decreeten

aa 4
lé MAART 1797.
Waar op, gedelibereerd zynde, is goedgevonaen
en verdaan, geen genoegen te nemen met het overgezondene
Extracl:, en mitsdien den Prefident dezer Vergadering
te qualificeeren om aan de perfoneele Commisfie,
welke in deze zaak is benoemd geweest, de
door den Burger Luzac onder gellotene couvert overgezondene
en onder hem Prefident gedeponeerde Misfive
in questie, te overhandigen, met qualificatie en
last op gemelde Commisfie, om dezelve Misfive te
openen en te examineeren, en aan de Vergadering op
te geven of dezelve met de aangehaalde pasfage, in
de Memorie van den gemelden Luzac voorkomende,
overecndemt, en hoe dezelve pasfage met het overige
dier Misfive in verband ftaat; mitsgaders om, des nodig
oordeelende, de geheele Misfive voor zo veel deze
zaak betreft , met uitlaating der naamen aan deze
Vergadering te communiceeren.
En zal Extract dezes aan den Burger Forflen, als
ecrstbenoemden, worden gegeven tot informatie en naricht.
De Burgers Hartevelt, Hoitsma en Vermaat, hebben
doen noteeren tot dit Decreet niet te hebben ge-
concurreert.-
Aan de orde van den dag gebragt zynde, de Misfive
van het Provinciaal Committé van den 13. dezer
1796. en den 17. daaraan ter Vergadering ingekomen,
waar by, ten fine van arrefteering en Publicatie tot
introductie, nog met het faifoen, ingaande 1. April
1797. hadt gefuppediteerd de reeds in het jaar 1791.
gerevideerde Ordonnantiën op de Bouwmiddelen,
zynde het Hoomgeld, Oor geld, Bezaaide en Beteelde
Landen en het Koehouders Zoutgeld.
Is na deliberatie goedgevonden de voorfz gerevideerde
Ordonnantiën te houden in advis tot den 3.
dag