Voortgangsrapport 2010 - Vlaamse Landmaatschappij
Voortgangsrapport 2010 - Vlaamse Landmaatschappij
Voortgangsrapport 2010 - Vlaamse Landmaatschappij
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
samenvatting<br />
Het <strong>Voortgangsrapport</strong> van de Mestbank geeft elk jaar een stand van<br />
zaken van de mestproblematiek in Vlaanderen. De onderstaande<br />
samenvatting geeft voor elk onderdeel van het rapport de belangrijkste<br />
“highlights” weer.<br />
Deel 1 Mestbeleid<br />
In een eerste deel van het rapport komen de recente ontwikkelingen<br />
in het Europese en het <strong>Vlaamse</strong> mestbeleid aan bod. Er wordt<br />
stilgestaan bij een recent rapport van de Europese Commissie in<br />
het kader van de Nitraatrichtlijn dat een beeld schetst van de druk<br />
van de landbouw op het milieu, de evolutie van de waterkwaliteit, de<br />
kwetsbare zones en de actieprogramma’s in de verschillende lidstaten.<br />
Verder wordt ingegaan op andere Europese richtlijnen met<br />
raakvlakken aan het mestbeleid. Ten slotte wordt een beknopt overzicht<br />
gegeven van de recentste besluiten bij het Mestdecreet.<br />
Deel 2 <strong>Vlaamse</strong> mestbalans<br />
In het tweede deel worden de verschillende onderdelen van de<br />
<strong>Vlaamse</strong> mestbalans toegelicht. In een eerste hoofdstuk wordt stilgestaan<br />
bij de evolutie van de veestapel en de mestproductie. Vlaanderen<br />
telde in totaal 33,36 miljoen dieren in 2009, een stijging ten<br />
opzichte van in 2008. Waar de rundveestapel stabiel bleef in 2009,<br />
werd er een toename vastgesteld van 76.000 varkens en 1,15 miljoen<br />
stuks pluimvee ten opzichte van het voorgaande jaar. De toename<br />
van de veestapel vertaalde zich in 2009 tevens in een stijging van de<br />
mestproductie. De stikstofproductie bedroeg 124 miljoen kg N, wat<br />
bijna 1,5 miljoen kg N meer is dan in 2008. De fosfaatproductie bedroeg<br />
59,4 miljoen kg P 2 O 5 , een beperkte toename van 0,18 miljoen<br />
kg P 2 O 5 ten opzichte van 2008. De stijging van het aantal dieren en<br />
de mestproductie is in belangrijke mate toe te schrijven aan de groei<br />
van de bedrijven die gebruikgemaakt hebben van de mogelijkheid<br />
om uit te breiden na bewezen mestverwerking.<br />
Na het overzicht van de veestapel en de mestproductie, wordt dieper<br />
ingegaan op de nutriëntenemissierechten (NER) die de veestapel<br />
reguleren. In Vlaanderen zijn in totaal 285,6 miljoen nutriëntenemissierechten-dieren<br />
(NER-D) toegekend. Deze NER-D kunnen<br />
vrij verhandeld worden tussen landbouwers. Door het geheel van<br />
overdrachten in 2007, 2008 en 2009 zijn in totaal 3 miljoen NER-D<br />
gereduceerd. Die hoeveelheid werd door de Mestbank geannuleerd<br />
in overeenstemming met de regelgeving rond overdrachten (25 %<br />
reductie bij standaardoverdrachten, reductie door niet-bewezen<br />
mestafzet en niet-ingevulde NER-D in voorgaande productiejaren).<br />
In het kader van de uitbreiding na bewezen mestverwerking, zijn<br />
nutriëntenemissierechten-mestverwerking (NER-MVW) toegekend.<br />
Aan de 540 bedrijven met een uitbreiding in 2008 werden 7,7 miljoen<br />
NER-MVW toegekend, aan de 468 bedrijven met een uitbreiding<br />
in 2009 werden 5,9 miljoen NER-MVW toegekend. Uitbreidingen<br />
gebeuren voornamelijk voor pluimvee en varkens. Ten slotte wordt<br />
het eerste hoofdstuk afgesloten met een evaluatie van de NER-overschrijding<br />
en het NER-overschot in Vlaanderen. Op Vlaams niveau<br />
zijn voldoende NER beschikbaar. De bedrijven die meer dieren houden<br />
dan hun toegekende NER worden gesanctioneerd.<br />
Een tweede hoofdstuk is gewijd aan de afzet van mest in Vlaanderen.<br />
In eerste instantie wordt gerapporteerd over de afzetruimte voor<br />
dierlijke mest op landbouwgrond in 2009. Rekening houdend met<br />
de maximale bemestingsnormen voor dierlijke mest, met de mate<br />
waarin de landbouwers deze normen invullen en met de toepassing<br />
van derogatie, bedroeg de afzetruimte voor dierlijke mest in 2009<br />
105 miljoen kg N en 48,5 miljoen kg P 2 O 5 . In die afzetruimte zit een<br />
bijkomende afzet van 6,3 miljoen kg N vervat door toepassing van<br />
derogatie. In 2009 pasten 3.201 landbouwers derogatie toe op een<br />
totaal van ruim 81.300 ha landbouwgrond.<br />
Vervolgens wordt gerapporteerd over het gebruik van dierlijke mest,<br />
kunstmest en andere meststoffen in 2009. Het gebruik van dierlijke<br />
mest bedroeg 101 miljoen kg N en 46,7 miljoen kg P 2 O 5 . Voor stikstof<br />
betekent dat een stijging van 2,8 miljoen kg N ten opzichte van 2008,<br />
voor fosfaat betekent dat evenwel een daling van 1,1 miljoen kg P 2 O 5 .<br />
Ook het gebruik van stikstof uit kunstmest was hoger in 2009 (39,4<br />
miljoen kg N) dan in 2008 (+ 1,1 miljoen kg N). Het gebruik van fosfaat<br />
uit kunstmest is daartegenover verder gedaald met 0,3 miljoen<br />
kg P 2 O 5 ten opzichte van het voorgaande jaar tot 1,3 miljoen kg P 2 O 5<br />
in 2009.<br />
Naast de afzet op landbouwgrond, wordt mest afgevoerd naar<br />
mestverwerking. De mestverwerkingsinstallaties hebben in 2009<br />
20,5 miljoen kg N uit <strong>Vlaamse</strong> dierlijke mest verwerkt en afgevoerd<br />
buiten Vlaanderen. Dat is een toename van ongeveer 1 miljoen kg N<br />
ten opzichte van de hoeveelheid <strong>Vlaamse</strong> dierlijke mest die mestverwerkingsinstallaties<br />
in 2008 verwerkt en afgevoerd hebben. Daar-