Voortgangsrapport 2010 - Vlaamse Landmaatschappij

Ook wanneer het aantal toegekende NER-MVW per provincie in 2008
en 2009 wordt uitgezet ten opzichte van het totaal aantal toegekende
NER-D aanwezig in die provincie, dan blijkt dat de uitbreidingen na
bewezen mestverwerking voor het tweede jaar op rij voornamelijk
plaatsvinden in de provincies Antwerpen en West-Vlaanderen
(Tabel 14).
In 2009 worden voornamelijk NER-MVW toegekend voor varkens (4,0
miljoen) en pluimvee (1,9 miljoen). Het relatieve belang van het soort
NER-MVW per provincie in 2009 wordt gevisualiseerd in Figuur 8.
In West-Vlaanderen en Antwerpen vertegenwoordigen de NER-MVW
voor varkens respectievelijk 76% en 65% van de toegekende NER-
MVW. In Oost-Vlaanderen worden dan iets meer NER-MVW voor
pluimvee (54%) toegekend dan voor varkens (45%). De toegekende
hoeveelheden NER-MVW in Limburg en Vlaams-Brabant zijn heel
klein ten opzichte van de andere provincies en worden voornamelijk
ingenomen door pluimvee.
Tabel 14
Aantal toegekende NER-MVW per provincie in 2008 en 2009, ten opzichte van het totaal aantal toegekende NER-D per provincie
Provincie
Toegekende
NER-D
Toegekende
NER-MVW
in 2008
Toegekende
NER-MVW
in 2009
% toegekende NER-MVW
in 2008 en 2009 t.o.v.
toegekende NER-D
Antwerpen 53.898.869 2.136.762 1.380.577 +6,53%
Limburg 27.994.949 555.986 149.505 +2,52%
Oost-Vlaanderen 65.083.570 793.092 820.453 +2,48%
Vlaams-Brabant 16.496.764 77.802 94.360 +1,04%
West-Vlaanderen 122.130.682 4.097.066 3.467.412 +6,19%
Totaal 285.604.834 7.660.708 5.912.306 +4,75%
2 vlaamse mestbalans
41