decreeten

niet tegenftaande zyne voor handen zynde vroegere
lesfen geen het minfte bewys tegens hem opleverden,
niet tegenftaande hy zich beroept op de in hunne jegenswoordige
publieke Posten gemanifesteerde grondbeginzels
zyner gewezene Toehoorders of Leerlingen
in een en ander vak; niet tegenftaande hy, volgens
het eigen adveu van Curateuren, zynen Post als Profesfor
fteeds met den grootften lof had waargenomen; en
eindelyk, niet tegenftaande zy zelve van zyne bekende
kundigheden het grootfte nut meenden te mogen verwagten.
Het Committé zoude hier, uit de beide Memorkn
van Mr. J. Luzac, nog veele, zeer veele opmerke-
. lyke byzonderheden kunnen . bybrengen , die, offchoon
wel allen niet even relevant, echter over het
geheel kunnen befchouwd worden als ter dezer materie
zeer wel dienende, en vooral gefchikt, om het
fchynbaar ftrydige der handelwyze van Curateuren eenigermate
op te losfen , en deze anderzins duistere
zaak , in haaren aanleg , bedoeling en zonderlingen
loop, vry wat lichts, by te zetten: Edoch het Committé
vermeent uwe pretieufe aandacht hier mede niet
langer te moeten bezig houden, te min daar hetzelve
van oordeel is, by de tot hier toe aangevoerde bedenkingen,
reeds zoo veel gezegd te hebben als nodig
fchynt ter afdoening van het eerfte deel zyner taak,
namelyk het Onderzoek, „ of 'er al of niet termen
„ gevonden worden, om Mr. J. Luzac, als Proies-
„ for in de Vaderlandfche Historie te herftellen."
Hier mede dan van deze eerfte vraag afftappende, omme
daar op Ulieden ftraks nader te dienen van dadelyk
advis, gaat het Committé over tot het tweede deel
zyner taak, namelyk, het onderzoek, „in hoe ver-
„ re de de'misfie door Mr. J. Luzac zeiven, als Pro-
„ fesfor in de Griekfche Taaie gegeven, in verband
„ ftaat