haren-deelrapport2-dewegnaarharen
haren-deelrapport2-dewegnaarharen
haren-deelrapport2-dewegnaarharen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Aanbevelingen<br />
1. Juist bij een zo onbekend fenomeen als de mobilisatie voor een evenement via sociale media<br />
moet er een helder communicatiebeleid zijn. Zelfs geen communicatie kan dan beter zijn dan<br />
onduidelijke communicatie. In deze zin kunnen er vraagtekens gezet worden bij de overigens<br />
goedbedoelde houding van de gemeente Haren om ‘open en transparant’ te communiceren.<br />
2. Communicatiestructuur en communicatiestrategie kunnen niet op het laatste moment<br />
geïmproviseerd worden zoals in Haren gebeurd is. Nu het evenement eenmaal gepasseerd is, en<br />
er een aantal andere pogingen tot een Project X feest ondernomen zijn, kunnen er landelijk door<br />
teams of netwerken van deskundigen (zie beneden) betere inschattingen gemaakt worden van<br />
dit soort evenementen. Die schattingen moeten lokaal natuurlijk nog wel bevestigd worden.<br />
Daar kan doorgaans beter beoordeeld worden of een bepaald evenement echt problematisch is<br />
en wat er gedaan kan worden om het niet uit de hand te laten lopen. Er dient voorkomen te<br />
worden dat er voortdurend alarm gegeven wordt met onmiddellijke politie-inzet ter plaatse.<br />
Men dient helder, eenduidig en niet afwachtend te communiceren over te nemen maatregelen<br />
en consequenties van het niet naleven van verordeningen. Als dit niet gebeurt nemen het<br />
publiek en de media de interpretatie van de gebeurtenis of het evenement over, zoals in dit<br />
geval gebeurd is.<br />
3. De autoriteiten kunnen de sociale media zowel monitoren als hierin interveniëren. Het eerste<br />
gebeurt al op grote schaal, maar het tweede niet. Het monitoren kan het beste in een landelijk<br />
netwerk van deskundigen en betrokken diensten plaatsvinden, maar eventuele acties naar<br />
aanleiding van risico’s aangetroffen bij de monitoring kunnen zoals gezegd het beste lokaal<br />
plaatsvinden.. Daar kunnen bepaalde groepen en personen ook aangesproken worden op hun<br />
gedrag. Het zojuist gesuggereerde landelijke netwerk zou moeten bestaan uit meerdere<br />
disciplines: van open bronnenonderzoekers met sociale media-expertise,<br />
opsporingsambtenaren en juristen die weten wat binnen deze media toegestaan is en waneer de<br />
Officier van Justitie ingeschakeld moet worden tot gedragswetenschappers en mensen met<br />
inhoudelijke kennis van onder meer nationale evenementen, voetbal, festivals en jeugdcultuur.<br />
4. Autoriteiten moeten zich echter ook niet blindstaren op de sociale media. Het op waarde<br />
schatten van online fenomenen en met name hoe die zich verhouden tot fysieke mobilisatie is<br />
ingewikkeld en kent duidelijke beperkingen. Daarom is het essentieel om inzichten uit de sociale<br />
media een context te geven aan de hand van lokale kennis. Alleen maar tellen hoeveel<br />
aanmeldingen er zijn op een evenement is bijvoorbeeld onvoldoende om in te kunnen schatten<br />
hoeveel mensen er daadwerkelijk komen. Alleen maar kijken wat men online zegt geeft<br />
eveneens een onbetrouwbaar beeld. Het daadwerkelijk gedrag kan heel anders uitpakken.<br />
5. aandacht voor en de strategie ten aanzien van de sociale media en ICT in het algemeen moeten<br />
hoog belegd worden in het management van de politie en het openbaar bestuur. Het zijn<br />
centrale strategische taken geworden. Zij moeten niet enkel overgelaten worden aan<br />
uitvoerende communicatieafdelingen en netwerkteams ofschoon daar wel veelal ambtenaren<br />
met kennis van zaken werkzaam zijn. In het inrichtingsplan voor de Nationale Politie moet hier<br />
aandacht aan besteed worden.<br />
COMMISSIE ‘proJeCt X’ HareN | 123