- Page 1 and 2: Rijksuniversiteit Groningen Wetensc
- Page 3: Colofon Vraagnummer: GV 189 Titel:
- Page 7 and 8: merendeel van de ritten aangevraagd
- Page 9 and 10: 1 Inleiding 1.1 Achtergrond Bij de
- Page 11 and 12: Er zullen verschillende methoden ge
- Page 13 and 14: Vraagstelling 5: Zijn jongeren vake
- Page 15 and 16: 1.4 Opbouw scriptie In hoofdstuk tw
- Page 17 and 18: 2.2 Methode Voor het literatuuronde
- Page 19 and 20: 2.3 Resultaten De belangrijkste bev
- Page 21 and 22: van instanties. Nu hebben zowel de
- Page 23 and 24: afdelingen van ziekenhuizen hantere
- Page 25 and 26: Soorten ambulanceritten Binnen de a
- Page 27 and 28: Financiële omgeving ambulancezorg
- Page 29 and 30: Tegenwoordig wordt er steeds meer d
- Page 31 and 32: Patiëntkarakteristieken van betrok
- Page 33 and 34: Uit verschillende onderzoeken bleek
- Page 35 and 36: 3.2 Methode Een deel van de ritgege
- Page 37 and 38: aanvragen komt, zo blijkt uit boven
- Page 39 and 40: Tabel 1 laat zien dat ‘onwelwordi
- Page 41 and 42: Tabel 4 ‘Meldingstijd in categori
- Page 43 and 44: 4 Wat zijn de mogelijke oorzaken va
- Page 45 and 46: onderzoekseenheid. Het model is in
- Page 47 and 48: echter ook twee faciliterende bronn
- Page 49 and 50: Nu zal eerst gekeken worden welke i
- Page 51 and 52: Geslacht De tweede patiënt karakte
- Page 53 and 54: Vraagstelling 8: Valt de toename va
- Page 55 and 56:
gezondheidsstatus en diens behoefte
- Page 57 and 58:
4.3 Methode In de komende paragraaf
- Page 59 and 60:
weergegeven kunnen verschillen. Dit
- Page 61 and 62:
CBS ook samenwonende mensen vallen.
- Page 63 and 64:
één van de klachten te kiezen. Om
- Page 65 and 66:
4.4 Resultaten Voordat in de volgen
- Page 67 and 68:
12,4%, een groei van 0,1%. Ook het
- Page 69 and 70:
Uit de tabel komt naar voren dat er
- Page 71 and 72:
Burgerlijke staat De laatste patië
- Page 73 and 74:
Faciliterende bronnen In deze parag
- Page 75 and 76:
Regio n Noord- Drenthe 187.899 Zuid
- Page 77 and 78:
De vorige gegevens waren afkomstig
- Page 79 and 80:
Tabel 16 ‘Aandeel personen met ee
- Page 81 and 82:
4.4.1 Resultaten interviews sleutel
- Page 83 and 84:
wonen vaak te ver van de HAP en moe
- Page 85 and 86:
geen spoed maar de mensen wel”, a
- Page 87 and 88:
Suggesties van de sleutelfiguren Er
- Page 89 and 90:
Tabel 17: Schematische weergave van
- Page 91 and 92:
Doktersassistent-en (HAP) - Onduide
- Page 93 and 94:
Bij de vijfde vraagstelling is onde
- Page 95 and 96:
eerst op zoek naar een vaste telefo
- Page 97 and 98:
Hierdoor ontbreekt een groep patië
- Page 99 and 100:
wanneer de huisarts gebeld moet wor
- Page 101 and 102:
Brown, E. & Sindelar, J. (1993). Th
- Page 103 and 104:
Grit, K. & Meurs, P. (2005). Versch
- Page 105 and 106:
Marks, P.J., Daniel, T.D., Afolabi,
- Page 107 and 108:
Sadiraj, K. & Groot, I. (2006). Soc
- Page 109 and 110:
Bijlagen Bijlage 1: Achtergrondinfo
- Page 111 and 112:
Bijlage 2: De Vragenlijst TGO Toege
- Page 113 and 114:
Deel 1 Gegevens EHTP-rit 1. Op welk
- Page 115 and 116:
13. Is er voordat 1-1-2 voor een am
- Page 117 and 118:
Deel 2. Stellingen Hieronder staat
- Page 119 and 120:
Bijlage 3: Socio-behavioral model E
- Page 121 and 122:
Tabel 3 Leeftijd patiënten in cate
- Page 123 and 124:
Tabel 6 Antwoorden op de stellingen
- Page 125 and 126:
Bijlage 5: Vragen interviews Vragen
- Page 127:
6. Wel eens gemerkt dat een huisart