M-auto magazine | 08

Slotracen
Ninco
En dan nu de baan op!!
Zoals gebruikelijk testen we met een baanspanning
van 12 volt, ditmaal alleen op de
Ninco thuisbaan, omdat deze modellen in
het algemeen meer door een verzamelaar/
thuisrijder gekocht zal worden, dan door
een clubracer.
Goed; de baan op! Het valt meteen op dat
de Corvette erg soepel loopt en lekker stil
is, echt prima voor een inliner! De Corvette
is behoorlijk snel, heeft een hoge top en
accelereert prima. Dit dankzij de krachtige
NC-5 motor. Deze heeft hij nu ook wel nodig
in combinatie met de sterke magneet. De oudere
classic modellen van Ninco werden zonder
magneet geleverd en toen was een NC-1
motor ruim voldoende. De huidige generatie
slotcars worden echter met zware magneten
uitgerust, en dan is een sterke motor ook
wel nodig. Al met al rijdt de Corvette dus behoorlijk
rap z’n rondjes en wil daarbij amper
uitbreken, ga je echter te ver ben je ‘m ook
meteen kwijt. Dus hebben we hem ook eens
zonder magneet gereden. Nu merk je dat de
acceleratie nóg feller is en de remweg wat
langer (logisch zonder magneet). Verder valt
op dat de Corvette heel goed in het spoor
blijft en dus geen last heeft van onderstuur.
Nu is er wel veel overstuur en merk je dat de
motor wel heel krachtig is, een oplossing zou
kunnen zijn om de Corvette zonder magneet
op een wat lager voltage te rijden
Toch is het heel leuk om lekker driftend door
de bocht te gaan net zoals de echte racers uit
die tijd!! Voor de onervaren thuisracer kunnen
we concluderend
stellen, dat de Corvette
zo uit de doos prima
rijdt, en het zal niet te
veel moeite kosten om
lekker met de wagen
rond te knallen. Voor
de wat gevorderde
racer zal de sterke
magneet snel gaan
vervelen. Omdat wij
ook niet zo’n fan van
sterke magneten zijn;
rijgedrag: een 3,5.
Hoe je deze Corvette heerlijk rijdbaar krijgt
zónder magneet lees je in het stukje ‘tuningtips’.
Het Slotraceteam
Tuningtips
nummer 2). Na dit gedaan te hebben gaan we eerst de speling uit de vooras halen door aan beide zijden een drietal M2
ringetjes over de as te schuiven en daarna de voorwielen er weer op. Nu schuift de vooras niet meer heen en weer, en zal de
auto wat rustiger rijden. Ondanks dat de Corvette zonder magneet heel goed het spoor blijft volgen, plakken we toch een
stukje lood net achter de sleper. Hierdoor verhoog je de druk op de sleper ietsje en dat komt de wegligging ten goede. Verder
plakken we twee stripjes lood voor de achterwielen om zo meer grip op de achterbanden te krijgen, zie foto’s. Na dit gedaan
te hebben, schuren we de bodemplaat rondom wat op, zodat de kap vrij kan bewegen ten opzichte van de bodemplaat. Dit
zal het uitbreken stukken minder maken omdat de kap nu kan overhellen zonder meteen de bodemplaat mee te nemen.
Nu maar weer eens een paar rondjes rijden. We merken meteen dat het overstuur stukken minder is en er nu gecontroleerd
gedrift kan worden. Het zal duidelijk zijn dat de rondetijden die gereden werden met de magneet er nog in, nu niet meer
als tussenoplossing kun je de magneet er wel in houden, maar dan wat minder krachtig. Dit doe je door uit bijvoorbeeld
een oud bankpasje kleine rondjes te knippen en die in het houdertje van de magneet te doen. Wij hebben er drie laagjes
met de voorgaande ‘trucs’ maakt de Corvette een makkelijk en heerlijk rijdende slotcar ! Vind je de kracht van de magneet
nu te zwak, dan haal je er één laagje plastic uit, en zo neemt de trekkracht weer toe. Ga je beter rijden, dan kun je er weer
goede aankoop is, voor zowel de beginnende slotracer als de wat meer ervaren rijder.
Tot de volgende keer!
juni/juli 2005
M-auto 51