeds meer mogelijkheden om besluitvormingsprocedures te<br />

volgen. Bij een aantal gemeente zijn kadastergegevens, (status <strong>van</strong>) bestemmingsplannen en<br />

trajectinformatie al met een muisklik onder handbereik. Om het verleden een plaats te geven in<br />

de toekomst is, naast samenwerking tussen verschillende vakdisciplines, ook actieve inbreng <strong>van</strong><br />

inwoners <strong>van</strong> groot belang. Erfgoedorganisaties kunnen op dit vlak behulpzaam zijn, onder meer<br />

door het aandragen <strong>van</strong> methodieken, historische gegevens en beeldmateriaal. Uit oogpunt <strong>van</strong><br />

cultuurbehoud is erfgoededucatie onmisbaar om achtergrond en context te geven aan ingrepen<br />

in de fysieke omgeving en hergebruik <strong>van</strong> historische gebouwen of (landschap)structuren. [6.6]<br />

Argumenten voor een samenhangend erfgoededucatiebeleid:<br />

• Elke gemeente heeft erfgoed.<br />

• Erfgoed heeft intrinsieke en instrumentele waarde voor gemeentelijk beleid.<br />

• Verantwoordelijkheden voor behoud en beheer <strong>van</strong> erfgoed zijn bij wet vastgelegd.<br />

• Erfgoed is een factor in autonoom gemeentelijk cultuurbeleid.<br />

• Erfgoed speelt een rol in cultuureducatie en het stimuleren <strong>van</strong> cultuurparticipatie.<br />

• Erfgoed is verweven met lokale identiteit en het fundament voor een cultureel profiel.<br />

• Erfgoed is inzetbaar voor stedelijk belang (toerisme en economie, ruimtelijke ontwikkeling)<br />

en maatschappelijk belang (sociale cohesie, integratie).


TRENDS EN


ONTWIKKELINGEN<br />

4.1 IN DE ERFGOEDSECTOR<br />

Digitale ontsluiting <strong>van</strong> erfgoed<br />

De digitale ontsluiting <strong>van</strong> erfgoed, die mede dankzij overheidssteun de laatste jaren goed op<br />

gang komt, betekent dat erfgoed beter toegankelijk wordt voor een breed publiek. Als een eerste<br />

kennismaking of voor kennisverdieping.<br />

Musea, archieven, foto- en filminstituten, Regionaal Historische Centra en bibliotheken presenteren<br />

steeds vaker gedeelten <strong>van</strong> hun collecties via internet. Erfgoedobjecten zijn zo <strong>van</strong> historische<br />

context te voorzien of binnen bepaalde thema’s te plaatsen. De gebruiker kan bijvoorbeeld <strong>van</strong>uit<br />

huis een online catalogus raadplegen en/of rechtstreeks toegang krijgen tot cultuurhistorische<br />

bronnen en objecten. Digitale kennismaking kan ertoe leiden dat mensen de stap maken naar de<br />

erfgoedinstelling zelf, bijvoorbeeld om daar die prachtige vaas of dat middeleeuwse handschrift<br />

met eigen ogen te bekijken. Overigens heeft niet elke erfgoedinstelling al een eigen website;<br />

vooral de kleinere ontbreekt het daartoe vaak aan expertise en financiën.<br />

Binnen de erfgoedinstelling zelf kunnen virtuele presentaties een bezoek vereenvoudigen of verrijken<br />

en bezoekers een blik bieden op niet geëxposeerd materiaal. Ook archeologische opgravingen<br />

zijn via een webcam voor een groot publiek open te stellen. Deels uit oogpunt <strong>van</strong> behoud,<br />

deels om kwetsbaar materiaal toch voor gebruik beschikbaar te maken, gaan veel instellingen er<br />

toe over delen <strong>van</strong> hun verzameling over te zetten op digitale bestanden.<br />

Samenwerking Regionaal Historische Centra<br />

Het beleid <strong>van</strong> de overheid is er sinds enkele jaren op gericht (collecties <strong>van</strong>) archieven voor<br />

een breder en groter publiek toegankelijk te maken. Het ministerie <strong>van</strong> OCW stimuleert daartoe<br />

bovengemeentelijke samenwerking tussen archieven onderling en met andere cultuurhistorische<br />

publieksinstellingen zoals bibliotheken. Deze nieuwe samenwerkingsverbanden worden ‘Regionaal<br />

Historische Centra’ (RHC’s) genoemd. Het ministerie streeft ernaar dat in ieder geval in elke<br />

provinciehoofdstad het daar aanwezige rijksarchief opgaat in of deelneemt aan een RHC.<br />

Een RHC verstrekt niet alleen informatie over de eigen collectie, maar ook over andere bronnen in<br />

de regio. Omdat een RHC een breder publiek wil bereiken, is er aandacht voor nieuwe doelgroepen,<br />

zoals het onderwijs. Een belangrijk aandachtspunt is ook het digitaal beschikbaar maken <strong>van</strong><br />

bronnen. In Utrecht, Zuid-Holland, Zeeland, Overijssel, Gelderland, Friesland, Groningen en Flevoland<br />

zijn al RHC’s gerealiseerd. In de andere provincies lopen RHC-trajecten. (www.minocw.nl/rhc)<br />

Dagelijks leven en oral history<br />

Steeds meer mensen hebben belangstelling voor geschiedenis. Meer dan naar politieke ontwikkelingen<br />

en historische figuren gaat daarbij de interesse uit naar het dagelijks leven in vroeger eeuwen.<br />

Wonen, werken, kleding, voedsel, bouwen, feesten... hoe ging dat? Juist deze geschiedenis<br />

<strong>van</strong> gewone mensen en hun dagelijkse dingen is bij uitstek het terrein <strong>van</strong> de erfgoededucatie.<br />

Een tweede belangrijke ontwikkeling is de aandacht voor oral history: mondeling overgedragen<br />

verhalen en gebeurtenissen. Het gaat hierbij om persoonlijke ervaringen of herinneringen die de<br />

geschiedenisboeken meestal niet halen. Vaak is er een zeker gevoel <strong>van</strong> urgentie: om oral history<br />

voor latere generaties te kunnen bewaren moet deze worden opgetekend zolang er mensen zijn<br />

die over een bepaalde periode of gebeurtenis kunnen vertellen. Dit geldt bijvoorbeeld voor mensen<br />

die de Tweede Wereldoorlog hebben meegemaakt, maar evengoed voor de eerste generatie<br />

migranten.<br />

Living history<br />

In erfgoededucatie en cultuurtoerisme wordt volop geëxperimenteerd met vormen <strong>van</strong> levende<br />

geschiedenis. De hedendaagse (cultuur)consument verwacht namelijk naast informatie vooral<br />

‘beleving’. Het naspelen (re-enactment) <strong>van</strong> historische gebeurtenissen is populair en zelfs een<br />

sterk groeiende vorm <strong>van</strong> vrijetijdsbesteding. Op een aantal plaatsen is living history een onderdeel<br />

<strong>van</strong> het totale programma, zoals op het VOC-schip de Batavia in Lelystad en in geschiedenispark<br />

Archeon in Alphen aan den Rijn. Utrecht had in 2005 de primeur <strong>van</strong> het eerste grote living<br />

history festival; 150 acteurs brachten als chirurgijns en kruidenvrouwtjes de stad terug naar de<br />

‘medische prehistorie’.<br />

Het Landelijk Platform voor Levende Geschiedenis (www.lplg.nl) is een overkoepelend orgaan<br />

voor <strong>Nederlandse</strong> verenigingen die zich bezighouden met levende geschiedenis en het naspelen


22<br />

Onderwijsraad (2005) De stand <strong>van</strong><br />

educatief Nederland<br />

<strong>van</strong> historische gebeurtenissen. Onderwerpen variëren <strong>van</strong> de Vikingen en de Romeinse tijd tot<br />

Napoleontische veldslagen en de Tweede Wereldoorlog. Bij veel verenigingen speelt het militaire<br />

aspect een hoofdrol, maar ook het dagelijks leven krijgt veel aandacht. De grootste clubs tellen<br />

ruim 100 leden, andere bestaan uit een handvol mensen. Alle verenigingen maken werk <strong>van</strong> presentaties<br />

voor het publiek, zoals educatieve voorstellingen op scholen en in musea, demonstraties<br />

<strong>van</strong> handwerk, muzikale uitvoeringen en het naspelen <strong>van</strong> veldslagen.<br />

4.2 SOCIAAL-CULTURELE ONTWIKKELINGEN<br />

Canon <strong>van</strong> Nederland<br />

In opdracht <strong>van</strong> de minister <strong>van</strong> OCW presenteerde een commissie onder leiding <strong>van</strong> prof. dr.<br />

Frits <strong>van</strong> Oostrom in oktober 2006 een Canon <strong>van</strong> Nederland. Dat gebeurde op advies <strong>van</strong> de<br />

Onderwijsraad die constateerde dat de (chronologische) historische kennis <strong>van</strong> Nederlanders te<br />

wensen overliet. Dit zou deels te wijten zijn aan het geringe aantal lesuren geschiedenis binnen<br />

het onderwijs, dat tegenwoordig bovendien meer gericht is op vaardigheden dan op parate kennis.<br />

Kortom, er zou behoefte zijn aan een compilatie <strong>van</strong> ‘die waardevolle onderdelen <strong>van</strong> onze<br />

cultuur en geschiedenis die we via het onderwijs aan nieuwe generaties willen doorgeven.’ 22 Of<br />

zoals de commissie-Van Oostrom het formuleerde: ‘Het geheel <strong>van</strong> belangrijke personen, teksten,<br />

kunstwerken, voorwerpen, verschijnselen en processen die samen laten zien hoe Nederland zich<br />

ontwikkeld heeft tot het land waarin we nu leven. Niet alleen de positieve verhalen, zoals die over<br />

de Gouden Eeuw, maar ook de zwarte bladzijden <strong>van</strong> het koloniale verleden (www.decanon<strong>van</strong>nederland.nl).<br />

Behalve in het onderwijs zou een canon een functie kunnen hebben als inspiratiebron voor<br />

(erfgoed)instellingen als musea en als hulpmiddel bij inburgering <strong>van</strong> nieuwe Nederlanders.<br />

De canoncommissie heeft het verhaal <strong>van</strong> Nederland in vijftig ‘vensters’ ingedeeld: hoofdpersonen,<br />

gebeurtenissen of thema’s aan de hand waar<strong>van</strong> een breder verschijnsel wordt behandeld.<br />

Vanuit daaruit wordt vertakt en doorverwezen. De canon, die begint met de Hunebedden en<br />

besluit met de euro, is een vertrekpunt: op een speciale website kan iedereen zijn bijdrage toevoegen.<br />

Twee aanbevelingen uit het rapport dat de feitelijke canon vergezelde, richten zich direct op<br />

provincies en gemeenten. Met nadruk adviseert de commissie initiatieven te ondernemen gericht<br />

op de ontwikkeling <strong>van</strong> een lokale canon en ziet daar een rol voor de Stichting Erfgoed Nederland<br />

en de VNG. Daarnaast beveelt de commissie de samenwerking tussen scholen en instellingen op<br />

lokaal niveau te bevorderen. (www.decanon<strong>van</strong>nederland.nl en www.entoen.nu )<br />

Aandacht voor culturele diversiteit<br />

Het Actieplan Cultuurbereik 2001-2004 zette culturele diversiteit op de agenda <strong>van</strong> overheden<br />

en culturele instellingen. Het feit dat Nederland zich heeft ontwikkeld tot een multiculturele<br />

samenleving zou ook tot uiting moeten komen in een hogere cultuurparticipatie <strong>van</strong> allochtone<br />

inwoners en ‘kleuring’ <strong>van</strong> het personeelsbestand <strong>van</strong> culturele instellingen. Als mogelijkheden<br />

om nieuwe publieksgroepen over de drempel te trekken, werden onder meer genoemd: in<br />

programmering meer aansluiten op behoeften <strong>van</strong> inwoners met een andere culturele bagage,<br />

confrontatie met cultuur buiten de muren <strong>van</strong> de gevestigde instellingen en een doelgroepgerichte<br />

benadering in marketing en publiciteit. Cultuureducatie in het onderwijs en daarbuiten zou<br />

een eerste stap zijn om allochtone jongeren voor cultuur te interesseren.<br />

Op het gebied <strong>van</strong> erfgoed vertaalt culturele diversiteit zich onder meer in aandacht voor het erfgoed<br />

<strong>van</strong> allochtone bevolkingsgroepen en voor hun bijdrage aan de <strong>Nederlandse</strong> cultuur. [6.4]<br />

Huis voor de Culturele Dialoog<br />

Het kabinet Balkenende heeft in juni 2006 op voorstel <strong>van</strong> de staatssecretarissen <strong>van</strong> BuZa en<br />

OCW ingestemd met het driejarige pilot-programma ‘Huis voor de Culturele Dialoog’. Doel <strong>van</strong> het<br />

Huis is de dialoog tussen groepen oude en nieuwe Nederlanders te intensiveren, waarbij kunst en<br />

cultuur een zeer belangrijke rol spelen. Ook de VNG vindt dit een belangrijk item.<br />

Het Huis zal zich profileren via optimaal gebruik <strong>van</strong> nieuwe media en kwalitatief hoogstaande<br />

artistieke presentaties. Hiertoe zal het Huis onder meer verbindingen leggen met herkomstlanden<br />

<strong>van</strong> migranten en contacten onderhouden met vergelijkbare initiatieven in Europa.<br />

In de pilot-fase ligt het zwaartepunt bij programmering op bestaande locaties, waarbij het Huis<br />

voornamelijk als platform en netwerk fungeert. Een landelijke regiekamer <strong>van</strong> het Huis, vooralsnog<br />

in Rotterdam, accentueert dat het om een nationaal initiatief gaat en biedt landelijke coördinatie.<br />

In het najaar <strong>van</strong> 2006 wordt het Huis officieel gelanceerd via een nationaal programma dat<br />

in eerste instantie ruimte biedt aan de initiatieven <strong>van</strong> de vier grote steden (G4), maar zich in een<br />

0


volgend stadium ook op andere gemeenten zal richten.<br />

Voor de pilot ‘Huis voor de Culturele Dialoog’ is voorzien in een subsidiebedrag <strong>van</strong> € 5 miljoen<br />

voor de periode 2006-2008.<br />

Cultuureducatie en sociale cohesie<br />

Maatschappelijke ontwikkelingen als individualisering, globalisering en toenemende culturele<br />

diversiteit in bevolkingssamenstelling leiden tot zorgen over het gebrek aan maatschappelijke<br />

binding. Sociale cohesie is dan ook steeds vaker een expliciete doelstelling <strong>van</strong> overheidsbeleid,<br />

zowel landelijk als lokaal. De definitie die het best aansluit bij actuele beleidsbedoelingen luidt:<br />

‘De mate waarin mensen in gedrag en beleving uitdrukking geven aan hun betrokkenheid bij<br />

maatschappelijke verbanden in hun persoonlijke leven, als burger in de maatschappij en als lid<br />

<strong>van</strong> de samenleving. 23 ’ In veel publicaties wordt ‘sociale cohesie’ verbonden met het begrip goed<br />

‘burgerschap’ (citizenship), als een set individuele competenties die noodzakelijk zijn voor het<br />

realiseren <strong>van</strong> sociale samenhang.<br />

Naast onderwijs kunnen ook kunst- en erfgoededucatie volgens beleidsmakers een bijdrage<br />

leveren aan sociale cohesie, vooral door sociale uitsluiting <strong>van</strong> specifieke groepen te voorkomen.<br />

Harde gegevens over de effecten <strong>van</strong> cultuureducatie op sociale cohesie ontbreken echter nog.<br />

Wel concludeerden museumdirecteuren, programmamakers en deelnemers in een verkennende<br />

publicatie dat via cultuureducatie nieuwe doelgroepen worden bereikt en dat de resultaten<br />

– hoewel bescheiden – positief zijn. ‘Deelnemers beleven meer plezier aan kunst en cultuur, ontdekken<br />

een zinvolle vrijetijdsbesteding, ontwikkelen meer zelfvertrouwen en verwerven grotere<br />

sociale vaardigheden. De ontmoeting <strong>van</strong> groepen met een andere culturele achtergrond of uit<br />

een andere leeftijdsgroep levert nieuwe inzichten en contacten op (...). 24<br />

Invulling voor civil society<br />

Civil society is een steeds vaker terugkerend begrip in nationaal en lokaal overheidsbeleid. Het<br />

betekent letterlijk vertaald: de beschaafde samenleving. De ‘civil society’ is in veel definities ook<br />

dat deel <strong>van</strong> de samenleving dat niet wordt beheerst door de markt of de overheid. In Nederland<br />

staat de term vaak voor allerhande initiatieven en activiteiten die <strong>van</strong>uit de samenleving zelf<br />

worden opgezet.<br />

Verschillende wetenschappers benadrukken het belang <strong>van</strong> de civil society voor sociale cohesie.<br />

Binnen de civil society zouden mensen zich (opnieuw) inzetten voor gemeenschappelijke waarden<br />

en normen.<br />

<strong>Gemeenten</strong> in Nederland bezinnen zich op dit moment hoe ze een goede invulling kunnen<br />

geven aan het begrip civil society. Voorbeelden daar<strong>van</strong> zijn: werken aan leefbaarheid en sociale<br />

samenhang in buurt en wijk, bevorderen <strong>van</strong> sociale participatie en vrijwilligerswerk door<br />

mensen met een uitkering. In dergelijke projecten kan ook erfgoededucatie een rol spelen.<br />

(www.vngnetwerken.nl)<br />

4.3 FYSIEKE OMGEVING<br />

Verdrag <strong>van</strong> Malta beschermt bodemarchief<br />

Hoewel bij opgravingen soms bijzondere voorwerpen gevonden worden, betekent dit ook de<br />

vernietiging <strong>van</strong> ‘bodemarchief’. Beter is het om dit erfgoed te behouden en het ‘mee te nemen’ in<br />

ruimtelijke ontwikkelingsprocessen. Dit is een belangrijk uitgangspunt <strong>van</strong> het Europese Verdrag<br />

<strong>van</strong> Valetta uit 1992 (Malta), dat Nederland heeft ondertekend.<br />

Praktische uitwerking <strong>van</strong> Malta is dat (verwachte) archeologische waarden voor een bepaald<br />

gebied in kaart moeten worden gebracht bij ruimtelijke plannen als bestemmingsplannen en<br />

ontgrondingen.<br />

Het Verdrag <strong>van</strong> Malta introduceert ook, analoog aan de milieuwetgeving, het zogeheten veroorzakerprincipe:<br />

de ‘bodemverstoorder’ betaalt. Wie de bodem in wil op een plek waar archeologische<br />

waarden worden vermoed, moet in ieder geval het archeologisch vooronderzoek betalen. De<br />

uitkomsten <strong>van</strong> dat onderzoek zijn bepalend voor de verdere gang <strong>van</strong> zaken. Dat kan inhouden<br />

dat de geplande werkzaamheden gewoon kunnen plaatsvinden, of dat de bodemverstoorder een<br />

opgraving moet financieren. Terreinbeheerders, bouwers en andere (grond)ontwikkelaars zijn<br />

zich door Malta meer bewust <strong>van</strong> de mogelijke waarde <strong>van</strong> archeologische resten in de bodem.<br />

Toegankelijke publieksinformatie vergroot daarbij het draagvlak voor archeologie als onderdeel<br />

<strong>van</strong> onze cultuurhistorie.<br />

Belvedere: behoud door ontwikkeling<br />

Cultuurhistorische kwaliteiten kunnen fungeren als een inspiratiebron en kwaliteitsimpuls voor<br />

1<br />

23<br />

Schnabel. P. (2000) in : Kamp <strong>van</strong> der,<br />

M. & Otte<strong>van</strong>ger, D. (2003) Cultuureducatie<br />

en sociale cohesie. Een verkennend<br />

onderzoek (p.16)<br />

24<br />

Cultuurnetwerk Nederland/Museumvereniging:<br />

Blauwdruk- Vier musea en<br />

social inclusion (p.32 )


uimtelijke opgaven. Denk bijvoorbeeld aan waterbeheer, stadsvernieuwing en reconstructie <strong>van</strong><br />

het landelijk gebied. Erfgoed kan op haar beurt gebaat zijn bij ruimtelijke ontwikkelingen. Deze<br />

kunnen erfgoed in een nieuwe context plaatsen, een nieuwe (woon/werk) functie bieden of een<br />

economische impuls geven voor behoud en beheer.<br />

De denk- en werkwijze ‘behoud door ontwikkeling’ kreeg in 1999 zijn beslag in de beleidsnota<br />

Belvedere, een initiatief <strong>van</strong> vier ministeries (VROM, OCW, LNV en V&W). De nota was bedoeld om<br />

beleidsmakers, marktpartijen en cultuurhistorische- en ruimtelijke beroepsgroepen te inspireren<br />

in provinciaal en lokaal beleid, bij concrete ontwerpopgaven en ruimtelijke plannen. Ondersteuning<br />

kwam er ook, in de vorm <strong>van</strong> een projectbureau en een subsidieregeling (www.belvedere.nl).<br />

Als voorbeeld <strong>van</strong> toepassing <strong>van</strong> het Belvedèrebeleid lanceerde het rijk de Nieuwe Hollandse<br />

Waterlinie als nationaal project.<br />

Actieprogramma Ruimte en Cultuur<br />

In het Actieprogramma Ruimte en Cultuur (ARC) worden het architectuurbeleid en het Belvederebeleid<br />

voor de periode 2005-2008 gebundeld. Zeven departementen (OCW, VROM, LNV, V&W,<br />

BuZa, EZ en Defensie) werken daarbij samen. Het is de bedoeling dat het Actieprogramma opdrachtgevers,<br />

zoals decentrale overheden en marktpartijen, stimuleert tot kwalitatief hoogwaardige<br />

ruimtelijke ontwikkelingen. Vroegtijdig inschakelen <strong>van</strong> ontwerpers en speciale aandacht<br />

voor cultuurhistorische kwaliteit vormen de basis. Het Actieprogramma voorziet in stimuleringsmaatregelen,<br />

kennisontwikkeling, investeringsbudgetten en een betere toepassing <strong>van</strong> wettelijke<br />

instrumenten, zoals Welstand en de Wet op de architectentitel. Daarnaast zijn dertien uitvoeringsprojecten<br />

benoemd, variërend <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> bedrijventerreinen tot de problematiek<br />

<strong>van</strong> waterberging. Een belangrijke rol is weggelegd voor rijksgesubsidieerde architectuur- en<br />

erfgoedinstellingen.<br />

Cultuurimpuls ISV: de krachtige stad<br />

Een <strong>van</strong> de maatregelen die plaatsvinden in het kader <strong>van</strong> het Actieprogramma Ruimte en Cultuur<br />

is de Cultuurimpuls in het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing 2005-2009. De Cultuurimpuls<br />

ISV(2) houdt in dat cultuur en cultuurhistorie worden ingezet bij stedelijke vernieuwingsprocessen.<br />

Aan de hand <strong>van</strong> een meerjaren ontwikkelingsplan zijn met de dertig grote gemeenten<br />

afspraken gemaakt over de inbreng <strong>van</strong> cultuur en cultuurhistorie in de herstructurering <strong>van</strong> de<br />

(naoorlogse) wijken. Prestatieafspraken met de betrokken gemeenten zijn vastgelegd in convenanten<br />

met het Rijk.<br />

4.4 Ontwikkelingen in het onderwijs<br />

Een aantal actuele ontwikkelingen in het onderwijs wordt beschreven in hoofdstuk 5. Het gaat<br />

om de impuls <strong>van</strong>uit het ministerie <strong>van</strong> OCW om cultuureducatie te verankeren in het primair<br />

onderwijs, de implicaties <strong>van</strong> de nieuwe kerndoelen in het primair onderwijs, de invoering <strong>van</strong> de<br />

tien tijdvakken <strong>van</strong> De Rooij in het geschiedenisonderwijs, nieuwe kerndoelen en de introductie<br />

<strong>van</strong> leergebieden in de onderbouw <strong>van</strong> het voortgezet onderwijs en de ontwikkeling <strong>van</strong> cultuurprofielscholen.


ERFGOEDEDUCATIE


IN HET ONDERWIJS<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is een onlosmakelijk deel <strong>van</strong> cultuureducatie dat voor scholen hoog op<br />

de agenda staat. Daarnaast is erfgoed een goed instrument om ‘gewone lesstof’ te verduidelijken,<br />

omdat het een herkenbare relatie legt met de leefomgeving <strong>van</strong> leerlingen. Voor<br />

elke vorm <strong>van</strong> erfgoededucatie in het onderwijs is samenwerking en afstemming tussen<br />

scholen en erfgoedinstellingen <strong>van</strong> cruciaal belang. <strong>Gemeenten</strong> kunnen daarbij een rol<br />

<strong>van</strong> betekenis spelen.<br />

5.1 Rijk stimuleert doorlopende leerlijn cultuureducatie<br />

In 1996 initieerde het ministerie <strong>van</strong> Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) het project Cultuur<br />

en School. Dit heeft tot doel leerlingen <strong>van</strong> elke leeftijd en elk schoolniveau in aanraking te<br />

brengen met kunst en cultuur. Van jongs af aan, in een (te ontwikkelen) doorlopende leerlijn <strong>van</strong><br />

basisschool tot eindexamen voortgezet onderwijs. In dit stimuleringsbeleid zijn gemeenten en<br />

provincies belangrijke partners. Zij stellen zich onder meer tot taak structurele samenwerkingsrelaties<br />

tussen culturele (erfgoed-)instellingen en scholen tot stand te brengen, informatie goed<br />

toegankelijk te maken en de ontwikkeling <strong>van</strong> ‘vraaggestuurd’ aanbod te stimuleren.<br />

Het belang <strong>van</strong> cultuureducatie werd in 2006 opnieuw onderstreept door het gezamenlijke advies<br />

‘Onderwijs in cultuur’ <strong>van</strong> de Onderwijsraad en de Raad voor Cultuur. Dit bevat aanbevelingen<br />

om de positie <strong>van</strong> cultuureducatie in het primair en voortgezet onderwijs verder te verstevigen.<br />

De raden meldden de minister en staatssecretaris <strong>van</strong> OCW daarin onder meer dat zij educatie als<br />

een <strong>van</strong> de kerntaken <strong>van</strong> culturele instellingen beschouwen. Uit het advies: ‘ Gezien het belang<br />

<strong>van</strong> cultuur voor de samenleving is het belangrijk dat ieder individu onbelemmerd toegang heeft<br />

tot het culturele aanbod. Cultuureducatie kan burgers toerusten met de benodigde culturele<br />

competenties, zodat zij naar eigen keuze kunnen participeren in het culturele leven. 25<br />

Omdat structurele aandacht voor cultuureducatie in het onderwijs in feite begint bij kennis en<br />

enthousiasme <strong>van</strong> leerkrachten, wordt er al <strong>van</strong>af 2001 aan gewerkt om kunst- en erfgoededucatie<br />

in het curriculum <strong>van</strong> de pabo’s te verankeren. Daarnaast is een leergang ‘cultuurcoördinator in<br />

het primair onderwijs’ in ontwikkeling. Een cursus ‘intern cultuurcoördinator’ is nu al beschikbaar<br />

voor leerkrachten in het primair onderwijs en educatief medewerkers <strong>van</strong> culturele instellingen.<br />

Aangespoord door het succes <strong>van</strong> het project Cultuur en School–Pabo, startte in schooljaar 2004-2005<br />

een pilot om ook bij lerarenopleidingen in het hoger en universitair onderwijs structurele aandacht<br />

voor cultuureducatie te bewerkstelligen. In dit kader ontwikkelen een aantal lerarenopleidingen<br />

plannen om studenten te leren duurzame relaties te creëren tussen scholen en culturele<br />

instellingen. Voor de verbreding <strong>van</strong> dit project Cultuur en School-Lerarenopleidingen VO heeft het<br />

ministerie <strong>van</strong> OCW extra middelen beschikbaar gesteld voor de periode 2005-2008. Beide projecten<br />

worden begeleid door Cultuurnetwerk Nederland en Erfgoed Actueel.<br />

5.1.1 Cultuureducatie in het basisonderwijs<br />

Vanaf het schooljaar 2004-2005 ont<strong>van</strong>gt een toenemend aantal basisscholen <strong>van</strong> het ministerie<br />

<strong>van</strong> OCW een schoolgebonden budget voor cultuureducatie <strong>van</strong> € 10,90 per leerling. Doel <strong>van</strong> deze<br />

regeling is dat cultuureducatie een vaste plaats krijgt in het lesprogramma <strong>van</strong> de basisscholen. De<br />

extra financiële steun moet basisscholen in staat stellen een eigen visie op cultuureducatie te ontwikkelen<br />

en deze, in samenwerking met hun culturele omgeving, te vertalen in een concrete vraag<br />

naar activiteiten. Om scholen die pas sinds kort meedoen hiervoor meer tijd te gunnen, besloot de<br />

minister <strong>van</strong> OCW de Regeling Versterking Cultuureducatie in het primair onderwijs 2004-2007 met een<br />

jaar te verlengen. Het geoormerkte budget voor cultuureducatie blijft nu <strong>van</strong> kracht tot het schooljaar<br />

2008-2009. 26 Na die datum zal bedoelde bijdrage deel uitmaken <strong>van</strong> de overeengekomen<br />

lumpsum financiering, die scholen de vrije keus laat in de besteding <strong>van</strong> hun financiële middelen.<br />

Om de doelstelling <strong>van</strong> de Regeling te realiseren maakten het ministerie <strong>van</strong> OCW, de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> (VNG) en het Interprovinciaal Overleg (IPO) een aanvullende<br />

bestuurlijke afspraak. Ook dit flankerende beleid is met een jaar verlengd. Dat houdt in dat de<br />

dertig grote gemeenten en alle provincies nog tot 2008 jaarlijks een geoormerkte bijdrage ont<strong>van</strong>gen<br />

voor het stimuleren <strong>van</strong> netwerkvorming en het ondersteunen <strong>van</strong> scholen en culturele<br />

(erfgoed)instellingen bij het ontwikkelen <strong>van</strong> visie en vraaggestuurd aanbod.<br />

25 Onderwijsraad, Raad voor Cultuur<br />

(2006) Onderwijs in Cultuur<br />

25 Ministerie <strong>van</strong> OCW (2006) Voort-<br />

gangsrapportage Cultuur en School


In regio’s met relatief weinig culturele instellingen zijn de provincies verantwoordelijk voor de<br />

gewenste afstemming tussen vraag en aanbod. Een (tijdelijk) projectbureau <strong>van</strong> het ministerie<br />

coördineert de landelijke activiteiten in het kader <strong>van</strong> de Regeling, zoals deskundigheidsbevordering<br />

en kennisoverdracht. In het Innovatieplatform Primair Onderwijs, opgericht in 2006, zijn<br />

alle rele<strong>van</strong>te projecten op het gebied <strong>van</strong> innovatie in het primair onderwijs samengebracht.<br />

Hieronder VTB (Verbreding Techniek Basisonderwijs), Teamonderwijs op maat en Kennisnet. Ook<br />

cultuureducatie is hier als project vertegenwoordigd.<br />

5.1.2 Voortgezet onderwijs: cultuurvouchers en CKV<br />

Het ministerie <strong>van</strong> OCW stimuleert cultuureducatie in het voorgezet onderwijs met de uitgifte<br />

<strong>van</strong> CKV-vouchers. In de onderbouw <strong>van</strong> het voorgezet onderwijs worden deze cultuurvouchers,<br />

ter waarde <strong>van</strong> € 5,75 per leerling per jaar, klassikaal gebruikt. De vouchers zijn breed inzetbaar:<br />

voor reguliere kunstvakken, maar ook voor culturele activiteiten gekoppeld aan vakken als geschiedenis,<br />

biologie of aardrijkskunde en voor vakoverstijgende projecten. Ook zijn de vouchers<br />

te gebruiken voor de ontwikkeling <strong>van</strong> projecten in samenwerking met een erfgoed- of andere<br />

culturele instelling.<br />

Voor leerlingen in de tweede fase vmbo, havo en vwo zijn CKV-vouchers a € 22,50 beschikbaar,<br />

individueel te besteden voor het bezoeken <strong>van</strong> culturele instellingen en deelnemen aan culturele<br />

activiteiten in het kader <strong>van</strong> het vak CKV.<br />

Het systeem <strong>van</strong> cultuurvouchers zal in schooljaar 2008-2009 worden ver<strong>van</strong>gen door een bredere<br />

cultuurkaart voor jongeren. Het is de bedoeling dat deze ‘cultuurchipknip voor jongeren’ een<br />

open systeem wordt, zodat ook andere partijen zoals gemeenten, private sponsors of ouders het<br />

tegoed kunnen opwaarderen.<br />

Het vak Culturele en Kunstzinnige Vorming werd in het schooljaar 1999-2000 ingevoerd in de<br />

tweede fase <strong>van</strong> het voortgezet onderwijs. CKV is verplicht voor alle leerlingen in de bovenbouw<br />

<strong>van</strong> het voortgezet onderwijs. Vwo-leerlingen met een klassieke taal in hun pakket volgen het vak<br />

Klassieke Culturele Vorming (KCV). Vanaf 2007 kunnen ook andere leerlingen hiervoor kiezen.<br />

De invulling <strong>van</strong> CKV/KCV verschilt <strong>van</strong> school tot school, maar ‘cultuurdeelname’ is altijd een<br />

expliciet doel. Een aantal erfgoedinstellingen heeft, naast het gewone educatieve aanbod, een<br />

speciaal aanbod voor CKV ontwikkeld. 27<br />

Hoe past erfgoed binnen cultuureducatie?<br />

Erfgoed biedt leerlingen op de eerste plaats zicht op elementen die wij samen ‘cultuur’<br />

noemen, variërend <strong>van</strong> kunstuitingen en architectuur tot dagelijkse voorwerpen,<br />

sociale gebruiken, verhalen en tradities. Meer specifiek kan het een kapstok zijn voor<br />

lessen over kunstgeschiedenis, waarbij leerlingen in hun eigen omgeving bepaalde<br />

(bouw)stijlkenmerken leren herkennen of aan de hand <strong>van</strong> museumobjecten begrippen<br />

uit de beeldende kunst leren hanteren. Het gaat bij erfgoededucatie ook om het ontwikkelen<br />

<strong>van</strong> cultureel bewustzijn. Contact met erfgoed leidt veelal tot meer waardering<br />

voor de eigen omgeving en creëert draagvlak voor cultuurbehoud.<br />

Cultuureducatie is niet alleen onderwijs over, maar ook door en met cultuur. In dat laatste<br />

geval is erfgoed het instrument om bepaalde kennis of competenties te verwerven. Een<br />

monument bijvoorbeeld biedt leerlingen méér dan een blik op de architectuurgeschiedenis;<br />

het vertelt ook iets over de maatschappij waarin het een plaats kreeg en kan een<br />

kapstok zijn voor wiskunde (verhoudingen) en geografie (streekgebonden materiaal).<br />

27 Ministerie <strong>van</strong> OCW (2006) Voort-<br />

gangsrapportage Cultuur en School<br />

5.1.3 Cultuurprofielscholen<br />

In het kader <strong>van</strong> Cultuur en School heeft het ministerie <strong>van</strong> OCW sinds 2004 een twintigtal<br />

scholen voor voortgezet onderwijs de mogelijkheid geboden zich te ontwikkelen tot ‘cultuurprofielschool’.<br />

Een school kan zich op cultuurgebied profileren door kunst en erfgoed inhoudelijk te<br />

integreren in het curriculum en/of actief te werken aan talentontwikkeling. Ook het bevorderen<br />

<strong>van</strong> de samenwerking tussen het vmbo en het mbo-kunstvakonderwijs en samenwerking met<br />

het hbo-kunstvakonderwijs valt onder deze noemer. Nog eens twintig ‘voorhoedescholen’ op het<br />

gebied <strong>van</strong> cultuureducatie hebben gefungeerd als referentieschool voor de cultuurprofielscho-


len. Na 2005 zal het Rijk de ontwikkeling <strong>van</strong> cultuurprofielscholen blijven stimuleren, ditmaal via<br />

gerichte ondersteuning <strong>van</strong> initiatief <strong>van</strong>uit het veld (helpdesk, keurmerk e.d.) 28 (www.kpcgroep.<br />

nl/cultuurprofielscholen).<br />

5.1.4 Nieuwe middelen voor cultuureducatie<br />

Vanaf augustus 2006 kunnen zowel culturele instellingen als scholen fondsgelden aanvragen in<br />

het kader <strong>van</strong> een speciale regeling voor cultuureducatie in het primair en voortgezet onderwijs.<br />

Dit extra geld is ondergebracht bij de Mondriaan Stichting en het Fonds voor Amateurkunst en<br />

Podiumkunsten. Gezamenlijk steunen deze fondsen voorbeeldstellende educatieve projecten op<br />

het gebied <strong>van</strong> alle kunstdisciplines en erfgoed. Subsidievoorwaarden zijn: samenwerking tussen<br />

culturele instellingen en scholen voor primair of voortgezet onderwijs en een project <strong>van</strong> landelijk<br />

belang.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong>: product <strong>van</strong> lokale samenwerking<br />

Om basisscholen en erfgoedaanbieders binnen een gemeente om de tafel te krijgen<br />

ging in 2004 ‘ Erfgoed à la Carte’ <strong>van</strong> start, een landelijk stimuleringsproject <strong>van</strong> Erfgoed<br />

Actueel, opgezet in samenwerking met SLO. Kern <strong>van</strong> het concept is het creëren of verstevigen<br />

<strong>van</strong> samenwerkingsverbanden tussen basisscholen en erfgoedinstellingen. Dit als<br />

solide basis voor het lokaal ontwikkelen en verankeren <strong>van</strong> een doorgaande leerlijn erfgoededucatie<br />

in het primair onderwijs. Trekkers en penvoerders <strong>van</strong> de plaatsgebonden<br />

projecten zijn onderwijsbegeleidingsdiensten, erfgoedhuizen, maar ook gemeenten. In<br />

2005 gingen verspreid over het land 15 samenwerkingsverbanden <strong>van</strong> start. De verwachting<br />

is dat deze zo nuttig blijken dat ze ook als de stimuleringssubsidie <strong>van</strong> Erfgoed à la<br />

Carte na 2007 eindigt overeind zullen blijven. ∆ Zie ‘Reizen in de Tijd<br />

Een project met een vergelijkbare doelstelling wordt onder de naam Erfgoedspoor verzorgd<br />

door het Erfgoedhuis Zuid-Holland. Het Erfgoedhuis legt contact met basisscholen<br />

en erfgoedinstellingen binnen een gemeente om uiteindelijk te komen tot meerjarenafspraken<br />

over een aanbod waarin alle partijen zich kunnen vinden. Eindresultaat is een<br />

programma waarbij elke leeftijdsgroep <strong>van</strong> de basisschool een ander erfgoedproject in<br />

de eigen omgeving doet.<br />

Dat samenwerking binnen een gemeente ‘werkt’, blijkt ook uit het succes <strong>van</strong> het al langer<br />

lopende project Museum & School voor basisscholen in de regio Leiden. Gekoppeld aan<br />

een voorbereidende en afsluitende les op school bezoeken leerlingen elk schooljaar een<br />

andere instelling, waardoor ze bij het verlaten <strong>van</strong> de basisschool kennis hebben gemaakt<br />

met een breed aanbod aan erfgoed. Museum & School Leiden is, in een andere vorm, ook<br />

beschikbaar voor het voortgezet onderwijs. (www.museumgroep.nl)<br />

Op basis <strong>van</strong> het Leidse model zijn op verschillende plaatsen in Nederland soortgelijke<br />

programma’s ontwikkeld, waaraan naast musea ook andere erfgoedinstellingen<br />

deelnemen.<br />

5.2 Erfgoed inpasbaar in het reguliere onderwijsprogramma<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is in feite altijd ‘cultuureducatie’, maar heeft daarnaast ook een functie in het<br />

onderwijs als het ontwikkelen <strong>van</strong> cultureel bewustzijn en cultuurparticipatie niet het hoofddoel<br />

zijn. Werken met erfgoed kan lesstof verdiepen en verduidelijken door een relatie te leggen met<br />

tastbare objecten, patronen en verhalen uit het verleden in de directe omgeving <strong>van</strong> de leerling<br />

(omgevingsonderwijs). Zo is het mogelijk aan de hand <strong>van</strong> lokaal erfgoed – historische foto’s <strong>van</strong><br />

het centrum, oude gebruikvoorwerpen, een op het oog nietszeggend heuveltje – een link te leggen<br />

met leerstof in het boek. Dat geldt bijvoorbeeld voor geschiedenis waar erfgoed een goede<br />

kapstok is voor onderwijs volgens de tien tijdvakken <strong>van</strong> De Rooij (zie kader), voor aardrijkskunde,<br />

maatschappijleer en beeldende vorming. Maar ook in vakken als taal, natuur en milieu, economie,<br />

techniek en verzorging kan erfgoed een opstapje zijn naar nieuwe kennis en het oefenen <strong>van</strong><br />

vaardigheden. Daarnaast biedt erfgoededucatie veel mogelijkheden voor projecten en vakoverstijgend<br />

onderwijs.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> komt niet bovenop het al volle lesprogramma, maar is vaak lesstofver<strong>van</strong>gend


De geschiedenis in tien tijdvakken<br />

inpasbaar en sluit aan bij (nieuwe) kerndoelen en methoden in het basis- en voortgezet onderwijs.<br />

In lijn met actuele onderwijsvernieuwingen nodigt erfgoededucatie uit tot onderzoekend<br />

en ervaringsgericht leren, tot samenwerken in groepjes en het ontwikkelen <strong>van</strong> vaardigheden,<br />

bijvoorbeeld in presentatie en ICT-gebruik. Centraal staat de aansluiting op de leefwereld <strong>van</strong> de<br />

leerling. Dat geldt zowel voor het primair als voor het voortgezet onderwijs, zowel voor de onderbouw<br />

als voor de tweede fase vmbo en havo/vwo.<br />

<strong>Gemeenten</strong> hebben uiteraard geen bemoeienis met inhoud of didactiek <strong>van</strong> lesprogramma’s.<br />

Wel kan de (cultuur)ambtenaar erfgoedinstellingen stimuleren om, in overleg met scholen in de<br />

omgeving, erfgoedaanbod voor het onderwijs te ontwikkelen. De gemeente kan het ontstaan<br />

<strong>van</strong> netwerken stimuleren of binnen bestaande netwerken voor cultuureducatie de aandacht <strong>van</strong><br />

scholen vestigen op de bruikbare inbreng <strong>van</strong> erfgoed in het ‘gewone’ onderwijsprogramma.<br />

Het geschiedenisonderwijs verandert. Om kennis en begrip <strong>van</strong> het verleden te bevorderen<br />

worden voortaan in alle onderwijstypen tien vast omschreven perioden als kapstok<br />

gebruikt. De Oudheid heet voortaan ‘de tijd <strong>van</strong> Grieken en Romeinen’, de Middeleeuwen<br />

gaan verder als ‘de tijd <strong>van</strong> monniken en ridders (500-1000) en de ‘tijd <strong>van</strong> staten<br />

en steden’ (1000 -1500). De tien tijdvakken worden vaak in een adem genoemd met de<br />

commissie De Rooij, die het voorstel in 2001 lanceerde. Achterliggend doel was ‘meer<br />

begrijpen zonder jaartallen te stampen’. Kennis <strong>van</strong> het verleden vraagt naast feitenkennis<br />

ook training in verklaring, beeldvorming en meningsvorming, meende de commissie,<br />

die daarmee met een compromis kwam in de roep om hetzij ’meer feitenkennis’ dan wel<br />

‘meer vaardigheden’.<br />

De tien tijdvakken, waaraan ‘de Tweede Wereldoorlog’ als aandachtsgebied is toegevoegd,<br />

zijn heel globaal omschreven aan de hand <strong>van</strong> een aantal kenmerkende aspecten<br />

die leerlingen moeten (her)kennen. Kenmerken voor ‘de tijd <strong>van</strong> computer en televisie<br />

(1950 -2000)’ zijn bijvoorbeeld: dekolonisatie, verdeling <strong>van</strong> de wereld in twee ideologische<br />

blokken, eenwording <strong>van</strong> Europa, toenemende westerse welvaart en de ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> pluriforme en multiculturele samenlevingen.<br />

Voor scholen en docenten is er dus veel ruimte voor een eigen invulling.<br />

5.2.1 Meer erfgoed in nieuwe kerndoelen basisonderwijs<br />

Met ingang <strong>van</strong> augustus 2006 heeft het primair onderwijs te maken met herziene kerndoelen,<br />

die voor elk leergebied aangeven wat er in elk geval aan bod moet komen. In vergelijking met<br />

voorheen is het aantal kerndoelen tot vrijwel de helft teruggebracht en heeft werken met erfgoed<br />

een nadrukkelijker plaats gekregen in het curriculum. De open omschrijving <strong>van</strong> de 58 kerndoelen<br />

laat scholen en leerkrachten veel ruimte voor een eigen invulling. Het gaat namelijk om<br />

streefdoelen, waarbij geen uitspraken worden gedaan over didactiek.<br />

De kerndoelen zijn ingedeeld in zeven leergebieden: Nederlands, Engels, Fries, Rekenen en Wiskunde,<br />

Oriëntatie op jezelf en de wereld, Kunstzinnige oriëntatie en Bewegingsonderwijs).<br />

Binnen het leergebied Kunstzinnige oriëntatie is erfgoed specifiek als kerndoel opgenomen, maar<br />

ook binnen het leergebied ‘Oriëntatie op jezelf en de wereld’ staat de deur voor erfgoededucatie<br />

wagenwijd open. Laatstgenoemd leergebied omvat vier vak(overstijgende)-onderdelen: mens en<br />

samenleving, natuur en techniek, tijd (geschiedenis) en ruimte (aardrijkskunde). In het onderdeel<br />

tijd is erfgoed als volgt als kerndoel opgenomen: ‘leerlingen leren (…) gebruik te maken <strong>van</strong> historische<br />

bronnen, zoals aanwezig in ons cultureel erfgoed (…).’ (www.kerndoelen.kennisnet.nl)<br />

∆ Zie ‘Leven in de middeleeuwse stad’


doorgaande leerlijn primair onderwijs<br />

Erfgoed à la Carte<br />

REIZEN IN DE TIJD<br />

gemeente Tiel<br />

In het kader <strong>van</strong> ‘Erfgoed a la Carte’ nam de gemeente Tiel het voortouw om bij basisscholen en<br />

culturele instellingen de belangstelling te peilen voor een gezamenlijk te ontwikkelen erfgoedproject.<br />

Het tastbare resultaat <strong>van</strong> dit initiatief heet ‘Reizen in de Tijd’: een veelzijdig erfgoedprogramma<br />

in een doorlopende leerlijn voor leerlingen <strong>van</strong> negen basisscholen en twee scholen<br />

voor speciaal onderwijs. Dit kon vorm krijgen nadat alle partijen het na een serie inventariserende<br />

gesprekken eens werden over een inhoudelijk raamwerk, dat vervolgens op bestuursniveau werd<br />

bekrachtigd. Van begin af aan werd er rekening mee gehouden dat het project niet alleen de<br />

leerlingen moest aanspreken, maar ook hun leerkrachten. Coördinatie was in handen <strong>van</strong> onderwijsbegeleidingsdienst<br />

Marant Educatieve diensten.<br />

‘Reizen in de tijd’ is opgebouwd rond thematische lesbrieven - één voor elke leeftijdsgroep - die<br />

in opklimmende moeilijkheidsgraad <strong>van</strong>uit de lokale cultuurhistorie invulling geven aan het kerndoel<br />

‘Oriëntatie op jezelf en je omgeving’. Een thema wordt ingeleid door liedjes, (voorlees)boeken<br />

en audiovisueel materiaal uit een bijbehorende leskist. Daarop volgt een ‘ontdekking’: een excursie<br />

in het Streekmuseum, het oude stadhuis of op een andere historische locatie in de stad. Ook het<br />

Stadsarchief en de bibliotheek doen mee bij het samenstellen <strong>van</strong> de lesbrieven. Centrum voor de<br />

kunsten De Plantage begeleidt tot slot de workshops waarin leerlingen de opgedane ervaringen<br />

creatief verwerken.<br />

Via deze reeks gaan de kleutergroepen zich bijvoorbeeld bezighouden met het thema ‘Wie ben<br />

ik?’. Iedereen ziet er anders uit, leren ze: kijk maar naar je handen. Ook hoe je die handen gebruikt<br />

in rituelen als bidden of begroeten zegt iets over je. Een handafdruk maken met eitempera, ‘verf<br />

<strong>van</strong> vroeger’ besluit het spelen met verschillen en overeenkomsten. Groep 8 kijkt een stuk verder<br />

om zich heen. Binnen het thema ‘Geweest, geworden!’ bekijken de leerlingen foto’s <strong>van</strong> het in puin<br />

geschoten Tiel <strong>van</strong> vlak na de oorlog. Herkennen ze deze plekken? Met deze foto’s en die <strong>van</strong> de<br />

huidige situatie gaan ze op pad om de locaties met eigen ogen te bekijken en nu zichzelf tegen<br />

deze achtergrond te fotograferen. Een maquette <strong>van</strong> de geplande stadsontwikkeling maakt de<br />

cirkel <strong>van</strong> verleden, heden en toekomst rond.<br />

Bij het verlaten <strong>van</strong> de basisschool neemt iedere leerling zijn eigen Reizenboek mee, waarin acht<br />

jaar erfgoedbeleving, variërend <strong>van</strong> Tielse perentaart en rapmuziek tot historische wandversiering<br />

en wederopbouw is vastgelegd.<br />

Meer informatie: www.erfgoedalacarte.nl.<br />

middenbouw basisonderwijs<br />

LEVEN IN DE MIDDELEEUWSE STAD<br />

gemeenten in Utrecht/Gelderland<br />

Aan de hand <strong>van</strong> tastbare overblijfselen in hun stad en in het plaatselijke museum leren basisschoolleerlingen<br />

over het ontstaan <strong>van</strong> en het leven in de middeleeuwse stad. Ze ontdekken<br />

daarbij hoe het verleden – in de vorm <strong>van</strong> monumenten, straatnamen en stadsstructuur – hun<br />

woonplaats heeft gevormd tot wat deze nu is. Dit project, dat ‘Bouwen aan de Stad’ heet, is inmiddels<br />

in vijf Utrechtse gemeenten voor het onderwijs beschikbaar. Het concept, ontwikkeld door<br />

Erfgoedhuis Utrecht, is door <strong>Erfgoededucatie</strong> Gelderland als ‘Leven in de middeleeuwse stad’ vertaald<br />

naar de situatie in zeven Gelderse gemeenten. In elke plaats participeren erfgoedinstellingen<br />

als musea, archieven en soms ook heemkundekringen of historische verenigingen.<br />

Thema’s die in het project aan de orde komen, zijn onder meer: bouwen, brandgevaar, ‘verstening’,<br />

dagelijks leven, wonen, werken, kleding, eten, verdedigen en de middeleeuwse standenmaatschappij.<br />

Een verhaal met een leeftijdsgenoot als hoofdpersoon neemt leerlingen mee terug naar de Middeleeuwen.<br />

Na een voorbereidingsles op school bezoeken de leerlingen het historisch museum in<br />

hun stad, waar zij objecten onderzoeken die in het verhaal aan de orde komen. Na de museumles<br />

volgt nog een bezoek aan een monument in de stad dat met het verhaal te maken heeft of een<br />

korte stadswandeling met middeleeuwse herkenningspunten. Leerlingen ervaren op die manier


dat de geschiedenis <strong>van</strong> de stad op veel plaatsen nog herkenbaar aanwezig is. De verwerkingslessen<br />

vormen een logische eenheid met het aanbod op locatie. Zo ondervinden leerlingen bijvoorbeeld<br />

dat historische bronnen gebonden zijn aan tijd, plaats en standpunt en (dus) tegenstrijdig<br />

kunnen zijn.<br />

Een goed gevulde leskist met een duidelijke handleiding over leerdoelen, lesopzet en gebruik <strong>van</strong><br />

de materialen maakt het onderwijsproject kant-en-klaar voor gebruik door docenten. In de leskist<br />

bevinden zich onder meer replica’s <strong>van</strong> objecten en - afhankelijk <strong>van</strong> de lokale situatie - documenten,<br />

beeld- en geluidsmateriaal en een ‘standen- of Middeleeuwenspel’. In principe kan het project<br />

op de basisschool de hele lesstof over de middeleeuwse stad ver<strong>van</strong>gen.<br />

Meer informatie: www.erfgoedhuis-utrecht.nl .<br />

5.2.2 Erfgoed in nieuwe onderbouw voortgezet onderwijs<br />

Vanaf schooljaar 2006-2007 geldt voor de onderbouw <strong>van</strong> het voortgezet onderwijs een nieuwe<br />

wet- en regelgeving. Scholen krijgen hierdoor meer beleidsvrijheid en het grote aantal kerndoelen<br />

is fors teruggebracht. In plaats <strong>van</strong> een uniform basisprogramma schrijft het rijk 58 richtinggevende<br />

kerndoelen in zeven leergebieden (of domeinen) voor: Nederlands, Engels, Wiskunde,<br />

Mens en Natuur, Mens en Maatschappij, Bewegen en Sport en Kunst en Cultuur. De school moet<br />

minstens tweederde <strong>van</strong> de verplichte lestijd in de eerste twee jaar besteden aan kerndoelen en<br />

leergebieden; een derde <strong>van</strong> de tijd is beschikbaar voor maatwerk en eigen keuzes. Scholen kunnen<br />

besluiten vakken volledig te integreren in een leergebied, maar verplicht is dat niet. Vakken<br />

als geschiedenis en aardrijkskunde kunnen binnen een leergebied afzonderlijk blijven bestaan, zo<br />

lang maar voldaan wordt aan de voorgeschreven, globale kerndoelen <strong>van</strong> de nieuwe onderbouw.<br />

De bedoeling is wel dat de verschillende vakken binnen een leergebied inhoudelijk meer op<br />

elkaar worden afgestemd, bijvoorbeeld in de vorm <strong>van</strong> projecten.<br />

Voor erfgoededucatie lijkt de introductie <strong>van</strong> leergebieden een positieve ontwikkeling: de ervaring<br />

leert dat ‘denken <strong>van</strong>uit erfgoed’ een goed bindmiddel tussen verschillende vakken kan zijn.<br />

∆ Zie ‘Streetwise’<br />

5.2.3 Erfgoed in de tweede fase voortgezet onderwijs<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> gaat op een natuurlijke manier samen met de onderzoekende, zelfstandige<br />

werkwijze die in de tweede fase <strong>van</strong> het voortgezet onderwijs <strong>van</strong> leerlingen wordt verwacht.<br />

Na de derde klas havo/vwo kunnen leerlingen een keuze maken uit vier profielen. Werken met<br />

erfgoed biedt veel mogelijkheden binnen de profielen ‘cultuur en maatschappij’ en ‘economie<br />

en maatschappij’ , maar heeft ook aangrijpingspunten voor ‘natuur en techniek’ en ‘natuur en<br />

gezondheid’. Ieder profiel kent een gemeenschappelijk deel (voor alle leerlingen gelijk), een deel<br />

specifiek voor het profiel en een vrij deel. Het schoolexamen (havo en vwo) omvat onder meer<br />

een profielwerkstuk. Voor deze uitgebreide praktische opdracht, waarbij het gaat om integratie<br />

<strong>van</strong> kennis, inzicht en vaardigheden biedt erfgoed een rijkdom aan thema’s, invalshoeken en<br />

werkmethoden. Vooral musea en grotere erfgoedinstellingen bieden bovenbouwleerlingen opstapjes<br />

en verwijzingen naar (werk)materiaal en onderwerpen.<br />

∆ Zie ‘Plan je eigen ruimte’<br />

5.2.4 Erfgoed, ook praktisch in het vmbo<br />

Het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo), waarin het vroegere lager beroepsonderwijs<br />

(lbo) en de mavo zijn opgegaan, telt circa 60 % <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> leerlingen in het<br />

voorgezet onderwijs. Na twee jaar kiest de leerling voor een <strong>van</strong> de vier leerwegen (theoretische,<br />

gemengde, kaderberoeps- of de basisberoepsgerichte leerweg).<br />

Het inzetten <strong>van</strong> erfgoed als ‘krachtige leeromgeving’ in de onderbouw <strong>van</strong> het vmbo, in de<br />

leerwegen of specifiek binnen CKV-vmbo leidt tot een manier <strong>van</strong> werken die aanslaat bij de<br />

veelal praktische ingestelde leerlingen. Geen leerboeken, maar leren <strong>van</strong>uit de eigen omgeving.<br />

Niet alleen lezen, maar vooral zien, ervaren en doen. Ook docenten, die vaak op zoek zijn naar<br />

een realistische context voor theoretische (vak)kennis of ‘leren werken’ projecten biedt erfgoededucatie<br />

uitkomst. In de beroepsgerichte leerwegen is het mogelijk leerlingen aan de hand <strong>van</strong><br />

erfgoedprojecten vakkennis over te dragen waarbij al doende een beroep wordt gedaan op<br />

gewenste vaardigheden als samenwerken en een zelfstandige, actieve (werk)houding. Op die manier<br />

bouwden leerlingen <strong>van</strong> een afdeling metaaltechniek een moderne replica <strong>van</strong> een Romeinse<br />

strijdwagen.<br />

Werken met erfgoed kan vmbo-leerlingen ook in een museum brengen voor zelfstandig onder-<br />

0


zoek. Een bezoek waartoe ze <strong>van</strong> huis uit minder worden gestimuleerd dan havo/vwo-leerlingen.<br />

In 2005 noemde het Sociaal Cultureel Planbureau cultuureducatie een mogelijke factor in de<br />

lichte toename in het museumbezoek <strong>van</strong> allochtonen. 29<br />

Het gegeven dat het vmbo relatief veel jongeren <strong>van</strong> allochtone afkomst telt, kan voor een school<br />

een extra aanleiding zijn om aandacht te geven aan het stimuleren <strong>van</strong> maatschappelijke betrokkenheid.<br />

Zowel de cultuurhistorische omgeving <strong>van</strong> de school als het erfgoed <strong>van</strong> nieuwe Nederlanders<br />

bieden aanknopingspunten om daarover gesprekken op gang te krijgen en te werken aan<br />

begrip voor de eigenheid én het gemeenschappelijke <strong>van</strong> verschillende culturen.<br />

5.3 Erfgoed is goed bereikbaar in de fysieke omgeving<br />

Cultuureducatie speelt zich voor een groot deel ‘op locatie’, buiten de school af. Uit oogpunt <strong>van</strong><br />

kosten, tijd en logistiek richten scholen zich daarbij bij voorkeur op cultureel aanbod in de eigen<br />

regio. In dit opzicht biedt erfgoededucatie het praktische voordeel dat je er niet (ver) voor hoeft<br />

te reizen, omdat leerlingen ermee aan de slag kunnen in de directe omgeving <strong>van</strong> de school. Niet<br />

elke gemeente beschikt over culturele voorzieningen als een poppodium of een schouwburg,<br />

maar erfgoed is er altijd! [1.3]<br />

Schatkamers vol materiaal<br />

VMBO-sporen<br />

Scholen bepalen zelf hoe en met welk doel zij erfgoed binnen het reguliere onderwijs willen<br />

inzetten. Als vakoverstijgend thema (de stad), binnen een schoolvak (archiefonderzoek) of leergebied<br />

(maatschappelijke en economische aspecten <strong>van</strong> ruilverkaveling) of voor het stimuleren <strong>van</strong><br />

maatschappelijke betrokkenheid en ‘burgerschapsvorming’ (hoe is onze democratie <strong>van</strong>uit het<br />

verleden gegroeid).<br />

Voor ‘leren met en <strong>van</strong> erfgoed’ is er voor het onderwijs op elk niveau en leeftijdsgroep een breed<br />

palet aan educatieve projecten, lesmateriaal en leskisten, losse excursies en meerjarige programma’s<br />

beschikbaar. Deze zijn, meestal in overleg met het onderwijs, ontwikkeld als landelijk voorbeeldproject<br />

door erfgoedkoepels en/of Erfgoed Actueel, door provinciale erfgoedhuizen, maar<br />

ook in groten getale door individuele musea en andere erfgoedinstellingen overal in het land.<br />

Steeds meer leerlingenmateriaal en handleidingen voor docenten zijn tegenwoordig op internet<br />

te vinden, variërend <strong>van</strong> onderwerpsuggesties voor lessen en werkstukken, digitale collecties<br />

en archiefbestanden tot complete lespakketten, los of als voorbereiding op een bezoek aan<br />

een erfgoedinstelling. Via de website www.cultuurwijs.nl <strong>van</strong> Digitaal Erfgoed Nederland (DEN)<br />

kunnen leerlingen en docenten snel de weg vinden naar tal <strong>van</strong> thema’s en digitaal aanbod <strong>van</strong><br />

erfgoed(instellingen). Websites die informatie over erfgoed bevatten zijn, gerangschikt naar provincie,<br />

op te zoeken in ‘Het Blauwe Boekje’ <strong>van</strong> Erfgoed Actueel.<br />

5.4 Huidig gemeentelijk beleid<br />

In 2001 richtte Erfgoed Actueel het netwerk ‘Cultureel Erfgoed in de leerwegen’ op met als<br />

doel erfgoedprojecten te ontwikkelen voor het vmbo en daarvoor contacten aan te gaan<br />

met culturele instellingen in de omgeving. In 2004 kreeg dit vmbo-netwerk een vervolg<br />

in het project Sporen, dat inmiddels vier provinciale vmbo-netwerken omvat (Limburg,<br />

Overijssel, Gelderland, Zuid-Holland). In 2005 volgde het Kleurrijke Spoor, gevormd door<br />

vmbo-scholen in Amsterdam en Rotterdam. Alle gerealiseerde producten zijn ook voor<br />

anderen beschikbaar, onder meer via internet. Coördinatie <strong>van</strong> de vmbo-sporen berust bij<br />

het provinciale erfgoedhuis of een erfgoedinstelling in de provincie.<br />

∆ Zie ‘Zeven Erfgoedsporen in Dedemsvaart’<br />

In grotere gemeenten behoort cultuureducatie tot de taken <strong>van</strong> een afdeling Cultuur die,<br />

bijvoorbeeld met Welzijn en Onderwijs, veelal onderdeel uitmaakt <strong>van</strong> een grotere sectie. In<br />

kleinere gemeenten is cultuur(educatie) vaak de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> een enkele ambtenaar<br />

die daarnaast nog andere taken heeft. In de praktijk bekostigen veel gemeenten cultuureducatie-activiteiten<br />

voor het onderwijs, bijvoorbeeld in de vorm <strong>van</strong> een cultuurmenu, terwijl zij<br />

daarnaast erfgoedinstellingen subsidiëren. Onder invloed <strong>van</strong> het Actieplan Cultuurbereik gaan<br />

echter steeds meer gemeenten over tot een meer integraal beleid. [Zie praktijkvoorbeelden <strong>van</strong><br />

gemeentelijk erfgoededucatiebeleid in hoofdstuk 7.] Een goede eerste stap op deze bredere weg<br />

is netwerkvorming binnen gemeenten.<br />

1<br />

29 Sociaal en Cultureel Planbureau<br />

(2005) Cultuurminnaars en cultuur-<br />

mijders. Trends in de belangstelling voor<br />

kunsten en cultureel erfgoed


30 www. cultuurnetwerk.nl. Begrippen<br />

en definities<br />

31 Bureau Driessen (2006) Actieplan II,<br />

Nulanalyse en nulmeting<br />

32 Cultuurnetwerk Nederland (2005)<br />

Zicht op…gemeentelijk en provinciaal<br />

cultuurbeleid<br />

33 Wijn, C. (2003) Gemeentelijk cultuur-<br />

beleid - een handleiding.<br />

34 Hagenaars, P. De luwte <strong>van</strong> beleid en<br />

praktijk: het lokaal bestel voor cultuur-<br />

educatie. In: Cultuurnetwerk Nederland<br />

(2005) Zicht op…gemeentelijk en provin-<br />

ciaal cultuureducatiebeleid.<br />

Voor het ontwikkelen en uitvoeren <strong>van</strong> cultuureducatiebeleid kunnen gemeenten een beroep<br />

doen op daarvoor geëquipeerde (intermediaire) organisaties. Afhankelijk <strong>van</strong> de lokale situatie<br />

zijn dat onderwijsbegeleidingsdiensten, provinciale erfgoedhuizen of centra voor de kunsten. In<br />

een kleine plaats kan ook een grotere culturele (erfgoed)instelling een voortrekkersrol vervullen.<br />

5.4.1 Erfgoed op het cultuurmenu<br />

In veel plaatsen worden culturele activiteiten voor het onderwijs structureel aangeboden onder<br />

de titel ‘kunstmenu’ of ‘cultureel menu’. In het primair onderwijs maakt 90% <strong>van</strong> de scholen gebruik<br />

<strong>van</strong> een dergelijk pakket, waarbij de gemeente een deel <strong>van</strong> de kosten draagt. Een kunst- of<br />

cultuurmenu is een samenhangend programma dat leerlingen in opeenvolgende schooljaren in<br />

contact brengt met verschillende cultuurdisciplines, meestal in combinatie met een voorbereidende<br />

les of afsluitend werkstuk. Het aanbod wordt bepaald in overleg met de cultuurinstellingen<br />

in de regio en/of geregeld via een bemiddelende instantie. Per gemeente verschilt de inspraak<br />

<strong>van</strong> de scholen. 30 Steeds vaker staat er naast kunst (theatervoorstellingen, concerten, tentoonstellingen)<br />

ook erfgoed op het programma. Leerlingen bezoeken dan bijvoorbeeld het archief of<br />

een historisch museum, gaan een monument <strong>van</strong> binnen bekijken of komen meer te weten over<br />

het werk <strong>van</strong> de stadsarcheoloog.<br />

5.4.2 <strong>Erfgoededucatie</strong> is Actieplandoelstelling<br />

Oorspronkelijk richtten gemeenten zich vrijwel uitsluitend op cultuureducatie buiten schoolverband,<br />

maar inmiddels is ook cultuureducatie in het onderwijs voor veel gemeenten een speerpunt<br />

in cultuurbeleid. Het merendeel <strong>van</strong> de dertig grote gemeenten die deelnemen aan het<br />

tweede Actieplan Cultuurbereik in 2005 -2008 formuleerde een outputdoelstelling op het gebied<br />

<strong>van</strong> culturele activiteiten voor jongeren, terwijl cultuureducatie en erfgoed eveneens hoog scoorden.<br />

31 Ook provincies kozen voor deze doelstellingen en onderschrijven daarmee het belang <strong>van</strong><br />

cultuureducatie. Sommigen stimuleren dit uitsluitend binnen de kaders <strong>van</strong> het Actieplan, andere<br />

maken cultuureducatie en bereik <strong>van</strong> jongeren tot speerpunt <strong>van</strong> hun hele cultuurbeleid. 32 Een<br />

aantal gemeenten stemt het beleid voor cultuureducatie af op dat <strong>van</strong> de provincies, die ieder<br />

hun eigen accenten leggen.<br />

5.4.3 Netwerkvorming<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> binnen het onderwijs<br />

Bij het vormgeven <strong>van</strong> beleid op het gebied <strong>van</strong> cultuureducatie hebben gemeenten op de eerste<br />

plaats te maken met het aanbod en het beleid <strong>van</strong> lokale culturele voorzieningen en met het<br />

aantal en soort scholen binnen hun gebied. 33 Directe beleidsruimte om de inhoud <strong>van</strong> kunst- en<br />

cultuuronderwijs <strong>van</strong> scholen te beïnvloeden is er voor de gemeenteambtenaar niet. De school is<br />

daarin immers autonoom. Mogelijkheden voor gemeenten om onderwijs ‘met en over cultuur’ te<br />

stimuleren liggen met name op het gebied <strong>van</strong> subsidie(voorwaarden) aan culturele instellingen<br />

en bij het initiëren en faciliteren <strong>van</strong> netwerken waarin gemeente, onderwijs en culturele instellingen<br />

samenwerken om vraag en aanbod op elkaar af te stemmen. Dergelijke netwerken komen<br />

in steeds meer plaatsen <strong>van</strong> de grond als podium om kennis en ervaring uit te wisselen en in goed<br />

overleg werkafspraken te maken. Zowel scholen als culturele instellingen hebben de beleidsmatige<br />

steun <strong>van</strong> gemeenten hard nodig om – gelet op de gewenste continuïteit – te komen tot een<br />

krachtige lokale infrastructuur voor cultuureducatie, waarin plaats is voor inhoudelijke samenwerking,<br />

samenhang en cultuureducatieve onderwijsinnovatie. 34<br />

In kleinere plaatsen waar niet voldoende erfgoedinstellingen aanwezig zijn om een lokaal<br />

programma te realiseren voor het onderwijs, ligt samenwerking tussen vraag en aanbod in een<br />

regionaal of provinciaal programma voor de hand. Ook kan het pakket bestaan uit een mix <strong>van</strong><br />

lokaal erfgoed en belangrijk regionaal of provinciaal erfgoed.<br />

• Voor alle leeftijdsgroepen in basisonderwijs, vmbo en havo/vwo.<br />

• Onderdeel <strong>van</strong> cultuureducatie.<br />

• Maar ook inpasbaar in het gewone lesprogramma.<br />

• Vorm <strong>van</strong> omgevingseducatie.<br />

• Zet aan tot onderzoekend, ervaringsgericht leren.<br />

• Biedt krachtige, betekenisrijke context.<br />

• Veel mogelijkheden voor projecten en vakoverstijgend onderwijs.


groep 7 primair onderwijs<br />

DE KERSTVLOED VAN 1717<br />

gemeenten Noord- en Oost-Groningen<br />

De geschiedenis <strong>van</strong> de bewoners <strong>van</strong> Noord-Groningen is altijd nauw verbonden geweest met<br />

het hen omringende water. Het landschap, dat al sinds 600 voor Chr. wordt bewoond, is voortdurend<br />

aan verandering onderhevig, óók door toedoen <strong>van</strong> de mens.<br />

Het project ‘De kerstvloed <strong>van</strong> 1717’ is ontwikkeld om deze eeuwenlange geschiedenis voor<br />

basisschoolleerlingen te verduidelijken. Centraal staat de situatie rondom Pieterburen tijdens de<br />

rampzalige Kerstvloed die grote delen <strong>van</strong> de Groninger kustbedijking wegsloeg. Dit gegeven<br />

maakt het project interessant voor alle scholen in Noord- en Oost-Groningen.<br />

Het project werd ontwikkeld door Projectbureau <strong>Erfgoededucatie</strong> Groningen in opdracht <strong>van</strong><br />

Stichting het Groninger Landschap, Stichting Oude Groninger Kerken, Museumhuis Groningen en<br />

Groninger Archieven.<br />

Aan de hand <strong>van</strong> de hoofdpersoon Martje, worden de leerlingen teruggevoerd naar de historische<br />

dijkdoorbraak, de gevolgen daar<strong>van</strong> voor het dagelijkse leven en de inpoldering die daarop<br />

volgde. Naast twee lessen in de klas is voorzien in excursies in de omgeving. Het lespakket zelf<br />

bestaat uit een verzamelmap met een docentenhandleiding, opdrachtbladen, het verhaal over<br />

Martje, een cd met een website over haar omgeving en een hoorspel. Leerlingen maken onder<br />

meer gebruik <strong>van</strong> oude kaarten, ooggetuigenverslagen en foto’s. Al doende komen kerndoelen<br />

uit verschillende vakken aan bod. Doordat kinderen nagelaten sporen <strong>van</strong> de geschiedenis leren<br />

zien, wint hun eigen omgeving aan betekenis.<br />

Cultuur en natuur versterken elkaar<br />

Vanuit de gedachte dat het landschap de belangrijkste culturele verworvenheid <strong>van</strong> de provincie<br />

is – zie het bovenstaande voorbeeld – hebben het Museumhuis Groningen, Natuurmuseum<br />

Groningen en IVN Nederland de handen in elkaar geslagen voor een integratie <strong>van</strong> natuur- en<br />

cultuureducatie. Doel <strong>van</strong> ‘De kathedraal <strong>van</strong> het landschap’, zoals de samenwerkingsfilosofie is<br />

gedoopt, is te komen tot vormen <strong>van</strong> omgevingseducatie met evenveel aandacht voor cultuur als<br />

voor natuur. De gedachte is dat cultuur en natuur geen tegenpolen zijn – ingrijpen <strong>van</strong> de mens<br />

kan ook positief uitpakken – maar elkaar kunnen versterken. De samenwerkingspartners zullen dit<br />

concept de komende jaren verder uitwerken in concrete projecten en netwerkverbanden.<br />

Meer informatie: info@museumhuisgroningen.nl.<br />

onderbouw voortgezet onderwijs<br />

vmbo-netwerk Sporen<br />

ZEVEN ERFGOEDSPOREN<br />

gemeente Dedemsvaart<br />

Enthousiast gemaakt door een studiereis naar Groot-Brittannië, waar erfgoededucatie binnen en<br />

buiten het onderwijs al is ingeburgerd, zetten docenten <strong>van</strong> scholengemeenschap Van der Capellen<br />

maar liefst zeven erfgoedsporen uit in Dedemsvaart en omstreken voor de onderbouw <strong>van</strong><br />

vmbo en havo/vwo. Verrassend veel erfgoedinstellingen, variërend <strong>van</strong> historische dorpsverenigingen<br />

tot de Stichting Fabrieksschoorstenen, wilden meedenken over bruikbare onderwerpen.<br />

Uiteindelijk bleek er onder meer voldoende ‘lesstof’ te vinden over de tbs-inrichting Veldzicht, de<br />

voorbeeldtuinen <strong>van</strong> Mien Ruys, het naburige Rietveldhuis en het Reest- en Vechtdal. Bij de aftrap<br />

<strong>van</strong> het project werden deze erfgoedthema’s in dramavorm op zeven karren gepresenteerd aan<br />

alle leerlingen, docenten, dorpsbewoners en media. Alle brugklassers hadden daarbij een functie,<br />

<strong>van</strong> decorbouwer tot acteur.<br />

Met de bedoeling elk jaar een erfgoedspoor helemaal uit te werken, werd begonnen met een<br />

projectweek die in het teken stond <strong>van</strong> het industriële erfgoed op loopafstand <strong>van</strong> de school: de<br />

kalkovens en de enige nog werkende gashouder in Nederland. Docenten <strong>van</strong> vrijwel alle vakken,<br />

<strong>van</strong> CKV tot natuur- en scheikunde, schreven mee aan een variëteit <strong>van</strong> lessen en opdrachten.<br />

Over het meten en bouwen <strong>van</strong> de gashouder ging het, over de functie, de rol in de lokale<br />

economie. Ook kregen de leerlingen de opdracht om met argumenten welke locatie de beste


was voor gasdistributie. Daarvoor moesten leerlingen zelfstandig op onderzoek uit, zowel op het<br />

terrein zelf als in het archief. Anderen kregen de opdracht bewoners <strong>van</strong> een verzorgingstehuis te<br />

enquêteren over vroeger, de antwoorden in een grafiek uit te zetten en daar een powerpointpresentatie<br />

<strong>van</strong> te maken. Onder professionele leiding oefenden de leerlingen in het vertellen <strong>van</strong><br />

verhalen, schreven ze gedichtjes in dialect en kookten ze gerechten naar historische streekrecepten.<br />

Er werden foto’s <strong>van</strong> locaties vroeger en nu vergeleken, een krant gemaakt en een website in<br />

werking gesteld.<br />

Om de ouders te laten delen in hun nieuwe kennis over hun woonplaats richtten de leerlingen<br />

een veelzijdige expositie over hun activiteiten in. Bij de volgende sporenprojecten zullen dergelijke<br />

presentaties, met medewerking <strong>van</strong> de plaatselijke middenstandvereniging, een breder publiek<br />

krijgen dat zo al winkelend verhalen rond het lokale erfgoed cadeau krijgt. Ook de website<br />

<strong>van</strong> de gemeente zal er werk <strong>van</strong> maken, nu de burgemeester zichzelf tot ambassadeur <strong>van</strong> het<br />

erfgoedproject heeft benoemd.<br />

onderbouw havo/vwo<br />

STREETWISE<br />

gemeenten Zuid-Holland<br />

Het project Streetwise stelt havo/vwo-leerlingen in Zuid-Holland in staat te achterhalen wie rond<br />

1900 woonden en werkten in een hen bekende straat. Ze bezoeken daarvoor het archief in hun<br />

woonplaats waar ze onder meer in het Bevolkingsregister gegevens verzamelen over toenmalige<br />

bewoners. Zo stuiten ze bijvoorbeeld op oude beroepen die uit het straatbeeld verdwenen zijn,<br />

zoals de melkventer, de dienstbode en de lorrenboer. Al doende ontdekken leerlingen hoe het<br />

gemeentearchief werkt en welke bronnen je er kunt napluizen om de geschiedenis <strong>van</strong> een straat,<br />

plaats, sportvereniging of bedrijf te reconstrueren. Streetwise, dat sinds 2005 via de onderwijsbrochure<br />

<strong>van</strong> het Erfgoedhuis Zuid-Holland wordt aangeboden aan alle havo/vwo scholen in de provincie,<br />

kwam tot stand dankzij intensieve samenwerking met de gemeentelijke archiefdiensten<br />

en streekarchieven in Zuid-Holland. Een praktische handleiding, ontwikkeld door het Erfgoedhuis<br />

ondersteunt de archiefdiensten in de uitvoering <strong>van</strong> het onderbouwproject.<br />

In overleg met de docent selecteert het archief voor het onderzoek geschikte straten in de omgeving<br />

<strong>van</strong> de school. Meestal zowel een ‘rijke’ als een ‘arme’ straat, om de leefomstandigheden<br />

aan het begin <strong>van</strong> de 20e eeuw te kunnen vergelijken. De archivaris zorgt er voor dat een deel<br />

<strong>van</strong> het bronnenmateriaal al gebruiksklaar ligt en dat aanvullende informatie over de buurt/straat<br />

aanwezig is. Oude foto’s bijvoorbeeld of kopieën uit boeken over dat tijdvak. Leerlingen leren<br />

microfiches lezen, maar mogen ook een kijkje nemen in het archiefdepot en krijgen een aantal<br />

bijzondere bronnen onder ogen. Streetwise leert jongeren vragen te stellen, planmatig informatie<br />

op te zoeken, te ordenen en te verwerken. Het programma voorziet in een voorbereidende les<br />

en een afsluitende les waarin leerlingenduo’s hun eindconclusies aan elkaar presenteren. Zowel<br />

leerlingen en docenten als deelnemende archiefinstellingen zijn enthousiast over het resultaat.<br />

Het onderzoek dat leerlingen in hun eigen omgeving uitvoeren concretiseert als het ware hun<br />

schoolkennis. Dat ‘slechte woon- en leefomstandigheden voor arbeiders een voedingsbodem<br />

waren voor de Sociale Kwestie’ begrijpen ze beter als ze plattegronden <strong>van</strong> de krappe behuizingen<br />

hebben gezien. Inzage in een gezinsbudget uit die tijd maakt duidelijk dat alle gezinsleden<br />

moesten werken om te kunnen rondkomen. Dit in schril contrast met gegoede burgers die er<br />

volgens hun boedelinventaris warmpjes bijzaten.<br />

Streetwise sluit, lesstofver<strong>van</strong>gend, aan op de kerndoelen <strong>van</strong> het vak aardrijkskunde (stedelijke<br />

en landelijke gebieden) en economie (arbeid en productie). Door in de onderbouw kennis te<br />

maken met archiefonderzoek kunnen leerlingen in de tweede fase, bijvoorbeeld voor het vak CKV<br />

of hun profielwerkstuk, zelfstandig de geschiedenis induiken.<br />

Meer informatie: www.erfgoedhuis-zh.nl


tweede fase havo/vwo<br />

PLAN JE EIGEN RUIMTE<br />

landelijk format<br />

‘Plan je eigen ruimte’ is een landelijk format <strong>van</strong> Erfgoed Actueel om leerlingen uit de tweede<br />

fase havo/vwo als ruimtelijk ontwerpers plannen te laten maken voor de toekomst <strong>van</strong> hun<br />

woonomgeving, rekening houdend met de daarin aanwezige cultuurhistorische elementen. Het<br />

project sluit aan bij de nieuwe eindtermen aardrijkskunde (praktische opdracht), maar kan <strong>van</strong>uit<br />

aardrijkskunde ook vakoverstijgend worden ingezet (CKV, geschiedenis, biologie, economie,<br />

Nederlands) of de grondvorm leveren voor een profielwerkstuk. Erfgoedinstellingen zoals erfgoedhuizen,<br />

maar ook archieven, archeologische diensten, historische kringen en musea zijn een<br />

regionaal/lokaal coördinerende taak toebedacht. Voor een optimale combinatie <strong>van</strong> vakkennis en<br />

didactische kennis is samenwerking tussen erfgoedinstellingen en deelnemende scholen/docenten<br />

<strong>van</strong> essentieel belang.<br />

In de praktijk houdt ‘Plan je eigen ruimte’ in dat leerlingen in groepjes, onder supervisie <strong>van</strong> een<br />

docent, zelfstandig onderzoek doen naar een inrichtingsvraagstuk in hun omgeving. In Zeeland<br />

draait het daarbij bijvoorbeeld om de vraag: Hoe kunnen Zeeuwse dorpen organisch groeien<br />

met behoud <strong>van</strong> hun oorspronkelijke karakter? En in Utrecht is de puzzel hoe de Grebbelinie als<br />

herkenbaar element in het landschap behouden kan blijven, nu steeds meer ruimte opgaat aan<br />

wonen, werken en recreëren. In sommige regio’s zoals in de Gooi-, Vecht-, en -Eemstreek, Utrecht<br />

en Zeeland worden leerlingen in hun onderzoek al ondersteund door een of meer erfgoedinstellingen<br />

die provinciale en lokale bronnen, zoals streekplannen, krantenartikelen, archiefstukken,<br />

kaarten en cultuurhistorische documenten via een website toegankelijk hebben gemaakt.<br />

Om te bedenken op welke manier de cultuurhistorie kan worden ingepast in de ruimtelijke<br />

inrichting maken leerlingen een werkplan en houden ze een logboek bij <strong>van</strong> hun activiteiten. Om<br />

tot een afgewogen oplossing te komen bezoeken ze het gebied in kwestie meerdere malen, maar<br />

ze gaan ook naar het archief en andere culturele en gemeentelijke instellingen die informatie over<br />

de ontwikkelingshistorie kunnen leveren. In hun onderzoek wegen de leerlingen verschillende<br />

tegenstrijdige belangen tegen elkaar af, nemen kennis <strong>van</strong> wet- en regelgeving en presenteren<br />

ten slotte een eigen standpunt over de toekomst <strong>van</strong> ‘hun’ gebied. Al doende krijgen ze oog voor<br />

kenmerkende patronen in hun eigen omgeving en leren ze hoe ook zij de verantwoordelijkheid<br />

kunnen nemen voor de kwaliteit <strong>van</strong> de (her)inrichting daar<strong>van</strong>. Leidraad daarbij is steeds de<br />

Belvedere-gedachte ‘behoud door ontwikkeling’, met andere woorden: zet geen stolp over het<br />

verleden, maar pas cultuurhistorische elementen organisch in ruimtelijke ontwikkeling in.<br />

Op den duur moeten leerlingen in heel Nederland gebruik kunnen maken <strong>van</strong> regionale versies<br />

en plaatselijke voorbeelden <strong>van</strong> ‘Plan je eigen ruimte’, dat daartoe in 2006 werd gelanceerd door<br />

stichting Erfgoed Actueel.<br />

Meer informatie: www.planjeeigenruimte.nl


ERFGOEDEDUCATIE


BUITENSCHOOLS<br />

EN VOOR EEN BREED PUBLIEK<br />

De nabijheid en veelzijdigheid <strong>van</strong> erfgoed maakt erfgoededucatie heel geschikt voor<br />

toepassing buiten het klaslokaal. <strong>Erfgoededucatie</strong> is op uiteenlopende locaties inzetbaar,<br />

variërend <strong>van</strong> de Brede School tot buurthuizen. <strong>Erfgoededucatie</strong> kan invulling geven aan<br />

persoonlijke ontplooiing en vrijetijdsbesteding, maar ook een instrument zijn voor maatschappelijke<br />

participatie, sociale binding en integratie. Het kan bijdragen aan de kwaliteitsverbetering<br />

<strong>van</strong> het toeristisch product en inwoners actief betrekken bij ruimtelijke<br />

ontwikkelingsprocessen.<br />

6.1 Van Brede School tot buurthuis<br />

Niet iedereen krijgt kunst en cultuur met de paplepel ingegoten. Buitenschoolse activiteiten op<br />

het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie bieden mensen ruimte voor persoonlijke ontwikkeling en/of het<br />

verdiepen <strong>van</strong> kennis en vaardigheden. In die zin past het in het streven <strong>van</strong> de overheid naar ‘een<br />

leven lang leren’. Daarnaast is bezig zijn met het verleden voor veel mensen gewoon een leuke<br />

vorm <strong>van</strong> vrijetijdsbesteding.<br />

Buitenschoolse cultuureducatie valt onder de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de gemeente. Dit aanbod<br />

concentreert zich nu nog grotendeels op kunsteducatie, aangeboden door creativiteitscentra<br />

en muziekscholen. <strong>Erfgoededucatie</strong> heeft wat dat betreft minder <strong>van</strong>zelfsprekende podia voor<br />

actieve cultuurparticipatie, maar mogelijkheden zijn er zeker.<br />

Organisaties voor buitenschoolse activiteiten en erfgoedinstellingen denken bij samenwerking<br />

nog niet zo snel aan elkaar, omdat ze onbekend zijn met elkaars werkterrein en mogelijkheden.<br />

De gemeente kan op dit vlak een nuttige brugfunctie vervullen. Om inspiratie te bieden zetten we<br />

een aantal mogelijkheden op een rijtje.<br />

• Erfgoedinstellingen<br />

Musea, monumenten, archieven en andere erfgoedinstellingen bieden een waaier <strong>van</strong> activiteiten<br />

voor verschillende doelgroepen. Het aanbod is afhankelijk <strong>van</strong> de collectie, mogelijkheden en<br />

om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de instelling.<br />

Zo zijn er kinderactiviteiten variërend <strong>van</strong> ontdektochten en creatieve workshops tot hands-on<br />

activiteiten en digitale projecten. Een aantal musea beschikt over een speciaal kindermuseum<br />

(Zuiderzeemuseum, Joods Historisch Museum, Wereldmuseum, Tropenmuseum). Voor volwassenen<br />

zijn er onder meer lezingen, rondleidingen, cursussen en workshops.<br />

• Brede School<br />

De praktijk leert dat welzijnsinstellingen over het algemeen actief betrokken zijn bij de invulling<br />

<strong>van</strong> de Brede School, maar culturele instellingen veel minder. Uitkomst <strong>van</strong> een enquête onder<br />

deze groep naar de toekomst <strong>van</strong> de BS was onder meer dat erfgoededucatie een belangrijke<br />

rol kan spelen bij informeel leren in de directe omgeving en bijdraagt aan een goede worteling<br />

<strong>van</strong> kinderen. Ook hier geldt: wie al jong erfgoedinstellingen bezoekt, zal later gemakkelijker uit<br />

zichzelf een museum of archief binnenstappen.<br />

Omdat erfgoededucatie meestal een beroep doet op samenwerking met anderen (presentaties,<br />

onderzoek) is de ervaring dat jongeren zo spelenderwijs sociale vaardigheden opdoen. Dat is<br />

belangrijk, alleen al omdat er een sterke relatie lijkt te bestaan tussen de ontwikkeling <strong>van</strong> sociale<br />

competenties <strong>van</strong> jongeren en sociale cohesie, met het eerste als noodzakelijke voorwaarde voor<br />

het andere. 35<br />

De Brede School blijkt ook een prima podium voor intergenerationele (erfgoed)projecten, waarin<br />

jong en oud samenwerken. 36 Elke Brede School voorziet bovendien in vrijetijdsbesteding, met<br />

een aanbod <strong>van</strong> culturele activiteiten, waaronder bibliotheekbezoek, kunstbeoefening, sport en<br />

ict. In dit rijtje hoort ook een bezoek aan erfgoed(instellingen) thuis.<br />

35 Kamp, <strong>van</strong> der M. & Otte<strong>van</strong>ger<br />

(2003) Cultuureducatie en sociale cohe-<br />

sie. Een verkennend onderzoek<br />

36 Idem


Sluitende dagop<strong>van</strong>g<br />

Alle scholen voor primair onderwijs zijn <strong>van</strong>af schooljaar 2007-2008 verplicht hun<br />

leerlingen een sluitende dagop<strong>van</strong>g te bieden als de ouders daarom verzoeken.<br />

Scholen kunnen dit organiseren door samen te werken met lokale organisaties.<br />

De Brede School is een <strong>van</strong> de vormen om invulling te geven aan de sluitende dagop<strong>van</strong>g.<br />

Een Brede School kenmerkt zich door een samenhangend geheel <strong>van</strong> laagdrempelige<br />

voorzieningen voor kinderen en hun ouders, met de school als middelpunt. Doel is<br />

kinderen meer ontplooiingskansen te bieden en ouders te ondersteunen in de combinatie<br />

zorg en werk. Oorspronkelijk stond de bestrijding <strong>van</strong> onderwijsachterstanden centraal,<br />

tegenwoordig is er meer aandacht voor het bevorderen <strong>van</strong> sociale competenties en<br />

sociale binding. Verder heeft de Brede School in toenemende mate een functie als basisvoorziening<br />

in de wijk.<br />

In 2005 waren er circa 600 Brede Scholen in 300 gemeenten; in 2010 moet dat aantal<br />

verdubbeld zijn. De meeste gemeenten betalen de Brede School uit eigen middelen<br />

aangevuld met bijdragen <strong>van</strong> het Rijk, provincies en instellingen. Het aanbod <strong>van</strong> Brede<br />

Scholen is te verdelen in vier clusters: doorgaande educatieve lijnen (Verlengde<br />

Schooldag), vrijetijdsbesteding, gezin en opvoeding en extra zorg. Bijna overal heeft het<br />

eerste cluster prioriteit. In 60% <strong>van</strong> de gemeenten heeft de Brede School een aanbod op<br />

het gebied <strong>van</strong> kunst en cultuur. De bibliotheek is bij ruim de helft <strong>van</strong> de Brede Scholen<br />

een actieve samenwerkingspartner, centra voor de kunsten bij ongeveer een kwart daar<strong>van</strong>.<br />

37 (www.bredeschool.nl)<br />

37 Oberon onderzoeksbureau (Jaarbe-<br />

richt 2005) Brede Scholen in Nederland<br />

• Volksuniversiteiten<br />

Verspreid over het hele land bieden ruim honderd volksuniversiteiten een breed pakket aan cursussen<br />

aan, waaronder programma’s over kunst en cultuur. Voor educatie op locatie – aantrekkelijk voor<br />

cursisten – kan worden samengewerkt met plaatselijke erfgoedinstellingen. Een aantal volksuniversiteiten<br />

biedt een introductie in de genealogie; samenwerking met het archief ligt dan voor de hand.<br />

De meeste volksuniversiteiten hebben naast cursussen een jaarprogramma met losse activiteiten<br />

waarop iedereen kan inschrijven. Een goede setting voor bijvoorbeeld lezingen over de geschiedenis<br />

<strong>van</strong> de eigen omgeving of voor streekgebonden podiumkunsten.<br />

• Openbare Bibliotheken<br />

De Openbare Bibliotheek (OB) is de meest laagdrempelige culturele voorziening in Nederland.<br />

Vrijwel alle gemeenten beschikken over een bibliotheekinstelling met een of meer vestigingen.<br />

In 2002 telden de bibliotheken 4,3 miljoen gebruikers, vrijwel gelijk verdeeld over jongeren tot 18<br />

jaar en volwassenen. De gemeentelijke subsidie bedroeg dat jaar ruim 350 miljoen euro en stijgt<br />

nog steeds.<br />

Dat de OB een goede instap biedt om de aandacht voor de eigen cultuurhistorie te vergroten,<br />

bewijzen de vele erfgoedprojecten waarbij de bibliotheek als ontdekplek of expositieruimte<br />

betrokken is. Erfgoed staat vaak ook op het activiteitenprogramma <strong>van</strong> de bibliotheek dat (tegen<br />

betaling) ook voor niet-leden toegankelijk is.<br />

De bibliotheken zijn sinds 2002 bezig met een vernieuwingsoperatie. Dit proces is met extra middelen<br />

<strong>van</strong> het Rijk geïntensiveerd en met twee jaar verlengd tot en met 2007. De bedoeling is dat<br />

bibliotheken naast de uitleenfunctie nieuwe vormen <strong>van</strong> dienstverlening ontwikkelen en daarvoor<br />

bijvoorbeeld verbindingen aangaan met archieven, het onderwijs en culturele instellingen. Cultuurhistorie<br />

en erfgoed deel gaan uitmaken <strong>van</strong> het basispakket. (www.bibliotheekvernieuwing.nl)<br />

Een treffend voorbeeld <strong>van</strong> erfgoededucatie in de OB vormen de Historische Informatiepunten<br />

(HIP’s), die informatie aanbieden over de historie <strong>van</strong> een stad of streek. HIP’s zijn in het kader<br />

<strong>van</strong> het archiefconvenant 2002-2006 opgezet in een aantal Overijsselse bibliotheken door het<br />

gemeente- of streekarchief ter plaatse. Omdat HIP’s een succes zijn, is binnen de archiefsector het<br />

plan opgevat om deze formule ook op andere plaatsen in Nederland te implementeren.<br />

• Centra voor de kunsten<br />

In 2006 telde Nederland 230 centra voor de kunsten: lokale instellingen voor kunsteducatie. Centra<br />

voor de kunsten worden merendeels door gemeenten gesubsidieerd. Ze zijn onder te verdelen in<br />

creativiteitscentra, muziekscholen of combinaties daar<strong>van</strong>. Een aparte categorie vormen de jeugdtheaterscholen.<br />

Samenwerking tussen erfgoedinstellingen en centra voor de kunsten - in de praktijk<br />

twee gescheiden werelden - kan mooie resultaten opleveren, zo leert de ervaring in het onderwijs.


Erfgoedprojecten bevatten vaak een element <strong>van</strong> creatieve verwerking <strong>van</strong> de opgedane ervaringen<br />

(dans, literatuur, drama, beeldende kunst of audiovisueel). Interessant was het Torentjesproject<br />

in Almelo. Een toren <strong>van</strong> een oude textielfabriek inspireerde leerlingen om zelf torentjes<br />

te maken en die, gevuld met eigen kunstwerkjes, in de omliggende wijk te plaatsen. Het project<br />

werd begeleid door een kunstenaar, nadat de scholieren in erfgoedinstellingen <strong>van</strong> alles over het<br />

thema te weten waren gekomen. Op deze manier zijn collecties <strong>van</strong> erfgoedinstellingen en lokaal<br />

erfgoed voor centra <strong>van</strong> de kunsten te gebruiken als inspiratiebron. Bijvoorbeeld voor theaterprojecten<br />

(legenden) of beeldende vorming (tekenen en schilderen <strong>van</strong> stads- en dorpsgezichten).<br />

• Vrijetijdsactiviteiten jongeren<br />

Om kinderen en jongeren te bereiken is aandacht voor hun vrijetijdsbesteding onontbeerlijk.<br />

Sterk op informatieoverdracht gerichte projecten of materialen zijn dan uiteraard niet geschikt.<br />

Juist voor deze doelgroep heeft erfgoededucatie als voordeel dat beleving belangrijk is. Naast<br />

cognitie wordt een appèl gedaan op zintuigen en emoties.<br />

Dat het mogelijk is jongeren <strong>van</strong> verschillende culturele afkomst buiten school enthousiast te maken<br />

voor erfgoed, bewijst het succes <strong>van</strong> het landelijk beschikbare project ∆ Zie: Verover je eigen<br />

Monument. Dit format werd in 2006 verbreed tot ‘Verover je eigen omgeving’.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> kan worden ingepast in verschillende soorten naschoolse activiteiten die voor<br />

kinderen en jongeren worden georganiseerd. Denk bijvoorbeeld aan: naschoolse op<strong>van</strong>g (naar<br />

het monument om de hoek), scouting (landschapsontwikkeling), jeugdtheatergroepen en creativiteitcursussen<br />

(eigen omgeving als inspiratiebron) en jongerenactiviteiten in buurt en wijkcentra<br />

• Buurt- en wijkcentra, gemeenschapshuizen<br />

De wijk wordt een steeds belangrijker werkgebied voor culturele instellingen. Om nieuwe publieksgroepen<br />

in contact te brengen met erfgoed(instellingen) komen dus ook buurt- en wijkcentra<br />

en gemeenschapshuizen in beeld.<br />

Buurthuizen trekken veel jongeren <strong>van</strong> verschillende culturele achtergronden. Vaker jongens dan<br />

meisjes en meer vmbo-leerlingen dan havo/vwo leerlingen. 38 Daarnaast is het buurthuis, dat<br />

vaak laagdrempelige, betaalbare cursussen en activiteiten aanbiedt, ook een belangrijke ontmoetingsplek<br />

voor allochtone vrouwen en oudere buurtbewoners. Dit biedt legio mogelijkheden voor<br />

erfgoededucatie. Denk aan een erfgoedwandeling in eigen wijk of kleine exposities over de geschiedenis<br />

<strong>van</strong> de omgeving, samengesteld voor en door buurtbewoners. Om zoiets <strong>van</strong> de grond<br />

te krijgen zal de gemeente de samenwerking moeten stimuleren tussen erfgoedinstellingen en<br />

welzijnswerk of sociaal-cultureel werk, dat erop gericht is mensen te begeleiden bij het inrichten<br />

<strong>van</strong> hun sociale en culturele leven.<br />

Actueel in wijkgericht werken is het bevorderen <strong>van</strong> contact en samenwerking tussen verschillende<br />

generaties. Dit heeft tot doel de leefbaarheid en de sociale binding in de wijk te verbeteren. Zo<br />

stimuleert het Centrum Sociaal Beleid <strong>van</strong> het NIWZ intergenerationeel buurtbeleid in het kader<br />

<strong>van</strong> het nationaal stimuleringsbeleid ‘De buurt voor alle leeftijden’.<br />

Kunst- en erfgoedinstellingen zijn tot dusver niet of nauwelijks bij deze intergenerationele projecten<br />

betrokken. Een gemiste kans, omdat erfgoededucatie op dit vlak veel invalshoeken biedt<br />

en naadloos aansluit bij de aanpak die draait om ervaringen delen. Vele goede praktijkvoorbeelden<br />

komen uit Groot-Brittannië. Ouderen vertellen jongeren bijvoorbeeld over hun werk (mijnen,<br />

fabrieken, visserij e.d.) dat vroeger het beeld <strong>van</strong> hun woonplaats bepaalde. Jongeren interviewen<br />

oudere buurtbewoners over de vroegere functie <strong>van</strong> historische locaties of maken samen met hen<br />

een plan voor de herinrichting <strong>van</strong> de buurt, waarbij erfgoed een plaats krijgt in nieuwe ontwikkelingen.<br />

38 Buurthuizen Jeugdmonitor (2004)<br />

jongeren 13 - 18 jaar<br />

VEROVER JE EIGEN MONUMENT/OMGEVING<br />

landelijk format<br />

Jongeren niet geïnteresseerd in monumenten? Zeker wel! Voorwaarde is dat zij op hun eigen<br />

manier ‘contact kunnen maken’ met monumentaal erfgoed in hun woonplaats. En dat is precies de<br />

formule <strong>van</strong> ‘Verover je eigen monument’, een project <strong>van</strong> het VSB fonds voor groepen jongeren<br />

<strong>van</strong> 13 tot en met 18 jaar, dat zowel binnen als buiten schoolverband overal in Nederland uit te<br />

voeren is.


Het initiatief tot deelname komt <strong>van</strong> jongerenwerkers – bijvoorbeeld verbonden aan scouting,<br />

buurtcentra of jeugdtheatergroepen – leerkrachten of erfgoedinstellingen, maar de uitwerking is<br />

helemaal in handen <strong>van</strong> de jongeren zelf. Na een rondleiding in het gekozen monument krijgen<br />

ze vragen als: ‘Wat voor associaties roept dit op?’ En: ‘Welke verhalen of invalshoeken spreken jullie<br />

het meest aan?’ Daarop is het aan de jongeren om, op basis <strong>van</strong> hun gevoelens, ideeën en fantasieën,<br />

een eigen verhaal over het monument te maken dat ook andere jongeren aanspreekt. Voor<br />

de uiteindelijke presentatie moeten ze dus ook leeftijdsgenoten zien te interesseren. De ervaring<br />

leert dat dit uitstekend lukt.<br />

De akoestiek <strong>van</strong> de Catharinakerk in Doetinchem inspireerde jongeren bijvoorbeeld tot een<br />

muziekshow, waarbij verschillende geluiden <strong>van</strong> voetstappen de leidraad vormden voor historische<br />

verhalen over het gebouw. Ook leuk voor buurtbewoners die, geïnformeerd door op<br />

de markt uitgedeelde flyers, massaal op de voorstelling afkwamen. In Gouda werd het oude<br />

Spaarders(zwem)bad het toneel <strong>van</strong> de Griekse tragedie ‘Troje aan Zee’. Het Purmerends Museum<br />

werd als tijdmachine het decor voor een interactief toneelspel waarin het verleden herleefde en<br />

het Hilversums sanatoriumcomplex Zonnestraal werd het podium voor dans, oude films, theater<br />

en beeldhouwwerk.<br />

De sleutel om een monument voor jongeren interessant te maken is het creëren <strong>van</strong> ‘positieve<br />

emoties’ en ‘persoonlijke binding’. Omdat het monumentenproject veel weerklank vindt bij jongeren<br />

<strong>van</strong> verschillende schoolniveaus en afkomst – het verhaalelement blijkt juist allochtone jongeren<br />

sterk aan te spreken – is het VSB-project medio 2006 verbreed tot ‘Verover je eigen omgeving’.<br />

Om jongeren in staat te stellen elementen uit hun eigen woonplaats te veroveren, variërend <strong>van</strong><br />

een natuurmonument tot een architecturaal hoogstandje, is een netwerkorganisatie tot stand<br />

gebracht met organisaties als Staatsbosbeheer, Rijkswaterstaat en erfgoedinstellingen. Ook in dit<br />

geval geldt dat jongeren worden aangemoedigd een deel <strong>van</strong> de kosten, deels in natura, gefinancierd<br />

te krijgen. Het is dus mogelijk dat ze voor een kleine subsidie aankloppen bij de gemeente.<br />

Inspirerende voorbeelden en een stappenplan voor jongeren en hun begeleiders zijn te vinden<br />

op de website waar ook ondersteunend materiaal kan worden aangevraagd.<br />

Meer informatie: www.veroverjeeigenmonument.nl.<br />

migratiegeschiedenis<br />

WERKEN, WERKEN, WERKEN!<br />

pilot gemeente Tilburg<br />

De verhalen <strong>van</strong> de zogeheten gastarbeiders, die <strong>van</strong>af het begin <strong>van</strong> de jaren zestig in steeds<br />

grotere getale naar Nederland werden gehaald om hier de industrie draaiende te houden, vormen<br />

een wezenlijk onderdeel <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> geschiedenis. Ze kwamen om te werken en<br />

te sparen voor een beter bestaan. De meeste <strong>van</strong> hen gingen uiteindelijk niet terug, maar lieten<br />

hun gezinnen overkomen. In Tilburg, werden op 25 oktober 1963 de eerste twaalf Turken door de<br />

harmonie <strong>van</strong> het station gehaald om mee te helpen in de toen nog florerende textielindustrie.<br />

Inmiddels telt de gemeente ruim 30.000 niet-westerse allochtonen op een bevolking <strong>van</strong> 200.000<br />

inwoners.<br />

In 2002 ging in Tilburg een pilotproject migratiegeschiedenis <strong>van</strong> start in opdracht <strong>van</strong> het Nederlands<br />

Centrum voor Volkscultuur (NCV). Hiervoor werd samenwerking gezocht met het Nederlands<br />

Textielmuseum, het Regionaal Historisch Centrum en cultureel centrum CiST.<br />

Onderzoekers speurden naar bruikbare archiefstukken in Tilburg en omliggende gemeenten,<br />

maar ook naar foto’s en andere tastbare persoonlijke herinneringen <strong>van</strong> allochtonen en autochtone<br />

Tilburgers. Belangrijk element was uiteraard het optekenen <strong>van</strong> oral history aan de hand<br />

<strong>van</strong> een groot aantal interviews, zowel met voormalige gastarbeiders als met de mensen om<br />

hen heen. De tentoonstelling die hieruit voortkwam werd onder meer opgesteld op een goed<br />

bezochte warenmarkt in het centrum <strong>van</strong> de stad. Zo konden niet alleen oorspronkelijke Tilburgers<br />

maar ook (jonge) allochtonen zelf kennisnemen <strong>van</strong> dit bijzondere hoofdstuk waarmee<br />

een gezamenlijke geschiedenis begon. Daarnaast werd het onderwerp voor een breed publiek<br />

toegankelijk gemaakt met het boek ‘Werken, Werken, Werken’ waarin behalve een overzicht <strong>van</strong><br />

de multiculturele geschiedenis <strong>van</strong> Tilburg, veel persoonlijke verhalen, portretfoto’s en ander<br />

historisch beeldmateriaal is opgenomen.<br />

0


6.2 Sociale cohesie en civil society<br />

Eén <strong>van</strong> de voorwaarden voor sociale cohesie is het voorkomen dat bepaalde groepen in de bevolking<br />

maatschappelijk worden uitgesloten. Dit impliceert dat ook culturele instellingen – maar<br />

zij niet alleen – actie moeten nemen om brede groepen in de samenleving te bereiken. In beleidsnota’s<br />

worden allochtonen het meest genoemd als risicogroep voor sociale uitsluiting, maar ook<br />

ouderen, gehandicapten, school drop-outs, werklozen en lager opgeleiden lopen soms kans de<br />

aansluiting met de maatschappij te verliezen.<br />

Sinds het Actieplan Cultuurbereik 2001-2004 zijn er allerlei initiatieven ontwikkeld om cultuurparticipatie<br />

en sociale participatie met elkaar te verbinden. Duidelijk is dat erfgoedinstellingen<br />

en andere culturele organisaties hiervoor nieuwe wegen moeten zoeken en samenwerking<br />

moeten aangaan met andere maatschappelijke sectoren. Daarbij blijken onderwijsinstellingen,<br />

het (koepel)welzijnswerk en wijkaccountmanagers een betrouwbare bron <strong>van</strong> informatie over<br />

behoeften en mogelijkheden <strong>van</strong> specifieke doelgroepen. 39<br />

Landelijke bekendheid kreeg het project Blauwdruk. Onder deze titel experimenteerden vier<br />

<strong>Nederlandse</strong> musea met nieuwe manieren om mensen bij het museum te betrekken die daar normaal<br />

gesproken nooit komen. Belangrijk onderdeel <strong>van</strong> de werkwijze was de samenwerking met<br />

maatschappelijke en culturele instellingen en kennisuitwisseling tussen de musea onderling.<br />

Elk museum pakte het op eigen wijze aan. Museum Jan Cunen (Oss) bracht het museum letterlijk<br />

het schoolgebouw in, Zcala (Den Haag) werkte met ambassadeurs uit de doelgroep aan een<br />

‘andere’ programmering en het Noord-Brabants Natuurmuseum (Tilburg) en het Amsterdams<br />

Historisch Museum trokken de wijk in. Het AHM richtte i.s.m. Buurtonline (een zogeheten ‘digitaal<br />

trapveld’) 40 een website in met verhalen <strong>van</strong> buurtbewoners. Deze werden opgetekend door<br />

een hiervoor kortdurend geschoolde groep vrijwilligers die een dwarsdoorsnede <strong>van</strong> de buurtbevolking<br />

vormde. (www.geheugen<strong>van</strong>oost.nl) De ervaring <strong>van</strong> de vier Blauwdruk-musea was<br />

dat outreach-activiteiten erg arbeidsintensief zijn, maar wel vruchten afwerpen. Voorbeelden zijn<br />

tentoonstellingen in winkels en wijkcentra en diverse ict-projecten voor buurtbewoners.<br />

De laatste jaren wordt het belang <strong>van</strong> de civil society en sociaal kapitaal meer en meer erkend.<br />

In de civil society zijn burgers lid <strong>van</strong> verschillende netwerken en werken zij op vrijwillige basis<br />

samen aan de ontwikkeling <strong>van</strong> de samenleving. <strong>Gemeenten</strong> vertalen dit begrip als een moderne<br />

vorm <strong>van</strong> maatschappelijk middenveld. De civil society is <strong>van</strong> belang omdat dit de omgeving is<br />

waarin de burger zich vrijwillig organiseert en zijn talenten tot ontwikkeling kan brengen. Denk<br />

hierbij aan kleinschalige burgerinitiatieven zoals buurtverenigingen, zorggroepen, bewonersorganisaties<br />

en internetgroeperingen. Ook de erfgoedsector is bij uitstek een terrein waar met veel<br />

vrijwilligers en weinig geld veel wordt bereikt.<br />

Daarnaast kan de gemeente langs andere weg een bijdrage leveren aan de civil society. Namelijk<br />

door een goed klimaat te scheppen voor creativiteit en culturele ontplooiing. 41 Daarbij kunnen<br />

ook erfgoedinstellingen de helpende hand bieden.<br />

6.3 Activiteiten voor ouderen<br />

De pilot vormde een onderdeel <strong>van</strong> een groter project waarmee het NCV wil laten zien hoe historische<br />

verenigingen migratiegeschiedenis in de lokale geschiedenis kunnen integreren. Achterliggend<br />

doel is ertoe bij te dragen dat de huidige discussies over de multiculturele samenleving<br />

meer in historisch perspectief geplaatst worden. De resultaten <strong>van</strong> het project zijn vertaald naar<br />

een reizende tentoonstelling.<br />

Het NCV heeft twintig reizende tentoonstellingen te huur voor musea, bibliotheken, scholen<br />

en andere belangstellenden. Het gaat om basistentoonstellingen, die bijvoorbeeld te gebruiken<br />

zijn als algemeen kader voor een eigen expositie. Onderwerpen zijn onder meer: gebruiken rond<br />

zwangerschap, geboorte en huwelijk, boerenleven in Nederland, kermis, winterfeesten en sport.<br />

Meer informatie: www.volkscultuur.nl.<br />

Bij alle aandacht voor cultuureducatie voor jongeren, moeten we niet vergeten dat Nederland een<br />

groeiend aantal senioren kent. Voor een deel betreft het actieve cultuurgenieters die de weg naar<br />

erfgoedinstellingen wel weten te vinden. Verder zijn pensioengerechtigde inwoners vaak actief<br />

als vrijwilliger, bijvoorbeeld als rondleider, stadsgids of bij demonstraties <strong>van</strong> oude ambachten.<br />

1<br />

39 Kamp <strong>van</strong> der, M. & Otte<strong>van</strong>ger, D.<br />

(2003) Cultuureducatie en sociale cohe-<br />

sie. Een verkennend onderzoek<br />

40 Een digitaal trapveld is een locatie<br />

waar voornamelijk ouderen, vrouwen,<br />

werkzoekenden en nieuwkomers gratis<br />

of voor een gering bedrag leren omgaan<br />

met ict. Doel is een dreigende digitale<br />

kloof te voorkomen. Uit: Cultuurnetwerk<br />

Nederland/Museumvereniging 2003)<br />

Blauwdruk-vier musea en sociale cohesie.<br />

(p.78)<br />

41 VNG (2006) rapport ‘Wil tot verschil’


42 Baarle, Y. (2004) Divers, cultuurbeleid<br />

in een multiculturele samenleving<br />

43 Idem<br />

Voor veel andere ouderen kan een eerste bezoek aan een erfgoedinstelling, een verrassend uitje<br />

zijn.<br />

Doordat veel ouderen nog lang zelfstandig wonen, wordt er op lokaal niveau een sterker beroep<br />

gedaan op de drieslag wonen, zorg en welzijn. Met name voor het bevorderen <strong>van</strong> welzijn ont<strong>van</strong>gen<br />

gemeenten weinig extra middelen. Wel komen hiervoor steeds meer gerichte projecten<br />

beschikbaar. Een daar<strong>van</strong> heet ‘Op zoek naar zin’, waarbij herinneringen aan het eigen leven het<br />

uitgangspunt vormen voor creatieve reminiscentie. Ook erfgoedinstellingen kunnen hierbij een<br />

rol spelen. Andere geschikte projecten worden aangeboden door het Nederlands Platform Ouderen<br />

en Europa (NPOE), dat streeft naar behoud en verspreiding <strong>van</strong> bij ouderen aanwezige kennis<br />

en ervaring.<br />

Een <strong>van</strong> de projecten werd overgenomen door de Stichting Tijdgeest in Amsterdam. Deze stichting<br />

stelt zich ten doel informatie uit het dagelijkse leven in de vorige eeuw te verzamelen en als<br />

cultureel erfgoed toegankelijk te maken voor volgende generaties (www.tijdgeest.nl). Uitgangspunt<br />

is ook hier de techniek <strong>van</strong> de reminiscentie, een methode waarbij mensen in groepen of<br />

individueel worden aangezet tot het ophalen en beschouwen <strong>van</strong> herinneringen aan de hand <strong>van</strong><br />

foto’s, voorwerpen en geluiden. Met het verzamelen <strong>van</strong> verhalen, beeldmateriaal, documenten<br />

en voorwerpen bouwt de stichting aan een community archive, dat op den duur breed toegankelijk<br />

zal zijn.<br />

6.4 Erfgoed voor en <strong>van</strong> migranten<br />

Het multiculturele debat kent twee beeldbepalende elementen: culturele diversiteit en integratie.<br />

42 Voor beide biedt erfgoededucatie handvatten. Uitgangspunt bij culturele diversiteit is<br />

steeds verschillen uitleggen en overeenkomsten zoeken. Achterliggende gedachte is dat kennisnemen<br />

<strong>van</strong> elkaars culturele praktijken en creativiteit leidt tot meer begrip en wederzijds respect.<br />

Een beknopte schets <strong>van</strong> de praktijk:<br />

• Kennismaken met Nederlands erfgoed<br />

Erfgoed in de eigen omgeving blijkt een simpel, maar doeltreffend middel om allochtone inwoners<br />

meer inzicht te geven in Nederland en de Nederlanders. Het is een goede kapstok voor<br />

kennis <strong>van</strong> cultuurhistorie <strong>van</strong> Nederland en de nieuwe woonplaats. Verder is het mogelijk aan de<br />

hand <strong>van</strong> erfgoed een aantal algemene waarden en normen te verduidelijken die Nederlanders<br />

verbindt. 43 Principes als rechtstaat, democratie, scheiding <strong>van</strong> kerk en staat, vrijheid <strong>van</strong> meningsuiting,<br />

godsdienstvrijheid, gelijke behandeling <strong>van</strong> man en vrouw staan bijvoorbeeld niet ter<br />

discussie. Pluspunt <strong>van</strong> erfgoededucatie daarbij is dat het zich ook kan bedienen <strong>van</strong> niet-talige<br />

middelen.<br />

Kennismaken met Nederland gebeurt op dit moment tijdens inburgeringcursussen, integratiecursussen<br />

cultuur en lessen Nederlands als tweede taal (NT2). Deze bieden cursisten behalve<br />

taalonderwijs ook maatschappelijke oriëntatie. In Rotterdam en de provincie Utrecht werden,<br />

in samenwerking met een ROC, museumlessen voor NT2-cursisten ontwikkeld. Hierbij vormt de<br />

cultuurhistorie <strong>van</strong> de nieuwe woonplaats het vertrekpunt voor nadere kennismaking met de<br />

<strong>Nederlandse</strong> samenleving.<br />

• Migratiegeschiedenis<br />

Aan het eind <strong>van</strong> de jaren ’70 <strong>van</strong> de vorige eeuw komen voor het eerst grote groepen niet-westerse<br />

allochtonen als ‘gastarbeiders’ naar Nederland. Het verhaal over hun komst is niet alleen<br />

belangrijk erfgoed voor de migranten in kwestie, maar als gemeenschappelijk verleden ook voor<br />

autochtone Nederlanders. Op het vlak <strong>van</strong> migratiegeschiedenis worden in Nederland steeds<br />

meer initiatieven ontplooid. Zo verzamelt Imagine IC in Amsterdam voor een breed publiek persoonlijke<br />

verhalen over migratiegeschiedenis en eigentijdse culturele diversiteit, gebruikmakend<br />

<strong>van</strong> oral history en ict. In Deventer is migratiegeschiedenis in beeld gebracht aan de hand <strong>van</strong> het<br />

verhaal <strong>van</strong> de blikfabriek Thomassen & Drijver, indertijd een belangrijke werkgever voor zowel<br />

allochtone en autochtone inwoners. ‘Deventer Blik’ is uitgewerkt in tien deelprojecten, waaronder<br />

een theaterproductie, een wetenschappelijk historisch onderzoek, een kinderboek, een filmdocumentaire<br />

en een expositie (www.sied.nl/deventerblik). Het Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

(NCV) realiseerde in 2002 een pilotproject migratiegeschiedenis in Tilburg, waar<strong>van</strong> de resultaten<br />

zijn vertaald naar een reizende basistentoonstelling.<br />

∆ Zie ‘Werken, werken, werken’.<br />

• Herinnering aan herkomst<br />

Langetermijndoelstelling <strong>van</strong> projecten gericht op erfgoed <strong>van</strong> migranten is materiaal te verza-


melen dat latere generaties in staat stelt hun wortels te leren kennen. Een doelstelling op korte<br />

termijn is autochtone Nederlanders kennis te laten maken met de achtergronden <strong>van</strong> hun nieuwe<br />

land- en stadsgenoten. Het is ook de bedoeling dat migranten zich op die manier ‘gezien’ en<br />

gewaardeerd voelen.<br />

Een voorbeeld dat op dit gebied school maakte is ‘Generaties Later; Turkse Dordtenaren’. In<br />

Dordrecht is het Stadsarchief al enige jaren actief om egodocumenten, geluid- en beeldmateriaal<br />

<strong>van</strong> nieuwkomers te verzamelen. Maar daar is het niet bij gebleven. In het dorp Kayapinar, waar<br />

veel Turkse inwoners <strong>van</strong> Dordrecht <strong>van</strong>daan komen, legden onderzoekers in interviews en foto’s<br />

het dagelijks leven in het dorp en de invloed <strong>van</strong> de migratie op de lokale samenleving vast. In<br />

2004 volgde het project ‘Nos Tesoro, Onze schatten’ om persoonlijke herinneringen <strong>van</strong> Caribische<br />

Nederlanders vast te leggen voor later. Via www.gemeentearchiefdordrecht.nl zijn teksten en<br />

beelden toegankelijk voor eigen inwoners en andere belangstellenden.<br />

6.5 Zichtbaar maken <strong>van</strong> erfgoed<br />

Voor een groeiend aantal gemeenten staat ‘zichtbaar maken <strong>van</strong> het lokale erfgoed’ hoog op de<br />

agenda. Dit blijkt ook uit de nulanalyse <strong>van</strong> het tweede Actieplan Cultuurbereik. 44 Het gaat daarbij<br />

zowel om aandacht voor collecties <strong>van</strong> plaatselijke erfgoedinstellingen, als om het herkenbaar<br />

presenteren <strong>van</strong> andere overblijfselen uit het verleden. Doel daar<strong>van</strong> is bewoners een tastbare<br />

band met het verleden te geven en het publieksbereik <strong>van</strong> lokaal erfgoed te vergroten. Soms gaat<br />

het expliciet om visuele verrijking <strong>van</strong> de omgeving. We noemen hier een aantal mogelijkheden<br />

in relatie tot erfgoededucatie:<br />

• Cultuurhistorie een plaats geven op de gemeentelijke website. Bij voorkeur met directe links<br />

naar gemeente- of streekarchief, musea en monumenten. Ook uitleg over de herkomst <strong>van</strong><br />

straatnamen is een idee. In veel provincies zijn inmiddels historische websites, databanken of<br />

speciale erfgoedsites (Gelderland/Utrecht).<br />

• Een (foto)rubriek in gemeenteblad of gemeentepagina in huis-aan-huisblad over het verleden<br />

<strong>van</strong> de gemeente, met bijdragen <strong>van</strong> bewoners.<br />

• Boeken, dvd’s en ict-presentaties over stadsgeschiedenis, -gebruiken en taal. Voorbeelden<br />

zijn ‘Goed getaold’, waarin Tilburgs dialect wordt verklaard in een sociaal-historische context en<br />

‘Flevolandse Geschiedenis in meer dan 100 verhalen’, dat zowel een reisverslag <strong>van</strong> een<br />

Romeinse geschiedschrijver bevat als interviews met eerste bewoners <strong>van</strong> het nieuwe land. Op<br />

www.cartago.nl is het Digitaal Oorkondenboek Groningen en Drenthe met 15.000 oorkondes tot<br />

1600 beschikbaar gekomen voor een groot publiek.<br />

• Een lokaal erfgoedinformatiecentrum, bijvoorbeeld i.s.m. de openbare bibliotheek.<br />

• Aanbrengen <strong>van</strong> monumentenschildjes.<br />

• Plaatsen <strong>van</strong> informatiepanelen in de openbare ruimte.<br />

• Aanbrengen <strong>van</strong> landmarks. De gemeente Almere gaat haar inwoners vertrouwd maken met de<br />

archeologische geschiedenis <strong>van</strong> de stad door herkenningstekens te plaatsen bij middeleeuwse<br />

scheepswrakken in de bodem, iets wat velen niet verwachten in deze nieuwe stad.<br />

• Erfgoed exposeren en ‘verbeelden’ in de openbare ruimte.<br />

• Digitale, culturele biografie <strong>van</strong> stad of dorp, waarbij inwoners en verenigingen hun eigen verhalen<br />

kunnen toevoegen (Maastricht). Via een andere aanpak is dit ook de opzet <strong>van</strong> ‘Het geheugen<br />

<strong>van</strong> de wijk’ in Amsterdam (www.geheugen<strong>van</strong>oost.nl) en Rotterdam.<br />

• Erfgoed als inspiratiebron voor andere kunstuitingen.<br />

6.6 Erfgoed voor toerisme en recreatie<br />

Zoals eerder aangestipt, kan het voor een gemeente rendabel zijn om het lokale erfgoed (beter) in<br />

te zetten voor toeristisch-recreatieve doeleinden. [3.7] Wil een gemeente of individuele erfgoedinstelling<br />

aantrekkelijk zijn voor bezoekers, dan is er méér nodig dan puur de aanwezigheid <strong>van</strong> een<br />

historische dorpskern of waardevolle collectie. De vrijetijdsconsument is verwend, wil variatie en<br />

kwaliteit en kan kiezen uit een groot aantal concurrerende mogelijkheden. ‘Beleving’ is een kernwoord.<br />

Nostalgie en zoeken naar authenticiteit volgen direct daarop.<br />

Mogelijkheden om erfgoed bij bezoekers onder de aandacht te brengen variëren <strong>van</strong> een stadswandeling<br />

met gids tot multimedia spektakels en opvoeringen <strong>van</strong> levende geschiedenis. [4.1]<br />

ict-toepassingen maken het mogelijk thuis voorpret te hebben of na te genieten <strong>van</strong> de erfgoedontdekkingen.<br />

Beproefde middelen voor erfgoededucatie in toerisme en recreatie zijn wandel- en fietsroutes. De<br />

populaire NS-wandelingen bevatten bijvoorbeeld naast landschapsbeschrijvingen veel begelei-<br />

Eventueel hier foto!<br />

44 Bureau Driessen (2006) Actieplan II,<br />

Nulanalyse en nulmeting


Cultuurhistorische waardenkaart<br />

48 Erfgoed Actueel (2005) Oud Nieuws<br />

nr. 3: <strong>Gemeenten</strong> brengen cultuurhistorie<br />

in kaart<br />

dende erfgoedinformatie. In steeds meer gemeenten maakt de traditionele brochure overigens<br />

plaats voor moderne wegwijsmiddelen. Zo kent Den Haag een archeologische wandelroute waarbij<br />

informatie over archeologische vondsten via de mobiele telefoon kan worden opgevraagd en<br />

bieden Naarden-Vesting en Nijmegen een GSM-wandeling langs historische locaties. Zutphen<br />

had de landelijke primeur <strong>van</strong> een iPod-stadswandeling. In Rotterdam navigeert GPS wandelaars<br />

feilloos langs een kunst- en architectuurroute.<br />

Een aantal gemeenten past bewust verschillende vormen <strong>van</strong> erfgoededucatie toe om stad of<br />

dorp te profileren als cultuurhistorische trekpleister voor toeristen en recreanten.<br />

∆ Zie ‘Groenlo profileert zich als vestingstad’ .<br />

Voor elk type presentatie is het belangrijk dat er een verhaallijn is. Bezoekers zijn niet geïnteresseerd<br />

in een droge opsomming <strong>van</strong> informatie, hoe cultuurhistorisch verantwoord ook. Een actuele<br />

aanpak is verschillende erfgoedelementen en instellingen te presenteren als onderdelen <strong>van</strong><br />

een samenhangend verhaal dat een gemeente over zichzelf wil vertellen. Een integrale aanpak<br />

biedt bezoekers een handvat om de gemeente te verkennen, waarbij ze en passant ook kleinere<br />

erfgoedinstellingen en minder bekend erfgoed tegenkomen. Vergeet daarbij het immateriële<br />

erfgoed <strong>van</strong> de gemeente niet. Festivals, processies, oogstfeesten, paasvuren, klederdrachtdagen,<br />

historische nijverheid: het zijn allemaal grote publiekstrekkers.<br />

Ook het toeristische bedrijfsleven kan in een totaalaanbod een partner zijn. Zo verwerken recreatieparken<br />

regelmatig erfgoedelementen uit de omgeving in hun inrichting en activiteitenaanbod.<br />

Door monumenten, archeologische plaatsen of cultuurhistorisch landschap en museumobjecten<br />

met elkaar in verband te brengen ontstaat een meerwaarde, die herhalingsbezoek bevordert.<br />

Daarbij is het zaak de beoogde publieksgroep(en) in het oog te houden. Wie kinderen wil boeien,<br />

kiest een ander perspectief dan wie de echte cultuurtoerist wil plezieren.<br />

6.7 Cultuurhistorie in ruimtelijke ontwikkeling<br />

Erfgoed geeft een stad of dorp een herkenbaar gezicht en draagt bij aan de identiteit die mensen<br />

ontlenen aan een plek. Daarnaast stijgt de vraag naar woon- en werkmilieus met een ‘eigen karakter’,<br />

in reactie op de toenemende eenvormigheid <strong>van</strong> onze leefomgeving. Zoals gezegd, hebben<br />

een aantal landelijke stimuleringsprogramma’s als het Actieplan Cultuurbereik en Belvedere<br />

culturele planologie definitief op de agenda gezet. [4.3]<br />

Inbreng <strong>van</strong> cultuurhistorische kwaliteiten in lokale ruimtelijke ontwikkelingsprocessen vraagt om<br />

samenwerking tussen verschillende gemeentelijke sectoren, zoals Monumentenzorg, Ruimtelijke<br />

Ordening en Publieke Werken en inbreng <strong>van</strong> verschillende vakdisciplines (planoloog, stedenbouwkundige,<br />

architecten e.d.). Ook bewoners dienen tijdig bij de planvorming betrokken te<br />

worden. Mogelijkheden voor inbreng <strong>van</strong> bewoners zijn: enquêtes, diepte-interviews, inspraakavonden,<br />

een interactieve website en werkvormen waarbij inwoners verhalen, foto’s en ander<br />

(beeld)materiaal ‘<strong>van</strong> vroeger’ kunnen inbrengen.<br />

Naast provincies laten ook steeds meer gemeenten een cultuurhistorische waardenkaart<br />

ontwikkelen. Met een helder overzicht in handen kan de gemeente bij ruimtelijke vraagstukken<br />

veel beter bepalen welke cultuurhistorische elementen zij in stand wil houden en<br />

welke eventueel kunnen wijken voor een nieuwe bestemming. Een dergelijk toetsingskader<br />

voorkomt (kritiek op) ad hoc beslissingen.<br />

De gemeenten Duiven gaf bijvoorbeeld opdracht voor een cultuurhistorische analyse,<br />

toen een nieuwbouwplan voor het centrum op verzet stuitte. Alle kadastrale panden en<br />

percelen <strong>van</strong> de gemeente werden onderzocht om een beeld te krijgen <strong>van</strong> de ontwikkeling<br />

in de tijd. Daarbij werd gelet op de ontwikkeling <strong>van</strong> de infrastructuur in weg<br />

en water, de belangrijke historische panden en hun functies, de arbeidshistorie en de<br />

herkenbaarheid <strong>van</strong> de oorspronkelijke functies. De cultuurhistorische analyse vormde<br />

samen met een schetsboek <strong>van</strong> gemeentelijke monumenten, opgesteld door de Historische<br />

Kring in Duiven, weer de basis voor een lesbrief voor de basisschool. 48<br />

Een <strong>van</strong> de kernthema’s <strong>van</strong> Belvedere is ‘stedelijke ontwikkeling’. <strong>Erfgoededucatie</strong> speelt hierin<br />

een rol bij de voorbereiding en uitvoering <strong>van</strong> fysieke ingrepen door overblijfselen uit het verleden<br />

<strong>van</strong> achtergrond en context te voorzien. Op deze manier is bij bewoners en private partijen<br />

als woningcorporaties en projectontwikkelaars draagvlak te creëren voor ‘behoud door ontwikkeling’.<br />

Actuele aandachtspunten in de ruimtelijke ontwikkeling <strong>van</strong> gemeenten zijn:


• Binnenstedelijke ontwikkelingen<br />

Veel <strong>Nederlandse</strong> steden hebben historische centra. Steeds vaker is hier herinrichting noodzakelijk<br />

om ruimte te scheppen voor economische bedrijvigheid, verkeer of woonruimte. Historische<br />

objecten en structuren (bebouwing, bodem, stratenpatroon, openbare ruimte, waterpartijen e.d.)<br />

kunnen dan functioneel of als inspiratiebron worden ingezet voor nieuwe ontwikkelingen.<br />

∆ Zie ‘Romeinen in de parkeergarage’ .<br />

• Historische complexen of structuren<br />

Functionaliteit is belangrijk voor het behoud <strong>van</strong> historische gebouwen, zoals woonhuizen, forten<br />

of fabriekstorens. Hergebruik <strong>van</strong> historische gebouwen is een taak <strong>van</strong> monumentenzorg. Het<br />

voordeel <strong>van</strong> gebiedsgerichte herontwikkeling zoals Belvedere voorstaat, is dat de kosten <strong>van</strong><br />

renovatie vaak deels te compenseren zijn met de opbrengsten <strong>van</strong> nieuwbouw. Actueel is het<br />

herstellen <strong>van</strong> oude waterlopen in de stad (Binnen-Dieze Den Bosch, singelstructuur Utrecht).<br />

• Herstructurering naoorlogse wijken<br />

Eén <strong>van</strong> de grootste ruimtelijke opgaven <strong>van</strong> dit moment is de herstructurering <strong>van</strong> woongebieden.<br />

Om te voldoen aan de hedendaagse eisen gaat een derde <strong>van</strong> de nationale woningvoorraad<br />

op de schop. Richtlijn daarbij is de integrale aanpak <strong>van</strong> het Grotestedenbeleid (GSB), waarin<br />

sociale, economische en fysieke vernieuwing worden ingezet als oplossing voor grootstedelijke<br />

problematiek.<br />

Vooral naoorlogse wijken worden gezien als kwalitatief slecht, onveilig en onaantrekkelijk. Maar<br />

radicale sloop en nieuwbouw doet geen recht aan de cultuurhistorische waarde <strong>van</strong> deze oude<br />

buurten en de behoeften <strong>van</strong> bewoners. Ook in wederopbouwwijken wordt daarom zoveel mogelijk<br />

materieel erfgoed (monumenten, stedenbouwkundige structuren) en immaterieel erfgoed<br />

(gebeurtenissen, verhalen, ontwerpfilosofieën) ingeweven in vernieuwing. Een voorbeeld daar<strong>van</strong><br />

is de Philipswijk in Eindhoven.<br />

• Stedelijke uitbreiding<br />

Op diverse plaatsen is al geëxperimenteerd met het benutten <strong>van</strong> erfgoed in stedelijke uitbreidingsgebieden.<br />

Bekend voorbeeld is de Vinex-wijk Leidsche Rijn bij Utrecht, waar op grote schaal<br />

vondsten uit de Romeinse tijd en elementen <strong>van</strong> het oude landschap in het nieuwe stadsdeel<br />

worden opgenomen. De komende jaren worden de grote Vinexlocaties afgebouwd. Zoals blijkt uit<br />

de Nota Ruimte (2005), wijst het Rijk daarna voor stedelijke ontwikkeling zogenaamde ‘bundelinggebieden’<br />

aan. Provincies leggen de grenzen <strong>van</strong> deze gebieden vast in streekplannen. Het accent<br />

ligt op bebouwing, maar ook voor water, natuur, recreatie, sport en landbouw moet ruimte beschikbaar<br />

blijven. Rekening houden met cultuur en cultuurhistorie is daarbij een randvoorwaarde.<br />

erfgoed voor toerisme<br />

GROENLO PROFILEERT ZICH ALS VESTINGSTAD<br />

gemeente Oost Gelre<br />

De noodzaak tot een stevige impuls voor de stedelijke economie bracht Groenlo (gemeente<br />

Oost Gelre) ertoe haar verleden als vestingstadje te laten herleven en zo de attractiewaarde voor<br />

toeristen te vergroten. Daarbij had de gemeente vooral de vele gezinnen met kinderen op het<br />

oog die gedurende het jaar een (korte) vakantie doorbrengen in een nabijgelegen recreatieoord.<br />

Als bijzonder wapenfeit kon in stelling worden gebracht dat ‘Grolle’ in de 17e eeuw als toenmalig<br />

Spaans bastion langdurig is belegerd door prins Frederik Hendrik <strong>van</strong> Oranje-Nassau.<br />

Het beleidsvoornemen om Groenlo te profileren als vestingstad vertaalde de gemeente voor de<br />

periode 2004-2007 naar drie grote, samenhangende projecten: het behouden en deels reconstrueren<br />

<strong>van</strong> vestingwerken, de restauratie <strong>van</strong> de middeleeuwse Oude Calixtuskerk en het<br />

deels reconstrueren <strong>van</strong> de Circumvallatielinie. Dit is de – voor Europa unieke – insluitinglinie die<br />

Stedendwinger Frederik Hendrik in een straal <strong>van</strong> drie kilometer rond Groenlo liet aanleggen om<br />

het stadje tot overgave te brengen. Een archeologisch bureau kreeg samen met een landschapsarchitect<br />

de opdracht voor het onderzoek naar zichtbare overblijfselen en het aanbrengen <strong>van</strong><br />

passende landmarks langs een ‘tachtigjarige oorlog fietsroute’. In de toekomst zal de historische<br />

linie, die <strong>van</strong>uit de lucht het mooist te zien is, ook via GPS in beeld worden gebracht.


Kern <strong>van</strong> de projectaanpak was de bezoeker context en vooral ‘beleving’ te bieden. Na het succes<br />

<strong>van</strong> de heropvoering <strong>van</strong> de Slag bij Grolle (2005), waaraan vele vrijwilligers uit verschillende<br />

landen deelnamen, heeft Groenlo zelfs de stille ambitie om dé living history stad <strong>van</strong> Europa te<br />

worden.<br />

Om de verschillende onderdelen <strong>van</strong> het masterplan te kunnen uitvoeren, werd subsidie aangevraagd<br />

bij onder meer de Europese Unie en de provincie Gelderland. De grootste uitdaging was te<br />

komen tot één groot, samenhangend verhaal, waarin alle verschillende onderdelen op zijn plaats<br />

zouden vallen en voorzieningen binnen de muren zouden verwijzen naar de Linie en omgekeerd.<br />

Daartoe werd een werkgroep ingesteld <strong>van</strong> de monumenten en musea die zich bevinden aan een<br />

speciaal ontwikkelde toeristische wandelroute die in Groenlo begint en eindigt in het voormalige<br />

schootsveld. Daaraan liggen onder meer het stads(historisch)museum en de VVV, de Oude<br />

Calixtuskerk - waar een spectaculaire presentatie <strong>van</strong> de belegering is gepland -, de restanten<br />

<strong>van</strong> de vestingmuren, het gerestaureerde kanon en de stadsboerderij waar bezoekers een beeld<br />

krijgen <strong>van</strong> het leven in een bezette stad. Re-enactment zal er ook zijn buiten de muren, in Openluchtmuseum<br />

Erve Kots, dat toont hoe het er aan toeging op het platteland waar het leger zich<br />

ophield. Kinderen – de belangrijkste doelgroep – zullen onderweg allerlei elementen herkennen<br />

uit ‘Bregje’, een special voor dit doel geschreven kinderboek.<br />

Het goed bewaken <strong>van</strong> de beeldkwaliteit <strong>van</strong> het vestingstadproject bleef tijdens het ontwikkelingsproces<br />

voortdurend een punt <strong>van</strong> aandacht. Ook het enthousiasme <strong>van</strong> vrijwilligers uit de<br />

eigen bevolking moest in balans komen met de gewenste professionele performance. Daarnaast<br />

was het niet altijd gemakkelijk om met al die verschillende erfgoedinstellingen tot een gezamenlijk<br />

eindresultaat te komen, reden om ook een beroep te doen op de expertise <strong>van</strong> de Stichting<br />

Gelders Erfgoed. Maar uiteindelijk is aan alle voorwaarden voldaan om Groenlo de komende jaren<br />

te laten groeien in haar historische rol als vestingstad.<br />

Meer informatie: www.circumvallatielinie.nl.<br />

Aan de ontsluiting <strong>van</strong> een vestingstad als toeristisch product is een aantal eisen verbonden. In<br />

samenwerking met de <strong>Nederlandse</strong> <strong>Vereniging</strong> Vestingsteden is hiertoe een product- en processtandaard<br />

ontwikkeld, waaraan steden moeten voldoen om in aanmerking te komen voor een<br />

lidmaatschap.<br />

Meer informatie: www.vestingsteden.nl.<br />

erfgoed in ruimtelijke ontwikkeling<br />

ROMEINEN IN DE PARKEERGARAGE<br />

gemeente Woerden<br />

In de nieuwe ondergrondse parkeergarage in het centrum <strong>van</strong> Woerden en het Kerkplein daarboven<br />

herleeft de Romeinse tijd. Tijdens het archeologische onderzoek <strong>van</strong> Hoochwoert (2002-<br />

2004) - de locatie waar de gemeente plannen had voor een stadsplein, 9.000 m2 winkelruimte,<br />

86 woningen en genoemde parkeergarage – kwam vast te staan dat zich hier de resten <strong>van</strong> een<br />

Romeinse legerplaats bevonden. Tot de vondsten behoorden onder meer een mantelspeld in de<br />

vorm <strong>van</strong> een kikker en een Romeins schip, de Woerden 7. Uitgangspunt bij de verdere ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> Hoochwoert was het behoud <strong>van</strong> de archeologische monumenten. In de plannen zijn<br />

ideeën verwerkt <strong>van</strong> bewoners, de gemeente, de betrokken archeologen en de projectontwikkelaar.<br />

De Castellumgarage, die eind 2006 in gebruik genomen wordt, weerspiegelt het Romeinse<br />

verleden <strong>van</strong> Woerden zoals dat op deze plek is aangetroffen. Met de lift naar beneden betekent<br />

afdalen in de tijd, via de Middeleeuwen naar de Romeinse tijd. De garage is onderverdeeld in vier<br />

compartimenten, waar de auto aan de hand <strong>van</strong> kleurgebruik en symbolen (helm, schild, kikkerspeld<br />

en kruik) snel terug te vinden is. Op de parkeerdekken zelf komen foto’s en schilderijen<br />

<strong>van</strong> Romeinse vondsten, zoals sieraden, schepen en scherven. De Woerden 7 wordt in de vorm <strong>van</strong><br />

foto’s en opgravingstekeningen teruggebracht op de plaats waar het schip circa 1800 jaar geleden<br />

is gezonken. Op die manier loop je in de parkeergarage als het ware dwars door het laadruim <strong>van</strong><br />

het schip.<br />

Onder het Kerkplein wordt de fundering <strong>van</strong> de castellummuur en het poortgebouw zichtbaar


gemaakt door op een grote fotowand met de oorspronkelijke bodemopbouw de onderkant <strong>van</strong><br />

de wal af te beelden. Hierin is ook de brandlaag <strong>van</strong> de Bataafse opstand (69 na Chr.) duidelijk te<br />

zien. Op de muur staat ook het ontdekspel Laurens <strong>van</strong> Laurium, de Romeinse soldaat.<br />

Bovengronds wordt de contour <strong>van</strong> het castellum in de bestrating teruggebracht. De vroegere<br />

muur <strong>van</strong> de legerplaats is herkenbaar aan een granieten band die enkele locaties met elkaar<br />

verbindt. Middels tekst en afbeeldingen komen wandelaars te weten waar ze het vroegere castellum<br />

‘binnengaan’. De poortgebouwen in en om het Kerkplein ten slotte worden gemarkeerd met<br />

lichtgevende putten, waarin origineel Romeins bouwmateriaal en scherven zijn gestort. Op het<br />

Kerkplein zelf komt de Romeinen Strip, een twintig meter lang beeldverhaal over de Woerden 7<br />

en andere schepen, de Romeinen, de toenmalige handel en de Bataafse opstand. Dit biedt volop<br />

inspiratie voor een boeiende geschiedenisles op locatie!<br />

Meer informatie: www.woerden7.nl.


ERFGOEDEDUCATIEBELEID


IN DE PRAKTIJK<br />

Aan de hand <strong>van</strong> een stappenplan schetsen we in dit deel <strong>van</strong> de handreiking de ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> lokaal beleid voor erfgoededucatie. Welke ambities een gemeente op dit vlak<br />

ook heeft, sleutelbegrippen zijn en blijven: stimuleren en samenwerken.<br />

Achtereenvolgens komen in dit hoofdstuk aan de orde:<br />

• Visie op erfgoededucatie.<br />

• Inventarisatie <strong>van</strong> erfgoed(educatie)aanbod en vraag.<br />

• Formuleren <strong>van</strong> (output-)doelstellingen.<br />

• Positie, rol en organisatie gemeenten.<br />

• Strategie en instrumenten.<br />

• (Externe) Financiën.<br />

• Draagvlak creëren.<br />

• Monitoring en evaluatie.<br />

• Breed bruikbare erfgoedthema’s.<br />

De samenvatting <strong>van</strong> dit hoofdstuk vindt u in bijlage 1.<br />

Inleiding<br />

Een lokaal beleid voor erfgoededucatie begint met een plan waarin de gemeente haar visie en<br />

voornemens uiteenzet. Analyse <strong>van</strong> vraag (wat wil de gemeente ermee?) en aanbod (wat is er aanwezig?)<br />

monden uit in doelstellingen (wat willen we wanneer bereiken?).<br />

Deze doelstellingen worden vertaald naar een beleidsstrategie en een instrumentarium (hoe en<br />

met welke middelen denken we dit te bereiken?), waarbij ook kosten en financiering in beeld<br />

komen. Ten slotte wordt aandacht besteed aan de wijze <strong>van</strong> evaluatie (hoe meten we of het beleid<br />

effect heeft gesorteerd?).<br />

Belangrijk is er <strong>van</strong> meet af aan rekening mee te houden dat erfgoededucatie op verschillende<br />

gemeentelijke beleidsterreinen een rol kan spelen. Op gebied <strong>van</strong> cultuur en onderwijs (cultuureducatie),<br />

maar ook op het gebied <strong>van</strong> welzijn (denk aan jeugd- of achterstandenbeleid en inburgeringstrajecten),<br />

op het gebied <strong>van</strong> ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing (inweven<br />

erfgoed) en economische zaken (erfgoed als toeristische trekker). Dit vraagt om input en afstemming<br />

tussen beleidsmedewerkers <strong>van</strong> verschillende gemeentelijke afdelingen.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong>beleid is geen document dat achter een bureautafel tot stand komt. Een gemeente<br />

zal de lokaal (regionaal) aanwezige expertise moeten benutten. Dat begint al bij het verzamelen<br />

<strong>van</strong> gegevens bij plaatselijke erfgoedorganisaties. Het inschakelen <strong>van</strong> betrokkenen uit het<br />

erfgoedveld zal tegelijkertijd het draagvlak voor het uiteindelijke beleid vergroten. Belangrijk,<br />

omdat de gemeente voor een geslaagde uitvoering daar<strong>van</strong> in sterke mate afhankelijk is <strong>van</strong><br />

medewerking en mogelijkheden <strong>van</strong> de lokale erfgoedsector.<br />

Een beleidsplan voor erfgoededucatie zal vrijwel altijd deel uitmaken <strong>van</strong> een groter, samenhangend<br />

beleidsplan. Bijvoorbeeld <strong>van</strong> de gemeentelijke cultuurnota of <strong>van</strong> het beleid voor<br />

cultuureducatie dat daar<strong>van</strong> een onderdeel is. Het kan ook een hoofdstuk zijn in een gemeentelijk<br />

erfgoedbeleidsplan. In kleinere gemeenten, die geen specifieke cultuurnota uitbrengen kan<br />

erfgoededucatiebeleid deel uitmaken <strong>van</strong> de welzijnsnota of <strong>van</strong> een algemeen, gemeentelijk<br />

beleidsplan.<br />

Een gemeentelijk beleidsplan voor erfgoededucatie heeft meerdere functies:<br />

• Signaal aan inwoners, de sector en andere beleidspartners dat de gemeente belang hecht aan<br />

het plaatselijke erfgoed.<br />

• Bevestiging <strong>van</strong> de waarde <strong>van</strong> erfgoededucatie voor een of meer beleidsterreinen.<br />

• Basis voor transparante en consequente beleidskeuzes in de toekomst.<br />

• Communicatiemiddel richting andere overheden, het erfgoedveld en (potentiële) samenwerkingspartners.<br />

In dit hoofdstuk zijn voorbeelden opgenomen <strong>van</strong> erfgoededucatie in het beleid <strong>van</strong> een kleine<br />

(Sint-Oedenrode), een middelgrote (Nieuwegein) en een grote gemeente (Ede).


Wij zetten erfgoededucatie in voor:<br />

7.1 Visie op erfgoededucatie<br />

Elke gemeente heeft erfgoed. Aard en om<strong>van</strong>g daar<strong>van</strong> zijn uiteraard bepalend voor de mogelijkheden<br />

die een gemeente met erfgoededucatie heeft. Voor een gemeentebestuurder is het echter<br />

op de eerste plaats <strong>van</strong> belang duidelijk voor ogen te hebben <strong>van</strong>uit welke motieven de gemeente<br />

werk wil maken <strong>van</strong> erfgoededucatie. Deze motieven bepalen immers voor een groot deel de<br />

richting <strong>van</strong> het te ontwikkelen beleid. De ambities die de gemeente ten aanzien <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

heeft, bepalen bovendien hoe breed of diepgaand de inventarisatie <strong>van</strong> lokale vraag en het<br />

erfgoedaanbod moet zijn.<br />

Motieven voor erfgoededucatie zijn niet los te zien <strong>van</strong> de visie op ‘cultuur’ (infrastructuur, educatie,<br />

profiel, publieksbereik) en de ambities <strong>van</strong> de gemeente in haar totaliteit. Welke kwesties<br />

krijgen prioriteit binnen gemeentelijk beleid? Welke lokale ontwikkelingen spelen mee? Hecht de<br />

gemeente aan aansluiting bij provinciaal en landelijk beleid? Zijn er mogelijkheden voor samenwerking<br />

tussen gemeenten in de regio? Het onderstaande schema biedt u een handvat voor het<br />

formuleren <strong>van</strong> een gemeentelijke visie op erfgoededucatie.<br />

Cultuurbereik • Omdat erfgoed als cultuuruiting een intrinsieke waarde heeft<br />

om inwoners en bezoekers betere ‘toegang’ te geven tot (erfgoed)instellingen.<br />

• Om draagvlak te creëren voor cultuurbehoud en beheer.<br />

• Als bijdrage aan persoonlijke ontplooiing <strong>van</strong> burgers.<br />

Onderwijs/jeugdbeleid • Om kinderen en jongeren in hun eigen omgeving culturele bagage (kunst en erfgoed)<br />

te laten opbouwen.<br />

• Kennismaken nu is een investering in bezoekers aan lokale erfgoedinstellingen later.<br />

• Omdat het in lijn is met landelijk cultuureducatiebeleid.<br />

• Omdat het een krachtig hulpmiddel is in leersituaties.<br />

Binding/betrokkenheid • Om jong en oud te laten wortelen in hun eigen omgeving.<br />

• Zodat inwoners respect en waardering krijgen voor de eigen omgeving.<br />

• Om de onderlinge band <strong>van</strong> inwoners te versterken.<br />

• Om nieuwkomers zich thuis te laten voelen.<br />

• Voor meer begrip en waardering voor allochtone inwoners om culturele participatie<br />

en daarmee sociale participatie <strong>van</strong> specifieke groepen inwoners te bevorderen.<br />

Ruimtelijke ontwikkeling • Omdat erfgoed meebepalend is voor de kwaliteit <strong>van</strong> de leefomgeving.<br />

• Om burgers te betrekken bij beleidsvorming.<br />

Economie/toerisme • Omdat erfgoed belangrijk is voor het culturele profiel en het vestigingsklimaat.<br />

• Om het toeristisch-recreatieve product te versterken.<br />

0


ERFGOEDPLAN SINT-OEDENRODE<br />

Identiteit als vertrekpunt voor beleidsvorming<br />

Vanuit de overtuiging dat de eigenheid <strong>van</strong> Sint-Oedenrode wortelt in haar geschiedenis en de<br />

verbondenheid met de landelijke omgeving, besloot deze Brabantse gemeente (ca. 17.000 inwoners)<br />

cultuurhistorie een grotere rol te geven in gemeentelijk beleid. In 2005 verscheen daarom<br />

een veelomvattend Erfgoedplan. Het plan bevat zowel een inventarisatie <strong>van</strong> het aanwezige<br />

erfgoed als een visie op de rol die erfgoed kan spelen in ruimtelijke ordening, toerisme, recreatie<br />

en het educatief beleid. Het project, uitgevoerd door een adviesbureau, werd begeleid door een<br />

interdisciplinaire ambtelijke werkgroep. Daarnaast werd een klankbordgroep <strong>van</strong> externe deskundigen<br />

ingesteld met vertegenwoordigers <strong>van</strong> verschillende plaatselijke erfgoedorganisaties.<br />

Behalve aan roerend erfgoed is in de uitgebreide inventarisatie veel aandacht besteed aan de<br />

markante landschapstypen en natuurgebieden rond de rivier de Dommel, die bepalend is voor<br />

het karakter <strong>van</strong> ‘Rooi’. Belangrijke informatiebron was de cultuurhistorische waardenkaart <strong>van</strong><br />

de Provincie Noord-Brabant. Als kader voor toekomstig erfgoedbeleid is geschetst wat er op<br />

verschillende bestuurlijke niveaus al over erfgoed is vastgelegd.<br />

Op basis <strong>van</strong> deze inventarisatie kon de gemeente keuzes maken bij het ontwikkelen <strong>van</strong> een integraal<br />

erfgoedbeleid. Richtinggevende vraag daarbij was: ‘Welke overblijfselen zijn daadwerkelijk<br />

verbonden met de identiteit <strong>van</strong> onze gemeente?’<br />

Voor de beleidsuitvoering is de samenwerking tussen betrokken gemeentelijke afdelingen rond<br />

het onderwerp erfgoed geïntensiveerd. De verantwoordelijkheid voor het erfgoedbeleid is gelegd<br />

bij de afdeling Samenlevingszaken, die ook het aanspreekpunt ‘naar buiten’ is.<br />

Het Erfgoedplan <strong>van</strong> Sint-Oedenrode zet nadrukkelijk in op erfgoededucatie. De gemeente ziet<br />

het als haar taak kennis over het plaatselijke erfgoed over te dragen aan haar inwoners. Doel is<br />

inwoners meer bewust te maken <strong>van</strong> het unieke karakter <strong>van</strong> de eigen leefomgeving en draagvlak<br />

te creëren voor erfgoedbehoud. Dit gebeurt enerzijds door het erfgoed te ontsluiten en ‘beleefbaar’<br />

te maken, anderzijds door structurele communicatie over erfgoed en -projecten. Een aantal<br />

elementen uit het Erfgoedplan:<br />

• Ontwikkelen <strong>van</strong> diverse onderwijsprojecten, waaronder ‘Cultureel Erfgoed Beleven’ in samenwerking<br />

met basisscholen, de Heemkundige Kring, Stichting Roois Cultureel Erfgoed, Bibliotheek<br />

Meierij en <strong>Erfgoededucatie</strong> Noord-Brabant. Bij de uitvoering zijn tal <strong>van</strong> maatschappelijke<br />

organisaties betrokken.<br />

• Lesbrief plus minitentoonstelling voor de basisschool over de vondst <strong>van</strong> een bijzonder sieraad<br />

uit de Griekse Oudheid in het centrum <strong>van</strong> de gemeente.<br />

• Een publieksversie <strong>van</strong> het erfgoed(plan) op de gemeentelijke website en een reeks cultuurhistorische<br />

publicaties.<br />

• Erfgoed ontsluiten via korte en lange afstandroutes met bewegwijzering voor wandelaars en<br />

fietsers. Dit in overleg met regiogemeenten en de VVV.<br />

• Aantrekkelijke en informatieve erfgoed(rust)punten langs genoemde routes.<br />

• Archeologische structuren <strong>van</strong> belangrijke gebouwen zichtbaar maken in het straatbeeld, bijvoorbeeld<br />

door markerende bestrating of pantserglazen vensters.<br />

• Het plaatsen <strong>van</strong> zo’n 40 veldpoorten in het gebied <strong>van</strong> de gemeenten Boxtel, Schijndel en<br />

Sint-Oedenrode. Dit in samenwerking met plaatselijke Heemkundekringen en leerlingen <strong>van</strong> het<br />

vmbo.<br />

• Organiseren <strong>van</strong> openluchtevenementen als theatervoorstellingen, lezingen en koffieconcerten<br />

tegen het decor <strong>van</strong> naburige kastelen.<br />

• Een kunstproject <strong>van</strong> de kunststichting Sint-Oedenrode rond het gegeven <strong>van</strong> zeven slotjes in<br />

de omgeving.<br />

• Jaarlijkse erfgoedprijs voor particulieren die zich bijzonder hebben ingezet voor behoud <strong>van</strong><br />

erfgoed in de gemeente.<br />

Meer informatie: www.sint-oedenrode.nl.<br />

1


47 Wijn, C (2003) Gemeentelijk cultuur-<br />

beleid - een handleiding<br />

7.2 Inventarisatie <strong>van</strong> aanbod en vraag<br />

Elke gemeente die beleid voor erfgoededucatie wil ontwikkelen of bijstellen zal zicht moeten<br />

hebben op het aanwezige erfgoed en de organisaties die zich daarmee bezighouden.<br />

Wat zijn de sterke punten <strong>van</strong> het erfgoedaanbod als geheel? Welke punten zou de gemeente<br />

willen versterken? Welke rol speelt educatie daarbij? Wat is er op dit gebied al aanwezig? Het ringenmodel<br />

<strong>van</strong> Wijn 47 biedt daarbij een referentiekader waarmee een gemeente kan beoordelen<br />

in hoeverre erfgoedvoorzieningen aanwezig (zouden moeten) zijn. [3.3]<br />

Daarbij zal de gemeente ook rekening moeten houden met haar directe omgeving. Welk verzorgingsgebied<br />

(denk aan scholen) wil de gemeente met erfgoededucatie bedienen? Maar ook: hoe<br />

staat het met ander erfgoedaanbod in de regio? Welke aanknopingspunten zijn er voor samenwerking<br />

met omringende gemeenten?<br />

Hoe diepgaand dit verkennende onderzoek moet zijn – quickscan of uitputtende inventarisatie<br />

– is mede afhankelijk <strong>van</strong> de manier waarop de gemeente erfgoededucatie wil inzetten. [7.1]<br />

7.2.1 Erfgoed(educatie)aanbod<br />

Bij het inventariseren <strong>van</strong> het materiële en immateriële erfgoed ter plaatse dient de gemeente<br />

ook alle organisaties in kaart te brengen die zich hiermee bezighouden. Dus niet alleen de instellingen<br />

waarmee de gemeente een subsidierelatie onderhoudt, maar ook private initiatieven, zoals<br />

waardevolle particuliere collecties en historische verenigingen.<br />

[Voor een beschrijving <strong>van</strong> erfgoedsectoren zie hoofdstuk 1.]<br />

Het omschrijven <strong>van</strong> de subsidierelatie (huisvesting, eigendom collectie, projectsubsidie e.d.)<br />

biedt een eerste inzicht in de relatie die de gemeente met de erfgoedsector onderhoudt. Inventarisatie<br />

<strong>van</strong> het lokale erfgoedaanbod wijst ook uit voor welke erfgoedelementen de gemeente<br />

zelf de verantwoordelijkheid draagt (stads/dorpsgezicht, bodemsporen, bestrating, ruimtelijke<br />

structuur, vestingmuren e.d.).<br />

Om te kunnen beoordelen welke mogelijkheden er zijn om publieksgroepen bij het erfgoedaanbod<br />

te betrekken volstaat het niet om aan te geven of een bepaald type erfgoed(instelling) wel of<br />

niet aanwezig is. De fysieke kwaliteit (onderhoud en faciliteiten), de interne organisatie (om<strong>van</strong>g,<br />

professionaliteit), het publieksbereik en eventuele knelpunten zullen in een sterkte/zwakte analyse<br />

meegenomen moeten worden.<br />

Voor een gemeente en haar inwoners is het <strong>van</strong> groot belang dat de eigen geschiedenis wordt<br />

bewaard en gedocumenteerd. Dat kan in een museum zijn, bij archieven, een Regionaal Historisch<br />

Centrum, bij historische verenigingen e.d. Een inventarisatie geeft inzicht in leemten en overlap<br />

en in mogelijkheden voor samenwerking, afstemming en profilering op dit gebied.<br />

Immaterieel erfgoed zal vaak de lastigste, want minst grijpbare categorie zijn. Toch komt hierin de<br />

lokaal beleefde identiteit waarschijnlijk het sterkst tot uitdrukking. Denk in ieder geval aan verhalen,<br />

taal, tradities en gebruiken. Het Nederlands Centrum voor Volkscultuur adviseert gemeenten<br />

die meer inzicht willen hebben in het plaatselijke immateriële erfgoed de eigen inwoners er zelf<br />

naar te vragen, bijvoorbeeld via krant of website. Wat vinden inwoners op dit vlak karakteristiek<br />

voor hun woonplaats? Wat willen ze graag behouden?<br />

Aanbod erfgoededucatie<br />

Het plaatselijke erfgoedaanbod is uiteraard niet synoniem met het aanbod aan erfgoededucatie.<br />

Gegevens over dit aanbod zijn over het algemeen opgenomen in jaarverslagen <strong>van</strong> erfgoedinstellingen.<br />

Praktischer is om de betrokken organisaties er gericht naar te vragen. Ook kan deze vraag<br />

voor een gemeentelijk beleidsmedewerker een goede gelegenheid zijn om op locatie kennis<br />

te maken. Is de lokale erfgoedsector niet al te groot, dan kan het educatieaanbod in een eerste<br />

(netwerk)overleg aan de orde komen. [7.5.1]<br />

Het bestaande aanbod aan erfgoededucatie is uit te zetten in een matrix, uitgesplitst naar<br />

erfgoed(instelling) belangrijkste doelgroepen en/of type aanbod (leskist, lezingen, kinderactiviteiten,<br />

demonstraties, cursussen, informatiepanelen in de openbare ruimte et cetera). Sterke punten,<br />

witte vlekken en overlap zijn op die manier snel zichtbaar te maken. Dit geeft een eerste indruk<br />

<strong>van</strong> ontbrekende elementen en mogelijkheden om elkaar aan te vullen of te versterken. Daarnaast<br />

zijn er een aantal vragen <strong>van</strong> praktische en organisatorische aard:<br />

• In welke mate maken scholen of andere publieksgroepen gebruik <strong>van</strong> bepaald aanbod?<br />

• Is de accommodatie toereikend: is er bijvoorbeeld ruimte om groepen te ont<strong>van</strong>gen?<br />

• Zijn er professionele krachten voor erfgoededucatie (concept en begeleiding)?<br />

• Is er financiële ruimte voor educatieve activiteiten?


Ook gaat de gemeente na of er al sprake is <strong>van</strong> samenwerking op het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie:<br />

Is er samenwerking tussen erfgoedinstellingen onderling, met andere culturele instellingen,<br />

of met instellingen op andere beleidsterreinen? Zijn er (structurele) contacten met het onderwijs?<br />

Wordt er samengewerkt met een ondersteunende instelling (erfgoedhuis, centrum voor de kunsten,<br />

onderwijsbegeleidingsdienst, provinciaal museumconsulent e.d.)?<br />

7.2.2 Vraagzijde: doelgroepen<br />

Cultuurparticipatie<br />

Algemeen wordt onderkend dat de cultuurparticipatie <strong>van</strong> jongeren, laag opgeleiden en<br />

niet-westerse allochtonen lager ligt dan die <strong>van</strong> andere publieksgroepen. Musea trekken<br />

bijvoorbeeld op dit moment vooral hoger opgeleide, cultureel actieve, oudere autochtonen.<br />

Van de 2 miljoen jongeren tussen de 15-25 jaar neemt slechts 10% regelmatig deel<br />

aan een culturele activiteit. 48 Om jongeren buiten school te verleiden tot een bezoek aan<br />

een erfgoedinstelling is het nodig aansluiting te vinden bij hun belevingswereld. [6.1]<br />

In ‘Divers cultuurbeleid in een multiculturele samenleving’, een handreiking voor gemeenten<br />

vervaardigd in opdracht <strong>van</strong> de VNG, wordt onderkend dat de grootste belemmering<br />

voor cultuurdeelname <strong>van</strong> allochtonen een gebrekkige sociaal-culturele participatie is. 49<br />

Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) meet dit laatste af aan vier criteria: sociale<br />

contacten, culturele oriëntatie, beheersing <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> taal en identificatie met<br />

de eigen groep . Daarnaast werpen kunst en cultuur hun eigen drempels op.<br />

Kansen om dit patroon te doorbreken liggen vooral in het verhogen <strong>van</strong> het opleidingsniveau<br />

en bij een doorgaande leerlijn voor cultuureducatie. Ook het scheppen <strong>van</strong> nieuw<br />

cultureel aanbod voor verschillende bevolkingsgroepen en mogelijkheden voor interculturele<br />

ontmoetingen zijn rele<strong>van</strong>t. Vertaald naar erfgoededucatie betekent dit specifieke<br />

aandacht voor erfgoed <strong>van</strong> migranten en ruimte voor wederzijdse kennismaking op<br />

cultuurhistorisch gebied.<br />

Bij het ontwikkelen <strong>van</strong> haar beleid zal de gemeente, behalve in het aanbod, inzicht moeten hebben<br />

in de doelgroepen die haar bij erfgoededucatie voor ogen staan. We onderscheiden daarbij<br />

drie hoofdgroepen: onderwijs, eigen inwoners en toeristen/recreanten. Bepaal de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de<br />

doelgroep(en) allereerst op basis <strong>van</strong> sociaal-demografische gegevens over de bevolking en het<br />

verzorgingsgebied <strong>van</strong> het lokale erfgoed.<br />

• Onderwijs<br />

Erfgoed wordt vaak eerst en vooral ingezet in het onderwijs. De gemeente zal daarvoor een overzicht<br />

willen hebben <strong>van</strong> de (type) onderwijsinstellingen binnen de gemeente of regio: basisscholen,<br />

vmbo, havo/vwo, hbo/wo, beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (BVE). De inbreng <strong>van</strong><br />

scholen is immers <strong>van</strong> doorslaggevend belang voor het ontwikkelen <strong>van</strong> adequate erfgoededucatieprogramma’s<br />

voor verschillende leeftijdsgroepen in het onderwijs.<br />

• Eigen inwoners<br />

Zoals toegelicht in hoofdstuk 6, kan erfgoededucatie voor eigen inwoners verschillende functies<br />

hebben, variërend <strong>van</strong> cultuureducatie en vrijetijdsbesteding tot sociale cohesie, integratie en<br />

ondersteuning bij ruimtelijke ontwikkelingsprocessen. Welke gegevens over de eigen bevolking<br />

voor het beleidsplan verzameld moeten worden, is dus afhankelijk <strong>van</strong> het terrein waarop de<br />

gemeente erfgoededucatie wil inzetten. Is bijvoorbeeld ‘integratie’ aangemerkt als een belangrijk<br />

doel <strong>van</strong> erfgoededucatie dan zal de gemeente sociaaldemografische gegevens paraat moeten<br />

hebben over grote allochtone bevolkingsgroepen in de gemeente. Om een indruk te krijgen <strong>van</strong><br />

het aantal potentieel te bereiken jongeren is het raadzaam te bekijken hoeveel jongeren gebruik<br />

maken <strong>van</strong> het aanbod <strong>van</strong> culturele voorzieningen zoals een centrum voor de kunsten.<br />

• Toeristen/recreanten<br />

Een gemeente die met erfgoededucatie haar toeristisch product wil versterken, zal ook het jaarlijks<br />

aantal (verblijfs)toeristen willen weten en informatie willen hebben over bezoekersaantallen<br />

en publieksgroepen <strong>van</strong> de belangrijkste erfgoedinstellingen (gezinnen, senioren e.d.).<br />

48<br />

Ranshuysen, L. (2005) Onzichtbare<br />

drempels, een analyse <strong>van</strong> het publiekspotentieel<br />

<strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> musea<br />

49<br />

Baarle, Y. (2004) Divers, cultuurbeleid<br />

in een multiculturele samenleving


50 Bureau Promotie Podiumkunsten<br />

(2005) Jong en Grijpbaar. Uitkomsten<br />

<strong>van</strong> experimenten met jongerenmarke-<br />

ting in de theatersector<br />

51 Drents Archief/Twynstra Gudde<br />

(2005) Verleiden met Verleden. Het<br />

archief op zoek naar nieuwe doelgroepen<br />

52 Sociaal en Cultureel Planbureau<br />

(2003) Snuffelen en graven. Over<br />

doelgroepen en digitaal toegankelijke<br />

archieven<br />

Doelgroepenbeleid<br />

Wat willen wij voor welke bezoekers betekenen en hoe organiseren we dat? Kort samengevat is<br />

dat de kern <strong>van</strong> doelgroepenbeleid. Voor de eigen inwoners <strong>van</strong> een gemeente kijken we naar<br />

een traditionele indeling op basis <strong>van</strong> demografische kenmerken, opleiding en welstandsniveau.<br />

Als gevolg <strong>van</strong> de grote diversiteit in leefstijlen die in ons land is ontstaan is het denken in brede,<br />

goed te onderscheiden doelgroepen weinig effectief meer als beleids- en marketinginstrument.<br />

Jongeren functioneren binnen tal <strong>van</strong> subculturen en ook senioren zijn er in soorten. Allochtonen,<br />

die in Nederland circa 160 verschillende culturele achtergronden vertegenwoordigen zijn evenmin<br />

aanspreekbaar als één groep. Publieksgroepen worden daarom, zo ver nuttig en noodzakelijk,<br />

verder onderverdeeld in kleinere categorieën. Bij het ontwikkelen <strong>van</strong> beleid kan dan rekening<br />

worden gehouden met specifieke behoeften en meest geschikte communicatiemiddelen.<br />

Om tot een doelgroepensegmentatie te komen, werken instellingen en onderzoekers in de<br />

praktijk met heel verschillende typologieën. Zo noemt het rapport ‘Jong en Grijpbaar’ bijvoorbeeld<br />

negen criteria om het jongerenpubliek in te delen (pubers/adolescenten/jongvolwassenen<br />

- trendsetters/trendvolgers, schoollovers/schoolhaters - citykids/plattelandsjochies, et cetera). 50<br />

Bij erfgoedbezoek spelen ook belangstelling en ervaring mee. Een daarop toegespitste classificatie<br />

werd gepresenteerd in het rapport ‘Verleiden met Verleden’, dat de eindresultaten <strong>van</strong> de<br />

Marketingpilot Noordelijke Provincies (2005) bevat. 51 Het indelingscriterium is hier ‘het gemeenschappelijk<br />

consumptiegedrag in de vorm <strong>van</strong> de vraag naar erfgoedinformatie’. Daarop zijn vijf<br />

doelgroepen gebaseerd: (erfgoed)snackers, ondiepe gravers, diepgravers, intermediairs en educators.<br />

Deze zijn beschreven met een eigen profiel, kernbehoeften en een basis-serviceconcept. Zo<br />

zijn erfgoedsnackers vaak te vinden bij cultuurhistorische topevenementen en ondiepe gravers<br />

goed te bereiken via internet.<br />

De SCP-publicatie ‘Snuffelen en graven’ die verslag doet <strong>van</strong> nader onderzoek naar digitaal<br />

toegankelijke archieven, hanteert een indeling op basis <strong>van</strong> aanwezige cognities, zoekgedrag en<br />

betrokkenheid. Het rapport biedt ook enkele praktische richtlijnen voor doelgroepenbeleid. Voor<br />

een specifieke aanpak in educatieaanbod of communicatie daarover moet een doelgroep onder<br />

meer groot genoeg zijn, homogeen zijn (qua kennis, interesse, herkomst e.d.) en over langere tijd<br />

stabiel. In genoemd rapport wordt ook geconstateerd dat er weliswaar sprake is <strong>van</strong> een grotere<br />

interesse in het verleden, maar dat nog weinig bekend is naar welke soort onderwerpen de<br />

belangstelling uitgaat. Een gemeente of lokale erfgoedinstelling zou daar gericht onderzoek naar<br />

kunnen doen. 52<br />

ERFGOEDPROGRAMMA<br />

NIEUWEGEIN<br />

Behoud door ontwikkeling<br />

In de eerste nota Cultuurbehoud (1996) <strong>van</strong> Nieuwegein werd vastgesteld dat er, na een periode<br />

<strong>van</strong> explosieve bevolkingsgroei (ca. 61.500 inwoners), meer aandacht nodig was voor kwaliteit en<br />

identiteit <strong>van</strong> de stad. Nieuwegein is behalve ‘jong en dynamisch’, ook goed bedeeld met erfgoed,<br />

doordat de voormalige dorpskernen Vreeswijk en Jutphaas in deze gemeente opgingen. Voortbouwend<br />

op de resultaten <strong>van</strong> de eerste erfgoednota formuleerde Nieuwegein haar ambities<br />

voor de periode 2006-2010. Om een integrale benadering <strong>van</strong> erfgoed te bewerkstelligen kwam<br />

de nota tot stand in samenwerking tussen de afdelingen cultuur, toerisme en onderwijs.<br />

Centrale doelstelling bleef ‘behoud door ontwikkeling <strong>van</strong> cultuurhistorische waarden’. Nevendoel<br />

is het versterken <strong>van</strong> de eigen cultuurhistorische identiteit, <strong>van</strong>uit het idee dat erfgoed de<br />

gemeenschapszin kan versterken. Daarnaast is het de bedoeling dat erfgoed en toerisme elkaar<br />

wederzijds gaan versterken. Om de betrokkenheid <strong>van</strong> inwoners bij het plaatselijke erfgoed te<br />

vergroten, zal gewerkt worden aan een betere toegankelijkheid en herkenbaarheid daar<strong>van</strong>.<br />

Vertrekpunt daarbij is dat erfgoed meer kan en moet zijn dan de som der delen: meerwaarde<br />

ontstaat door onderlinge samenhang en samenwerking.<br />

Vanuit een sterke, herkenbare eigen rol zal de gemeente samenwerking zoeken met andere overheden<br />

en partners in het veld. Het accent ligt de komende jaren op grotere projecten en thema’s.<br />

Versnippering in kleinere subsidiestromen wordt tegengegaan. Nieuwegein zal aansluiten bij<br />

provinciale ontwikkelingen, vooral omdat de om<strong>van</strong>g en organisatie <strong>van</strong> lokale erfgoedinstel-


lingen (veel vrijwilligers) een zelfstandige kwaliteitsslag bemoeilijken. De gemeente onderkent<br />

de sterke belangstelling voor erfgoed in het onderwijs en streeft naar structurele inbedding <strong>van</strong><br />

erfgoededucatie in het lesprogramma. Het totale erfgoedplan krijgt een gefaseerde uitvoering;<br />

voor sommige onderdelen moet gaandeweg financiële dekking worden gezocht.<br />

Een aantal elementen uit het plan:<br />

• Opname erfgoed in het curriculum <strong>van</strong> het primair onderwijs als onderdeel <strong>van</strong> het Kunstmenu.<br />

• Erfgoed structureel tot onderdeel <strong>van</strong> de Cultuurdagen voor het voortgezet onderwijs maken.<br />

• Monumentenschildjes en informatieborden bij monumenten, zoals de Hollandse Waterlinie.<br />

• Bewegwijzering naar erfgoedinstellingen.<br />

• Vaarroute rondvaartboten langs historische instellingen.<br />

• Verbeteren <strong>van</strong> de informatievoorziening rond archeologie via de gemeentelijke website.<br />

• Ontwikkeling <strong>van</strong> websites <strong>van</strong> de historische musea.<br />

• Educatieve projecten in samenwerking met het onderwijs, bijvoorbeeld een gebruiksvriendelijke<br />

website, tentoonstellingen, publicaties, en cursussen voor geïnteresseerde burgers in het<br />

gemeentearchief ontwikkelen.<br />

• Digitaliseren <strong>van</strong> de gemeentelijke beeldcollectie.<br />

• Publieksgerichte projecten opstarten waarin historische instellingen samenwerken met andere<br />

culturele disciplines.<br />

Meer informatie: www.nieuwegein.nl<br />

7.3 Formuleren <strong>van</strong> (output)doelstellingen<br />

Op basis <strong>van</strong> een visie op erfgoededucatie en inventarisatie <strong>van</strong> de lokale situatie kan de gemeente<br />

zich een aantal concrete doelen voor erfgoededucatie stellen. Welke resultaten willen we precies<br />

bereiken? Daarbij zullen keuzes moeten worden gemaakt. Menskracht en middelen stellen nu<br />

eenmaal grenzen aan mogelijkheden. Dat geldt zowel voor de gemeentelijke organisatie als voor<br />

de erfgoedinstellingen die betrokken worden bij de beleidsuitvoering. Een te groot verschil in<br />

het ambitieniveau <strong>van</strong> de gemeente en dat <strong>van</strong> de lokale erfgoedsector zal aan beide kanten tot<br />

teleurstelling leiden. Daarbij is het goed te bedenken dat het meestal niet (alleen) gaat om méér<br />

educatieactiviteiten, maar vooral om beter maatwerk in erfgoededucatie. Meestal krijgt een beleid<br />

voor erfgoededucatie gestalte in een gefaseerde aanpak binnen een meerjarenprogramma.<br />

Op steeds meer beleidsterreinen wordt gewerkt met toetsbare (output)doelstellingen. Deze doelstellingen<br />

kunnen zowel in kwantitatieve termen (bezoekersaantallen/aantal bereikte leerlingen,<br />

bezoekfrequentie e.d.) als in kwalitatieve termen beschreven worden. Voordeel <strong>van</strong> werken met<br />

toetsbare outputdoelstellingen is dat beter te evalueren is of en welke resultaten zijn bereikt.<br />

Consequentie is dat al bij de beleidsontwikkeling moet worden nagedacht hoe de gemeente<br />

zal nagaan of een doelstelling is bereikt (outputindicator) en op welke manier dat gemeten zal<br />

worden (meetinstrument).<br />

Een gemeente die kiest voor erfgoededucatie in het onderwijs zou de volgende outputdoelstellingen<br />

kunnen formuleren:<br />

• Alle leerlingen <strong>van</strong> het primair onderwijs hebben tijdens hun schoolloopbaan minimaal twee<br />

keer (onderbouw + bovenbouw) een erfgoedinstelling in de gemeente bezocht.<br />

• In 200x is een lokaal netwerk voor erfgoededucatie tot stand gekomen waarin erfgoedinstellingen<br />

en basisscholen structureel samenwerken.<br />

• De gemeente ondersteunt het ontwikkelen <strong>van</strong> een doorgaande leerlijn voor erfgoededucatie,<br />

die in 200x gerealiseerd moet zijn.<br />

In het eerste voorbeeld is de outputindicator ‘het aantal malen dat basisschoolleerlingen in onderbouw<br />

en bovenbouw een erfgoedinstelling hebben bezocht’. Het meetinstrument bijvoorbeeld:<br />

een scholenenquête of het jaarverslag <strong>van</strong> erfgoedinstellingen.<br />

Veel voorkomende outputdoelstellingen bij gemeenten die deelnemen aan het Actieplan Cultuurbereik<br />

2005-2008 zijn ‘erfgoed inzetten voor cultuureducatie in het onderwijs’ en ’het vergroten<br />

<strong>van</strong> de zichtbaarheid <strong>van</strong> het lokale erfgoed’. 53 [6.5]<br />

53 Bureau Driessen (2006) Actieplan II,<br />

Nulanalyse en nulmeting


54 Berenschot (2003) Gemeentelijke<br />

regie in de sociale sector. In: DSP-groep<br />

(2005) POP met beleid. Handreiking voor<br />

gemeenten<br />

7.4 Positie, rol en organisatie gemeente<br />

Als ambities en analyse zijn vertaald in doelstellingen, komen we bij de uitvoering in de praktijk:<br />

hoe denkt de gemeente haar doelen te verwezenlijken? Daarbij dienen de volgende vragen aan<br />

bod te komen:<br />

• Welke rol wil de gemeente spelen om de doelstellingen te realiseren?<br />

• Welke relatie onderhoudt de gemeente met het erfgoedveld? [7.4.1]<br />

• Wie houden zich binnen de gemeente bestuurlijk en ambtelijk met erfgoed bezig?<br />

• Waar brengt de gemeente erfgoededucatie intern onder?<br />

De antwoorden hierop verduidelijken welke positie de gemeente inneemt ten opzichte <strong>van</strong><br />

andere actoren (erfgoedinstellingen, ondersteunende instellingen, provinciale en landelijke infrastructuur),<br />

de verantwoordelijkheid die zij wil dragen en de wijze waarop de gemeente het beleid<br />

intern wil organiseren. We hebben het dan over het begrip ‘regie voeren’. Hieronder verstaan we<br />

het gedrag <strong>van</strong> de gemeente die met rele<strong>van</strong>te actoren lokale maatschappelijke processen probeert<br />

te sturen in de door haar wenselijk geachte richting, ongeacht de mate <strong>van</strong> zeggenschap<br />

<strong>van</strong> de gemeente over die actoren. 54<br />

Rol en verantwoordelijkheid<br />

Een gemeente die erfgoed(educatie) vooral wil benutten om de toeristische aantrekkingskracht te<br />

vergroten, zal een andere rol en verantwoordelijkheid hebben dan een gemeente die erfgoedinstellingen<br />

en scholen met elkaar in contact wil brengen om cultuureducatie in het onderwijs te<br />

stimuleren.<br />

Vaak vervullen gemeenten een combinatie <strong>van</strong> een aantal rollen bij het regisseren <strong>van</strong> erfgoededucatiebeleid.<br />

Welke rol de gemeente ook kiest, overleg en afstemming met het lokale erfgoedveld<br />

is een voorwaarde om tot resultaat te komen.<br />

In erfgoededucatie zal de gemeente overigens altijd meer een procesverantwoordelijkheid dragen<br />

(stimuleren <strong>van</strong> educatief aanbod) dan een productverantwoordelijkheid (erfgoedpagina op<br />

gemeentelijke website).<br />

Interne organisatie<br />

Het moet zowel intern als voor externe partners duidelijk zijn waar het erfgoededucatiebeleid<br />

binnen de gemeente is ondergebracht, zowel bestuurlijk als ambtelijk. Niet elke gemeente heeft<br />

een aparte afdeling cultuur. Ook als dat wel het geval is, ressorteren erfgoedsectoren als monumentenzorg<br />

en archeologie vaak onder verschillende afdelingen. In middelgrote en grote gemeenten<br />

komt daar vaak bij dat meerdere ambtenaren betrokken zijn bij eenzelfde beleidsthema.<br />

Daarnaast heeft erfgoededucatie, zoals gezegd, raakvlakken met diverse beleidsterreinen. [3.1]<br />

Over het algemeen zal erfgoededucatiebeleid worden ingebed in cultuur(educatie)beleid. Toch<br />

is dit vooral afhankelijk <strong>van</strong> het terrein waarop de gemeente erfgoededucatie wil inzetten. Krijgt<br />

erfgoededucatie bijvoorbeeld een functie in de versterking <strong>van</strong> het toeristisch product dan zal het<br />

eerder tot de portefeuille <strong>van</strong> de wethouder voor Economische Zaken behoren.<br />

Gezien de verschillende invalshoeken voor erfgoededucatie is een gemeentelijke werk- of projectgroep<br />

aan te bevelen. In dat geval moet een ambtelijk projectleider worden aangewezen, die als<br />

aanspreekpunt fungeert en in– en extern de vinger aan de pols houdt.<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong> is binnen veel gemeenten een onbekend begrip. Houd er dus rekening mee dat<br />

vaak ook intern zendingswerk nodig is om collega’s te overtuigen <strong>van</strong> het intrinsieke en instrumentele<br />

belang <strong>van</strong> erfgoededucatie. [3.]


ERFGOED MOTOR VOOR<br />

CONTINU CULTUUR IN EDE<br />

Ontmoeting <strong>van</strong> traditie en trend<br />

Beeld plaatsen <strong>van</strong> huisjes<br />

pag. 24 en 25 <strong>van</strong> CD<br />

Continu Cultuur<br />

(Bij drukkerij Zwaan laten<br />

doen mits mogelijk)!<br />

Uitgangspunt voor het nieuwe cultuurbeleid <strong>van</strong> de gemeente Ede – met meer dan 100.000<br />

inwoners één <strong>van</strong> de 25 grootste gemeenten <strong>van</strong> Nederland – was dat hierin de kenmerkende<br />

eigenschappen <strong>van</strong> de stad tot uiting moesten komen. Naast het landelijke karakter, het sterk<br />

gegroeide inwonertal, het kralensnoer <strong>van</strong> kleinere gemeenschappen en de bloeiende amateurkunst<br />

is dat ook de grote rijkdom aan cultureel erfgoed. Vrijwilligers vervullen op dit gebied een<br />

belangrijke ondersteunende rol, bijvoorbeeld in het onderhoud en de presentatie <strong>van</strong> archeologisch<br />

erfgoed, de oudheidkamer en een aantal musea.<br />

Een tweede uitgangspunt voor het cultuurbeleid <strong>van</strong> Ede is ‘samenhang en samenwerking’. Met<br />

particulieren, met de Provincie Gelderland en gemeenten in de regio, met het onderwijs (cultuureducatie),<br />

maar ook tussen de gemeentelijke taakvelden cultuur, ruimtelijke ordening en toerisme<br />

en economie. Zo zullen monumentenzorg en archeologie <strong>van</strong> begin af aan nauw worden betrokken<br />

bij herontwikkelingsprojecten, zoals het kazernecomplex en het terrein <strong>van</strong> de voormalige<br />

ENKA-fabriek in Ede-Oost.<br />

De fraai vormgegeven cultuurnota Continu Cultuur Traditie en Trend Kunst en Cultuur Ede 2006-2009<br />

bevat zes terreinen die de komende jaren extra accent krijgen. Input voor deze keuzes kreeg de<br />

afdeling Cultuur uit een expertmeeting, de Raadscommissie Maatschappelijke Zaken, bestuurders<br />

<strong>van</strong> (culturele) organisaties en <strong>van</strong> beleidsambtenaren <strong>van</strong> de gemeentelijke sectoren. Enkele<br />

kernpunten zijn:<br />

• Het buitengebied met oude cultuurlandschappen en archeologische monumenten krijgt een<br />

belangrijke plaats in toekomstig cultuurbeleid. Gedacht wordt aan een bezoekerscentrum met<br />

archeologische informatie en –exposities als vertrekpunt voor toeristische routes. Met het Kröller<br />

Müller Museum worden arrangementen ontwikkeld om het contact met de bevolking <strong>van</strong> Ede te<br />

verstevigen en de toeristische activiteit een impuls te geven. Voor kinderen zullen kunstenaars<br />

korte, ‘zintuiglijke’ routes in het buitengebied ontwikkelen.<br />

• De erfgoedkernen Bospoort en Ede-Oost zullen plaats gaan bieden aan hedendaagse culturele<br />

voorzieningen.<br />

• Van de dertien (!) musea wordt samenhang en samenwerking gevraagd, mogelijk ook door<br />

inhoudelijke afstemming in collectie en educatie. ‘Belang voor de geschiedenis <strong>van</strong> de eigen<br />

streek’ en ‘publieksbereik’ tellen mee in subsidietoekenning.<br />

• Om inwoners en toeristen bewust te maken <strong>van</strong> de unieke combinatie <strong>van</strong> een modern stedelijk<br />

centrum met erfgoedkernen en het natuurgebied rondom Huis Kernhem komen er aantrekkelijke<br />

wandel- en fietsroutes.<br />

• De amateurkunst is belangrijk voor de hele culturele infrastructuur. Met geldelijke steun geeft de<br />

gemeente uitdrukking aan haar waardering voor de inzet <strong>van</strong> de vele vrijwilligers.<br />

• De inzet op cultuureducatie is: accent op erfgoed, vraaggestuurd aanbod, aantrekkelijke presentatievormen,<br />

duurzame relatie met onderwijs (mogelijk ook met volwasseneneducatie) en<br />

een actieve samenwerking met erfgoedinstellingen, waarbij het gemeentearchief als trekker<br />

fungeert.<br />

Meer informatie: www.ede.nl.


Mogelijke rollen Omschrijving 55 Voorbeeld<br />

Initiatior De gemeente neemt het voortouw, bouwt op of verder uit<br />

Begint planontwikkeling, treedt in overleg met actoren in het veld.<br />

Initiatief nemen tot erfgoededucatiebeleid; opstarten en deelnemen in<br />

netwerk erfgoedinstellingen en onderwijs (∆ Tiel)<br />

Facilitator De gemeente schept goede randvoorwaarden, het veld voert uit. Ondersteunen en<br />

organiseren staan centraal.<br />

Secretariële ondersteuning voor netwerk(en)<br />

Stimulator De gemeente deelt prikkels uit aan het veld, bijvoorbeeld door middel <strong>van</strong> subsidies<br />

of andere stimuli tot het leveren <strong>van</strong> bepaalde prestaties.<br />

Prestatieverplichting in subsidiecontract, bijv. voor samenwerking,<br />

ontwikkelen vernieuwende activiteit, doelgroepbeleid e.d.<br />

Beslisser De gemeente toont zich als beslisser bestuurlijk betrokken. Maakt<br />

keuze en weegt varianten tegen elkaar af.<br />

Welke educatievoorzieningen dienen te worden uitgebouwd, met<br />

financiële steun <strong>van</strong> de gemeente (∆ Nieuwegein)<br />

Entrepreneur De gemeente is op zoek naar verbetering en vernieuwing en zet<br />

daartoe acties in gang. Brengt partijen bij elkaar en verdeelt taken.<br />

55 Vrij naar beschrijving in DSP-groep<br />

(2005) POP met beleid. Handreiking voor<br />

gemeenten<br />

Gemeente neemt de verantwoordelijkheid op zich om tot resultaat te<br />

komen (∆ Groenlo, Sint-Oedenrode)<br />

7.5 Strategie en instrumenten<br />

Hoe bereikt de gemeente, gegeven de rol die ze wenst te spelen, de doelstellingen die voor erfgoededucatie<br />

zijn gesteld? Oftewel, welke beleidsstrategie voert de gemeente en welke middelen<br />

zet zij daarbij in? Onderstaand een aantal instrumenten op een rijtje. Een toelichting daarop treft<br />

u op de volgende pagina’s.<br />

• Opzetten, begeleiden en uitbouwen <strong>van</strong> lokale netwerken voor erfgoededucatie.<br />

• Facilitaire en personele ondersteuning.<br />

• Deskundigheidsbevordering lokaal erfgoedveld.<br />

• Ondersteunen <strong>van</strong> marketing en publiciteit.<br />

• Structurele of incidentele subsidie voor erfgoededucatie.<br />

7.5.1 Netwerken voor erfgoededucatie<br />

Het belang <strong>van</strong> erfgoededucatie als cultuureducatie en als hulpmiddel bij meerdere schoolvakken<br />

wordt algemeen onderschreven. Het ministerie <strong>van</strong> OCW stimuleert dit beleid op verschillende<br />

manieren. [5.] Van gemeenten wordt op dit vlak met name verwacht dat zij het voortouw nemen<br />

bij het realiseren <strong>van</strong> een lokale infrastructuur voor erfgoededucatie.<br />

Het is efficiënt om in de voorbereidende fase verkennende gesprekken te voeren met organisaties/personen<br />

die een sleutelrol vervullen in het lokale erfgoedveld of op het vlak <strong>van</strong><br />

cultuureducatie. Daarbij werkt het beter om eerst vooroverleg te plannen met lokale erfgoedinstellingen,<br />

voordat derden zoals vertegenwoordigers uit het onderwijs aanschuiven. Erfgoed<br />

bestrijkt immers een breed terrein, waardoor verschillende instellingen/personen elkaar vaak niet<br />

of nauwelijks kennen. Zo zal het gemeentearchief bijvoorbeeld niet op de hoogte zijn <strong>van</strong> het<br />

doen en laten <strong>van</strong> archeologische diensten en omgekeerd. Kennismaken met elkaars collectie<br />

en werkwijze is dan een noodzakelijke eerste stap op weg naar een samenhangend aanbod in<br />

erfgoededucatie. Een aantal gemeenten werkt al met een model <strong>van</strong> nauwe samenwerking tussen<br />

erfgoedinstellingen, soms zelfs onder een directie. Zo zijn in Gouda en Leeuwarden archieven,


musea en bibliotheek organisatorisch samengegaan (www.goudanet.nl, www.tresoar.nl). Bekend<br />

voorbeeld is ook CODA in Apeldoorn waar deze instellingen letterlijk onder een dak zijn samengebracht<br />

(www.coda-apeldoorn.nl).<br />

Uiteindelijk is het de bedoeling alle belangrijke erfgoedaanbieders om de tafel te krijgen met<br />

organisaties die beoogde doelgroepen vertegenwoordigen, zoals het onderwijs of migranten.<br />

Afhankelijk <strong>van</strong> de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de gemeente en het terrein waarop erfgoededucatie zijn beslag<br />

moet krijgen, kan het nodig zijn verschillende netwerken op te bouwen. Primair en voortgezet onderwijs<br />

hebben bijvoorbeeld elk hun eigen behoeften op het gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie. Voor<br />

erfgoededucatie op andere beleidsterreinen dan het onderwijs kan meestal worden volstaan met<br />

het instellen <strong>van</strong> een (tijdelijke) projectgroep.<br />

Bij de voorbereiding, conceptontwikkeling en organisatie <strong>van</strong> erfgoededucatie kan de gemeente<br />

de hulp inroepen <strong>van</strong> een ondersteunende instelling, zoals een erfgoedhuis of een onderwijsbegeleidingsdienst.<br />

Soms is het nodig een adviesbureau met specifieke expertise in te schakelen,<br />

bijvoorbeeld op het terrein <strong>van</strong> archeologie(visualisatie) of multimediagebruik.<br />

Gemeente heeft brugfunctie<br />

Hoewel kunsteducatie en erfgoededucatie twee loten aan eenzelfde stam zijn, hebben we te maken<br />

met twee zelfstandige sectoren, met elk eigen doelstellingen en werkwijze. De relatief jonge<br />

sector erfgoededucatie is vaak beducht voor overheersing door het meer gesettelde kunsteducatie<br />

en omgekeerd leeft erfgoed binnen de kunstsector niet of nauwelijks.<br />

Toch leert de ervaring in het onderwijs dat kruisbestuiving goede resultaten kan opleveren. Als<br />

belanghebbende partij kan de gemeente hierin een stimulerende rol vervullen. Behalve in gezamenlijke<br />

projecten [zie 6.1] kunnen kunst- en erfgoedinstellingen bijvoorbeeld constructief samenwerken<br />

binnen een zogenaamd ‘cultuurmenu’ voor de basisschool. Hierbij maken leerlingen<br />

binnen een korte tijdsperiode kennis met culturele instellingen. Een zo divers mogelijk aanbod<br />

is een verrijking voor leerlingen en scholen en werkt eerder stimulerend dan kannibaliserend op<br />

elkaar.<br />

Partners in netwerken/projectgroepen erfgoededucatie<br />

Gemeente.<br />

Erfgoedinstellingen, inclusief niet gesubsidieerde instellingen.<br />

(Cultuur)historische vereniging, heemkundekring, e.d.<br />

Bibliotheek.<br />

centrum voor de kunsten.<br />

erfgoedhuis/ provinciale steunfunctie-instelling.<br />

Vertegenwoordigers primair onderwijs (intern cultuurcoördinator).<br />

Vertegenwoordigers voortgezet onderwijs (ckv-coördinator, docenten geschiedenis).<br />

ROC (mbo en volwasseneneducatie).<br />

Onderwijsbegeleidingsdienst.<br />

Buurt- of wijkcentra, gemeenschapshuizen.<br />

Jongeren- en ouderenorganisaties.<br />

Sociaal-cultureel werk.<br />

Migrantenorganisaties.<br />

Volksuniversiteit.<br />

Archeoloog (gemeentelijk/provinciaal), archeologisch adviesbureau.<br />

Projectontwikkelaar.<br />

Landschapsorganisaties/ landschapsarchitect.<br />

Planologen.<br />

VVV.<br />

Toeristisch bedrijfsleven (hotel, vakantiepark, attractieparken).<br />

Lokale media (krant, rtv)


Samenwerking tussen erfgoedinstellingen en scholen is door landelijk stimuleringsbeleid en<br />

inspanningen <strong>van</strong> Erfgoed Actueel en erfgoedhuizen volop in ontwikkeling. [zie 5.]<br />

Maar samenwerking <strong>van</strong> erfgoedinstellingen met andere sectoren zoals buitenschoolse organisaties,<br />

sociaal-cultureel werk, migrantenorganisaties of recreatieondernemers is men over en weer<br />

nog niet gewend. Zoals in deze handreiking is beschreven [zie 6.], is er juist op dit vlak veel winst<br />

te behalen. Ook hier kan de gemeente een goede brugfunctie vervullen.<br />

Functies <strong>van</strong> een netwerk<br />

De belangrijkste functies <strong>van</strong> een netwerk voor erfgoededucatie zijn het structuraliseren <strong>van</strong><br />

samenwerking en het uitwisselen <strong>van</strong> ervaringen (good practises) en expertise (hoe pak je zoiets<br />

aan?) Op die manier is te voorkomen dat goede projecten eenmalig blijven of dat een instelling<br />

opnieuw het wiel probeert uit te vinden dat een ander al lang gebruikt. Doordat ook vertegenwoordigers<br />

<strong>van</strong> de vraagzijde bij het netwerk voor erfgoededucatie betrokken zijn (scholen, toeristisch<br />

bedrijfsleven, migrantenorganisaties) wordt bewerkstelligd dat hun behoeften en wensen<br />

worden meegenomen in de ontwikkeling <strong>van</strong> een vraaggericht aanbod.<br />

Binnen een netwerk vindt inhoudelijke planontwikkeling plaats en worden afspraken gemaakt<br />

voor praktische uitvoering. Voordeel is ook dat externe deskundigheid gezamenlijk kan worden<br />

ingeschakeld en benut. Marketing en publiciteit kunnen gezamenlijk worden opgepakt en ook<br />

systemen voor monitoring en evaluatie zijn in overleg op te zetten.<br />

Bovendien is samenwerking tussen culturele instellingen en vertegenwoordigers <strong>van</strong> de vraagzijde<br />

een sterk pluspunt bij het aanvragen <strong>van</strong> externe financiering bij andere overheden, fondsen<br />

of het bedrijfsleven.<br />

Om ervoor te zorgen dat onderling uitgewerkte plannen daadwerkelijk worden omgezet in<br />

concrete acties is het aan te bevelen de afspraken ook bestuurlijk te laten bekrachtigen door de<br />

betrokken organisaties (bijvoorbeeld schooldirecties en erfgoedinstellingen).<br />

Een netwerk waarbinnen sluitende afspraken worden gemaakt over vorm en om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

kan binnen een erfgoedinstelling een hefboomfunctie hebben om educatie intern<br />

op de agenda te krijgen. Niet elke erfgoedinstelling is namelijk even ver in het ontwikkelen <strong>van</strong><br />

educatieve programma’s. Een klein museum bijvoorbeeld heeft een zekere doorstroom nodig om<br />

programma’s voor het onderwijs rendabel te maken. De gemeente kan dan binnen het netwerk<br />

stimuleren dat de loop er in komt, bijvoorbeeld door partijen onderling harde afspraken te laten<br />

maken over het aantal te ont<strong>van</strong>gen leerlingen per jaar.<br />

Projectontwikkeling<br />

Initiatief – Definitie - Ontwerp en Planning – Voorbereiding – Pilot/Test - Uitvoering - Evaluatie<br />

7.5.2 Facilitaire en personele ondersteuning<br />

Facilitaire ondersteuning kan onder meer bestaan uit het bieden <strong>van</strong> benodigd materiaal en middelen<br />

en accommodatie voor (netwerk)overleg. Hiertoe rekenen we ook de informatie- en verwijsfunctie<br />

<strong>van</strong> de gemeenten voor erfgoedinstellingen en betrokken partners, zoals scholen. Zo kan de<br />

gemeente verwijzen naar ondersteunende organisaties en mogelijkheden voor externe financiering<br />

(fondsen). Verder kan de gemeente erfgoedinstellingen attenderen op mogelijkheden voor het<br />

organiseren <strong>van</strong> erfgoedactiviteiten buiten de muren <strong>van</strong> de erfgoedinstellingen en behulpzaam<br />

zijn bij het aanvragen <strong>van</strong> eventueel daarvoor noodzakelijke vergunningen. Denk bijvoorbeeld aan<br />

exposities in gemeentelijke instellingen of (living history) manifestaties in de openbare ruimte.<br />

De gemeente kan erfgoedinstellingen of netwerken personele ondersteuning bieden op organisatorisch,<br />

administratief–secretarieel of inhoudelijk (marketing, publiciteit) terrein. Dit kan<br />

variëren <strong>van</strong> het aanstellen <strong>van</strong> een (tijdelijk) projectleider voor een netwerk of groter evenement<br />

tot gerichte advisering door een beleidsambtenaar of het binnen de gemeente laten voeren <strong>van</strong><br />

het secretariaat <strong>van</strong> een erfgoednetwerk.<br />

7.5.3 Deskundigheidsbevordering lokaal erfgoedveld<br />

In de erfgoedsector is de afgelopen jaren veel veranderd. Musea, archieven, monumentenorganisaties<br />

en archeologen zijn meer gaan samenwerken, zowel op lokaal en provinciaal als op landelijk<br />

niveau. De bewustwording <strong>van</strong> hun taken op het gebied <strong>van</strong> publieksbereik en onderwijs is<br />

sterk toegenomen, soms afgedwongen door prikkels <strong>van</strong> de overheid, maar vaak als een onderdeel<br />

<strong>van</strong> een proces <strong>van</strong> professionalisering. Lange tijd hebben erfgoedinstellingen educatieve<br />

producten op de markt gebracht zonder zich vooraf op de hoogte te stellen <strong>van</strong> de wensen <strong>van</strong><br />

het onderwijs of andere doelgroepen. De laatste jaren maakt die aanbodgerichte houding steeds<br />

meer plaats voor een vraaggerichte opstelling.<br />

0


Hoewel de ontwikkeling in erfgoededucatie hard gaat, is in kleinere erfgoedinstellingen niet altijd<br />

de expertise aanwezig om de collectie te vertalen naar een breed publiek of in educatieprojecten<br />

voor het onderwijs. Het accent ligt hier vaak meer op behoud en beheer en er wordt veel met<br />

vrijwilligers gewerkt. Daarnaast hebben erfgoedinstellingen te maken met omstandigheden die<br />

soms haaks lijken te staan op de eisen <strong>van</strong> moderne educatieve projecten. Zo zijn veel conservatoren<br />

sterk gericht op ‘volledigheid’ en cultuurhistorisch verantwoorde presentaties en spelen er<br />

zaken als beveiliging <strong>van</strong> waardevolle objecten, angst voor beschadiging (monument) en voorwaarden<br />

<strong>van</strong> gebouweigenaren (bijvoorbeeld een kerkgenootschap) een rol.<br />

Om de professionaliteit op educatief gebied te versterken, kan de gemeente overwegen een functionaris<br />

aan te stellen voor meerdere erfgoedinstellingen tegelijk of om een dergelijke constructie<br />

financieel te ondersteunen. Ook is het mogelijk, een grotere gesubsidieerde erfgoedinstelling<br />

te verzoeken kleinere instellingen behulpzaam te zijn, in het belang <strong>van</strong> het totaalaanbod. Zoals<br />

eerder beschreven is ook het uitwisselen <strong>van</strong> good practises binnen een netwerk voor erfgoedinstellingen<br />

een goede steun in de rug. [7.5.1] Verder kan de gemeente de weg wijzen naar lokale,<br />

provinciale (erfgoedhuis) of landelijke instellingen die ondersteuning bieden in de vorm <strong>van</strong> persoonlijk<br />

advies, handreikingen, projectformats, trainingen, et cetera. Zo bestaan er handleidingen<br />

en checklists om erfgoedmedewerkers voor te bereiden op het bezoek <strong>van</strong> schoolgroepen, die<br />

zich nu eenmaal anders gedragen dan rustige cultuurgenieters. Sommige erfgoedhuizen, waaronder<br />

Erfgoedhuis Drenthe, organiseren educatiecursussen voor leden <strong>van</strong> historische verenigingen.<br />

De gemeente kan erfgoedinstellingen ook op andere manieren ondersteunen om publieksvriendelijke<br />

presentaties te maken. Bijvoorbeeld door ze in contact te brengen met lokale theatermakers<br />

(presentaties, living history), kunstenaars (inrichten <strong>van</strong> expositie) en de creatieve industrie<br />

in de gemeente (multimediamakers en ict). Daarnaast kan de gemeente ondersteuning bieden<br />

om ’erfgoed buiten de (instellings)muren’ te presenteren. Voorbeelden daar<strong>van</strong> zijn: aanhaken bij<br />

lokale festivals, exposities in het stadskantoor/gemeentehuis, de bibliotheek en presentaties in<br />

de openbare ruimte. Ook blijkt lokaal erfgoed voor makers en publiek vaak een verrassend decor<br />

voor een podiumoptreden (muziek, dans, theater).<br />

Ten slotte kan de gemeente bemiddelen bij het werven <strong>van</strong> vrijwilligers of het regelen <strong>van</strong> stageplaatsen<br />

voor jongeren in erfgoedinstellingen. Dit kan goed aansluiten op gemeentelijke doelstellingen<br />

voor maatschappelijke participatie.<br />

7.5.4 Ondersteunen <strong>van</strong> marketing en publiciteit<br />

Wat geldt voor educatie, gaat ook op voor kennis op het terrein <strong>van</strong> marketing en publiciteit.<br />

Vooral kleinere erfgoedinstellingen ontbreekt het op dit gebied aan ervaring. Gebrek aan financiële<br />

middelen is een tweede obstakel. [7.6.2]<br />

Er is voor gemeenten een relatief eenvoudige manier om de erfgoedsector effectief te ondersteunen<br />

bij het informeren <strong>van</strong> potentieel publiek. Namelijk informatieverstrekking via de (eigen)<br />

media, zoals de gemeentelijke website, de gemeentepagina in de lokale krant/huis-aan-huisblad,<br />

het gemeentelijke informatieblad en de gemeentegids. Deze media bevatten doorgaans allerlei<br />

activiteiten op het gebied <strong>van</strong> sport, welzijn, onderwijs én cultuur. Dit vereist uiteraard intern<br />

overleg met de gemeentelijke afdeling voorlichting.<br />

Voor de promotie <strong>van</strong> erfgoed(projecten) valt verder te denken aan samenwerking met lokale en<br />

regionale radio en tv-zenders, die een goed bereik hebben. Deze media hebben over het algemeen<br />

veel belangstelling voor de plaatselijke en regionale cultuurhistorie.<br />

De publicatie ‘Onzichtbare drempels’ <strong>van</strong> onderzoeksbureau Ranshuysen bevat zowel aanbevelingen<br />

voor betere communicatie met de bezoeker binnen musea als observaties over promotie in<br />

het algemeen die ook voor andere erfgoedinstellingen interessant zijn. Zo meldt de onderzoekster<br />

dat de verstrekte informatie vaak een intellectuele drempel opwerpt en te weinig wordt verspreid<br />

via laagdrempelige instellingen zoals de VVV. Persoonlijke communicatie met de bezoeker<br />

is <strong>van</strong> groot belang, ook in de vorm <strong>van</strong> living history, eerder nog dan ict. Uitgekiend prijsbeleid,<br />

zoals selectieve gratis entree en korting lijkt noodzakelijk, terwijl bezoekers aan de andere kant<br />

grote bereidheid tonen om te betalen voor aanvullende diensten. Promotie <strong>van</strong> de instelling als<br />

geheel is essentieel om de niet-ervaren bezoeker te trekken; gerichte tentoonstellings- en evenementenpromotie<br />

blijkt vooral <strong>van</strong> belang voor de ervaren bezoeker. 56<br />

7.5.5 Subsidies<br />

Subsidies vormen voor gemeenten een belangrijk beleidsinstrument. In de erfgoedsector gaat<br />

het dan meestal om huisvesting-, exploitatie-, of projectsubsidies. Ook voor het stimuleren <strong>van</strong><br />

erfgoededucatie kunnen structurele of incidentele subsidies worden toegekend. Denkbaar is dat<br />

de gemeente ‘educatie’ en/of ‘lokale samenwerking’ expliciet als voorwaarde in een subsidiecon-<br />

1<br />

56 Ranshuysen, L. (2005) Onzichtbare<br />

drempels, een analyse <strong>van</strong> het publieks-<br />

potentieel <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> musea


Kostenopbouw erfgoededucatie<br />

tract opneemt. Leg afspraken over subsidiëring altijd duidelijk vast, zodat erfgoedinstellingen of<br />

netwerken exact weten welke tegenprestatie er <strong>van</strong> ze wordt verwacht. Een mogelijke financiële<br />

prikkel is ook het instellen <strong>van</strong> een jaarlijkse prijs voor het beste of meest vernieuwende educatieproject.<br />

Van dergelijke prijzen gaat tevens een wervende werking uit, omdat het erfgoed,<br />

erfgoedinstelling of evenement in de schijnwerpers zet.<br />

Enkele mogelijke subsidievormen zijn:<br />

Structurele subsidies Huisvesting, exploitatie, (educatie)activiteiten e.d.<br />

Programmeringsubsidie Programmeren op een lokaal thema of voor specifieke<br />

publieksgroepen zoals jongeren en migranten.<br />

Project en activiteitensubsidies Voor nieuwe projecten, als bijdrage voor activiteiten tijdens<br />

Open Monumentendagen, e.d. maar ook voor het onderhouden<br />

<strong>van</strong> netwerken.<br />

Festival en evenementensubsidies Bijvoorbeeld voor living history, streekfestival e.d.<br />

Scholingssubsidies Deskundigheidsbevordering <strong>van</strong> beroepskrachten en vrijwilligers.<br />

Ook: scholing in traditionele ambachten, kunsten<br />

en vaardigheden.<br />

Investeringssubsidies, ruimte en faciliteiten<br />

Van verschillende kanten is erop gewezen dat de gevraagde investering in mensuren een groot<br />

obstakel is voor het realiseren <strong>van</strong> samenwerkingsverbanden tussen erfgoedinstellingen en scholen.<br />

Tijd is geld. <strong>Gemeenten</strong> gaan er soms <strong>van</strong>uit dat zij op dit vlak geen enkele ondersteuning<br />

meer hoeven te bieden, omdat scholen <strong>van</strong> het Rijk rechtstreeks geld voor cultuureducatie ont<strong>van</strong>gen.<br />

Dit gaat echter alleen op voor basisscholen (Regeling Versterking Cultuureducatie in het<br />

po). Scholen en leerlingen voor voortgezet onderwijs ont<strong>van</strong>gen uitsluitend CKV-vouchers voor<br />

de entree tot culturele instellingen. In de financiering <strong>van</strong> overleg en het gezamenlijk ontwikkelen<br />

<strong>van</strong> maatprojecten en bijbehorend materiaal is niet voorzien. Ook erfgoedinstellingen ont<strong>van</strong>gen<br />

voor dit doel geen extra subsidie.<br />

Als een financiële tegemoetkoming voor samenwerking niet tot de mogelijkheden behoort, kan<br />

de gemeente op een andere manier voor enige ontlasting zorgen. Bijvoorbeeld door de secretariaatsfunctie<br />

voor het netwerk vervullen (uitnodiging, agenda, verslag e.d.) en/of personele inzet te<br />

regelen voor organisatorische werkzaamheden, zoals het opstellen <strong>van</strong> een roulatierooster voor<br />

schoolbezoeken.<br />

7.6 (Externe) Financiën<br />

De kosten <strong>van</strong> een gemeentelijk beleid voor erfgoededucatie zijn uiteraard afhankelijk <strong>van</strong> de<br />

aard en reikwijdte <strong>van</strong> de gestelde doelen. Welk deel daar<strong>van</strong> rechtstreeks of via subsidies voor<br />

rekening <strong>van</strong> de gemeente komt, hangt samen met de rol en de verantwoordelijkheid die de<br />

gemeente in de beleidsuitvoering op zich neemt. Ook de financiële draagkracht <strong>van</strong> betrokken<br />

erfgoedinstellingen en andere samenwerkingspartners speelt een rol, evenals mogelijke financiële<br />

steun <strong>van</strong> andere overheden, fondsen of het plaatselijke bedrijfsleven. Bij erfgoededucatieprogramma’s<br />

draait het behalve om ontwikkelingskosten ook om blijvende kosten voor zaken als<br />

personele begeleiding en dergelijke (zie kader). De gemeente zal er op voorhand over moeten<br />

nadenken of, hoeveel en hoe lang zij structureel wil bijdragen om een en ander in de lucht te<br />

houden.<br />

• Ontwikkelkosten (concept, plan <strong>van</strong> uitvoering)<br />

• Productiekosten (educatief materiaal: flyer, leskist, 3d presentatie, website, e.d.)<br />

• Personele kosten (ontwikkelen en uitvoeren; begeleiden <strong>van</strong> groepen)<br />

• Projectkosten (netwerk: secretariaat, reiskosten, begeleiding)<br />

• Promotie en publiciteit<br />

• Monitoring en evaluatie


Voor erfgoededucatie (en -netwerken) kunnen de gemeente, netwerken en/of de betrokken instellingen<br />

ook een beroep doen op bestaande subsidieregelingen <strong>van</strong> het Rijk, zoals het Actieplan<br />

Cultuurbereik en Erfgoed à la Carte, de provincie, regionaal werkende cultuurorganisaties en een<br />

aantal fondsen [zie bijlage 3]. Soms zal ook het lokale/regionale bedrijfsleven een bijdrage willen<br />

leveren. Daarnaast zijn er binnen de gemeente subsidiebudgetten die óók voor erfgoededucatie<br />

te benutten zijn. Beleidsmedewerkers met erfgoededucatie in hun pakket doen er goed aan deze<br />

mogelijkheden buiten hun eigen sector te inventariseren. Denk aan:<br />

• Ondersteunen en stimuleren <strong>van</strong> vrijwilligerswerk (rondleiders, ambachtdemonstraties).<br />

• Interculturele activiteiten (living history).<br />

• Jeugdbeleid.<br />

• Achterstandenbeleid.<br />

• Inburgering.<br />

• Stedelijke vernieuwing en plattelandsontwikkeling.<br />

• Amateurkunst en culturele producties (streektheater, -muziek, -dans).<br />

• Gemeentepromotie (versterken cultureel profiel; aantrekken toeristen).<br />

• (Evenementenbeleid).<br />

7.7 Draagvlak creëren<br />

Na het consulteren <strong>van</strong> de erfgoedsector en andere belanghebbenden in oriënterende gesprekken<br />

en expertmeetings verstrijkt er enige tijd voordat er een kant-en-klaar plan voor nieuw<br />

erfgoededucatiebeleid op tafel ligt. Om medewerking voor de uitvoering daar<strong>van</strong> te krijgen is het<br />

noodzakelijk voor dit conceptbeleid draagvlak te creëren. De verantwoordelijke beleidsambtenaren<br />

gaan dus na of het voorgenomen erfgoededucatiebeleid lokaal op steun kan rekenen. Dat<br />

wil zeggen: binnen de gemeente zelf (bestuurlijk/ambtelijk), bij het lokale erfgoedveld en andere<br />

(ondersteunende) organisaties die bij de uitvoering betrokken zullen zijn, maar ook <strong>van</strong> belangrijke<br />

doelgroepen zoals scholen.<br />

Denk hierbij aan: keuze <strong>van</strong> speerpunten, doelstellingen, route om deze te bereiken, haalbaarheid,<br />

werkzaamheid, belasting voor instellingen e.d. Soms dient een lokaal plan ook te worden<br />

afgestemd met gemeenten in de regio, de provincie of het rijk.<br />

Op basis <strong>van</strong> deze in- en externe toetsing kan het erfgoededucatieplan waar nodig nog worden<br />

bijgesteld. Vervolgens kan het erfgoededucatiebeleid bestuurlijk worden vastgesteld door B&W<br />

(mandaat) en zo nodig ook door de gemeenteraad.<br />

7.8 Uitvoering<br />

De manier waarop het erfgoededucatiebeleid in de praktijk handen en voeten krijgt is een proces<br />

op zich. De mate waarin de gemeente daarbij betrokken is hangt onder meer af <strong>van</strong> de rol die de<br />

lokale overheid zich in dit traject aanmeet. [7.4] Een paar simpele aandachtspunten:<br />

• Zorg dat het nieuwe beleid ‘leeft’: genereer aandacht voor het erfgoededucatieplan binnen het<br />

gemeentelijk apparaat, bij de eigen inwoners en belangrijke doelgroepen daarin, bij het lokale<br />

erfgoedveld en andere betrokken organisaties.<br />

• Formuleer project(deel)plan(nen) op basis <strong>van</strong> het erfgoededucatiebeleid. Maak hiervoor financiële<br />

middelen vrij en regel personele inzet.<br />

• Maak afspraken met beoogde samenwerkingspartners.<br />

• Houd de gekozen positie de uitvoering <strong>van</strong> het beleid op koers en stuur zo nodig bij.<br />

7.9 Monitoring en evaluatie<br />

Elke gemeente die serieus werk maakt <strong>van</strong> erfgoededucatiebeleid zal ook willen weten of de inspanningen<br />

resultaat heeft opgeleverd. Om tijdig te kunnen bijsturen is het verstandig tussentijds<br />

de vinger aan de pols te houden (monitoring, tussentijdse evaluatie). De wijze <strong>van</strong> evaluatie dient<br />

al bij de start <strong>van</strong> het traject te worden vastgelegd. Om resultaten goed te kunnen meten, moeten<br />

doelstellingen vooraf toetsbaar zijn opgesteld.<br />

We hebben het dan over een effectevaluatie, waarbij behaalde resultaten worden afgezet<br />

tegen vooraf gestelde doelen. Procesevaluatie dient om na te gaan hoe resultaten tot stand zijn<br />

gekomen. Daartoe wordt het complete beleidstraject nagelopen om inzicht te krijgen in succesfactoren<br />

en knelpunten, samenwerking tussen betrokken partijen, externe omstandigheden<br />

enzovoorts.<br />

Beleidsevaluatie omvat meestal een combinatie <strong>van</strong> effectevaluatie en procesevaluatie, zodat<br />

het behaalde resultaat kan worden afgewogen tegen de geleverde inspanningen. Om te kunnen


foto ‘wonen’ via Cees!<br />

57 Het Rijk, de provincies Gelderland,<br />

Utrecht en Zuid-Holland, de steden<br />

Nijmegen en Utrecht en de Stadsregio<br />

Arnhem-Nijmegen (KAN) richtten in 2005<br />

de Romeinse Limes Alliantie op. De door<br />

hen ondertekende Limes Codex is een<br />

bestuurlijke intentieverklaring waarin de<br />

initiatiefnemers afspraken maken voor<br />

het ontwikkelen <strong>van</strong> een gezamenlijke<br />

aanpak voor de Limes, de noordelijke<br />

grens <strong>van</strong> het voormalige Romeinse Rijk.<br />

beoordelen in hoeverre de geregistreerde resultaten zijn toe te schrijven aan het gevoerde beleid<br />

gaat de gemeente na of er mogelijk andere invloeden in het spel waren. Is er in de beleidsperiode<br />

sprake geweest <strong>van</strong> externe factoren die mogelijk een positieve (jubileumjaar) dan wel negatieve<br />

(bestuurswisseling) uitwerking hebben gehad?<br />

De gemeente zal voor de evaluatie <strong>van</strong> erfgoededucatieprojecten goeddeels terugvallen op<br />

gegevens die erfgoedinstellingen en andere betrokkenen aanleveren. Over de wijze <strong>van</strong> evalueren<br />

dienen dus vooraf afspraken te worden gemaakt. Kleinere erfgoedinstellingen, waar evaluatie<br />

vaak niet verder gaat dan het turven <strong>van</strong> het aantal bezoekers voor het jaarverslag en het neerleggen<br />

<strong>van</strong> een gastenboek, zullen hierbij beslist ondersteuning nodig hebben.<br />

Methodieken die de gemeente zelf kan toepassen zijn bijvoorbeeld enquêtes onder scholen, bezoekers<br />

(of juist niet-bezoekers), analyse <strong>van</strong> gegevens <strong>van</strong> erfgoedinstellingen (programmering,<br />

projecten, bezoekcijfers) en gestructureerde interviews met betrokken instellingen.<br />

Het opzetten <strong>van</strong> een goede evaluatie is een vak apart. Voor culturele instellingen, maar ook voor<br />

gemeenten is het vaak een lastige klus. Zo blijkt uit de nulanalyse <strong>van</strong> het tweede Actieplan Cultuurbereik<br />

dat het werken met outputdoelstellingen niet altijd <strong>van</strong> een leien dakje gaat. Soms is<br />

de verkeerde outputindicator gekozen (en wordt dus niet gemeten of de doelstelling is behaald),<br />

soms het verkeerde meetinstrument (en wordt iets anders gemeten dan men denkt te meten).<br />

Meer informatie over dit onderwerp vindt u onder meer op www.cultuurbereik.nl. Bedenk ten<br />

slotte dat niet alle positieve (proces)resultaten in cijfers te <strong>van</strong>gen zijn. Bij cultuur blijft het altijd<br />

gaan om ‘tellen’ en ‘vertellen’.<br />

7.10 Breed bruikbare erfgoedthema’s<br />

Elke stad of dorp heeft een eigen cultuurhistorie en uniek erfgoed. In een aantal gevallen delen<br />

gemeenten eenzelfde type erfgoed. Denk aan vestingsteden, de Hanzesteden, Romeinse resten<br />

(Limes) 57 , de Tachtigjarige Oorlog, de Hollandse Waterlinie en de Tweede Wereldoorlog. Een<br />

dergelijk thema is dan op verschillende plaatsen in het land bruikbaar in erfgoededucatie. Daarnaast<br />

zijn er erfgoedthema’s waar vrijwel elke stad of dorp mee uit de voeten kan, zoals ‘leven en<br />

werken’. Een thematische aanpak biedt de mogelijkheid scholieren of andere publieksgroepen<br />

op een aansprekende manier met erfgoed in contact te brengen. Bijkomend voordeel is dat de<br />

gemeenten hierbij kunnen profiteren <strong>van</strong> ervaringen en good practises die elders zijn opgedaan.<br />

Voorbeelden <strong>van</strong> projecten zijn onder meer te vinden in het projectloket <strong>van</strong> Cultuurnetwerk<br />

Nederland (www.cultuurnetwerk.nl/projectloket) en op websites <strong>van</strong> erfgoedhuizen en (grotere)<br />

erfgoedinstellingen.


Onderstaand enkele suggesties voor breed inzetbare erfgoedthema’s. De toelichting daarbij is heel globaal en uitsluitend bedoeld<br />

om een denkrichting aan te geven.<br />

De stad/ het dorp Cultuurhistorie/ ruimtelijke ontwikkeling.<br />

De Middeleeuwse stad.<br />

Eigen straat/ buurt.<br />

Straten, paden en pleinen (functie, patroon, namen).<br />

Bouwen en wonen Materialen, vormen, woondichtheid, oppervlakte, architectuur.<br />

Leefgemeenschappen (klooster/burcht/hofstede).<br />

Energie Water, veen, kolen, elektriciteitsmasten, gasovens.<br />

Feest Jaarmarkt, processie, kermis, oogstfeest, carnaval.<br />

Historische gebeurtenissen Belegering, rampen, bloeiperioden, aankomst/vestiging <strong>van</strong>...<br />

Industrialisatie industrieel erfgoed, verandering in grondgebruik, verbindingen.<br />

Kunstwerk lokale handvaardigheid (aardewerk, houtbewerking, kantklossen).<br />

kunst in openbare ruimte/architectuur/ornamenten.<br />

Landschap/grondgebruik Ingrepen en inrichting (ontginning, afgraving, demping, beplanting, ophoging).<br />

Leven en werken In een bepaald tijdvak.<br />

Traditionele nijverheid (<strong>van</strong> zilversmeden tot leerlooien)<br />

Thuiswerk vroeger en nu.<br />

Lokale (agrarische) bedrijfstak in (inter)nationaal perspectief.<br />

Lokale verhalen en legenden<br />

Markante figuren Schilders, schrijvers, veldheren, kloosterlingen.<br />

Migratie instroom <strong>van</strong> nieuwe inwoners door de tijden heen.<br />

Migratiegeschiedenis allochtone bevolkingsgroepen.<br />

Religie Gebouwen, objecten, rituelen.<br />

Tradities en gebruiken Geboorte, huwelijk en dood, begroeting e.d.<br />

In vergelijking met allochtone bevolkingsgroepen.<br />

Transport (Water)wegen, vervoermiddelen, bewegwijzering, reistijd.<br />

Verdedigingswerken Forten, bunkers, verdedigingslinies, water.<br />

Water(management) Stoomgemalen, polders, molens, dijken.


Bijlage 1<br />

ERFGOEDEDUCATIEBELEID IN TIEN STAPPEN<br />

Intrinsieke factoren<br />

Om<strong>van</strong>g en aard <strong>van</strong> lokaal aanwezig erfgoed<br />

Aanwezigheid <strong>van</strong> professionele erfgoedinstellingen<br />

en overige betrokken (erfgoed-) organisaties<br />

Lokale ervaring met cultuureducatie in het algemeen<br />

en erfgoededucatie in het bijzonder<br />

<strong>Erfgoededucatie</strong>beleid<br />

Landelijk<br />

Provinciaal<br />

Lokaal<br />

Externe factoren<br />

Cultuurnota<br />

Stimuleringsbeleid Cultuur en School<br />

Actieplan Cultuurbereik<br />

Belvedere/ Cultuur en Ruimte<br />

Invulling Cultuur en School/Actieplan Cultuurbereik<br />

Provinciale speerpunten erfgoed(educatie)beleid<br />

Regionale samenwerking<br />

Speerpunten in algemeen gemeentelijk beleid<br />

Gemeentelijk cultuurbeleid<br />

Vraag <strong>van</strong>uit eigen bevolking, onderwijs,<br />

Economie/toerisme<br />

Beschikbare (nanciële) middelen<br />

Stap 1 Visie [zie 7.1]<br />

De gemeente hecht belang aan erfgoededucatie als instrument voor:<br />

Cultuurbereik<br />

Onderwijs/Jeugdbeleid<br />

Binding/Betrokkenheid<br />

Ruimtelijke ontwikkeling<br />

Economie/Toerisme<br />

Input: Algemeen gemeentelijk beleid, cultuurbeleid<br />

Stap 2 Inventarisatie erfgoed(educatie) en- vraag [zie 7.2]<br />

Inventariseer het lokale aanbod in erfgoed(educatie):<br />

• Aard en om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> erfgoed, erfgoedinstellingen en –organisaties in de gemeente<br />

• Fysieke en algemene publiekstoegankelijkheid<br />

• Bestaand aanbod op gebied <strong>van</strong> erfgoededucatie<br />

• Samenwerking tussen erfgoedinstellingen onderling en met andere (culturele, ondersteunende) organisaties,<br />

- met het onderwijs of instellingen op andere beleidsterreinen<br />

Inventariseer de vraag naar erfgoed(educatie) bij:<br />

• Eigen inwoners, onderwijsinstellingen, toeristen/recreanten of (een) subgroep(en) daarin<br />

Creëer al doende draagvlak voor nieuw beleid [zie ook stap 7]<br />

Input: Beschikbare kerngegevens<br />

(Opdracht tot) cultuurhistorische waardenkaart<br />

Overleg met andere gemeentelijke afdelingen (Economie/RO enz.)<br />

Overleg met lokale erfgoedinstellingen, overige betrokken -organisaties<br />

Kerngegevens en oriënterend overleg met vertegenwoordigers <strong>van</strong> doelgroepen, die op basis <strong>van</strong><br />

stap 1 als ‘belangrijk’ worden aangemerkt


Stap 3 Doelstellingen [zie 7.3]<br />

Formuleer (output-)doelstellingen op basis <strong>van</strong> lokale mogelijkheden en ambities,<br />

rekening houdend met intrinsieke en externe invloedsfactoren<br />

Druk (output-)doelstellingen uit in:<br />

kwantitatieve termen, zoals deelnemersaantallen, frequentie <strong>van</strong> activiteit enz.<br />

en/of kwalitatieve termen: bereikte samenwerking, gerealiseerde ontwikkeling enz.<br />

Leg vast wanneer en hoe de gemeente zal evalueren of haar doelstellingen zijn gerealiseerd [zie stap 9]<br />

Input: Intern ambtelijk overleg<br />

Overleg met lokale erfgoedinstellingen, overige betrokken organisaties, doelgroepen<br />

Vraag eventueel advies <strong>van</strong> een ondersteunende instelling als een erfgoedhuis<br />

Stap 4 Positie en interne organisatie gemeente [zie 7.4]<br />

Ga na of de gemeente in erfgoededucatiebeleid<br />

initiator-facilitator-stimulator-beslisser-entrepreneur-of een combinatie daar<strong>van</strong> wil zijn<br />

Stel vast wie binnen de gemeente verantwoordelijk wordt voor erfgoededucatiebeleid:<br />

bestuurlijk: wethouder Cultuur (en) Welzijn, Economie, anders<br />

ambtelijk: benoemen gemeentelijk projectleider<br />

instellen gemeentelijke projectgroep(en)<br />

Stap 5 Strategie en instrumenten [zie 7.5 ]<br />

De keuze voor een strategie is afhankelijk <strong>van</strong>:<br />

• Draagkracht en professionaliteit <strong>van</strong> erfgoedinstellingen en overige betrokken<br />

(erfgoed-)organisaties [stap 2]<br />

• Organisatiegraad en toegankelijkheid <strong>van</strong> doelgroepen [stap 2]<br />

• Geformuleerde doelstellingen [stap 3]<br />

• Benodigde middelen/ontwikkelingen om doelstellingen te kunnen realiseren<br />

• Gekozen positie en verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de gemeente [stap 4]<br />

• Financiële en personele mogelijkheden <strong>van</strong> de gemeente [stap 6]<br />

Mogelijke beleidsinstrumenten:<br />

• Stimuleren <strong>van</strong> lokale netwerken voor erfgoededucatie<br />

• Facilitaire en personele ondersteuning<br />

• Deskundigheidsbevordering totaal erfgoedveld<br />

• Ondersteunen <strong>van</strong> marketing en publiciteit<br />

• Subsidies<br />

Stap 6 (Externe) Financiën [zie 7.6]<br />

Maak een kostenbegroting, gespecificeerd naar doelstelling(en) per periode<br />

Formuleer de kostendekking: welke bijdrage is te verwachten <strong>van</strong>:<br />

de gemeente -uit welke budget(ten)?-, andere overheden, erfgoedinstellingen,<br />

overige (erfgoed)organisaties, externe financiers (fondsen, bedrijfsleven)


Stap 7 Draagvlak [zie 7.7]<br />

Ga na of het voorgenomen erfgoededucatiebeleid lokaal op steun kan rekenen <strong>van</strong>: gemeente intern ,<br />

lokale erfgoedinstellingen en overige (erfgoed-)organisaties, belangrijke doelgroepen (bijv. scholen).<br />

[zie ook stap 1 t/m 3 ]<br />

Informeer zo nodig ook bij gemeenten in de regio/provincie/Rijk<br />

Stel het erfgoededucatieplan op basis <strong>van</strong> de toetsing zo nodig bij.<br />

Laat het voorgenomen erfgoededucatiebeleid bestuurlijk vaststellen door B&W (mandaat) en zo nodig<br />

ook door de gemeenteraad<br />

Stap 8 Uitvoering [zie 7.8]<br />

Genereer aandacht voor nieuw erfgoededucatiebeleid binnen het gemeentelijk apparaat, bij eigen<br />

inwoners en andere belanghebbenden, erfgoedinstellingen en overige (erfgoed-)organisaties.<br />

Formuleer project(deel)plan(nen) op basis <strong>van</strong> het erfgoededucatiebeleid<br />

Maak hiervoor financiële middelen vrij en regel personele inzet<br />

Maak afspraken met beoogde samenwerkingspartners<br />

Houd op basis <strong>van</strong> de gekozen positie de uitvoering op koers en stuur zo nodig bij<br />

Stap 9 Monitoring en evaluatie [zie 7.9]<br />

Monitor de uitvoering <strong>van</strong> het erfgoededucatiebeleid. Gebeurt er wat er is afgesproken? Zijn er<br />

knelpunten of onvoorziene omstandigheden die om tussentijds ingrijpen vragen?<br />

Bepaal ten slotte of de voor erfgoededucatie gestelde doelen zijn behaald? Dit aan de hand <strong>van</strong> vooraf<br />

bepaalde outputindicatoren en meetinstrumenten [zie stap 3]<br />

Ga na op welke manier en tegen welke (financiële) inspanning dat is gebeurd<br />

Wat waren de sterke punten en/of zwakke schakels?<br />

Welke elementen verdienen in een volgende beleidsperiode voortzetting, bijstelling of een tweede<br />

kans? Dit levert:<br />

Stap 10 Bouwstenen voor nieuw beleid!


Bijlage 2<br />

Ondersteuning erfgoededucatie<br />

Stichting Erfgoed Actueel<br />

Stichting Erfgoed Actueel opereert op het kruispunt <strong>van</strong> erfgoed- en onderwijsinstellingen,<br />

overheden, media en maatschappij en zet zich in voor het verhogen <strong>van</strong> de waardering voor het<br />

erfgoed door het stimuleren <strong>van</strong> erfgoededucatie.<br />

Stichting Erfgoed Actueel gaat in 2007 op in de Stichting Erfgoed Nederland, samen met de<br />

koepelorganisaties voor archieven (DIVA), archeologie (SNA) en monumenten (NCM). De Museumvereniging<br />

brengt haar branchetaken in. Erfgoed Nederland zal zich inzetten voor de versterking<br />

<strong>van</strong> de maatschappelijke positie, het belang en de betekenis <strong>van</strong> het cultureel erfgoed als geheel<br />

(inclusief erfgoededucatie) en <strong>van</strong> de deelsectoren (archeologie, archieven, monumenten en<br />

musea). Mogelijk volgt een adreswijziging.<br />

Herengracht 474, 1017 CA Amsterdam<br />

tel. 020-4270880<br />

www.erfgoedactueel.nl<br />

Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland (OPEN)<br />

Erfgoedhuizen en vergelijkbare organisaties zijn sinds 2005 verenigd in OPEN, Overleg Provinciale<br />

Erfgoedinstellingen Nederland. Deze instellingen bedienen grote en verschillende klantengroepen,<br />

waaronder gemeenten, erfgoedinstellingen en het onderwijs. <strong>Erfgoededucatie</strong> is voor vrijwel<br />

alle provinciale erfgoedinstellingen een speerpunt <strong>van</strong> activiteit.<br />

Contactadres: Erfgoedhuis Zuid-Holland<br />

Provinciale erfgoedinstellingen<br />

Friesland<br />

Museumfederatie Fryslân<br />

Turfmarkt 12 b, 8911 KT Leeuwarden<br />

tel. 058-2139185<br />

www.museumfederatiefryslan.nl<br />

Groningen<br />

Museumhuis Groningen<br />

(ook voor: Het Groninger Molenhuis)<br />

Lopende Diep 8, 9712 NW Groningen<br />

tel. 050-3130052<br />

www.museumhuisgroningen.nl<br />

Drenthe<br />

Drents Plateau<br />

Postbus 117, 9400 AC Assen<br />

tel. 0592-305930<br />

www.drentsplateau.nl<br />

Overijssel<br />

Stichting Kunst en Cultuur Overijssel<br />

Postbus 1229, 8001 BE Zwolle<br />

tel.038-4225030<br />

www.kco.nl<br />

Het Oversticht<br />

Postbus 531, 8001 BE Zwolle<br />

tel. 038-4213257<br />

www.oversticht.nl<br />

ADRESSEN ONDERSTEUNENDE ORGANISATIES<br />

Gelderland<br />

Stichting Gelders Erfgoed<br />

Postbus 4040, 7200 BA Zutphen<br />

tel. 0575-511826<br />

www.gelderserfgoed.nl<br />

Flevoland<br />

Nieuw Land Erfgoedcentrum<br />

Postbus 73, 8200 AB Lelystad<br />

tel. 0320-260799<br />

www.nieuwlanderfgoedcentrum.nl<br />

Utrecht<br />

Erfgoedhuis Utrecht<br />

Herenstraat 28, 3512 KD Utrecht<br />

tel. 030-2343880<br />

www.erfgoed-utrecht.nl<br />

Noord-Holland<br />

Stichting Museaal en Historisch Perspectief<br />

Noord-Holland<br />

Postbus 205, 2000 AE Haarlem<br />

tel. 023-5531498<br />

www.mhp-nh.nl<br />

Zuid-Holland<br />

Erfgoedhuis Zuid-Holland<br />

Postbus 3092, 2601 DB Delft<br />

tel. 015-2154350<br />

www.erfgoedhuis-zh.nl<br />

Noord-Brabant<br />

Stichting Brabantse Regionale Geschiedbeoefening<br />

Postbus 1325, 5200 BJ ‘s-Hertogenbosch<br />

tel. 073-6156262<br />

www.erfgoedbrabant.nl<br />

Brabantse Museumstichting<br />

Postbus 1325, 5200 BJ ‘s-Hertogenbosch<br />

tel. 073-6156262<br />

www.erfgoedbrabant.nl<br />

Zeeland<br />

Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland<br />

Postbus 49, 4330 AA Middelburg<br />

tel. 0118-670870<br />

www.scez.nl<br />

Limburg<br />

Huis voor de Kunsten Limburg<br />

Postbus 203, 6040 EA Roermond<br />

tel. 0475-399299<br />

www.hklimburg.nl<br />

Limburgs Museum<br />

Afd. Erfgoedprojecten & Ondersteuning<br />

Keulsepoort 5, 5911 BX Venlo<br />

tel. 077-3522112<br />

www.limburgsmuseum.nl<br />

www.cultuureducatielimburg.nl<br />

www.sam-limburg.nl


Ondersteuning cultuureducatie<br />

Cultuur en School<br />

Het project Cultuur en School <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW<br />

heeft als doel om meer onderwijs mèt en over cultuur te<br />

realiseren. Om dit te stimuleren werkt het ministerie samen met<br />

gemeenten en provincies, culturele instellingen en onderwijs<br />

organisaties.<br />

www.cultuurbereik.nl geeft informatie over Cultuur en School<br />

en Actieplan Cultuurbereik.<br />

www.cultuurplein.nl is een landelijk (ondersteunend) informatiepunt<br />

over cultuur en onderwijs.<br />

Cultuurnetwerk Nederland<br />

Cultuurnetwerk Nederland is het landelijk expertisecentrum<br />

voor cultuureducatie dat tot taak heeft kennis en informatie<br />

over theorie, beleid en praktijk <strong>van</strong> cultuureducatie te verzamelen<br />

en door onderzoek uit te breiden.<br />

Postbus 61, 3500 AB Utrecht<br />

tel.: 030-2361200<br />

www.cultuurnetwerk.nl<br />

CJP<br />

CJP verspreidt in opdracht <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> OCW de CKV<br />

vouchers voor scholen en scholieren. Culturele instellingen<br />

kunnen bij het CJP een aanvraag indienen om CKV-acceptant te<br />

worden. Verder geeft CJP de CJP kortingspas uit, informeert docenten<br />

en verzamelt data over het gebruik <strong>van</strong> de CKV vouchers.<br />

Postbus 3572, 1001 AJ Amsterdam<br />

tel. 020-5210220<br />

www.cjp.nl<br />

Onderwijsbegeleidingsdiensten<br />

Er zijn circa veertig onderwijsbegeleidingsdiensten (OBD’s) in<br />

Nederland, verenigd in de landelijke organisatie EDventure.<br />

EDventure houdt zich bezig met integrale onderwijsadvisering<br />

en heeft betrekking op onderwijsontwikkeling, schoolontwikkeling,<br />

onderwijs aan kinderen met problemen, leermiddelenadvies<br />

en advies aan gemeenten en besturen.<br />

Parkstraat 83, 2514 JG Den Haag<br />

tel. 070-3538222<br />

www.edventure.nl<br />

Landelijke organisaties erfgoedveld<br />

Stichting Erfgoed Nederland (SEN)<br />

Herengracht 474, 1017 CA Amsterdam<br />

tel. 020-4270880<br />

Zie verder onder Stichting Erfgoed Actueel<br />

Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

Het Nederlands Centrum voor Volkscultuur is het landelijk instituut<br />

voor de cultuur <strong>van</strong> het dagelijks leven en het immaterieel<br />

erfgoed.<br />

Postbus 13113, 3507 LC Utrecht<br />

tel. 030-2760244<br />

www.volkscultuur.nl<br />

0<br />

<strong>Vereniging</strong> Digitiaal Erfgoed Nederland (DEN)<br />

Digitaal Erfgoed Nederland is het nationale kennisplatform voor<br />

ict en instellingen voor cultureel erfgoed. DEN bevordert door<br />

digitale ontsluiting de toegankelijkheid en educatief gebruik<br />

<strong>van</strong> erfgoed.<br />

Postbus 90407, 2509 LK Den Haag<br />

tel. 070-3140343<br />

www.den.nl; www.cultuurwijs.nl, www.cultuurwijzer.nl<br />

Museumvereniging<br />

De Museumvereniging heeft als doel de belangenbehartiging<br />

en de professionalisering <strong>van</strong> haar leden, evenals het bevorderen<br />

<strong>van</strong> het museumbezoek.<br />

Postbus 2975, 1000 CZ Amsterdam<br />

tel. 020-5512900<br />

www.museumvereniging.nl<br />

Instituut Collectie Nederland (ICN)<br />

Het Instituut Collectie Nederland is een kennisinstituut voor<br />

beheer en behoud <strong>van</strong> roerend cultureel erfgoed. Het ICN heeft<br />

vier kerntaken: het adviseren over beheer en behoud <strong>van</strong> collecties,<br />

het verrichten <strong>van</strong> onderzoek, het opleiden <strong>van</strong> restauratoren<br />

en het beheren <strong>van</strong> de ICN collectie.<br />

Postbus 76709, 1070 KA Amsterdam<br />

tel. 020-3054545<br />

www.icn.nl<br />

Nationaal Archief<br />

Het Nationaal Archief beheert de archieven <strong>van</strong> de landelijke<br />

overheid en <strong>van</strong> personen die <strong>van</strong> nationaal belang zijn geweest.<br />

Het NA fungeert als rijksdienst voor de gehele archiefsector<br />

Postbus 90520, 2509 LM Den Haag<br />

tel. 070-3315400<br />

www.nationaalarchief.nl<br />

Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten<br />

(RACM)<br />

De Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten<br />

is, in samenwerking met andere partijen, verantwoordelijk<br />

voor de zorg voor het <strong>Nederlandse</strong> erfgoed boven en onder<br />

de grond en onder water.<br />

Postbus 1600, 3800 BP Amersfoort<br />

tel. 033-4217421<br />

www.racm.nl<br />

Federatie Industrieel Erfgoed Nederland (FIEN)<br />

Federatie Industrieel Erfgoed Nederland is een platform voor<br />

organisaties en vrijwilligers die zich bezighouden met industrieel<br />

erfgoed in de breedste zin.<br />

Zomervaart 206/F, 2033 DN Haarlem<br />

tel. 023 5353624<br />

www.industrieel-erfgoed.nl


Stichting Mobiele Collectie Nederland (MCN)<br />

Musea en koepelorganisaties op het gebied <strong>van</strong> mobiel erfgoed<br />

hebben zich verenigd in de stichting Mobiele Collectie Nederland<br />

(MCN). MCN stelt zich tot doel bij te dragen aan behoud<br />

en presentatie <strong>van</strong> een evenwichtig samengestelde collectie<br />

mobiel erfgoed.<br />

Pelikaanweg 50, 8218 PG Lelystad<br />

tel. 0320-289840<br />

www.mobiel-erfgoed.nl<br />

Anno<br />

Anno heeft de opdracht het historisch besef in Nederland te<br />

vergroten. De organisatie doet dit door geschiedenis toegankelijk<br />

te maken voor een breed en nieuw publiek en het onderwijs,<br />

door inzet <strong>van</strong> evenementen - zoals de Week <strong>van</strong> de Geschiedenis<br />

- en media.<br />

Postbus 11641, 2502 AP Den Haag<br />

tel. 070-3154090<br />

www.anno.nl<br />

Overheid<br />

Ministerie <strong>van</strong> Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)<br />

Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag<br />

tel. 070-4123456<br />

www.minocw.nl<br />

Interprovinciaal Overleg (IPO)<br />

Het Interprovinciaal Overleg is de koepelorganisatie <strong>van</strong> de<br />

twaalf provincies. IPO-C, de commissie cultuur, is het overlegorgaan<br />

voor culturele zaken.<br />

Postbus 16107, 2500 BC Den Haag<br />

tel. 070-8881212<br />

www.ipo.nl<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> (VNG)<br />

De <strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> behartigt belangen,<br />

verleent diensten en heeft een platformfunctie voor alle<br />

gemeenten. Daarnaast voert de VNG, vaak samen met departementen<br />

of maatschappelijke organisaties, projecten uit die een<br />

gemeentelijk belang dienen.<br />

Postbus 30435, 2500 GK Den Haag<br />

tel. 070-3738393<br />

www.vng.nl<br />

Inspectie<br />

Erfgoedinspectie<br />

Landelijke inspectie <strong>van</strong> de erfgoedsector, exclusief gemeentearchieven.<br />

Postbus 16478 (IPC 3500) 2500 BL Den Haag<br />

www.erfgoedinspectie.nl<br />

Koepel <strong>van</strong> provinciale archiefinspecteurs t.b.v. de gemeentearchieven<br />

www.lopai.nl<br />

1<br />

Bijlage 3 FONDSEN<br />

Onderstaand een overzicht <strong>van</strong> landelijke fondsen die activiteiten<br />

ondersteunen op het gebied <strong>van</strong> cultuur(educatie).<br />

Meer informatie treft u op www.erfgoedactueel.nl Meest<br />

compleet is het Fondsenboek, uitgegeven door de <strong>Vereniging</strong><br />

<strong>van</strong> Fondsen in Nederland (FIN), in samenwerking met<br />

Walburg Pers.<br />

Cultuurfonds Bank <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong><br />

Het fonds ondersteunt activiteiten op het gebied <strong>van</strong> kunst en<br />

cultuur, die financieel door minimaal twee gemeenten mogelijk<br />

worden gemaakt en die <strong>van</strong> betekenis zijn voor het gemeentelijk<br />

beleid. Het stimuleren <strong>van</strong> jong talent is een speerpunt.<br />

Koninginnegracht 2, Den Haag<br />

Postbus 30305, 2500 GH Den Haag<br />

tel. 070 -3750523<br />

www.bng.nl<br />

Mondriaan Stichting<br />

De Mondriaan Stichting is het stimuleringsfonds voor beeldende<br />

kunst en vormgeving en cultureel erfgoed. Doel is de belangstelling<br />

voor en vraag naar hedendaagse beeldende kunst<br />

en vormgeving en cultureel erfgoed te vergroten. Instellingen,<br />

bedrijven en overheden kunnen onder meer aanvragen indienen<br />

voor publieksprojecten, cultureel erfgoed <strong>van</strong> minderheden<br />

en het zichtbaar maken <strong>van</strong> collecties.<br />

Jacob Obrechtstraat 56, 1017 KN Amsterdam<br />

tel. 020-6762032<br />

www.mondriaanfoundation.nl<br />

Prins Bernhard Cultuurfonds<br />

Dit fonds ondersteunt projecten op het gebied <strong>van</strong> cultuur en<br />

natuurbehoud met financiële bijdragen, opdrachten, prijzen en<br />

beurzen. Het meedoen en laten meedoen aan alle facetten <strong>van</strong><br />

cultuurbeoefening is een <strong>van</strong> de onderdelen waarop het fonds<br />

ondersteuning geeft. Naast het landelijke bureau in Amsterdam<br />

heeft het fonds provinciale afdelingen.<br />

Herengracht 476, Amsterdam<br />

Postbus 19750, 1000 GT Amsterdam<br />

tel. 020-5206130<br />

www.cultuurfonds.nl<br />

Stichting DOEN<br />

De stichting ondersteunt onder meer cultuurprojecten, <strong>van</strong>uit het<br />

oogpunt dat deze een bijdrage kunnen leveren aan een betere<br />

samenleving. Bij de beoordeling voor ondersteuning hecht de<br />

stichting waarde aan: cultuurparticipatie, talentontwikkeling, marketing,<br />

cultuur & economie en maatschappelijke betrokkenheid.<br />

Postbus 75621, 1070 AP Amsterdam<br />

tel. 020- 5737333<br />

www.doen.nl<br />

VSBfonds<br />

Het VSB fonds ondersteunt projecten op het gebied <strong>van</strong> kunst<br />

en cultuur, gericht op cultuurparticipatie (culturele diversiteit,<br />

verrijking en vernieuwing) en cultuureducatie (educatieve methoden<br />

en intercultureel onderwijs).<br />

Postbus 16, 3500 AA Utrecht<br />

tel. 030- 2303300<br />

www.vsbfonds.nl


Bijlage 4<br />

Cultuur(educatie)<br />

www.minocw.nl/cultuur<br />

ministerie <strong>van</strong> OCW, cultuur algemeen<br />

HANDIGE WEBSITES<br />

www.belvedere.nu<br />

site <strong>van</strong> projectbureau Belvedere met informatie over cultuurhistorie<br />

en ruimtelijke ordening<br />

www.cultuurnetwerk.nl<br />

portaal over cultuureducatie met informatie over cultuur,<br />

erfgoed en kunst in relatie tot onderwijs en educatie<br />

www.cultuurplein.nl<br />

ondersteunt docent, manager en culturele instelling bij<br />

culturele activiteiten in de onderwijspraktijk<br />

www.cultuurbereik.nl<br />

informatie over het Actieplan Cultuurbereik en Cultuur en<br />

School, gericht op gemeenten en provincies<br />

wwww.cultuurwijzer.nl<br />

op deze site bieden monumenten, archeologische diensten,<br />

musea, bibliotheken en archieven samen hun informatie aan<br />

www.culturalgovernance.nl<br />

aanbevelingen voor goed bestuur in culturele instellingen<br />

Onderwijs<br />

www.kerndoelen.kennisnet.nl<br />

informatie over nieuwe kerndoelen primair onderwijs<br />

www.minocw.nl<br />

op zoekterm informatie over kerndoelen/leergebieden onderbouw<br />

en tweede fase voortgezet onderwijs<br />

www.minocw.nl/vmbo<br />

algemene informatie over het vmbo<br />

www.bredeschool.nl<br />

overheidssite over de Brede School<br />

www.kpcgroep.nl<br />

overzicht <strong>van</strong> cultuurprofielscholen<br />

www.cultuurwijs.nl<br />

portal voor collecties, tentoonstellingen en informatie <strong>van</strong><br />

musea en archieven, gericht op het onderwijs<br />

www.erfgoedactueel.nl<br />

site <strong>van</strong> de landelijke stichting met informatie over erfgoededucatie<br />

en projecten rond erfgoededucatie<br />

www.planjeeigenruimte.nl<br />

project <strong>van</strong> Erfgoed Actueel voor tweede fase havo/vwo over<br />

cultuurhistorie en ruimtelijke ordening<br />

www.sporen.nl<br />

netwerkproject <strong>van</strong> Erfgoed Actueel gericht op het vmbo<br />

www.slo.nl<br />

nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling<br />

Musea<br />

www.museum.nl<br />

actueel overzicht <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> musea en tentoonstellingen<br />

www.museumserver.nl<br />

platform <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> musea op internet<br />

www.musip.nl<br />

site Museum Inventarisatie Project: zoeken naar collecties<br />

www.museumweekend.nl<br />

site <strong>van</strong> het jaarlijkse Museumweekend in april<br />

www.museumvereniging.nl<br />

het museumresgister is te vinden op deze site<br />

Archieven<br />

www.nationaalarchief.nl<br />

overzicht <strong>van</strong> de archieven <strong>van</strong> de landelijke overheid en<br />

belangrijke personen.<br />

www.archiefnet.nl<br />

zoekservice voor websites <strong>van</strong> archiefdiensten in binnen- en<br />

buitenland<br />

www.beeldbank.nationaalarchief.nl<br />

beeldbank met foto´s <strong>van</strong> gebeurtenissen uit de periode<br />

1880-1990<br />

www.archievendag.nl<br />

site <strong>van</strong> de jaarlijkse landelijke Archievendag in oktober<br />

www.k<strong>van</strong>.nl<br />

kring <strong>van</strong> Archivarissen in Nederland<br />

Archeologie<br />

www.archeologienet.nl<br />

site met veel informatie over archeologische monumenten,<br />

periodes en cultuurlandschappen<br />

www.archeos.nl<br />

onderwijssite; toont de geschiedenis <strong>van</strong> de prehistorie tot<br />

en met de Middeleeuwen aan de hand <strong>van</strong> archeologische<br />

opgravingen<br />

www.gemeente-archeologen.nl<br />

convent <strong>van</strong> gemeentelijke archeologen in Nederland


Monumenten<br />

www.openmonumentendag.nl<br />

site jaarlijkse Open Monumentendagen in september<br />

www.heemschut.nl<br />

site <strong>van</strong> de Bond Heemschut<br />

www.monumentenwacht.nl<br />

site Monumentenwacht<br />

www.hollandsewaterlinie.nl<br />

site over de voormalige militaire verdedigingslinie die zich<br />

uitstrekt <strong>van</strong> de voormalige Zuiderzee bij Muiden tot aan de<br />

Biesbosch<br />

www.limes.nl<br />

informatie over de <strong>Nederlandse</strong> Limes<br />

www.veroverjeeigenmonument.nl<br />

project dat jongeren interesseert voor monumenten. Krijgt<br />

uitbreiding naar ‘Verover je eigen omgeving’<br />

Immaterieel erfgoed<br />

www.volkscultuur.nl<br />

site <strong>van</strong> het Nederlands Centrum voor Volkscultuur met informatie<br />

over de cultuur <strong>van</strong> het dagelijks leven en het immaterieel<br />

erfgoed<br />

www.verhalenbank.nl<br />

zoekmachine voor historische en hedendaagse sprookjes,<br />

sagen, legenden e.d. inclusief onderwijsmateriaal<br />

Geschiedenis<br />

www.anno.nl<br />

organisatie die geschiedenis toegankelijk maakt voor een breed<br />

publiek en het onderwijs, d.m.v. evenementen en media<br />

www.week<strong>van</strong>degeschiedenis.nl<br />

jaarlijkse geschiedenisweek in oktober, georganiseerd door<br />

Anno<br />

www.entoen.nu<br />

site <strong>van</strong> Canon <strong>van</strong> Nederland<br />

www.geschiedenis.nl<br />

historisch nieuws, jaartallenlijst, informatie over historische<br />

figuren en gebeurtenissen en informatie voor het onderwijs<br />

www.historischhuis.nl<br />

site <strong>van</strong> het Historisch platform met o.a. links naar 3500 geschiedenis-websites<br />

en een wegwijzer naar alle historische organisaties<br />

in Nederland.<br />

www.geheugen<strong>van</strong>nederland.nl<br />

digitale verzameling <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> illustraties, foto’s, teksten,<br />

films en audiofragmenten. Heeft ook een onderwijsbeeldbank


Bijlage 5<br />

GERAADPLEEGDE LITERATUUR<br />

Baarle, Y. <strong>van</strong> (2004) Divers, cultuurbeleid in een<br />

multiculturele samenleving. Een handreiking aan<br />

gemeenten. Den Haag: VNG Uitgeverij<br />

Bureau Driesen Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek<br />

[Kersten, O. Silfhout, W.J. <strong>van</strong>, Driessen, F.M.] (2006)<br />

Actieplan II, Nulanalyse en nulmeting. Utrecht<br />

Bureau Promotie Podiumkunsten (2005) Jong en Grijpbaar. Uitkomsten<br />

<strong>van</strong> experimenten met jongerenmarketing in de theatersector.<br />

Amsterdam<br />

Cultuurfonds Bank <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> en Kunstgebouw<br />

(2005) congresverslag Kunst, cultuur en gemeenschapszin. Den<br />

Haag/Rijswijk<br />

Cultuurnetwerk Nederland/Museumvereniging (2005)<br />

Blauwdruk. Vier musea en social inclusion. Amsterdam:<br />

Museumvereniging<br />

Cultuurnetwerk Nederland (2005) Zicht op…gemeentelijk<br />

en provinciaal cultuureducatiebeleid. Achtergronden,<br />

literatuur en websites. Utrecht<br />

Cultuurnetwerk Nederland, Erfgoed Actueel en Stichting<br />

Lezen (2005) Debatverslag De (nationale) culturele canon<br />

en het voortgezet onderwijs. Utrecht/Amsterdam<br />

Cultuurnetwerk Nederland (2005) <strong>Erfgoededucatie</strong> in<br />

onderwijsleersituaties Cultuur + Educatie 12. Utrecht<br />

Cachet, E.A./Kroes Willems, M./Richards, G. (2003) Culturele<br />

identiteit <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> gemeenten. Rotterdam: Erasmus<br />

Universiteit Rotterdam<br />

DOCA Bureaus [Muskens, G.] (2005) Immaterieel cultureel<br />

erfgoed in Nederland. Rapportage op basis <strong>van</strong> interviews<br />

met 33 deskundigen, in opdracht <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong><br />

OCW, Directie Cultureel Erfgoed<br />

Drenth,B.,Hansen, H., Munster, O. <strong>van</strong> (2002)<br />

Cultuurprofielen. Utrecht: Berenschot<br />

Drents Archief/Twynstra Gudde (2005), Verleiden met<br />

Verleden. Het archief op zoek naar nieuwe doelgroepen,<br />

(Marketingpilot Noordelijke Archieven). Assen/Amersfoort<br />

DSP-groep [Alters, H.J. Mier, P., Vercraeye. H] (2004) Erfgoed<br />

en toerisme, een spannend akkoord. Verkennend onderzoek in<br />

opdracht <strong>van</strong> Projectbureau Belvedere. Amsterdam<br />

DSP-groep [Lagendijk, E., Zoutman, R.] (2005) Pop met beleid,<br />

handreiking voor gemeenten. Amsterdam/Tilburg: POPNL<br />

Erfgoed Actueel (2005) symposiumverslag Erfgoed en<br />

integratie. Amsterdam<br />

Erfgoed Actueel (2005/2006) diverse uitgaven Oud<br />

Nieuws. Amsterdam<br />

Erfgoed Actueel (2006) Het Blauwe Boekje, online<br />

erfgoedinformatie voor educatieve toepassingen.<br />

Amsterdam<br />

Ginkel, E. <strong>van</strong>/Cruysheer, A. (2003) Archeologie Presenteren:<br />

ervaringen, voorbeelden, adviezen, kosten. Archeologie<br />

Leidraad 2. College voor de Archeologische kwaliteit<br />

Grever, M., Gerding, M., Strouken, I., Blokker jr, J. (2005) Zijn<br />

regionale canons wenselijk? In: Oud Nieuws 1. Amsterdam:<br />

Erfgoed Actueel<br />

Hoekstra, W.(2004) Laat de geschiedenis <strong>van</strong> uw omgeving<br />

zien! Handleiding voor het ontwikkelen <strong>van</strong> producten ter<br />

bevordering <strong>van</strong> het cultuurtoerisme. Utrecht: Nederlands<br />

Centrum voor Volkscultuur i.s.m. Stichting Kunst en<br />

Cultuur Overijssel<br />

Holthuis, P. (2004) artikel ‘Inspiratie voor erfgoededucatie op<br />

school’. Amsterdam: Erfgoed Actueel<br />

Interprovinciaal Overleg [Van Deyck-Hofmeester,<br />

C., Raijmakers, W.J. (2005) De provincies. Kiezen in<br />

Cultuurbeleid. Den Haag<br />

Jansen, I. (2004) Handreiking museumbeleid voor<br />

gemeenten. Amsterdam/Den Haag: Een gezamenlijke<br />

uitgave <strong>van</strong> de <strong>Nederlandse</strong> Museumvereniging, het<br />

Landelijk Contact <strong>van</strong> Museumconsulenten en de<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong><br />

Kamp, M. <strong>van</strong> der/Otte<strong>van</strong>ger, D. (2003) Cultuureducatie<br />

en sociale cohesie. Een verkennend onderzoek. Cultuur +<br />

Educatie 6. Utrecht: Cultuurnetwerk Nederland<br />

Ministerie <strong>van</strong> OCW (2002) Cultuurbeleid in Nederland. Den<br />

Haag<br />

Ministerie <strong>van</strong> OCW (2003) brochure Culturele Planologie.<br />

Den Haag<br />

Ministerie <strong>van</strong> OCW (2005) Actieplan Cultuurbereik 2005-<br />

2008, Informatie voor gemeenten en provincies. Den Haag<br />

Ministerie <strong>van</strong> OCW (2005) Versterking Cultuureducatie<br />

in het primair onderwijs 2004-2007. Informatie voor<br />

gemeenten en provincies. Den Haag


Ministerie <strong>van</strong> OCW (2006) Voortgangsrapportage Cultuur<br />

en School. Den Haag<br />

NCM/SNA/NMV/DIVA/DEN (2003) Erfgoed voor toerisme,<br />

een visie <strong>van</strong> de gezamenlijke erfgoedkoepels op erfgoed en<br />

cultuurtoerisme. Amsterdam: Stichting Nationaal Contact<br />

Monumenten<br />

Oberon onderzoeksbureau (2005) Brede Scholen in Nederland,<br />

Jaarbericht 2005. Utrecht<br />

Raad voor Cultuur (april 2005) Het tekort <strong>van</strong> het teveel.<br />

Over de rijksverantwoordelijkheid voor cultureel erfgoed,<br />

deel I. Den Haag<br />

Raad voor Cultuur/Onderwijsraad (advies april 2006)<br />

Onderwijs in Cultuur. Versterking <strong>van</strong> cultuureducatie in<br />

primair en voortgezet onderwijs. Den Haag<br />

Ranshuysen, L. (2001) Onderzoek cultuurdeelname.<br />

Rotterdam: Onderzoeksbureau Letty Ranshuysen<br />

Ranshuysen, L. (2005) Onzichtbare drempels, een analyse<br />

<strong>van</strong> het publiekspotentieel voor <strong>Nederlandse</strong> musea.<br />

Rotterdam: Onderzoeksbureau Letty Ranshuysen<br />

Riessen, M. <strong>van</strong>/Manen, I. <strong>van</strong> (2006) Omgevingsonderwijs.<br />

Van project naar praktijk. Assen: <strong>van</strong> Gorcum<br />

Sociaal en Cultureel Planbureau [Broek, A. <strong>van</strong> den/Huysmans,<br />

F./De Haan, B.] (2005) Cultuurminnaars en cultuurmijders. Trends<br />

in de belangstelling voor kunsten en cultureel erfgoed. Den Haag<br />

Sociaal en Cultureel Planbureau [Wubs, H./ Huysmans, F.]<br />

(2006) Snuffelen en graven. Over doelgroepen en digitaal<br />

toegankelijke archieven. Den Haag<br />

Schatkamers voor Scholieren. Cultureel erfgoed en onderwijs<br />

(1999) Amsterdam/Enschede: Erfgoed Actueel en SLO<br />

Spapens, P. en Stads, J. (2005) Folklore is onvoltooid<br />

verleden tijd. Utrecht: Nederlands Centrum voor<br />

Volkscultuur, Utrecht<br />

Stads, J./Spapens, P./Doremalen, <strong>van</strong> H. (2003) Werken,<br />

werken, werken! De geschiedenis <strong>van</strong> de<br />

gastarbeiders in Tilburg en omstreken 1963-1975. Utrecht:<br />

Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

<strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Gemeenten</strong> [A.A.M.<br />

Horrevorts] (2006). Wil tot verschil: gemeenten in 2015.<br />

Den Haag<br />

Wijn, C. (2003) Gemeentelijk cultuurbeleid - een handleiding.<br />

Den Haag: VNG uitgeverij<br />

Zwaal, P. <strong>van</strong> der, Snyders, M.(red.) (2001) Van buiten<br />

leren, Ervaringen met het gebruik <strong>van</strong> cultureel erfgoed als<br />

externe leeromgeving in het voortgezet onderwijs Leuven/<br />

Apeldoorn: Garant<br />

Zwaal, P. <strong>van</strong> der (red.) (2003) Buitenkansen Cultureel<br />

erfgoed in de leerwegen VMBO-serie Wisselwerk.13<br />

Antwerpen/Apeldoorn: Garant


COLOFON<br />

Deze uitgave kwam tot stand met medewerking <strong>van</strong>:<br />

Informatie en/of tekstbijdragen:<br />

Peter <strong>van</strong> Beek hoofd afdeling Gemeentearchief, gemeente Ede<br />

Paula Colenbrander beleidsmedewerker Directie Cultureel Erfgoed, ministerie <strong>van</strong> OCW<br />

Maria Grever hoogleraar Theorie <strong>van</strong> geschiedenis en historiografie, Erasmus Universiteit Rotterdam<br />

Cees Hageman projectleider Erfgoed Actueel<br />

Lydia Jongmans sr. beleidsmedewerker cultuur en media VNG<br />

Jan Jaap Knol hoofd Cultuurbereik, projectleider Cultuur en School, ministerie <strong>van</strong> OCW<br />

Daniel Kruithof programmanager maatschappelijke op<strong>van</strong>g en civil society, VNG<br />

Joost Kuggeleijn beleidsmedewerker Cultuur en School, ministerie <strong>van</strong> OCW<br />

Huub Kurstjens toetsdeskundige geschiedenis en staatsinrichting, afd. VO-VMBO, CITO<br />

Andries Ponsteen directeur Erfgoedhuis Zuid-Holland; voorzitter OPEN<br />

Florielle Ruepert projectleider Erfgoed Actueel<br />

Ineke Stroucken directeur Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

Herbert Teeselink docent vmbo, SG Reggesteyn, Nijverdal<br />

Liesbeth Tonckens consulent publiekstaken & erfgoededucatie, Stichting Gelders Erfgoed<br />

Jeroen <strong>van</strong> der Vliet beleidsmedewerker Stichting voor de <strong>Nederlandse</strong> Archeologie (SNA)<br />

Peter Wester voorzitter <strong>Vereniging</strong> <strong>van</strong> docenten in Geschiedenis en Staatsinrichting in Nederland (VGN)<br />

Peter <strong>van</strong> der Zwaal medewerker Cordys onderwijstrajecten<br />

Interviews praktijkvoorbeelden:<br />

Mieke <strong>van</strong> den Besselaar adviseur Marant Educatieve Dienst<br />

Piet de Boer Nederlands Centrum voor Volkscultuur<br />

Roeli Broekhuis directeur Museumhuis Groningen<br />

Alice Duiven projectleider Erfgoed Actueel<br />

Marian <strong>van</strong> Genne, Giny Jans docenten SG Van der Capellen<br />

Tom Hazenberg Hazenberg Archeologisch Advies-bureau<br />

Hiske Land beleidsmedewerker Erfgoedhuis Utrecht<br />

Thea de Langen hoofd afdeling erfgoededucatie Erfgoedhuis Zuid-Holland<br />

Theo <strong>van</strong> Oeffelt projectleider Verover je eigen monument<br />

Ronald Verspiek projectleider gemeente Oost Gelre<br />

Clemens Kerstholt afdeling Samenlevingszaken, gemeente Sint-Oedenrode<br />

Volkert Münzebrock beleidsmedewerker cultuur, gemeente Nieuwegein<br />

Eveline Scherpenzeel afdeling Maatschappelijke Voorzieningen en Projecten, gemeente Ede<br />

Redactiecommissie<br />

Theo Beker curriculum adviseur, SLO<br />

Cees Hageman projectleider Erfgoed Actueel / handreiking<br />

Lydia Jongmans sr. beleidsmedewerker cultuur en media VNG<br />

Andries Ponsteen directeur Erfgoedhuis Zuid-Holland; voorzitter OPEN<br />

Liesbeth Tonckens consulent publiekstaken & erfgoededucatie, Stichting Gelders Erfgoed<br />

Leescommissie<br />

Mieke <strong>van</strong> den Besselaar adviseur Marant Educatieve Dienst<br />

Karin Eetgerink beleidsmedewerker cultuur, gemeente Tiel<br />

Patrick Vlegels beleidsmedewerker cultuur, gemeente Haarlem<br />

Wim Hupperetz hoofd erfgoedprojecten en ondersteuning, Limburgs Musuem<br />

Riet de Leeuw beleidsmedewerker Directie Cultureel Erfgoed, ministerie <strong>van</strong> OCW


Auteur<br />

Marja <strong>van</strong> der Putten<br />

Fotografie<br />

Erfgoed Actueel<br />

Hazenberg Archeologisch Adviesbureau<br />

<strong>Gemeenten</strong> Ede, Groenlo, Nieuwegein en Sint-Oedenrode<br />

Museumhuis Groningen<br />

Erfgoedhuis Utrecht<br />

Erfgoedhuis Zuid-Holland<br />

Stichting voor de <strong>Nederlandse</strong> Archeologie<br />

Roald <strong>van</strong> der Meer<br />

Jean-Paul Mombers<br />

Vormgeving<br />

Made by Mombers, Jean-Paul Mombers<br />

Drukwerk<br />

Zwaan Printmedia<br />

Oplage<br />

2.250<br />

Amsterdam, oktober 2006 © Stichting Erfgoed Actueel<br />

Over de auteur<br />

Drs. Marja <strong>van</strong> der Putten (1956) schrijft als freelance journalist over wetenschap en cultuur (o.a. Het Parool, NWO Hypothese) en<br />

begeleidt projecten op dit terrein. Zij heeft haar sporen verdiend in de wetenschapscommunicatie met onder meer de organisatie<br />

<strong>van</strong> publieksevenementen, ontwerpwedstrijden en theatervoorstellingen. Voor Erfgoed Actueel was zij o.a. betrokken bij het<br />

erfgoedbrede onderwijsproject CKV-vouchers voor de onderbouw en de communicatie <strong>van</strong> Erfgoed à la Carte. In opdracht <strong>van</strong> het<br />

ministerie <strong>van</strong> OCW, IPO en VNG was zij enkele jaren communicatiemanager voor het Actieplan Cultuurbereik. Daarnaast is zij<br />

gespecialiseerd in het breed toegankelijk maken <strong>van</strong> (beleids)publicaties <strong>van</strong> overheid en non-profitorganisaties (Sduprijs 2001).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!