16.06.2020 Views

Zilver Magazine - zomer 2020

Het zomernummer van Zilver Magazine, het inspiratiemagazine voor de Twentse 65-plusser

Het zomernummer van Zilver Magazine, het inspiratiemagazine voor de Twentse 65-plusser

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Drenthe, leraar wiskunde en handelskennis.

Thuis was iedereen wel erg geïnteresseerd in

het nieuws. Ik kon vrij jong lezen en begon

als klein kind al de krant te lezen. De krant

was veel te groot voor mij, dus dan lag ik op

mijn buik op de grond met de krant voor me.

Op mijn achttiende ben ik lid geworden van

de Arjos en niet lang daarna van de ARP. Ik

was ook al gelijk heel actief en ben op mijn

eenentwintigste naar Den Haag verhuisd om

als landelijk secretaris/penningmeester van de

Arjos en later als stafmedewerker bij de ARP te

werken.’

‘Ze zeggen

dat je je eigen

weerstand moet

organiseren, ik

heb een kritische

echtgenoot

met kennis van

zaken.’

U bent geïnteresseerd in politiek, heeft u ook een

duidelijke missie?

‘Ik wil graag een bijdrage leveren aan de

samenleving, politiek is daar een middel

voor. Het heeft misschien ook wel met mijn

gereformeerde opvoeding te maken, ik heb

geleerd dat je er niet alleen voor jezelf bent.

Belangrijk is ook dat ik het erg leuk vind om

met politiek bezig te zijn. Ik vind het leuk om

dingen te organiseren en mensen te mobiliseren,

zeker indertijd in een jongerenorganisatie.

Je zit dan tussen allemaal mensen van je eigen

leeftijd die allemaal hetzelfde willen. Zo heb ik

bijvoorbeeld ook mijn man ontmoet.’

Wat zijn voor u belangrijke politieke onderwerpen?

Waar ligt uw hart het meest?

‘Dat is een moeilijke vraag, ik ben heel breed

geïnteresseerd. Het is ook afhankelijk van

de functie die je bekleedt, als burgemeester

heb ik een overzicht van lokale thema’s, als

Gedeputeerde in Utrecht had ik financiën, cultuur

en erfgoed in mijn portefeuille en in de

jongerenorganisatie waren we ook bezig met

buitenlands beleid, de boycot van Zuid-Afrika,

de kruisraketten. Als je zo geïnteresseerd bent

in de samenleving om je heen is alles boeiend.’

Heeft u een speciale band met Twente?

‘Mijn man en ik zijn beide onder andere in

Drenthe opgegroeid en voelen ons plattelanders.

We kennen de stad, hebben er gewoond

en gewerkt, maar het platteland en de bevolking

spreken ons meer aan. Alles gaat hier

minder gehaast. Ik ben van oorsprong een

Groningse en heel direct, in Groningen is ja

ook ja en nee is nee. In Twente is het joa joa,

maar dan toch eigenlijk nee. Daar moest ik wel

aan wennen. Dat vertraagt processen ook wel.

Soms lastig.’

Doet u daar als bestuurder iets aan?

‘Dat probeer ik wel. Ik zeg recht voor zijn raap

wat ik er van vind en daar krijg ik niet altijd

medestanders mee. In Twente kunnen mensen

ook wel op besluiten terugkomen, daar heb

ik dan moeite mee. Afspraak is afspraak. Er

kunnen buitengewone omstandigheden zijn

om een besluit te wijzigen, maar dat is een

uitzondering. Als het moet kan ik dan ook

streng zijn.’

Was het uw droom als kind om burgemeester te

worden?

‘Als kind stond een burgemeester ver van me

af. Dat kwam pas toen ik mijn man leerde

kennen. Zijn vader was burgemeester en dan

zie je van dichtbij dat het ook maar gewone

mensen zijn. Zelf had ik al jong een politiek

netwerk, door mijn werk als stafmedewerker

ging ik al om met Kamerleden en ministers,

als gedeputeerde met wethouders en burgemeesters.

Toen begon het bij mij wat vorm te

krijgen. Ook anderen zeiden tegen mij dat ik

eens moest solliciteren.’

U heeft gewerkt in de journalistiek, het onderwijs,

de politiek. Nooit overwogen om wat te minderen,

zodat u vaker thuis kon zijn?

‘Nee, oh nee, dat is niet bij mij opgekomen. Ik

heb ook nog geschiedenis gestudeerd naast

mijn werk als fractievoorzitter. Mijn kinderen

waren toen tieners en begrepen er niks

van dat ik voor mijn lol ging studeren. Dat

ik altijd werkte is nooit een punt van discussie

geweest. Ik vind dat vanzelfsprekend.

Mijn man ook. Ik heb ook nooit overwogen

na mijn huwelijk zijn naam over te nemen.

Niet per se uit feministische overwegingen,

ik vond het allemaal heel vanzelfsprekend.

Later realiseerde ik me wel dat er op school,

ik zat op het VWO, veel meer jongens dan

meisjes zaten. Toen dacht ik er eigenlijk niet

zo bij na.

We hebben het wel heel druk gehad. We

werden laat ouders, maar kregen wel drie kinderen

in vier jaar tijd. En dat in een tijd dat

er nog geen kinderopvang en buitenschoolse

opvang was. Mijn man werkte ook en hij zat

in de gemeenteraad van Utrecht. Maar er kan

heel veel als je het goed organiseert. Vrienden

van ons werkten ook allebei en hadden ook

drie kleine kinderen. Wij zijn toen allemaal

één dag in de week minder gaan werken om

op alle kinderen te passen, acht jaar lang

hadden we eigenlijk zes kinderen. Een heel

bijzondere tijd.’

Uw man heeft ook een politieke carrière gehad?

‘Hij heeft zo’n beetje hetzelfde gedaan als ik op

lokaal niveau: gemeenteraadslid, fractievoorzitter,

wethouder, waarnemend burgemeester.

Dat heb ik altijd heel prettig gevonden. Ze

zeggen dat je je eigen weerstand moet organiseren,

ik heb een kritische echtgenoot met

kennis van zaken. We kennen elkaars werk.

Dat is een onderdeel van ons leven, net als het

volgen van de actualiteit, altijd kijken naar het

journaal. Onze kinderen hebben die interesse

ook. Ze zijn niet politiek actief, maar volgen

alles wel.’

‘Ik vind het

wel spannend.

Ik maak me

zorgen over de

gezondheid van

de bevolking,

maar ook over

de economische

gevolgen. Hoe

houden we de

samenleving

overeind?’

Is er leven naast de politiek?

‘Ik heb natuurlijk niet veel vrije tijd, maar in de

vakanties fietsen we heel graag. Vorig jaar zijn

we naar Duinkerken gefietst, daar overgestoken

naar Dover en van daaruit naar Lands End. Van

oost naar west Engeland dus. Alles op de bonnefooi,

met fietstassen achterop. Dat vinden we

leuk. We hebben ook een keer van België naar

Bazel, langs de frontlinie uit de eerste wereldoorlog

gefietst. Dan fiets je al gauw tachtig

kilometer per dag.’

Dit jaar misschien in eigen land fietsen?

‘We weten het nog niet, we zijn niet zulke plannenmakers.

We zien het wel.’

zilver magazine

17

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!