03.05.2013 Views

MER bestemmingsplan buitengebied Lith - 2013 - Gemeente Oss

MER bestemmingsplan buitengebied Lith - 2013 - Gemeente Oss

MER bestemmingsplan buitengebied Lith - 2013 - Gemeente Oss

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Uiterwaarden<br />

<strong>MER</strong> <strong>bestemmingsplan</strong> <strong>buitengebied</strong> <strong>Lith</strong>-<strong>2013</strong><br />

De uiterwaarden zijn zeer reliëfrijk en hebben een overwegend open karakter. Ze kenmerken zich door<br />

een afwisseling van grote stukken open landbouwgronden en grootschalige natte natuurgebieden. Her en<br />

der staan groenelementen verspreid en er bevindt zich vrijwel geen bebouwing in het gebied. De rivier de<br />

Maas – als grootschalig landschappelijk element – speelt een belangrijke rol in de identiteit van het <strong>Lith</strong>se<br />

landschap en zeker van de uiterwaarden. De bakenbomen langs de Maas dragen door hun opmerkelijke<br />

verschijning in een belangrijke mate bij aan de ruimtelijke kwaliteit en visuele herkenbaarheid van de<br />

rivier. In de uiterwaarden is een aantal oude rivierarmen aanwezig. Deze afgesneden rivierarmen<br />

verlanden, maar zijn vaak nog herkenbaar als lage, al dan niet natte stroken in het landschap. In de<br />

Hemelrijkse Waard en de Marense Waard (Buitenkil) zijn deze nog herkenbaar. In de Hemelrijkse Waard<br />

is nog een watervoerende dode rivierarm aanwezig. Daarnaast zijn er de zogenaamde geulen en rillen van<br />

kronkelwaarden aanwezig. In het veld verraden hoogteverschillen en vegetatie de aanwezigheid van<br />

geulen en rillen. Deze zijn in de Hemelrijkse Waard aanwezig. Door de dynamiek van de rivier ontstaat<br />

een uniek stuk landschap.<br />

Oeverwal<br />

Binnen dit hoofdgebied zijn de dijk en oeverwal te onderscheiden.<br />

De dijk is door zijn continuïteit een belangrijk visueel element in het rivierengebied. De dijk scheidt de<br />

uiterwaarden van de oeverwal en fungeert als ruimteverdeler in het landschap. De dijk is soms voorzien<br />

van dijkbeplanting. Vooral de lindebomen bij kasteel Oijen hebben een bijzondere kwaliteit. Er bevindt<br />

zich een aantal wielen direct bij de dijk, ontstaan door dijkdoorbraken. Bij Kessel liggen twee wielen; het<br />

Soldatenwiel en de Kleine Wiel. Ook liggen er wielen ten zuidoosten van <strong>Lith</strong>oijen en langs de Oijense<br />

Benedendijk. Opvallend is dat er binnen het plangebied zowel binnen‐ als buitendijkse dijkhuizen te<br />

vinden zijn. De huizen die op de dijk gebouwd werden waren vooral niet‐agrarisch van oorsprong.<br />

Het waren woningen van landarbeiders, schippers, vissers, ambachtslieden etc. Het soms geringe<br />

welvaartspeil ging gepaard met kleinere bouwmassa’s. Zo bouwde men langgerekte, één bouwlaag hoge<br />

huisjes met de nok evenwijdig aan de dijkweg. Vaak maakte een kleine stal of werkplaats deel uit van het<br />

gebouw.<br />

De oeverwal is een hoger gelegen rug in het landschap en ligt hoog en droog, binnendijks op enige afstand<br />

van de rivier de Maas. Het karakter van de oeverwal is kleinschalig en halfopen tot besloten. Het gebied is<br />

door bewoners intensief in cultuur gebracht. De oude perceelsindeling van vóór 1850, is deels nog<br />

herkenbaar aanwezig. Het verkavelingspatroon is blokvormig en overwegend onregelmatig.<br />

Het intensieve en hoogdynamische grondgebruik bestaat uit een afwisseling van grasland, bouwland, een<br />

enkele boomgaard en bebouwing in linten (met een voor‐ en achterstraat) en kleine kernen. Ongeveer 100<br />

jaar geleden was de karakteristiek van de oeverwal uitgesprokener dan nu; het was kleinschaliger en<br />

beslotener. In de omgeving van kasteel Oijen ligt een waardevolle strook met griendresten, kleiputten,<br />

houtwallen en bosjes. Deze strook draagt met zijn afwisseling bij aan de landschappelijke kwaliteit.<br />

De oeverwal kan worden gezien als een kralensnoer van kernen, waarbij de dijk het snoer vormt.<br />

De organisch gegroeide dorpen dragen bij aan de specifieke sfeer van afwisselend open en gesloten<br />

gebieden. De kernen hebben allen een duidelijke relatie met het landschap. De kernen Oijen, <strong>Lith</strong>oijen,<br />

<strong>Lith</strong> en Maren‐Kessel liggen allen op de oeverwal. Maar ook de bebouwingsclusters Boveneind,<br />

Benedeneind en Kessel liggen hier. De kerktorens van de dorpen zijn de belangrijkste oriëntatiepunten.<br />

Een deel van de boerderijen op de oeverwal ligt op door de mens aangebrachte terpen. Deze zijn te vinden<br />

in Boveneind, ten (zuid)westen van <strong>Lith</strong>oijen en in Kessel. De oeverwal is het meest gevoelig voor<br />

verrommeling; overal verschijnen hekken en hutten, is sprake van buitenopslag en er vinden steeds meer<br />

stedelijke activiteiten plaats.<br />

076788411:0.1 - Definitief ARCADIS 81

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!