12.07.2015 Views

NJB-1401

NJB-1401

NJB-1401

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Wetgevingingang van 1 januari 2014, met dienverstande dat artikel IX van die weten artikel 3.1, onderdeel N, van deWet maatregelen woningmarkt 2014II in de hieronder aangegeven volgordein werking treden: a. artikel 3.1,onderdeel N, van de Wet maatregelenwoningmarkt 2014 II; b. artikel IXvan de Wijzigingswet financiëlemarkten 2014.Artikel III, onderdeel C, van de Wijzigingswetfinanciële markten 2014treedt in werking met ingang van 1januari 2015.inwerkingtredingsbesluit van 11-12-2013. Stb. 2013, 552Financiële conglomeratenInwerkingtreding49 - Besluit tot vaststelling van hettijdstip van inwerkingtreding van deImplementatiewet richtlijn financiëleconglomeraten I (Stb. 2013, 408)– De Implementatiewet richtlijnfinanciële conglomeraten I, met uitzonderingvan de artikelen III,onderdeel G, onder 2, IV en V, treedtin werking met ingang van 1 januari2014.inwerkingtredingsbesluit van 11-12-2013. Stb. 2013, 552Solvabiliteit IIInwerkingtreding50 - Besluit tot vaststelling van hettijdstip van inwerkingtreding van deImplementatiewetrichtlijn solvabiliteitII– Artikel I, onderdeel CA en, voor watbetreft de invoeging van ‘3:97, eerstelid’, de onderdelen DU, onder 4, en DV,onder 4, van de Implementatiewetrichtlijn solvabiliteit II treedt in werkingmet ingang van 1 januari2014.inwerkingtredingsbesluit van 11-12-2013. Stb. 2013, 552Aanscherping WavInwerkingtreding51 - Besluit tot vaststelling van hettijdstip van inwerkingtreding van(onder meer) de Wet van 25 november2013, houdende herziening vande Wet arbeid vreemdelingen(Stb. 499)– De wet treedt in werking metingang van 1 januari 2014.Inwerkingtredingsbesluit van 13-12-2013, Stb. 2013, 556Kwaliteit hoger onderwijs52 - Wet tot wijziging van de Wet ophet hoger onderwijs en wetenschappelijkonderzoek en de Wet op hetonderwijstoezicht in verband met deversterking van de kwaliteitswaarborgenvoor het hoger onderwijs alsmedetot wijziging van de Wet op hethoger onderwijs en wetenschappelijkonderzoek en de Wet educatie enberoepsonderwijs in verband met deintroductie van een aanwijzingsbevoegdheidvoor de minister– De maatregelen die met deze wetworden ingevoerd bestaan onderandere uit een aanscherping van hetaccreditatiestelsel en uit een aanwijzingsbevoegdheidvoor de minister.De volgende aanpassingen van hetaccreditatiestelsel worden voorgesteld:- het vormen van visitatiegroepenten behoeve van clustergewijze accreditatievan opleidingen;- de NVAO krijgt de bevoegdheid omde commissies ten behoeve vanaccreditatie te benoemen;- het gerealiseerde eindniveau en dewijze van examinering vormen nietlanger samen één beoordelingscriterium,maar ze worden bij de accreditatieseparaat beoordeeld;- de geldigheidsduur van de toetsnieuwe opleiding (tno) wordtbeperkt; en- met goed gevolg afgelegde afsluitendeexamens en scripties moetenzeven jaar worden bewaard.Daarnaast zijn de volgende maatregelenin het wetsvoorstel opgenomen:- de vergroting van de onafhankelijkheidvan de examencommissie. Tenminste één lid moet afkomstig zijnvan buiten de opleiding en leden vanhet instellingsbestuur mogen geenlid zijn;- de minister kan bij wanbeheer eenaanwijzing geven aan de Raad vanToezicht;- de onderwijsinstelling moet in deOER informatie verschaffen over defeitelijke vormgeving van de onderwijs.Dit moet bijdragen aan een heldereinformatievoorziening aan destudent.Oorspronkelijk was een tijdelijke uitbreidingvan de bevoegdheden vande Inspectie in het voorstel opgenomen.Het toezicht van de inspectiewerd daarmee meer risicogericht. Ditonderdeel is bij nota van wijziginggeschrapt. Een tweede nota van wijzigingbevat bepalingen over hetgebruik van het persoonsgebondennummer en het verschaffen vanpersoonsgebonden bekostigingsinformatie.In een derde nota van wijzigingwordt de aanwijzingsbevoegdheiduitgebreid. De minister kan ookeen aanwijzing geven als sprake isvan ernstige nalatigheid bij het waarborgenvan de onderwijskwaliteit ende goede voortgang van het onderwijsen het bestuur en/of de raad vantoezicht nalaten om effectief te interveniëren.Door het aangenomen amendementvan Tweede Kamerlid Bisschop zouhet onderscheid tussen de taken tussende NVAO en de Inspectie moetworden verhelderd. Wanneer deinspectie het vermoeden heeft dat dekwaliteit van het onderwijs tekortschiet, dient zij de NVAO daarvan opde hoogte te stellen met het oog opnader onderzoek.Inwerkingtreding 1 januari 2014, metuitzondering van een aantal onderdelendie op 1 juni 2014 en op 1januari 2015 in werking treden.Wet van 04-12-2013, Stb. 2013, 558 (Kamerstukken33 472) en inwerkingtredingsbesluit van 13-12-2013,Stb. 2013, 559Terugvordering bonussen53 - Wet tot wijziging van boek 2 vanhet Burgerlijk Wetboek en de Wet ophet financieel toezicht in verbandmet de bevoegdheid tot aanpassingen terugvordering van bonussen enwinstdelingen van bestuurders endagelijks beleidsbepalers en deskundigheidstoetsingvan commissarissen– Deze wet bevat allereerst een basisregelingvan de bevoegdheid tot aanpassingen terugvordering vanbonussen van bestuurders. Op dezewijze wordt de positie van de raadvan commissarissen ten aanzien vande bezoldiging van bestuurders versterkt.De regeling beoogt de raadvan commissarissen in staat te stellenervoor te zorgen dat de bezoldigingbijdraagt aan het (lange termijn)belang van de onderneming.De basisregeling verduidelijkt dat deraad van commissarissen de waardevan een in het vooruitzicht gesteldebonus kan bijstellen en een uitge-NEDERLANDS JURISTENBLAD – 10-01-2014 – AFL. 1 63

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!