Nota reacties en commentaar - Provincie Groningen

Titel 4.6 Aanpassingsplicht en rechtstreeks werkende voorschriften
Artikel 4.47 Termijn voor aanpassing van geldende bestemmingsplannen
Toelichting op artikel 4.47
1. De termijn waarbinnen de vigerende bestemmingsplannen in overeenstemming met de
bepalingen van dit hoofdstuk worden gebracht, eindigt met ingang van 1 juli 2013.
2. De verplichting tot aanpassing van bestemmingsplannen is niet van toepassing op bestaande
bebouwing en bestaand gebruik.
Op grond van de nWro moeten bestemmingsplannen binnen één jaar aan de Omgevingsverordening
worden aangepast. Wij hebben in dit artikel de wettelijke aanpassingstermijn
verlengd tot vijf jaar, omdat het een omvangrijk karwei zal zijn alle bestemmingsplannen
op de noodzaak van aanpassing aan de verordening voor gemeenten
te toetsen.
De Vereniging van Groninger Gemeenten verwacht dat gemeenten ook tijd nodig
hebben om de nWro in de vingers te krijgen en heeft voor de uitvoering van de nWro
in de eerste fase provinciale ondersteuning gevraagd.
Opmerking [ 90]: gewijzigd
Artikel 4.48 Rechtstreeks werkende regels
Toelichting op artikel 4.48
1. Tot het tijdstip waarop de in artikel 4.47 voorziene besluiten tot wijziging van bestemmingsplannen
in werking treden, gelden de navolgende regels:
a. het is verboden om buiten de in bijlage 11, kaart 5b, aangegeven windturbineparken
een nieuwe windturbine met een ashoogte van meer dan 15 meter te plaatsen;
b. het is verboden om buiten de in bijlage 11, kaart 5b, aangegeven regionale windturbineparken
aanwezige solitaire windturbines te vervangen door windturbines met een
grotere ashoogte dan de bestaande of met een grotere wieklengte dan 2/3 van de ashoogte;
c. het is verboden om buiten de in bijlage 11, kaart 5b, aangegeven windturbineparken
aanwezige windturbines die deel uitmaken van een lijn- of parkopstelling te vervangen
door een windturbine met een grotere ashoogte dan 40 meter of met een wieklengte
van meer dan 2/3 van de ashoogte.
d. het is verboden om een reclamemast met een grotere hoogte dan zes meter te plaatsen;
e. het is verboden om in de bodem met inbegrip van de diepe ondergrond radioactief
Dit artikel bevat de rechtstreeks werkende regels, die wij in de algemene toelichting
op hoofdstuk 4 hebben vermeld. Overtreding van deze regels levert een strafbaar feit
op. De regels kunnen strijdig zijn met de gebruiks- en bouwvoorschriften van de
geldende bestemmingsplannen en hebben in dat geval voorrang.
254