decreeten

33° ai MAART 1797.
aan de meergemelde Pieter Hendrik Trap , Cerrit van Klaveren
, junior, Jacob van Lil, Jobannes vaiitrlcht en Mr.
Willem van Le'y/eld, zoo tot derzelver naricht als om
zich daar na te reguleeren.
Edoch enz.
HARMEN
FORSTEN.
W. J. KERKMAN.
J. VAN STEEL.
N. SINDERAM.
En heeft de Burger Rogge na leclure van het zelve
Rapport als Lid dier Commisfie verklaard, dat hy
tot het uitbrengen van dat Rapport niet had kunnen
concurrecrcn.
Op welk Rapport vervolgens gedelibereerd zynde,
heeft de Vergadering goedgevonden zich daar "mede
te conformeeren, en de Burgers Pieter Hendrik Trap,
Gerrit van Klaveren junior, Jacob van LU, Johanwis
van Tricht en Mr. ÏVillem van Lelyveld, by
deeze te orrflann van de belofte, door hun aan het
Provinciaal Committé gedaan, van zich, des gerequireert,
weder te zullen fisteeren.
En wyders: dat uk confideratie voor de Nationale
Vergadering, den Procureur Generaal dezer Provincie
zal worden gelast, om de Crimineele Procedures ter
zaake van zekere Misfive door de Municipaliteit van
Leyden gefchreeven, en by het Bericht van het Provinciaal
Committé gementioneert, te laten onvervolgt,
tot dat deswegens nader by deeze Vergadering
zal zyn gcordorneert.
- Zullende extracl: dezes aan den Hove van Holland,
aan den Procureur Generaal , en aan P. H. Trap ,
c. f. tot informatie, als om zich daar na te reguleer
ren,