VO-magazine-5-2015-2016_LR
VO-magazine-5-2015-2016_LR
VO-magazine-5-2015-2016_LR
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
HET LEDENONDERZOEK<br />
IN <strong>VO</strong>GELVLUCHT<br />
• 451 respondenten; gemiddeld cijfer: 7<br />
• Voor 4 op de 10 leden voldoet de <strong>VO</strong>-raad geheel aan<br />
de verwachtingen.<br />
• Leden zijn het meest tevreden over de informatievoorziening,<br />
daarna over de visie van de <strong>VO</strong>‐raad en daarna<br />
over diens rol bij achtereenvolgens sectorontwikkeling,<br />
lobbywerk en cao-onderhandelingen.<br />
• Bestuurders tonen zich op alle punten meer tevreden dan<br />
schoolleiders.<br />
• Belangrijkste aanbevelingen: meer focus en duidelijkheid<br />
bieden over kerntaken en zorgen voor versterking van het<br />
lobbywerk en de cao-onderhandelingen.<br />
• 52% van de bestuurders en 31% schoolleiders is momenteel<br />
actief betrokken bij de raad; van de niet-actief betrokkenen<br />
zegt de meerderheid actiever te willen deelnemen.<br />
Leden van de <strong>VO</strong>-raad kunnen het volledige rapport van het<br />
ledenonderzoek opvragen door een mailtje te sturen naar<br />
redactie@vo-raad.nl o.v.v. ledenonderzoek.<br />
Hein van Asseldonk: ‘Onderhandelen kun je niet in de volle schijnwerpers doen’<br />
Het verschil tussen schoolleiders en bestuurders is<br />
niet het enige: de leden van de <strong>VO</strong>-raad zijn enorm<br />
divers. Is het eigenlijk wel mogelijk om het voor<br />
alle leden goed te doen?<br />
Rosenmöller: “Kom ik in Zeeland, in Limburg, in de<br />
Achterhoek, dan praat ik met schoolleiders die hard<br />
bezig zijn hun onderwijs overeind te houden. Maar in<br />
Amsterdam en Rotterdam zijn de scholen echt niet bezig<br />
met krimp. Zo zijn er verschillen in problematiek, in<br />
pedagogisch-didactische visie en aan al die verschillen<br />
willen we recht doen. In onze dienstverlening benaderen<br />
we niet iedereen op dezelfde manier. Tegelijkertijd zetten<br />
we wel in op een aantal gezamenlijke thema’s voor sectorontwikkeling<br />
en sluiten we ook een cao af voor iedereen.”<br />
Ingewikkeld.<br />
Van Asseldonk: “Ja, zeker in de belangenbehartiging.<br />
Daar kunnen we alleen vol op het orgel als het om<br />
gemeenschappelijke belangen gaat. En dat is bij lang<br />
niet alle onderwerpen zo. Neem de verevening van<br />
passend onderwijs: er zijn scholen die er geld bij<br />
krijgen dat ze hard nodig hebben en scholen die<br />
geld zien verdwijnen dat ze niet kunnen missen.”<br />
Volgens dit onderzoek zou de raad gebaat zijn bij<br />
meer focus en duidelijkheid. Een goed advies?<br />
Rosenmöller: “We willen inderdaad meer focus. Een<br />
eerste stap is dat we onze naam voortaan een ondertitel<br />
meegeven: <strong>VO</strong>-raad, vereniging van scholen in het<br />
voortgezet onderwijs. Dat is net iets duidelijker; wij zijn<br />
niet van de leraren, niet van de conciërges, maar van de<br />
scholen. Tegelijkertijd is ‘meer focus’ gemakkelijker<br />
gezegd dan gedaan. Het gaat tegen onze natuur in om<br />
leden ‘nee’ te verkopen.”<br />
Van Asseldonk: “Ik vind wel dat het ons steeds beter lukt<br />
om bij onze leden op te halen hoe wij onze opdracht<br />
moeten invullen. Met name de <strong>VO</strong>2020-tour helpt daarbij.”<br />
Rosenmöller: “Bij een lerende organisatie hoort ook dat<br />
je zelf kritiek gaat ophalen. Anders waren we geen knip<br />
voor de neus waard.”<br />
Wat kan er de komende tien jaar beter?<br />
Rosenmöller: “Autonomie en verantwoording horen bij<br />
elkaar. We hebben al een stap gezet, maar ik denk dat<br />
we binnen de <strong>VO</strong>-raad nog een verdere slag te maken<br />
hebben in het elkaar aanspreken op verantwoordelijkheid.<br />
Verder vind ik dat diezelfde autonomie ons<br />
verplicht bruggen te slaan naar partijen die niet bij ons<br />
vertegenwoordigd zijn – zoals docenten - omdat het<br />
welslagen van onze agenda ook van hen afhangt. Sowieso<br />
zou ik graag meer tijd besteden aan sectorontwikkeling<br />
en minder aan cao-onderhandelingen. Een cao hoort<br />
voort te vloeien uit hoe de sector zich ontwikkelt, in<br />
plaats van uit voortdurende discussies over wat er ligt.”<br />
Van Asseldonk: “Ik zie ook een opdracht in de verbinding<br />
tussen sectoren. Het Nederlandse onderwijs presteert<br />
goed, maar de zwakke plekken zitten op de overgangen.<br />
Dat moeten wij ook als ons probleem zien, in de zin<br />
dat we leerlingen zo goed mogelijk willen afleveren.”<br />
Rosenmöller: “Dat doen we door talentontwikkeling,<br />
diploma’s op maat, plusdocumenten: daarmee helpen<br />
we als sectoren elkaar en vooral de leerling. Institutionele<br />
belangen horen ondergeschikt te zijn aan het leerproces<br />
van de leerling. Dat vind ik een mooie opdracht.”<br />
<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 5 / April <strong>2016</strong><br />
31