12.07.2015 Views

Pijn bij Kwetsbare Ouderen - NVAM

Pijn bij Kwetsbare Ouderen - NVAM

Pijn bij Kwetsbare Ouderen - NVAM

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

terug naar de inhoudsopgave3.2. Beoordeling van de aanwezigheid van pijnIn hoofdstuk 2 werden eerder de diagnostische stappen geschetst die in devolgende paragrafen beschreven worden: 3.2.1 zelfrapportage, 3.2.2 anamnese,3.2.3 heteroanamnese, 3.2.4 observatie, 3.2.5 bepalen gevolgen van pijn, 3.2.6lichamelijk onderzoek en vaststellen oorzaken pijn.3.2.1 Zelfrapportage van kwetsbare ouderen over pijnZoals ook benoemd in hoofdstuk 2 kan <strong>bij</strong> kwetsbare ouderen met een cognitievebeperking sprake zijn van onderrapportage van pijn (Kassel et al, 2003).De informatie die ouderen zelf geven over hun pijn wordt ook wel zelfrapportagegenoemd. Zelfrapportage van pijn door kwetsbare ouderen met een cognitievebeperking is niet minder valide dan die van ouderen zonder cognitieve beperkingen(Parmelee et al, 1993). Wel kan <strong>bij</strong> dementie het vermogen om een pijnlijkestimulus te interpreteren aangetast zijn (zie hoofdstuk 2 en Scherder et al, 2005).Gebaseerd op de literatuur kan worden gesteld dat patiënten met een Mini MentalStatus Examination (MMSE) van 18 en hoger op een valide en betrouwbaremanier pijn kunnen aangeven met behulp van een zelfrapportage instrument(Jensen et al, 1998; Weiner et al, 1999a; Scherder & Bouma , 2000; Chibnall &Tait, 2001). Scherder & Bouma constateerden ook dat nog 80% van de mensenmet een MMSE lager dan 18 in ieder geval één specifieke pijnschaal begreep. Eenenkele studie vermeldt valide zelfrapportage <strong>bij</strong> een MMSE score van 12 of hoger(Ferrell et al, 1995).Bij kwetsbare ouderen met cognitieve/communicatieve beperkingen moet daarnaastobservatie plaatsvinden van potentiële lichamelijke, psychische, fysiologischeen gedragsmatige pijnindicatoren en geluisterd worden naar signalen vanverzorgenden en mantelzorgers.Belemmeringen voor zelfrapportageZoals ook in hoofdstuk 2 benoemd, worden mensen met het klimmen der jarenstoïcijnser en terughoudender in het melden van pijn. <strong>Ouderen</strong> twijfelen meer aanzichzelf dan jongere mensen en zijn minder geneigd om een onaangenaam gevoelals pijnlijk te bestempelen (Yong et al, 2001; Yong, 2006). Thuiswonende ouderenkunnen ook bang zijn dat het uiten van pijn kan leiden tot opname in een verzorgings-of verpleeghuis. Veel kwetsbare ouderen, die verblijven in een verzorgingsofverpleeghuis, berusten mogelijk in de aanwezigheid van pijn, zijn ambivalentover de voordelen van interventies om hun pijn te verlichten en hebben aarzelingenom pijn te uiten. Zij vrezen te worden gezien als 'klagers'. Zij willen hunfamilie niet ongerust maken en het verplegend personeel niet lastigvallen, omdatze denken, dat het personeel het 'te druk’ heeft' (Yates et al, 1995). Daarnaastkunnen kwetsbare ouderen met cognitieve/communicatieve beperkingen mindermakkelijk hun pijn aangeven. Als deze groep kwetsbare ouderen wel zelf pijnrapporteerd is deze over het algemeen even betrouwbaar als <strong>bij</strong> kwetsbareouderen zonder cognitieve beperkingen. Bij ernstige communicatieve stoornissenis het van groot belang, zoals ook reeds in hoofdstuk 2 behandeld, dat er gebruikwordt gemaakt van een pijnobservatieinstrument (zie 3.2.4).Conclusie– Zelfrapportage van pijn is voor kwetsbare ouderen zonder of met milde totmatige cognitieve/communicatieve beperkingen de gouden standaard ompijn te identificeren.multidisciplinaire Richtlijn pijn <strong>bij</strong> kwetsbare ouderen28

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!