ombudsman
ombudsman
ombudsman
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Inleiding<br />
1.3 De rechtshulpverlening<br />
Het aansprakelijkheidsrecht is met name als het gaat om letselschade erg ingewikkeld.<br />
Gespecialiseerde rechtshulp is voor een slachtoffer van een letselschade derhalve onontbeerlijk.<br />
Sinds de tachtiger jaren is het aantal gespecialiseerde rechtshulpverleners snel toegenomen. Een<br />
belangrijke impuls daartoe is het feit dat de buitengerechtelijke kosten grotendeels verhaalbaar zijn<br />
op de schuldige partij 6 . Hierdoor kunnen ook minder draagkrachtige slachtoffers van letselschade<br />
een advocaat inhuren 7 . De belangstelling bij de advocatuur voor het aansprakelijkheidsrecht is groot.<br />
Waren er begin jaren tachtig nog een beperkt aantal gespecialiseerde letselschadedeadvocaten, in<br />
2003 zijn er in Nederland honderden. Al gauw werden er vakverenigingen van gespecialiseerde letselschadeadvocaten<br />
opgericht. Een volwaardig specialisme was geboren.<br />
In 1983 werd op initiatief van Stichting De Ombudsman de Werkgroep Artsen en Advocaten (WAA)<br />
opgericht. De WAA groeide uit tot een landelijk netwerk van letselschadespecialisten, zowel vanuit<br />
de advocatuur als de medische wereld, die uitsluitend voor de belangen van slachtoffers opkomen. In<br />
de werkgroep vindt er een ervaringsuitwisseling plaats, waardoor de rechtshulpverlening steeds verder<br />
wordt verbeterd. Zesmaal per jaar wordt door de WAA het vakblad Letsel & Schade uitgegeven,<br />
waarin de belangrijkste actuele informatie over de letselschaderegeling wordt besproken. In 1992<br />
werd de LSA opgericht, een aan de Nederlandse Orde van Advocaten gelieerde vereniging van letselschadeadvocaten,<br />
die als doel heeft om de deskundige beroepsuitoefening door advocaten op het<br />
gebied van letselschade te bevorderen. De advocaten die lid zijn van de LSA zijn allen gespecialiseerd<br />
in letselschadezaken. In tegenstelling tot de ASP (zie hierna), kunnen de leden van de LSA<br />
werken voor zowel verzekeraars als voor slachtoffers. In 1997 is de vereniging van Advocaten voor<br />
Slachtoffers van Personenschade (ASP) opgericht. De leden van deze vereniging hebben zich toegelegd<br />
op de belangenbehartiging van slachtoffers van personenschade. Alleen advocaten met een<br />
grote ervaring op dit gebied worden toegelaten tot het lidmaatschap.<br />
Er bestaan diverse schaderegelingbureaus die hun diensten aanbieden aan letselschadeslachtoffers.<br />
Veelal werken ze op ‘no cure no pay’ basis. ‘No cure no pay’ 8 is een honoreringsvorm waarbij het<br />
slachtoffer niet hoeft te betalen als er geen financieel resultaat wordt behaald door de advocaat. Met<br />
de schaderegelaar wordt afgesproken dat een bepaald percentage van de uiteindelijk op de wederpartij<br />
verhaalde schadevergoeding aan de schaderegelaar wordt afgestaan als vergoeding voor zijn<br />
diensten 9 . De laatste jaren is er een felle discussie gaande over de introductie van het systeem van<br />
‘no cure no pay’ in de advocatuur.<br />
In de huidige situatie mogen advocaten niet op ‘no cure no pay’ basis werken, vanwege een verbod<br />
in de gedragsregels 10 van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA). Andere belangenbehartigers,<br />
zoals schaderegelaars, mogen dat wel. De Nederlandse Mededingingsautoriteit oordeelde dat<br />
die ongelijkheid marktverstorend is en strijdig met de Mededingingswet 11 . De NOvA handhaafde<br />
echter het verbod op ‘no cure no pay’ door het op te nemen in een verordening 12 . De orde is van<br />
mening dat het verbod op ‘no cure no pay’ en ‘quota pars litis’ de onafhankelijkheid, integriteit en<br />
6 Krachtens artikel 6:96 tweede lid BW.<br />
7 Daarnaast is er nog het systeem van gefinancierde rechtsbijstand, waarbij minder draagkrachtigen tegen betaling van<br />
een inkomensafhankelijke eigen bijdrage in aanmerking kunnen komen voor ‘toevoeging’.<br />
8 Zie ook par. 4.7 van dit rapport.<br />
9 quota pars litis.<br />
10 Regel 25 Gedragsregels 1992 en artikel 3.3 Gedragscode voor Advocaten van de Europese Unie.<br />
11 Besluit van directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit d.d. 21 februari 2002, zaak 560.<br />
12 Verordening op de praktijkuitoefening (Onderdeel resultaatgerelateerde beloning), 26 juni 2002.<br />
8